16 oktober 2000
De wethouder heeft ons enige maanden geleden een rapport overhandigd en dat heette 'de armoede
val'. Nu weet u dat wij al jaren roepen dat er een zogenaamde armoedeval is, en dat wordt nu dus ook
bevestigd, maar dat houdt eens te meer in, dat als wij mensen via het CWI wat prachtig is of op een
andere manier naar werk leiden, dat zij dan vervolgens niet meer in aanmerking komen voor fondsen
of subsidies. En dat kan dus betekenen dat niet alleen mensen in de bijstand maar ook mensen met een
120% minimum loon terugklappen. En dat is dus op z'n minst niet de motivatie. En ze zijn daar
misschien wel niet op ingesteld. En ik denk dat als je ieder individueel hier naar toe moet laten komen,
datje buitengewoon veel bureaucratische rim-ram hebt om dat af te doen, terwijl je voor niet al te veel
geld, want het getal waar het om gaat is helemaal niet zo hoog, dus het gaat echt niet om vermogens,
datje heel goed zou kunnen overwegen, en dat geef ik het college dan in heroverweging, om het eens
voor één jaar te proberen, in afwachting van het feit wat de nieuwe belastingmaatregelen gaan opleve
ren en wat de discussie uit Den Haag naar ons toekomt. Dus ik zou het in die zin toch nog een keer
onder uw aandacht willen brengen. Het kan niet zo zijn datje hier bij wijze van spreken je hand op
moet komen houden als je je kinderen dezelfde maatschappelijke rechten en plichten enz. wilt geven
als ieder ander die het financieel iets ruimer heeft. Toevallig staat er vandaag in het Algemeen Dag
blad een aardig stukje naar aanleiding van het VVD-congres van afgelopen zaterdag. Ik denk dat de
wethouder daar nog eens even naar moet kijken.
VOORZITTER: Ook mevrouw Gerritse op dit punt?
Mevrouw GERRITSE (CDA): Ik zou even iets willen vragen aan de PvdA. Ik begrijp het niet hele
maal. Ik heb juist de indruk dat als je dit soort dingen toe gaat passen, dat juist de armoedeval als je
werk vindt, dubbel zo groot gaat worden. Want ook dat krijg je dan dus niet meer terug. Dus het eerste
verhaal vind ik niet kloppen bij het tweede.
Wethouder BLOMMERS: Ja voorzitter, ik zal proberen het artikel te achterhalen, ik zou het graag
lezen. Het college is op dit moment van mening dat zeker gezien de buitengewoon brede discussie die
er in deze raad is gevoerd naar aanleiding van het rapport over de armoedeval, wat deze raad heeft
laten opstellen, dat deze maatregel niet past in de toen afgesproken richtlijn. Maar ik bedoel elke
informatie zal het college morgen erbij betrekken, als wij onze uiteindelijke reactie geven op de
voorstellen van de raad.
Dan de opmerkingen over cultuur van Groen Links. Nou, ik ben onmiddellijk na de opmerkingen van
mevrouw Mann natuurlijk nog eens even gaan kijken naar de - zo'n groot stukje - in de algemene
beschouwingen, zo'n smal katerntje. En toen dacht ik, dan had ik in ieder geval van u meer verwacht.
Ik had in ieder geval verwacht dat niet alleen Utile Dulci en de SLAS waren genoemd. Want ik weet
dat uw partij altijd erg sympathiek staat tegenover culturele doelstellingen. Dus ik had een fantastische
aangekondigde motie verwacht voor mijn onderwerp. Helaas, zo'n stukje. Gelukkig heeft het college
een aantal voorstellen gedaan die niet alleen een aantal kleinere zaken zoals inderdaad de bijdrage
voor de SLAS voor te stellen en die is door u allemaal gesteund in de commissiebehandeling, dus daar
zijn we zeer tevreden over. Maar u heeft zelfs gezien dat wij een aantal eenmalige projecten graag
willen realiseren en daar hebben we zelfs medewerking van derden, het beroemde marktmechanisme
voor weten te realiseren. Dus het college is nog niet zo ontevreden over wat we deze keer kunnen.
Wat betreft het personeelsbeleid, daar is door de PvdA nog iets over gezegd. Over het in- en uitbeste
den. En of we dat voortaan maar aan de raad willen voorleggen. Ik deel de zorg van de PvdA dat het
moeilijk is om op het juiste moment de juiste mensen in huis te hebben. Ten eerste is het moeilijk
omdat de arbeidsmarkt krap is, ten tweede is dat moeilijk omdat wij natuurlijk mensen hebben die net
als ze echt goed ingewerkt zijn, ook andere carrièrekansen krijgen, dus er is ook best verloop. Dat is
logisch als je een middelgrote gemeente bent. Daarbij is het moeilijk omdat je van tevoren niet precies
weet welke problemen je op je weg krijgt. Ik bedoel, een raad kan meer vragen dan tien colleges
kunnen beantwoorden. Dus we moeten daar toch werkelijk af en toe proberen flexibel mee om te gaan.
Dat doen we ook, we proberen wel degelijk op het moment dat we merken dat bepaalde deskundigheid
niet in het ambtelijk apparaat aanwezig is deze of via collega-gemeentes tijdelijk binnen te krijgen,
- 23 -