23 mei 1996 - 24 - heer Boerkoel probeert om dat te omzeilen. Ik vind die opmerking heel legitiem. Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Voorzitter, bij interruptie op de opmerking van de heer Plomp. Ik vind dat hij vaak knap misleidend kan spreken in zulke situaties. Het is natuurlijk heel logisch dat wat de heer Visser vraagt. Als wij als raad hebben besloten om een onderzoek te plegen, dan hoeft de heer Visser niet te zeggen achteraf: ja, maar ik vind dat we dat niet moeten doen. Nee, hij zegt alleen: de tekst moet correct weergegeven worden, datgene wat we toen besloten hebben moet weergegeven worden en niet wat zich in de loop der tijd in het denken van sommigen ontwikkeld heeft. Dus de vraagstelling van de heer Plomp aan de heer Visser is gewoon een onterechte vraagstelling. VOORZITTER: Maar ik wil erop wijzen dat het agendapunt luidt: het initia tiefvoorstel en dat de wethouder aanvullend heeft gezegd dat B&W een brief hebben gestuurd. Ik moet straks een uitspraak van de raad hebben. Aanvaardt u het initiatiefvoorstel of aanvaardt u het niet? Heer KROL (CDA)Voorzitter, wat betreft het initiatiefvoorstel van de Groen Links/Progressief Soest fractie heb ik al aangegeven dat we dat niet zullen steunen. We zullen uw standpunt daarover honoreren. Laat ik nog maar even aangeven dat het onderste stuk van de brief heel duidelijk aangeeft wat de commissie en de raad keer op keer aan u gevraagd hebben. De meerderheid van deze raad heeft u verzocht in de commissie r.o. bij de vaststelling van het streekplan toen u bezwaar moest gaan maken - inderdaad, dat hebben we allemaal keer op keer gedaan- te melden: provin cie, als er een MER komt en als die MER goed uitvalt, positief uitvalt voor de mogelijke realisatie van een golfbaan, dan zullen wij er positief over nadenken, maar wat vindt u daar nou van? Er is niemand in Soest en er is niemand bij Wolfduin die zin heeft om dat proces een stap verder te brengen voordat we weten wat er uit die MER komt en voordat we weten wat u daarmee gaat doen, met die uitkomst van die MER. Dat vraagt u in de brief, dat is de opdracht van de meerderheid van deze raad en in die zin is deze brief een correcte afspiegeling van datgene wat de raad van Soest in de afgelopen jaren in overgrote meerderheid keer op keer heeft gevraagd. U doet wat u gevraagd wordt en daar zit u voor. Heer ROEST (D6 6)Voorzitter, mag ik aan de heer Krol vragen of hij van mening is dat de eerste zin -de eerste zin van een brief is heel belang rijk- goed is geformuleerd? Als hij van mening is dat die niet goed is geformuleerd, wil hij dan het college vragen om die brief te herschrijven? Heer KROL (CDA)Ik heb u aangegeven dat de brief correct geformuleerd is, omdat hij weergeeft datgene wat de meerderheid van de raad van Soest aan het college heeft opgedragen. Heer ROEST (D66)Voorzitter, mag ik de heer Krol vragen of hij meent dat de meerderheid van de raad in het verleden, in 1993, voor de aanleg van een golfbaan heeft gestemd? Heer KROL (CDA)Onder de condities zoals die in de samenvatting aan het eind van de brief zijn verwoord. Er is niemand in deze raad die gezegd heeft: er moet sowieso een golfbaan komen. Maar zelfs de fractie van GGS heeft op dat moment gezegd: hij mag er wat ons betreft alleen maar komen als er een MER is geweest die positief uitvalt en als GS de locatie-Meilof acceptabel vinden. Dus onder die zin is deze brief inderdaad correct. Heer PLOMP (WD)Voorzitter, ik maak ernstig bezwaar tegen de opmerking van de heer Meilof met betrekking tot misleiding. Ik verzoek hem dan ook dringend om deze woorden terug te nemen. Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Ik wil die woorden nog wel een keer uitleggen. U stelt een vraag aan de heer Visser waarin u twee grootheden tegenover elkaar plaatst die geen relatie tot elkaar hebben. Daarmee geeft u een richting aan de discussie die ik misleidend noem. Ik denk dat ik dat goed

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1996 | | pagina 149