Raadsvergadering 17 oktober 2001
-12-
nauwelijks een terrein waarin wij burgers uitgebreider informeren dan het traject van een
bestemmingsplan. Eerst een brief, dan een inspraakavond, dan de gelegenheid om zienswijzen in te
dienen, dan de gelegenheid om in te spreken bij een commissievergadering. Dan. als het voorstel
gewijzigd wordt, alle mensen die een zienswijze hebben ingediend nog een keer het gewijzigde voorstel
toezenden. En als mensen dan nog vinden dat ze geen recht is gedaan, dan kunnen ze inderdaad, net als
vanavond, nog een keer het spreekrecht zelfs in de raad benutten. Ik vind dat je daarmee het maximale
doet. Soesterberg-Oost heeft laten zien dat ze betrokken is bij haar wijk. Ze hebben laten zien dat ze goed
geïnformeerd zijn ook vanavond, en dan past ons om te zeggen dat we blij zijn met dit voorstel en dat ik
verder blij ben met de brede steun die er voor dit bestemmingsplan is. Dank u wel voorzitter.
Mevrouw STEKELENBURG (PvdA): Voorzitter, ik heb toch de indruk dat de wethouder iets, wat mij
betreft, te weinig is ingegaan op de volkshuisvestelijke aspecten die ik heb ingebracht. Hij zegt er globaal
wel iets over. maar waar ik op doel is het feit dat als je deze woningen dus vergroot, daarmee de prijs
omhoog gaat, de mogelijkheid voor een Soesterberger om in Soesterberg nog iets te kopen niet mogelijk
is. De heer Krijger zei: zij kunnen niet doorstromen van Soesterberg naar Soest. Als je dus niet zoveel in
je portemonnee hebt. kan je niet eens meer uit de woning waar je nu in zit bij wijze van spreken, of dat
nou huur op koop is, überhaupt in Soesterberg. maar zeker dan niet in Soest terecht komen. Dat vind ik
een punt. Ik heb u net twee getallen genoemd. Als je die getallen nu ziet aan taxatiewaarde, dan constateer
ik dat de één 360 doet en de ander 450. Dat is dus taxatiewaarde, in de vrije verkoop wordt dan ongeveer
zes ton voor de meeste bij de ene. en vijf ton voor de andere gevraagd. Dat zijn enorme prijzen. Het
betekent als je dit dus vergroot, datje daarmee dan tevens een ander in Soesterberg c.q. in Soest een
mogelijkheid ontneemt om ooit nog een keer in Soesterberg terecht te komen. En dat vind ik het jammere,
je zou er als het ware, ja laat ik dan maar zeggen, nou, boeteclausule is te scherp geformuleerd, je zou er
iets aan moeten doen waardoor het in ieder geval op de markt blijft. Want anders kan iedereen in principe
erin komen van buiten Soest, en daar zitten we met z'n allen weer niet op te wachten.
Mevrouw DUIJM (GL/PS): Mag ik even interrumperen? Mevrouw Stekelenburg, we hebben deze hele
discussie al in de commissie gevoerd en ik vind het eigenlijk een beetje overdreven om dat nu weer over te
doen.
Mevrouw STEKELENBURG (PvdA): Ja, maar ik dacht toch, mevrouw Duijm, voorzitter met alle respect
voor mevrouw Duijm, de raad beslist uiteindelijk. Er is hier een gewijzigd voorstel. Ik heb die inbreng
daar gegeven, ik heb er te weinig wat mij betreft van terug gevonden. Wij behandelen binnenkort een
volkshuisvestingsnota. Daar mogen we het dan alleen schriftelijk mee afdoen en de volgende raad komt
daarop terug. De discussie die de heer Roest aanzette ten aanzien van: hoe gaan wij om met burgers die nu
niet weten dat het gewijzigd is, heb ik ook ingebracht mevrouw Duijm in de vorige commissie. Laat
onverlet dat ik hier gewoon dat standpunt huldig.
Heer VAN 'T HOLT (GGS): Ja. nog één opmerking. Ik maak uit de woorden van de heer Krol op dat ik
de indruk gewekt heb dat ik ervan overtuigd ben dat daar iets gigantisch lelijks gaat komen. Dat was niet
mijn bedoeling. Ik denk dat variatie ook best heel mooi kan zijn. Dus ik sluit me een beetje aan bij de
woorden van de heer Van Vuuren.
Heer ROEST (D66): Ik heb me door het betoog van de wethouder toch wel gerust laten stellen. Mensen
konden dus redelijkerwijs op de hoogte zijn, het leeft in de wijk. bovendien is er dan toch nog een
beroepsmogelijkheid. Oorspronkelijk neigde ik. heb ik in mijn betoog aangegeven, naar meegaan met dit
voorstel, ondanks mijn aanvankelijke bezwaar. Ik blijf dus bij dat laatste. Ik kan instemmen met het
voorstel.
Heer KRIJGER (VVD): Mijn fractie voelt zich thuis bij dat deel van de raad. dat vindt dat we niet te gek
moeten doen met allerlei regels om te beperken en ik kan mij helemaal niet vinden in de rekensommen