geeft iedereen de mogelijkheid om er dan meteen op te reageren. Dan hoeven we niet het hele betoog af te wachten en dan kunnen we het ook meteen afhandelen. VOORZITTER: U geeft dat in overweging mee. Dat was ook in het vooroverleg een van de punten, maar elke bestuurder wil toch een klein beetje flexibiliteit in de beantwoording doen zoals hij gewend of graag de voorkeur geeft. Het is sowieso goed af te spreken aan het eind van onze reactie gewoon even de moties een voor een langs te lopen om te kijken of het beeld daarmee compleet is, of dat u nog nadere vragen heeft. Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Ik begrijp daaruit dat u het eigenlijk liever niet wilt op de manier zoals ik voorstelde, maar misschien de raad wel. Mevrouw HUBERTS (VVD): Ik eigenlijk ook niet voorzitter. In de zin van dat we interactief bezig moeten zijn. De strekking van het verhaal van de heer Van Wuijckhuijse dat ondersteun ik wel, dat we inderdaad niet te ver moeten gaan, maar daar waar wij bespeuren dat de wethouder niet helemaal duidelijk is, of niet concreet genoeg naar onze zin, dan kunnen we toch het beste meteen navraag doen van wat hij bedoelt. Want dan hebben we het duidelijk voor straks. Anders moet straks de discussie weer opnieuw gevoerd gaan worden. VOORZITTER: Oké, maar het is wel goed dat we ook hiermee dus wat lijnen geven in deze termijn. Wethouder WITTE: Ja voorzitter, ik denk dat het nu wel duidelijk is hoe het gezien wordt. Het is ook duidelijk dat een aantal van u zegt: er moet toch naast het verhaal zoals, laat ik het samenvatten in motie 23 van D66 wordt neergezet, met de opmerkingen die ik daarbij gemaakt heb, dat het die dialoog met de partijen in de gemeenschap van Soest en met de raad zal gebeuren, dat toch een aantal van uw fracties een soort van fonds kleine culturele voorzieningen wil. Ja, dat denk ik dat we dat zo meteen wel merken wanneer de moties in stelling gebracht worden van hoe het dan verder loopt. Heer KONING (CDA): Nou raak ik toch in de problemen voorzitter. Waar blijft mijn opmerking dan over de kermispot. Blijft die hier ergens steken? Wethouder WITTE: De kermispot, daar kan ik kort over zijn. De kermispot is een aparte stichting en die staat tot op heden buiten de bevoegdheden van het college en het college kan dus op dit moment ook niet besluiten over hoe of wat met de kermispot. Dus dat is aan de stichting kermispot. Dus als u daar een verzoek aan heeft, dan moet u die daaraan richten. Maar deze wethouder noch de rest van het college heeft enige zeggenschap over die kermispot. En dat is al jaren zo. Voorzitter, dan werd er gevraagd door de PvdA naar een aantal concrete dingen als ruimte voor jongeren, laat ik het zo maar even omschrijven. Want dat woord hangplekken bevalt ons al een tijdje niet meer. Het gaat erom dat er in de openbare ruimte ook ruimte is voor jongeren, zonder dat dat exclusief voor een bepaalde groep jongeren is. Maar dat jongeren op straat ook op een manier met elkaar bezig kunnen zijn zonder dat daar overlast uit voortvloeit. De planning is dat wij op dit moment aan het praten zijn met jongeren en omwonenden op de Dorpsstreek en dat we ook aan het praten zijn met de mensen bij Tamboerijn, en dat we aan het praten zijn met mensen bij Honsbergen/Klaarwater. En daar worden de jongeren ook bij betrokken. Als u het heeft over toezichtjongeren, want het is natuurlijk voor deze wethouder uitermate prettig zo'n partij als de PvdA op dit moment is in Soest, in de raad hebben, die zoveel steun geeft aan het jongerenbeleid, dan kan ik u zeggen: u heeft de term toezichtjongeren, gebruikt u. Wij zijn bezig met het opzetten van, het begin is net gemaakt, een zakgeldregeling voor jongeren waarbij zij ook aan het beheer van een aantal openbare ruimtes meedoen. Bijvoorbeeld bij de skatebaan wordt door jongeren en omwonenden samen daar de boel schoon gehouden. Jongeren maken het schoon en die krijgen daar een stukje zakgeld voor. Spreken elkaar aan en zo praten wij ook met andere jongerengroepen. Er zijn heel veel verschillende groepen. Waarbij wij proberen om die jongeren die daar zo'n beetje de baas spelen, zo zal ik het maar zeggen dan weet iedereen waar ik het over heb, om die ook een stukje verantwoordelijkheid te geven voor het gedrag van henzelf natuurlijk, maar ook een beetje hun broeders hoeder te zijn als er op straat geopereerd wordt. Dus wat dat betreft denk ik dat de zaken die u naar voren brengt ook in concreto in

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 2002 | | pagina 340