Raadsvergadering 21 juni 2001 17- Heer ROEST (D66): Voorzitter, ik ben ook benieuwd naar de antwoorden op de vraag van mevrouw Duijm. VOORZITTER: Wij ook, dus wij geven graag het woord aan wethouder Krol voor de antwoorden. Wethouder KROL: Voorzitter, er rust weer een zware taak op mijn schouders, begrijp ik uit uw woor den. Ik had er even niet op gerekend, maar het is goed dat we er even over praten, want er zit een r.o.- component aan deze grondtransactie zoals die in de commissie financiën bij collega Blommers aan de orde is geweest. Aan de orde had kunnen zijn, laat ik het zo zeggen. Er zit een e.o.-bestemming op. Dat klinkt inderdaad nogal omroepachtig. Maar het betekent in het bestemmingsplan Soesterberg-... dat er een heel klein woninkje op gebouwd had kunnen worden. De mogelijkheid daartoe vervalt ei genlijk omdat de grond door deze grondtransactie gesplitst wordt in twee stukjes, dus twee achtertui nen gaat worden. Doordat er een woonbestemming als ik het zo mag zeggen, op dit perceel rust, en er eigenlijk iets heel anders op stond, namelijk een onderkomen van de gemeente Soest, die er al, hoogstwaarschijnlijk toen het bestemmingsplan werd vastgesteld, stond dat onderkomen er op basis van overgangsrecht. Nou, dus dat is het antwoord. Er bestaat een overgangsrechtsituatie, die verdwijnt op het moment dat de bebouwing eraf moet en alle andere types bebouwing die erop zou kunnen of mogen komen heeft twee consequenties. A. een financiële. U heeft in de stukken kunnen lezen dat de bebouwing in wat voor vorm dan ook, dat kan dus ook een tuinhuisje zijn, leidt tot een aanvullende koopsom. Dat is één. En: B. alle aanvullende bebouwing die iets anders is dan een woonhuis die daar niet meer op past, gaat leiden tot een vrijstellingsprocedure of beter gezegd: een verzoek om vrijstellingsprocedure. Laten we met u afspreken, dat is ook het meest zorgvuldige: dit is de grondtransactiecomponent, ik mag aannemen dat u daar geen problemen mee heeft. Mocht één van beide eigenaren er iets anders mee willen dan er inderdaad een grasveld van maken, dan zal er een bestemmingsplanwijziging, een vrijstellingsprocedure gevoerd moeten worden. En aangezien dat meestal een 19 lid 2 moet zijn, in het kader van de wet op de ruimtelijke ordening, komt die standaard naar de leden van de commissie r.o. toe en dat lijkt mij voldoende afgedekt. Uw zorg dat daar iets ondeugends zou gebeuren, voorzitter Mevrouw DUIJM (GL/PS): Dat is niet alleen mijn zorg, dat er iets ondeugends zou gebeuren, maar dat het ook duidelijk is naar degenen die die stukjes grond kopen, dat het niet vanzelfsprekend is dat wat zij in hun hoofd hebben daar gerealiseerd kan worden. Datje geen verwachtingen wekt die eventueel later niet gehonoreerd kunnen worden omdat er bijvoorbeeld ook bezwaren binnenkomen tegen een vrijstelling etcetera. Dat wilde ik even duidelijk hebben. Wethouder KROL: Voorzitter, helder, als ik dat nog even mag aanvullen. Vrijstelling is inderdaad geen verplichting. Mevrouw Duijm is heel goed op de hoogte van de juridische consequenties van zo'n procedure. En dat betekent dat het college altijd, en de raad altijd moet afwegen of die vrijstelling verleend kan worden en daar is er het normale traject van bezwaar en beroep op van toepassing. En dat betekent concreet dat het niet per definitie betekent dat alles wat daar aangevraagd wordt ook onmoge lijk is. Dus de grond kan gekocht worden en daar houdt het grondtransactiedeel mee op en het r.o.-deel pas als dat aan de orde is bij u. Dank u wel voorzitter. VOORZITTER: Ik concludeer dat de raad unaniem instemt met het voorstel met in achtname van de toelichting die gegeven is. Het voorstel (RV 01-55) wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 16. Aankoop en verhuur Energieweg 2 Het voorstel (RV 01-35) wordt zonder discussie unaniem aangenomen.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 2001 | | pagina 96