2 - 22 oktober 1997 - 3 - VOORZITTER: Het college zal uw vragen beantwoorden, woord aan wethouder Blommers Als eerste geef ik het Wethouder BLOMMERS: Dank u wel, voorzitter. In de tekst die de BAM-fractie ons heeft gefaxt of heeft gemaild, daarin staan geen concrete vragen, maar worden een aantal voorbeelden genoemd. Ik moet er daarbij op wijzen dat wij al deze voorbeelden hebben getoetst aan het door de raad vastgestelde winkelbeleid en we hebben vervolgens advies gevraagd aan twee organisaties die ook, zoals dat is afgesproken met de raad, daar een advies over hebben uitgebracht. En vervolgens hebben wij ook in persoonlijk overleg met de Gemar een aantal zaken met elkaar besproken. De conclusie van die procedure was dat wij besloten hebben om geen medewerking te verlenen aan de plannen zoals ze ons op dat moment bekend waren. Zeer recent is er wederom contact geweest met de Gemar en ik denk dat het verstandig is dat we inderdaad inhoudelijk daar op 6 november zullen praten. Ik zou toch nog één opmerking willen maken over het woord beknottend. Vorige keer gebruikte de heer Joustra het woord knevelen. Hij had het nu over protectionisme. Ik moet u toch zeggen dat waar wij allemaal aan werken en wat uitgangspunt in onze gemeente is, is om ervoor te zorgen dat er een goed voorzieningenniveau voor de burgers isJe kunt nu eenmaal niet dat soort dingen doen door de ene keer te zeggen: ach, in dit geval doen we maar een beetje soepel en in een ander geval denken we: nee, we houden ons strikt aan de afspraken die we hebben gemaakt. U geeft het college een beleid mee en daar toetsen we aan. Er zijn argumenten bij om de zaak misschien nog een keer genuanceerd te bekijken, maar we gaan niet als college ons eigen beleid voeren. Dus als u nu tegen het college zegt dat het knevelt, beknot en protectioneert, dan werp ik dat van me en dan zeg ik: nee, de raad heeft een beleid vastgesteld, waarvan we nu misschien met z'n allen zeggen: moeten we dat niet gaan aanpassen? Maar dat doen we dan na de discussie op 6 november. Op dit moment heeft het college niet anders gedaan dan het gemeentelijk beleid, zoals vastgesteld door deze raad, uitvoeren Wethouder TEN HOVE: Voorzitter, de fractie BAM heeft een viertal vragen gesteld. Die zal ik nu beantwoorden. 1. Wat is er nu echt afgesproken over de aanleg van het zwembad? Er wordt uiteraard het zwembad bij Royal Pare bedoeld. In de akte van levering d.d. 10 juli 1991 staat dat de Paltz Holding verplicht is een openbaar toegankelijk openluchtbassin aan te leggen dat een wateroppervlak te heeft van ten minste 550 m2Niet is overeengekomen wanneer met de aanleg van het bassin moet worden begonnen en wanneer het bassin moet zijn gerealiseerd. 2. Komt het zwembad er nu wel of niet? De ontwikkelaar heeft de gemeente in de brief van 11 juli 1997 het volgende laten weten. "De bepaling in de akte inzake de aanleg van een openluchtbas sin is ons niet ontgaan en op het terrein is hiervoor de benodigde ruimte gereserveerd." Verder wordt in de brief gemeld dat het zwembad zal worden gerealiseerd na het gereedkomen van het laatste appartementsgebouw. 3. Laat u zich nog langer deze vertragingstactieken aanleunen? Naar aanleiding van de brief van 11 juli 1997 heeft het college op 4 september het volgende aan de ontwikkelaar geschreven. "Wij kunnen niet met uw reactie instemmen dat met de aanleg van het openluchtbassin pas wordt gestart na realisering van de appartementsgebouwen. Gelet op de geest van het contract, dient u binnen een redelijk korte termijn met de aanleg te beginnen. We denken hierbij aan een termijn van een half jaar. We gaan ervan uit dat u hieraan gevolg zult geven. Indien dat onverhoopt niet het geval mocht zijn, zien wij ons genoodzaakt andere stappen te ondernemen om tot naleving van het contract op dit punt te komen." 4. Zo niet, wat zijn dan uw plannen om de beloften in deze aan de burgers van onze gemeente nu eindelijk eens serieus na te komen? In het antwoord op vraag 3 heb ik aangegeven welke stappen wij inmiddels hebben ondernomen. Heer JOUSTRA (BAM)Om met het laatste dan maar te beginnen. Ik ben blij met uw antwoord met name op vraag 3 en ik hoop ook dat u dat serieus gaat doen, dat u het niet meer bij woorden laat. Hebt u al een reactie in die zin gehad? Dat wil ik graag dadelijk van u weten. i. het ;st it it de wij dan ten >ze !n in >rt ik ide- om i, le- \e wel .ke m :e

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1997 | | pagina 312