16 november 2000
- 13 -
voorstel. Ik kijk even naar de indieners, meneer Van Geet, namens de VVD-fractie en ik dacht ook de
fractie van GL/PS.
Heer VAN GEET (VVD): In dit geval met dit aanbod van uw college, zal ik zonder aarzeling de motie
intrekken.
VOORZITTER: U trekt de motie in als de beraadslagingen die kant uitgaan met het volgen van het
voorstel, de invulling zoals die van de zijde van het college wordt aangegeven.
Heer VAN GEET (VVD): Uiteraard.
VOORZITTER: Ik kijk ook even naar mevrouw Mann.
Mevrouw MANN (GL/PS): Ja voorzitter, zo denken wij er ook over. Als dat mogelijk is denken wij
dat dat het meest haalbare is. Een mooi gebaar naar Utile Dulci, dus dan ben ik helemaal gerust
gesteld.
VOORZITTER: Wie nog meer van de zijde van de raad?
Heer MEILOF (GPV/RPF/SGP): Voorzitter, vanwege dit prachtige gebaar van mevrouw Blommers en
het college, willen wij met haar voorstel en hun voorstel instemmen, terwijl wij tot nog toe tegen
hebben gestemd. Dank u.
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Voorzitter, volgens mij kan die motie niet meer ingetrokken
worden, want we waren erover aan het stemmen. Dus dat is met betrekking tot de orde.
VOORZITTER: U mag elke orde-opmerking maken die u wenselijk acht te willen maken, maar wat
natuurlijk aan de orde is, is het onderwerp Utile Dulci. Ik heb toen gezegd dat het voorlopig eindpunt
van die beraadslagingen was het staken van de stemmen. Ik heb het punt daarmee weer aan de orde
gesteld en ik geef u gelegenheid, en het is een kwestie van keuze, meneer Van Wuijckhuijse, om de
beraadslagingen weer te openen. Dus de beraadslagingen zijn geopend over de motie die aan de orde
was, en dat lijkt mij volstrekt aan de orde.
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Ja, hartelijk dank voorzitter, mijn opmerking betrof dan ook niet
het heropenen van de beraadslagingen met betrekking tot de motie, maar het intrekken van de motie.
VOORZITTER: Ja, nou ja, geef dan in één keer de volledige interruptie, meneer Van Wuijckhuijse.
Maar daarmee bent u voldoende aan het woord geweest, of wilt u nog meer naar voren brengen?
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Nee, ik begreep dat u nog wat wilde zeggen, dus ik denk: ik laat
u even uitspreken, u weet hoe beleefd ik ben. Maar ons standpunt is ten opzichte van de vorige keer
niet gewijzigd, dat zou ik in ieder geval nog mee willen geven. En het college heeft nu blijkbaar
ruimte gevonden in het eigen budget om de vereniging ter wille te zijn, en daarmee zal de vereniging
waarschijnlijk heel blij zijn.
Heer ROEST (D66): Mijn standpunt is ook niet gewijzigd. We blijven voor.
Heer KONING (CDA): Voorzitter, het is duidelijk, de vereniging zit in de problemen en de vereniging
dreigt zelfs te verdwijnen. Een betaling van de gemaakte kosten achteraf door de gemeente vinden wij
niet juist, en daarom waren wij ook tegen de betreffende motie, want dat ademde de motie wel uit. Dus
als de motie gehandhaafd blijft zijn wij daartegen. Maar zoals we ook al eerder gezegd hebben in de
vorige vergadering, vinden wij wel dat de vereniging moet blijven bestaan en dat is dan ook voor de