20 oktober 1997
- 31 -
veel geledingen bij betrokken zijn, al zit de sport daar niet in, dat is
een geleding die er niet bij betrokken is
Het CDA vraagt het lik-op-stuk beleid waar mogelijk toe te passen. Het
antwoord is ja. Wij werken op dit moment aan een nieuwe schaderegistratie-
systeem, dat erop gericht is waar mogelijk schades te verhalen op de
daders. Desnoods zullen we dat doen via de rechter.
Alcohol en drugs. Ik neem nogmaals kennis van het standpunt van zowel de
heer Meilof als de CDA-fractie, hoe u denkt over de hier aanwezige koffie
shop in onze gemeente. Mijn standpunt is niet veranderd, integendeel. Ik
heb vorige week een artikel gelezen in een van de landelijke kranten
waarbij met name het beleid dat u voorstaat in Zweden is toegepast,
namelijk zeer streng verbieden, er kan niets op dat gebied. De ervaring in
Zweden is nu alom dat dat van geen meter werkt, zoals de uitdrukking is.
Men komt nu naar Nederland om te kijken hoe wij het hier doen.
De suggestie van de heer Meilof om een bord op te hangen met de tekst: «de
hier gekochte artikelen schaden de gezondheid, veranderen of beschadigen
het denkvermogen, brengen je in een sociaal isolement» daar voel ik niets
voor. Ik denk dat het averechts werkt, de heer Krol heeft dat eigenlijk ook
al bevestigd, zo'n bord trekt juist weer aandacht, terwijl het nu een hele
sobere situatie is ter plekke. Mijn ervaring is, als ik met mensen door die
straat ga, dat ze niet weten dat er een koffieshop is. Je moet ze er echt
op wijzen van: kijk, daar is de koffieshop. Ik zou u aanraden, ga ook eens
met uw visite door die straat.
Heer KROL (CDA)Voorzitter, u verzorgt rondleidingen, begrijp ik, door de
buurt waarbij u in uw eigen woonomgeving aangeeft waar de koffieshop is?
VOORZITTER: Wij zijn als college zo burgervriendelijk dat we zelfs een
rondleiding door de gemeente geven.
Heer KROL (CDA)Maar op sommige plekken vind ik dat dan toch wat kwalijk,
voorzitter
VOORZITTER: Ik laat ook andere plekken zien van de gemeente.
Dan kom ik bij Groen Links/Progressief Soest, die spreekt over de natte
gymles. "Wanneer komt u als college met voorstellen om kinderen die daard
oor niet leren zwemmen, op een andere manier toch een natte gymles aan te
bieden?" Het is goed dat ik hier nog eens uiteenzet wat het standpunt van
het gemeentebestuur is, maar eigenlijk zou ik dat tegen uw fractie toch
niet behoeven te zeggen vanavond. Iedere basisschoolleerling ontvangt één
schooljaar één zwemles per week van dertig minuten. Een tweede uitgangspunt
is dat deze zwemles geldt als natte gymles, dat wil zeggen, het maakt
onderdeel uit van het bewegingsonderwijs. Enige tijd geleden heeft de raad
bij de kerntakendiscussie gezegd dat vanaf I augustus 2001 zwemonderwijs
niet langer een kerntaak is. Met andere woorden, u zult van het college
geen nadere voorstellen verwachten hoe wij verder dan wat ik net gezegd
heb, het zwemonderwijs -dat overigens een verantwoordelijkheid is van de
ouders- zullen bevorderen.
Mevrouw MANN (GL/PS)Voorzitter, mag ik hier toch een vraag over stellen?
Het is toch gauw 2 001 en dan maak ik me toch wel zorgen over die kinderen
die straks inderdaad niet in de gelegenheid zijn. Dus zou het toch niet
aardig zijn om daar een plan voor te ontwikkelen, om toch te kijken hoe je
dit oplost. Het gaat mij echt niet alleen om allochtone kinderen, voor alle
duidelijkheid, maar om die kinderen die uit die milieus komen waar toch dat
zwemmen niet van de grond zal komen.
VOORZITTER: Als u erin slaagt een raadsuitspraak te krijgen dat dit een
kerntaak is, dan zal het college dat uitvoeren. Maar zolang het door de
raad besloten is als niet zijnde een kerntaak, handhaven wij het standpunt
zoals ik dat zojuist heb verwoord.
Heer ROEST (D66)Voorzitter, mag ik ook een aanvullende vraag over dit
onderwerp stellen? Ik probeer mee te denken, want dat is de bedoeling van
deze vergadering. Ik ben mij bewust dat wij met de kerntakendiscussie dit
hebben geschrapt, maar u zou misschien binnen het onderwijsvoorrangsbeleid
de cursussen die na school worden gegeven kunnen aanwenden, het zou een