19 december 1996
- 30 -
Heer GLASTRA (BAM)Voorzitter, wij hebben ook met belangstelling de
beleidsnotitie gelezen en we zien het ook als een stuk waar in de toekomst
verder mee gewerkt kan worden. Uw raadsvoorstel, daar kunnen wij ten dele
in meegaan. We steunen uw beleidsnotitie Afvalstoffen 1996, dat willen we
vaststellen. We kunnen niet meegaan met uw voorstel genoemd onder b, de
Algemene Plaatselijke Verordening te wijzigen. We kunnen daar niet in
meegaan, omdat wij allereerst vinden dat hierdoor een grote ongerustheid in
het dorp wordt gebracht. Wanneer nu een ander een paar stukken papier boven
in je vuilnisbak legt, dan kan de politie komen -ik weet niet of de politie
dan komt kijken- en je een boete opleggen. We hebben ook nog andere dingen
in het vooruitzicht waar we nog over moeten gaan nadenken, Diftar, en dat
betekent ook sloten op de containers zodat elke eigenaar weet als hij zijn
bak buiten zet wat erin zit en dat er door een ander niets bijgedaan kan
worden. Ik denk dat dat één geheel moet worden met het hele Diftar. Daarom
kunnen we ons nog niet verenigen met de wijziging van de Algemene Plaatse
lijke Verordening.
Heer MEILOF (GPV/SGP/RPF)Voorzitter, ik ben blij met de beleidsnotitie
zoals hij er ligt en de wijze waarop wij hem vaststellen. Het is goed om in
een tijd waarin zaken rond milieu terecht zijn gekomen in een soort
vanzelfsprekendheid en vrijblijvendheid van: ach, het is nu eenmaal zo, dat
je af en toe weer bewuste besluiten neemt die ook tot actie dwingen en die
een burger even confronteert met het feit: het is beleid dat ernst in zich
heeft, het is beleid dat niet betekent als je een milieufanaat bent dan doe
je eraan mee en als je wat minder fanatiek bent dan doe je het op je eigen
manier. Het is beleid dat gewoon noodzakelijk is voor de hele samenleving,
omdat we anders een samenleving verder ruïneren als het gaat om lucht,
water, etcetera. Het is goed dat we steeds een stap verdergaan. Een zaak
als glas is misschien niet een heel zwaar punt, maar het is wel een punt
dat in ieder geval herkenbaar is voor de burger van: we gaan tot verdere
detaillering over in de wijze waarop we willen scheiden. Ik vind het heel
goed dat we herkenbare dingen doen. Datgene wat de heer Glastra net benoemt
als een punt dat lastig ligt, dat gevoelig ligt, een ander zou het voor jou
kunnen bederven, daarvan heb ik het idee dat het opsporingsbeleid nog niet
zo is als er inderdaad toevallig ergens iets bovenop ligt dat er gelijk
bekeuringen op volgen. Terwijl blijkt dat we het een dusdanig ernstige zaak
vinden, een dusdanig belangrijke zaak dat we er ook een stukje opsporings
beleid op zetten. Dat maken we herkenbaar op deze wijze. Ik vind het een
perfect besluit dat we nu nemen.
Heer VAN DEN DEIJSSEL (GGS)Voorzitter, we gaan akkoord met het wijzigen
van de APV en we onderschrijven de woorden van mevrouw Huberts voor wat
betreft de notitie.
Mevrouw KOSTER (GL/PS)Voorzitter, we zijn blij dat deze notitie als
uitgangspunt er ligt. Al jaren geleden had Groen Links natuurlijk in haar
vaandel al afvalstoffenscheiding etcetera en we zijn heel blij dat er nu
wat ligt. Wij zien wel zo snel mogelijk tegemoet dat de voorgestelde
beleidslijnen zoals in deze notitie staan, terugkomen in de commissie. We
denken uiterlijk over een aantal maanden, omdat een heel aantal van deze
punten in januari van het komend jaar al in moeten gaan. Dus dat zien we
graag. We vinden het prima dat de vrijblijvendheid om wel of niet afval te
scheiden voorbij is.
Heer ZWAANENBURG (CDA) Voorzitter, om niet in herhaling te treden, wij
kunnen ons aansluiten bij de opmerkingen eerder gemaakt door mevrouw
Huberts, die zijn ook overeenkomstig de discussie zoals we die gehad hebben
in de commissie. Hoewel wij de bezwaren ten dele delen die door mevrouw
Swinkels naar voren zijn gebracht, vind ik toch dat het streven naar
perfectie in de cijfers, zoals door haar bedoeld, nou ook weer niet nodig
is. Daar distantiëren we ons dus verder van.
Wethouder VAN LOGTENSTEINVoorzitter, in algemene zin beluister ik toch
instemming met hetgeen hier in de nota staat. Feitelijk is het een aanzet
tot. Wij willen dat gaan verstevigen, dit is nog maar een begin. Dat komt
allemaal in 1997, dus daar zal het niet aan mankeren. Er is zoveel in