-38-
Wethouder WITTE: Voorzitter, ik bedoelde te zeggen dat naar het idee van het college, wanneer we
motie nr. 23 uitvoeren, er ook ruimte is om in de geest van motie 5 van de VVD te handelen.
VOORZITTER: Eigenlijk is door het college een richting gekozen zoals de wethouder aangaf. Eerst
inhoud en dan budget. Daar draait het een beetje om, maar dat is aan u dat al dan niet te volgen.
Heer VAN WUIJCKHUIJSE (GGS): Voorzitter, wij denken dat het noodzakelijk is om eerst visie te
ontwikkelen. Die visie geeft dan aan watje precies wilt gaan doen en waar je eventueel geld voor op
tafel zou willen leggen. Wat dat betreft denken wij ook dat de motie van D66 precies verwoordt wat
daar moet gebeuren. Een startnotitie, een uitgebreide discussie, daar kan interactief of met welk woord
we daar dan bij willen gebruiken, iedereen op georganiseerd worden die daar een inbreng op wil
leveren, die mee wil doen in het laten ontstaan van die visie en dan inderdaad aandacht besteden aan
de mogelijkheid tot ondersteuning van een cultuurplatform. U hebt dat expliciet genoemd. Mijn fractie
zou ervoor willen pleiten om uit te gaan van motie 23. Als die visie er is, moet dan niet de situatie
ontstaan dat we dan naar mekaar gaan zitten kijken van: nu moeten we wachten tot de volgende
begroting of zo, voordat we een paar duizend Euro neer kunnen leggen om een aantal zaken zoals die
dan uit die visie naar voren komen, om uitgevoerd te worden, om dat dan op te pakken. Dus wij weten
niet welk bedrag ervoor nodig is, want wij hebben die visie nog niet. En op het moment dat die visie er
is, dan zuilen we gewoon de discussie voeren over hoeveel geld er dan naast gelegd moet worden. En
dan niet moeilijk gaan doen van eerst wachten tot nieuw beleid of iets dergelijks.
Heer KONING (CDA): Voorzitter, wij kiezen ook uit de cultuurmoties nr. 23 van D66. Om het
probleem van de beschikbare financiën te voorkomen kiezen we ook voor motie 17 van GroenLinks
en we zouden daar graag een aanvulling op willen plegen om het bedrag van 10.000,- dat genoemd
is, dat bedrag namelijk pas uit te keren, uit te betalen aan organisaties die erom vragen zodra de kaders
in die nieuwe nota van motie 23 zijn vastgesteld. Dus wij kiezen voor 17 en 23, maar 17 dan wel
uitgebreid met de voorwaarde dat de kaders eerst vastgesteld moeten zijn. Dus hebben wij geen
behoefte aan de motie waar we nu mee bezig zijn, nr. 5.
VOORZITTER: Dank u. We hoeven niet alle moties tegelijkertijd aan de orde stellen, maar u geeft
een redenering ten aanzien van uw oordeelsvorming over motie nr. 5.
Heer MIDDELKOOP (Soest 2002): Voorzitter, wij zijn zonder meer voor motie 5. Wij vinden dat een
goed initiatief. Wij zien het eerder als elkaar aanvullend en laat het cultuurplatform zo snel mogelijk
van de grond komen. We praten over incidentele toewijzing van 3.000,- en dan kunnen ze een rol
spelen in de startnotitie. En ik zie ze dus niet als elkaar overlappend.
Heer ROEST (D66): Natuurlijk zijn wij voor motie 23, visie en dan bepalen wat er gaat gebeuren.
Maar we hebben al eerder aangegeven dat we ook voorstander zijn van een plakset. Dus een tijdelijk
reparatiefonds, zoals dat met de sportvoorziening ook is. Dus één van die moties gaat daarover. We
hadden het zelf in eerste instantie over een bedrag van 5.000,- gehad. Ik meende bij GroenLinks ook
ongeveer een gelijk bedrag te zien. Dus daar zouden wij achter staan, dat ook al een bedrag wordt
gereserveerd om onvoorziene zaken volgend jaar te kunnen oplossen.
VOORZITTER: Ik zit heel goed te luisteren wat u daarmee dus van motie 5 vindt, want dat is even
aan de orde.
Heer ROEST (D66): Dat is heel duidelijk, die heb ik dan niet nodig met deze twee opmerkingen.
Mevrouw MANN (GL): Voorzitter, ik vind het natuurlijk heel leuk dat ik diverse positieve geluiden
hoor, alvast op motie 17 straks, omdat we er zo ontzettend diep over nagedacht hebben. Maar ik kom
er straks op terug. Deze motie is uitstekend, maar het is niet voldoende, dus er moet straks toch nog
wel wat bij.