Raadsvergadering 12 september 2002
tribune en ook weer geruime tijd daar bij de fractieassistenten. Ik denk dat ik namens de hele raad
spreek als ik tot uitdrukking breng dat hij een plezierige collega was om mee samen te werken en dat
wij ook denken dat het een verlies is voor de fractie van de ChristenUnie/SGP, dat u helaas met de
werkzaamheden op moet houden. Ik heb begrepen dat u uw studie verder van huis, in ieder geval
verder van Soest wilt gaan doen, en dat u daarmee helaas uw werkzaamheden voor de fractie zult
moeten beëindigen. Nogmaals hartelijk dank voor alles wat u hebt gedaan en voor de plezierige
collega die u voor ons allemaal bent geweest.
Verder zijn er geen ingekomen stukken of mededelingen.
5. Vragenhalfuurtje
VOORZITTER: Er hebben ons geen vragen bereikt, dus dat punt slaan wij over.
6. Beschikbaarstelling krediet voor de aanleg van het buurtpark Koningsweg
VOORZITTER: Er heeft zich een aantal insprekers aangemeld en daar gaan we zoals gebruikelijk mee
beginnen. De procedure is als volgt: de inspreker heeft drie minuten de gelegenheid om te zeggen wat
hij wil zeggen over dit agendapunt. Daarna is het woord aan de raad. Dan komt de reactie van het
college en eventueel in de tweede termijn hebben de insprekers de gelegenheid om nog een keer drie
minuten in te spreken en dan te reageren op datgene wat ze in de eerste termijn hebben gehoord.
De volgorde van de insprekers is als volgt: eerst mevrouw De Graaf, daarna de heer Kooring, daarna
mevrouw Loffeld van de Stichting Balans, dan mevrouw Stutterheim, dan mevrouw Hilhorst en dan de
heer Nachbahr. Ik zou graag als eerste mevrouw De Graaf willen vragen om naar voren te komen en
het woord tot de raad te richten.
Mevrouw DE GRAAE: Goedenavond. Inmiddels weet u wel wie ik ben, maar voor de duidelijkheid
stel ik me nog even voor. Mijn naam is Madeion de Graaf en ik ben secretaris van de
huurdersbelangenvereniging het Soesterveen. Wij behartigen de belangen van de bewoners van de ca.
900 etagewoningen in de wijk Smitsveen. Zo'n 4.000 bewoners van verschillende nationaliteiten
wonen op een betrekkelijk kleine oppervlakte. Een flatgebouw van zevenhoog met twee vleugels
herbergt zo'n 150 woningen, gemiddeld drie personen per woning, dan kom je op 450 mensen. Die
maken gebruik van dezelfde ingang, dezelfde lift. Hun kinderen spelen in de enige aanwezige
zandbak. Er is één algemene parkeerplaats voor iedereen. Er is één gang met krappe bergingen zonder
elektriciteit onder het gebouw. Dat zijn weinig voorzieningen voor veel mensen. Heel veel mensen. En
kinderen en jongeren, dus veel kinderen en veel jongeren. Kinderen spelen in huis, op zolder, in de
tuin, op straat. Dat is allemaal mogelijk als je een ruim huis hebt met een aantal verdiepingen, een
grote tuin met een enorme haag erom heen, want dan stuur je je jengelende kinderen naar de zolder, de
baby naar de babykamer en je zoon mag drummen in de kelder. Daar heb je dan geen last meer van.
Mogelijkheden genoeg als je de ruimte en het geld hebt. Onze opponenten van het buurtpark
beschikken over zulke riante woningen. En wie wil dat niet? Een eigen huis, een plek onder de zon, u
kent die single nog wel. Maar in een flat is die ruimte er niet. Er is geen zolder, er is geen tuin. Dus
gaat de jeugd noodgedwongen naar buiten om te spelen. Een balletje trappen, of basketballen. Want
voor een sportclub is immers geen geld. Dat is de naakte waarheid. Geen geld voor scooters, dus daar
kan geen overlast door veroorzaakt worden. Geen geld voor drank, dus u vindt geen dronken jongelui
in uw tuin. Geen geld voor drugs, dus u vindt ook geen junkies in uw tuin. Zoveel mensen in één
flatgebouw en ze gaan niet met elkaar op de vuist omdat er te weinig beschikbare ruimte is. Ze houden
geen enquêtes, ze ondernemen geen acties, kortom: ze zijn tolerant. Hoe kon anders het basketbalveld
in de Weegbreestraat tien jaar lang bestaan? Is dat niet het toppunt van tolerantie? Nu is er een plan
om een stuk niemandsland om te turnen tot buurtpark met voorzieningen voor de jeugd, inclusief een
basketbalveld. Het gaat hierbij om braakliggend terrein. Wie eigent zich het recht toe om te zeggen dat
daar geen sportende jeugd mag komen. Wie durft er in deze tijd waarin normen en waarden hoog in
het vaandel staan zich zo intolerant op te stellen? Intolerant? Dat is te zacht uitgedrukt. Eigenlijk is het
discriminerend. Wie denkt dat hij beter is dan een ander en ontzegt op grond van die gedachte een
ander de toegang tot die openbare ruimte?