12 oktober 1998
-28-
punt, is één van de aanbevelingen trouwens van de 11 aanbevelingen die in
de nota stonden, was dat een grote betrokkenheid van de portefeuillehouder
wordt verwacht. Nou, u mag ervan uitgaan, dat als je deze portefeuille nog
niet zo verschrikkelijk lang hebt, dat ik op dit punt een grote betrokken
heid aan de dag zal leggen en als u vindt, dat ik dat niet doe, dan zult u
mij daar ook ongetwijfeld op aanspreken. Het laatste punt is een opmerking
die door de PvdA-fractie is gemaakt als het gaat over het onderzoek naar de
wensen van burgers. U weet dat dat een afspraak is die we met elkaar hebben
gemaakt in het kader van het beleidsprogramma voor deze vier jaar en dat we
als college daar met een repeterend moment, want er zit twee jaar tussen,
f125.000,- voor hebben uitgetrokken. Het is zo dat we natuurlijk graag
met u willen spreken over hoe we voor dit beperkte bedrag kunnen uitzoeken
wat de wensen van burgers op bepaalde deelterreinen zijn en ik kan me zo
voorstellen dat we dat in de commissievergadering van bijv. december doen
om met u te spreken over wat u daar als raad met uw eigen beleidsvoornemens
voor deze vier jaar, hoe u dat het best wenst in te vullen. Dat wat betreft
voorlichting
Bij het onderdeel openbare werken zijn een aantal vragen gesteld door
GIi/PS, GPV/SGP/RPF en PvdA die voornamelijk te maken hebben over water
spoor. Ik kan daar eigenlijk niet een ander antwoord op geven dan datgene
wat ik al gegeven heb bij de vaststelling van het gemeentelijk riolerings
plan dat de afspraak over de invoering van of uitzoeken of het mogelijk is
om te komen tot invoering, dat is denk ik een betere benaming van water
spoor, dat dat betrokken gaat worden bij het gemeentelijk duurzaamheids-
plan. En u kunt zich ook voorstellen dat we als we het hele belasting
systeem, zoals mijn collega mevrouw Blommers net al heeft aangegeven in het
jaar 2000 in het kader van OZB ook moeten bediscussiëren, dat u zich kunt
voorstellen dat als je een andere wijze van heffing wil zien in het kader
van waterspoor, dat je dat eigenlijk ook daarbij zou kunnen betrekken. De
tweede vraag van het individuele afkoppelingssysteem is een opmerking die
door het GPV/SGP/RPF in eerdere instantie al gemaakt is. Wij hebben de
bereidheid uitgesproken, daar wordt ook al wat aan gedaan, ik heb hier ook
wel wat gedachten, niet meer dan dat, over hoe je dat zou kunnen doen, maar
wat gedachten om inderdaad te kijken of je het door particulieren laten
afkoppelen van hemelwater, als ik het zo mag formuleren, of dat haalbaar is
en hoe je dat dan financieel zou moeten doen, dus u mag ervan uitgaan dat
dat onze aandacht heeft en dat we inderdaad uw voorstel serieus uitzoeken.
Het onderwerp Rademakerstraat gaf nogal wat aandacht bij velen van u, zodat
ik dat maar even apart onder het kopje openbare werken benoemd heb. Er zijn
vragen over gesteld door de CDA-fractie, de PvdA-fractie en de WD-fractie.
We hadden met elkaar voor de Rademakerstraat al eerder opgenomen
f1500.000,- en als je heel gewoon dezelfde redenering loslaat die wij
hebben gezien bij Van Weedestraat en Soest-Zuid, dan kun je ervan uitgaan
dat er een hoger bedrag dan dat nodig zal zijn. En u kunt zich voorstellen
dat dit college zo midden in de zomer dacht: is dat nu wel zo verstandig om
f1350.000,- extra aan de raad voor te leggen, voor de herinrichting van
de Rademakerstraat in een zelfde begroting die we op dat moment natuurlijk
aan het bediscussiëren waren, waarvan je ziet dat het financieel een moei
lijke begroting is. Wij hebben er als college voor gekozen om u niet op dat
moment fl. 350.000,- extra te vragen bij deze begroting, hoewel ik me kan
voorstellen dat u zegt in het kader van wat we in Soest-Zuid en de Van
Weedestraat hebben gedaan, in dit hoofdwinkelcentrum voor Soesterberg, laat
ik het dan maar even zo noemen, dat we geen misverstand hebben dat het
straks voor alle winkelcentra in deze gemeente zo zou gaan gelden, dat u
zich kunt voorstellen dat we daar terughoudend mee zijn. Maar we hebben wel
actie ondernomen, wat u ook van dit college mag verwachten. Wat we gedaan
hebben is bij het Provinciale Stads- en Dorpsvernieuwingsfonds een verzoek
ingediend of zij bereid zijn om voor dit project extra middelen beschikbaar
te stellen en we weten in ieder geval einde van dit jaar, begin van het
komend jaar, meer over hoeveel dat oplevert. U mag er wel van uitgaan als