28 mei 1998 - 12 - een generaal beleid, dus het is in geen enkel belang om te zeggen: hou het maar bij die afdeling. Maar één ding moeten we ons wel realiseren, je kunt niet zo heel snel allerlei dingen ombuigen. Vandaar ook de suggestie van: als we het nou straks over de CWI-cijfers praten in juni, kijk dan eens of daar een duidelijke trend in zit, onderschrijf je dit idee, of is het er juist mee in tegenspraak? Dat lijkt me een goede stap en zo zullen we stapsgewijs moeten kijken hoe zich dit ontwikkelt. Want één ding is zeker, u hebt nog niet zolang geleden uitgesproken dat u wenst dat er kwaliteit bij de sociale dienst is om deze taken zorgvuldig uit te voeren. Dus het is voor ons meer een soort reminder van: denk eraan, de wind hebben we op het ogenblik mee gezien het aantal cliënten, het zou mogelijk moeten zijn om daar middelen vrij te maken voor andere gemeentelijke taken. Wat betreft Agua Indoor, wat de WD-fractie vraagt. Aqua Indoor is voor mij een geheel nieuw dossier, althans Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS)Zat u de afgelopen vier jaar ook niet in het college? Wethouder BLOMMERSAls de heer Van Wuijckhuijse mij even laat uitspreken, mijnheer de voorzitter in die zin dat de taak die u in het collegepro gramma hebt opgedragen, nogal wat voorbereiding eist. Daar ben ik op dit moment mee bezig en ik denk dat ik eind juni, begin juli een soort stappen plan in de commissie financiën kan presenteren, waarin staat op welke wijze er gevolg gegeven kan worden aan het collegeprogramma Wethouder KROL: Wat betreft een aantal werken die vooral aan de Koningsweg route gedaan worden, is het natuurlijk waar, het is een perfect voorbeeld van wat we natuurlijk bedoelen met de discussie van vanavond: hoe doe je dat nou met een raming en hoe ga je dan' verder om met de kredieten en met de commissie daarover. Bij de vaststelling van de hoofdwegenstructuur is er bijvoorbeeld afgesproken dat u een krediet verleent om die T-kruising om te leggen. We hadden geraamd dat voor één miljoen gulden te doen. Dan kun je natuurlijk zeggen: dat soort bedragen moet u voortaan niet meer noemen, maar ik ben blij dat u vanavond ook aangegeven hebt dat wil je zo'n besluit met enige redelijkheid kunnen nemen, je er toch op zijn minst een indicatie van moet hebben. Als u maar van ons en wij van u weten dat het een raming is en dat we in de uiteindelijke bestekfase zittend wel eens voor- of nadelen kunnen hebben. Hetzelfde geldt voor de linksafer op de Ossendam- weg, die natuurlijk bedoeld -om ook even met de portefeuille van de heer Ten Hove te spreken- om de doorstroming op de Ossendamweg te verbeteren, zoals uw raad ons dat ook verzocht heeft. Wat betreft de aanbesteding van beide zaken, die moet natuurlijk nog plaatsvinden en het is inderdaad zoals de heer Boerkoel heeft aangegeven, uitermate onverstandig om dan in een openbare commissievergadering over dit soort bedragen te gaan zitten discussiëren. Ik zou u dat ook ten sterkste willen ontraden, omdat u daarmee inderdaad precies bereikt wat u niet wil, namelijk hogere kosten voor de gemeentelijke overheid. Dus dat moeten we sowieso niet doen. Wat we wel doen, als die aanbesteding heeft plaatsgevonden en er komen voor- of nadelen of anderszins iets uit, dat we u dat zullen laten weten. Wat we hier dus doen is eigenlijk niets anders dan zoals we dat ook horen te doen als we in de bestekfase zittend komen op een hoger bedrag, dat we bij de eerstkomende gelegenheid die er is -dat is in dit geval de voorjaarsnota- aan u vragen of u het zó belangrijk vindt dat we toch dit stukje beleid wat betreft de Koningsweg uitvoeren, dat we daar een stukje meer voor nodig hebben dan het krediet dat u er al voor gevoteerd had. Wethouder TEN HOVE: Voorzitter, de opmerkingen die gemaakt zijn over de ijsbaan, zoals ik het gemakshalve toch maar wil noemen, zijn denk ik lijn met datgene wat ook in de brief van het college verwoord is. Het zal mij een genoegen zijn om met verschillende belanghebbenden in Soesterberg om de tafel te gaan zitten en daar een project van te maken, dat moet uitmonden in een voorstel aan de raad, waarin zij dan kunnen aangeven of ze met datgene wat dan voorgesteld wordt een goede oplossing ook voor de problemen van de ijsvereniging kunnen vinden. De opmerking van de heer Boerkoel over de drie jop's. Ja, het bedrag van 50.000,-- zit in 535.000,-- die in de brief vermeld staat.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1998 | | pagina 65