18 juli 1996
- 39 -
mag? Het is toch een verbetering voor het gebied als er 2100 meter vermin
derd wordt tot 600 meter? Het amendement, mijnheer Witte, was erop gericht
-en dat was ook de reden dat wij het met het eerste punt van het college
eens zijn- om in dat gebied de bedrijfsbestemming het liefst te verwijde
ren, maar als het niet anders is, in ieder geval te verminderen.
Heer WITTE (GGS)Voorzitter, maar dat is wat anders dan of er in dat
gebied dan meteen een stuk of twintig woningen gebouwd kunnen worden. Want
dat is namelijk de afweging die je moet maken.
Heer BOERKOEL (PvdA)Dat begrijp ik niet, het ging om één woning.
VOORZITTERWe zijn op het ogenblik in de tweede termijn. De heer Meilof
heeft zojuist zijn mening neergelegd.
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Ja, ik kan niet anders dan constateren dat ik
tot nog toe mijn visie gebaseerd heb op een stukje kennis van zaken dat
niet klopte en dat is dus dat ik veronderstelde dat hij dat grotere
bedrijfsterrein dat hij tot zijn beschikking had, absoluut niet zo kon
invullen via dit soort bestemming. Ik schrik er erg van dat dit nog steeds
mogelijk blijkt te zijn. Ik begrijp ook alweer even niet hoe dat in dit
bestemmingsplan gekomen is op deze manier. Dat vind ik een hele trieste
zaak, we hadden dat gewoon weg kunnen bestemmen en uit kunnen kopen, dat
had ook gemoeten. Voorzitter, die situatie betekent voor mij inderdaad dat
ik tot een gewijzigde stellingname kom en dat ik dan niet anders kan om de
visie van de VVD hierin te steunen en uw visie niet te volgen.
VOORZITTERDe heer Ten Hove wil nog even iets toevoegen naar aanleiding
van de discussie die net rondging.
Wethouder TEN HOVENaar aanleiding van de opmerking van de heer Meilof, u
moet onderscheid maken tussen de bestemming van het terrein en de vergun
ningen die nodig zijn om het bedrijf uit te voeren. De vergunningen zijn
aan de persoon gebonden, dus met het overlijden van de heer Blankers zijn
de bestaande vergunningen vervallen. Maar afhankelijk van het soort
bedrijfsactiviteiten die je wilt uitoefenen, moet je aan bepaalde vergun
ningen voldoen en daar zijn dan weer allerlei eisen aan verbonden. Daaraan
moet de heer Kers dan weer voldoen. Dat wilde ik er nog even aan toevoegen,
er is onderscheid tussen de bestemming en de vergunningverlening.
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Dat begrijp ik. Maar die bestemming laat toe dat
daar dus bedrijfsmatigheid gepleegd wordt, die lijkt op garage-achtige
activiteiten, enzovoorts. Daar gaat het mij om. Die bestemming is erop
blijven zitten en daar schrik ik van. Dat betekent dus dat hoe dan ook die
mogelijkheid er is als er maar iemand wenst te investeren.
Heer VAN DEN BREEMER (CDA)Mevrouw de voorzitter, wat hier aan de orde is,
is een bestemmingsplan waarin men wijzigingen wil. Er wordt nu al geruime
tijd, al een' jaar, over de zaak Van Vulpen gesproken en nu wordt alles
erbij gesleept. Men probeert alles wat krom is, recht te praten. Daar is
maar één goede weg voor en dat is een bestemmingsplan. Op deze manier
omgaan met de regels, is door niemand in deze raad aan de burger in Soest
uit te leggen. Hier begrijpt onderhand niemand het meer, laat staan dat de
burger in Soest het nog begrijpt. Onze fractie blijft tegen het gewijzigde
amendement en tegen het initiatiefvoorstel van de WD.
Heer ROEST (D66)Voorzitter, ik ben blij het college, althans de meerder
heid van het college, te hebben horen zeggen dat het het beleid «Naar de
Wieksloot» bevestigt. Volgens D66 is de cruciale vraag: welk r.o.-beleid
voeren we? Er is naar onze mening maar één lijn en dat is de heldere lijn.
Wat we nu zien is dat we r.o.-beleid gaan voeren op perceelsniveau.
Realiseert u zich raad, dat met die pragmatische opstelling waar D66 zich
over het algemeen best in kan vinden, dat u met deze pragmatische instel
ling onderhandelingen over elke kavel, over elk perceel in de toekomst kunt
krijgen? En dat dat de ambtelijke ondersteuning enorm verveelvoudigt? En
dat daar ook een financieel plaatje aan hangt? Wij willen die kant absoluut