16 oktober 1996
-42-
college staat een p.m. post opgenomen voor een potentieel jeugdhonk.
Heer BOERKOEL (PvdA)Dus dat betekent: welk getal er ook uitkomt, als het
nodig is, vullen we hem in. Als dat de intentie is van datgene wat deze
raad op dit moment zegt, dan hebben we geen behoefte aan die motie. Maar
als er dan getwijfeld wordt aan de hoeveelheid geld, zal ik de motie graag
ondersteunen. Vooralsnog geef ik het voordeel van de twijfel aan Groen
Links en steun ik de motie
Heer WITTE (GGS)Voorzitter, ik vind dat toch wel typisch, hoor. De PvdA
vertrouwt niet eens zijn eigen wethouder. Hij heeft toch net een uitstekend
verhaal gedaan, waarom doen ze nou weer zo raar?
Heer BOERKOEL (PvdA)Mijnheer Witte, ik heb denk ik aangegeven dat ik best
het college vertrouw. Dat heb ik ook gezegd. Alleen, de manier waarop de
raad omgegaan is met dat agendapunt, geef ik het voordeel van de twijfel
aan de heer Visser en niet aan de raad.
Heer KRIJGER (WD) Wat raar is of niet raar is, dat horen we zo meteen
misschien wel in de wandelgangen. Op dit moment wil ik toch even teruggrij
pen op wat wij voor ogen hebben, wat het college denk ik voor ogen heeft.
Wij hebben nogal wat middelen gereserveerd en ook uitgegeven aan het
jeugdwerk via een bepaald kanaal. Of dat kanaal op termijn het kanaal zal
zijn, zal binnenkort in discussie komen. In wezen is er dus wel geld voor
jeugdwerk beschikbaar. Wat er nog niet is, is een gebouw of een voorziening
ergens, hoewel, er staat een gebouw dat wordt gebruikt voor recepties en
afscheidsbijeenkomsten, maar dat in wezen was bedoeld voor het jeugdwerk.
Dus het is heel complex. Het is uitermate complex en wij willen op dit
moment datgene wat het college zegt: wij gaan met deze zaak aan de gang,
wij noemen nog geen bedrag, dat weten we nog niet, maar de voorziening moet
er komen en de vorm daarvan zal met een aantal weken bekend zijn. Wij
zeggen op dit moment: geen voordeel van de twijfel, nee, steun voor en
vertrouwen in het college.
Heer ROEST (D66)Ja, voorzitter, daar heb ik het ogenblik nauwelijks iets
aan toe te voegen. Wij wachten ook het onderzoek af. Wij sluiten ook niet
uit, dat ben ik met de heer Lokker eens, dat het bedrag heel wat hoger komt
uit te vallen dan die 75.000,--.
VOORZITTERIk constateer dat er geen meerderheid voor deze motie is, die
is daarmee verworpen. Motie nummer 14 van GP/SGP/RPF betreffende toekomst
Sinaïterrein
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Voorzitter, er is een enkeling die mij heeft
gevraagd om streepje vier nog even toe te lichten, dat luidt: B&W en de
raad zijn bereid om de gebruikelijke ro-principesnamelijk «het geld van
de één wordt gebruikt voor de realisering van idealen op een ander vlak»
ook in deze situatie in de overwegingen te betrekken. Ik wil dat graag even
toelichten. Ik bedoel daar het volgende mee, anders zou ik deze motie op
deze manier niet ingediend hebben, ik bedoel er niets meer mee dan dat we
ervan uit moeten gaan dat ik het vanzelfsprekend vind dat het zwembad
terrein als een ruilobject hier aangevoerd wordt. Ik bedoel hier alleen mee
dat als wij praten over een stukje milieu-idealisme, het teruggeven van een
bepaald gebied aan de natuur, dat we dan niet opeens ontzaglijk strak
moeten gaan redeneren en dat er opeens helemaal niks mag. Je kunt het
alleen nog maar doen als je daar gewoon zeven miljoen of met herbeplanting
tien miljoen voor over hebt en anders kan er niks. Dat is een methode van
redeneren die ik om me heen bij sommigen heb gehoord, waarmee je idealen
onmogelijk maakt. Dus ik ben het er absoluut niet mee eens dat het iets is
dat je alleen maar betaalt uit je reserves en anders kan het niet doorgaan.
Met andere woorden: je mag best creatief denken, je mag best eens even
onderzoeken welke ruimte, welke mogelijkheden er zijn op andere gebieden om
aan het geld te komen om iets dergelijks te kunnen creëren. En dat doen we
altijd, zoals ik dat hier even als voorbeeld genoemd heb, dat doen we dus
ook bij het huisvestingsbeleid. Het geld van diegenen die vrije sectorwo
ningen mogen bouwen, gebruiken we om op een goedkopere manier grond te