20 april 1995
- 24 -
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Nee, daarom wilde ik zeggen dat je je na
vanavond kunt afvragen of dat nog wel nodig is. Zeker ook na datgene wat ik
heb gehoord van de inspreker namens Radio Soest. Naar mijn gevoel gaat daar
een zekere precedentwerking van uit. Daarom, mevrouw Swinkels heb ik even
zitten nadenken op het moment dat u mij begon uit te dagen om te reageren
op uw woorden. Ik denk dat daarmee de verruiming van het spreekrecht naast
de verruiming van het gebruik van het spreekrecht vanavond gestalte heeft
gekregen
VOORZITTER; U haalt een voorbeeld aan. Ik heb dat niet paraat, maar we
zullen het even nakijken. Waar het verbeterd kan worden, daar hebt u gelijk
in, daar moeten we dat doen. Aan de andere kant heeft het voorstel, terwijl
het nog niet eens is aangenomen, wel degelijk gewerkt, want om drie minuten
voor twaalf vanmorgen ging de telefoon en meldde de inspreker van vanavond
zich. U hebt gezien dat wij vooruitlopend op het voorstel al zo hebben
gewerkt. Het verbaast mij dat u daar geen opmerking over hebt gemaakt, want
eigenlijk kon dat niet.
Mevrouw SWINKELS (D66): Ook deze inspreker was niet op de hoogte, voordat
ze van zekere lieden een telefoontje hadden gekregen, voorzitter.
VOORZITTER: Ik weet van wie ze een telefoontje hebben gekregen, dat zal ik
verder niet noemen. Ik constateer dat een meerderheid in a.b.z. en vanavond
in de raad met dit voorstel kan instemmen. Wilt u meer inspreekrecht
enzovoorts, dan wacht ik uw voorstellen wel af.
Het voorstel (RV 95-37) wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
9. Vaststellen nieuw delegatiebesluit.
10. Wijziging uitkerings- en pensioenverordening wethouders.
De voorstellen 9 en 10 (RV 95-36 en RV 95-35) worden achtereenvolgens
zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
11. Concentratie publieksfunctie in de hal.
Heer JOUSTRA (BAM); Voorzitter, zoals we reeds enkele malen in commissie
verband hebben betoogd, kan dit voorstel in de ogen van de BAM-fractie op
dit moment geen genade vinden. Geen genade, omdat onvoldoende de noodzaak
is gebleken om bijvoorbeeld omwille van de veiligheidssituatie in dit
huis -en daar doen we echt niet lichtvaardig over- nu reeds tot zulke
vergaande maatregelen over te gaan. Enkele malen hebben we u gevraagd aan
te geven waarom de veiligheidssituatie nu reeds -vooruitlopend op de
kerntakendiscussie- een dergelijk hoog investeringsbedrag zou rechtvaardi
gen. Het feit alleen dat in diverse gemeenten thans discussies worden
gevoerd om publieksfuncties op een centrale plaats uit te voeren, houdt ons
inziens niet in dat Soest alleen daarom deze trend zou moeten volgen. Als
het gaat voorzitter, om daarbij ook de service aan het publiek te verbete
ren, zijn wij daar best wel gevoelig voor, mits zou blijken dat de benodig
de uitgaven daarvoor verantwoord zijn. En dat inzicht hebben wij met het
oog op de kerntakendiscussie op dit moment zeker nog niet. Sterker nog, we
vragen ons af of u wel het morele recht hebt om straks de burger te
confronteren met eventuele lastenverhogingen en instellingen te korten als
gevolg van de rijksbijdrage aan het gemeentefonds, maar tegelijkertijd wel
een slordige half miljoen gulden alvast te reserveren en buiten de discus
sie te houden voor een doel waarvan u ons niet van de dringende noodzaak
hebt kunnen overtuigen. Al eerder hebben wij u aangegeven hierover van
gedachten te willen wisselen, maar dan wel op de juiste plaats en op de
juiste tijd. Naar de mening van de BAM-fractie is dat dus na dan wel
tijdens de kerntakendiscussie, maar nu dus zeer zeker niet. Wij stemmen dus
tegen dit voorstel.
Heer KRIJGER (WD): Mijnheer de voorzitter, soms moet je dingen zeggen om
je naam waar te maken. Ik bedoel daarmee dat BAM met een aantal argumenten
erbij gesleept iets beweert dat volstrekt onzin is. Ik vind het jammer om
het zo te moeten zeggen, maar onze mening is dat hier klinkklare kolder