15 januari 1998
- 4 -
"...geen contract af te sluiten." De raad heeft dus in 1997 geen contract
met de bibliotheek gehad, "...maar te handelen conform de afspraken zoals
deze zijn verwoord in het budgetcontract over 1996." Hoe dat kan zonder dat
de raad daarin is gekend? Want anders dan uw is mijn inschatting dat het
een vorstelijke beperking is van de tijden en zeker in het licht van
hetgeen u mij hebt toegezegd. Is de raad er eigenlijk wel van overtuigd
geweest tot nu toe dat wij geen budgetcontract hadden? Want er staat in
deze brief dat wij eigenlijk alleen maar de afspraken van 1996 verlengen.
Vraag drie. Hoe is het mogelijk dat in deze brief van 8 oktober voorgesteld
wordt te handelen volgens het budgetcontract 1996 terwijl er op dat moment
al ruim drie maanden niet gehandeld wordt volgens dat budgetcontract? Want
in de kerngetallen staat dat de bibliotheek zestig uur open moet zijn,
ongeveer 21 uur in Overhees, dat staat letterlijk in de kengetallen. En
drie maanden lang, op het moment dat deze brief wordt geschreven is dat
kennelijk niet het geval. Mijn vraag is: ligt er aan de brief die we dus nu
hebben gezien een collegebesluit ten grondslag? Want het college schrijft
deze brief.
Dit zijn de vragen die in nadere instantie naar voren kwamen.
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS)Voorzitter, ik heb de beantwoording op de
vragen aangehoord. Sinds de kerntakendiscussie speelt ondertussen al het
verhaal van wat de openingstijden, de toegankelijkheid zal zijn van de
voorzieningen die getroffen worden in de kerntakendiscussie. Meerdere malen
is dat in de raad en in de commissie teruggekomen en meerdere malen is van
de kant van het college verzekerd dat de toegankelijkheid van de voorzie
ningen niet in het geding zou zijn. Meerdere keren is ook door D66 aan de
orde gesteld hoe het stond met de openingstijden van de bibliotheek. De
laatste keer dan in die raadsvergadering en dan nu weer in de commissie
financiën. Elke keer is daar geruststellend op gereageerd, dat het niet aan
de orde was en als er al sprake was van enige vermindering, die bijzonder
minimaal zou zijn. Mijn fractie schrok zich dan ook een hoedje toen tijdens
de afgelopen commissie financiën in één keer 50% uit de hoge hoed kwam. Dat
is nog niet eens alles. Als je alles bij elkaar optelt wat nu ook hier
vanavond voor het voetlicht komt, dan heb je die brief dus ter zake het
budgetcontract waar op deze manier mee is omgegaan en het uitblijven van de
informatie de wethouder wel tot haar beschikking had, maar niet aan de raad
ter beschikking heeft gesteld en al het andere dat zich de afgelopen twee
weken hier in dit dorp heeft mogen afspelen in de Soester politiek, dan zou
je persiflerend op Hamlet wel kunnen zeggen: there is something rotten in
the state of Soest. Eerst krijgen we de hele bollenpolitiek van de college
partijen en nu de manier waarop de wethouder informatie verschaft aan het
college met betrekking tot de openingstijden van de bibliotheek. We zien
hierin een zeer ernstige zaak. Tot op dit moment kunnen we ons niet aan het
gevoel onttrekken dat de raad onjuist en onvolledig is geïnformeerd. En
helaas moeten we in dat kader constateren dat het niet op zichzelf staat.
We hebben de afgelopen jaren de kwestie van het Orlandogebouw meegemaakt,
waarbij al van tevoren was aangegeven dat er budgetproblemen zouden zijn,
waarover de raad in een te laat stadium is geïnformeerd met betrekking tot
de overschrijdingen van dat budget. Ter zake van de hele integratie C-bieb
en het krediet dat daarmee samenhangt, de grondtransactie zoals die recent
heeft plaatsgevonden, is de raad ook in een positie gemanoeuvreerd waar we
nooit in terecht hadden mogen komen. Nu dan de openingstijden. Mijn fractie
dringt er bij het college en met name bij de wethouder op aan dat ze snel
alles in het werk stelt om de vertrouwensbasis met de raad te herstellen.
Wethouder BLOMMERSVoorzitter, ik zou graag even schorsing willen.
VOORZITTER: Ik schors de vergadering.
VOORZITTER: Ik heropen de vergadering, het woord is aan wethouder Blommers
Wethouder BLOMMERS: Voorzitter, de heer Roest heeft een brief uitgedeeld
over een contract. Om daar even mee te beginnen, een brief waarin staat dat
voorwaarden worden gesteld zoals in 1996, is -zoals de heer Roest natuur
lijk ook weet- gewoon een contract. Want de omschrijving daarvan in 1996
maakt het feit niet minder ernstig dat het natuurlijk niet gehonoreerd is.
Maar ik zou daar toch aan willen toevoegen dat het al jaren in de budget-