Raadsvergadering 3 juli 2003 -36- elementen ook al genoemd. Het is een zeer sympathiek voorstel, maar het noemt een groot aantal voorbeelden die onacceptabel of onhaalbaar zijn en gelet op de onduidelijkheid heeft het weinig zin om daarvoor op dit moment een taskforce in te stellen. VOORZITTER: Dank u wel. Andere fracties over de nota? Nee? Dan kan ik twee dingen doen. Er is een initiatiefvoorstel en het voorstel zelve. Misschien is het goed om even naar de indiener van het initiatiefvoorstel te kijken. Meneer Bervoets, wenst u thans te reageren of doet u dat na een reactie van de wethouder, want een aantal vragen zijn hem feitelijk gesteld. Of heeft u liever het voortouw? Heer BERVOETS (PvdA): Ja, ik kan nu een aantal vragen wel beantwoorden, maar we zouden de volgorde kunnen omkeren inderdaad. Dus eerst de wethouder en dan ik. Wethouder KROL: Voorzitter dank u wel. Er is veel over de nota gezegd en twee dingen zijn voor het college en voor mij centraal daarin. 1. Soest bouwt in de komende jaren zo weinig dat de lange discussies die we daarover voeren laten we zeggen eigenlijk geen recht doen aan de ernst van dit onderwerp. En daar bedoel ik mee: als je in het gunstigste scenario ervan uitgaat, dan ga je ervan uit dat alle planologische en milieutechnische belemmeringen om bijvoorbeeld in Soesterberg ooit nog eens 500 woningen te bouwen worden weggenomen, zullen wij 1600 woningen in een nieuwbouwsfeer bouwen. Op een woningvoorraad van zo'n 19.000 huizen. Dat hebben we wel eens eerder aangegeven. Dus dat is het speelveld van de nota Woonbeleid als het over de nieuwbouwproductie gaat. Het is goed om te benoemen. En toch bespreken we het in deze nota om er een vrij stevige ambitie in te leggen. De ambitie is steviger dan het initiatiefvoorstel van de Partij van de Arbeid-fractie als het gaat over percentages. Nogmaals, in de richting van de heer Nijhoff, het gaat niet aan om te kijken wat we de afgelopen jaren hebben gedaan, en dan te zeggen: nou, dan blijft er eigenlijk alleen maar over om in die categorie goedkopere huur- en koopwoningen te bouwen, het gaat aan als we deze nota aannemen, dan spreken wij uit dat als er nieuwbouwprojecten zijn, waar we of qua grond of qua planologische procedure een vinger tussen hebben, dat dan er 40% in de huur- dan wel de koopsfeer moet plaatsvinden. En het woord circa daarin zou u moeten vertalen als: dat is de minimale ambitie van het college. Want ik neem aan dat u het college niet euvel duidt als het ook een keer 95% zou zijn en dat het dan in een ander project wel eens wat minder zou zijn. We zijn op dit moment in discussie over locaties in Soest waar het veel hogere percentages zijn, en zo moet u circa interpreteren. Het is de ambitie om minimaal dat te halen. Als het gaat over een veel belangrijker component dan het sturen op die beperkte nieuwbouw, is natuurlijk het sturen in de verdeling van de bestaande. En dan komt het voorstel straks aan de orde. En die twee hadden natuurlijk een maand na elkaar moeten zitten, en zitten nu bij elkaar. Maar er zal veel meer effect zijn voor de mensen met een laag inkomen, mensen met een jongere leeftijd, van de aanpassing van de verdeelsystematiek, dan van alle discussies over nieuwbouw. En die moetje niet laten en die moetje ook vooral voeren, en daar moetje ook vooral je best voor doen om daar in bepaalde wijken verbeteringen mee te bereiken, maar het is allemaal heel beperkt, want de grote impact zal zitten in die vrij revolutionaire verandering van het verdeelsysteem. Een paar vragen die erover gesteld zijn voorzitter, en dan zal ik gelijk als u dat goed vindt reageren op een aantal dingen die in het initiatiefvoorstel van de Partij van de Arbeid- fractie staan. Met name de D66-fractie zegt: als je het verdeelsysteem vrij stevig gaat veranderen, in allerlei gemeentes om elkaar heen, wat betekent dat dan. We zijn een regionale woningmarkt. Dat is gewoon een gegeven. En mensen in bepaalde leeftijdscategorieën of bepaalde inkomensposities, mensen met uitkeringen mogen zich in Nederland helemaal vrij vestigen, maar anderen mogen zich ook in deze regio vrij vestigen. En dat is een gegeven. En alles wat wij op de woningmarkt van Soest doen, heeft natuurlijk enig effect op dat van onze buren. Wij zijn voorloper op het gebied van vrij vergaand veranderen van de systematiek. Je kunt je voorstellen dat dat enig effect kan hebben op onze omliggende gemeentes. Dat moetje goed in de gaten houden. Ik vind nooit dat als je buren iets niet doen, of iets nog niet willen, of er nog eens op willen studeren, als je een goed voorstel hebt, datje daar dan heel erg lang op moet wachten. Ik heb alle collega's volkshuisvesting in het Gewest Eemland de beide voorstellen, zowel de nota Wonen als de nieuwe verdeelvoorstellen gestuurd met de vraag om daarop te reageren, met natuurlijk ook de stille hoop dat het missie- dan wel afhankelijk van hun signatuur zendingswerk is, in dat kader. Ik heb er nog weinig reacties van gehoord. De lolligste reactie

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 2003 | | pagina 187