28- Raadsvergadering 2 november 2004 (begrotingsraad) 29 gewoon niet weet wat er zo meteen vanuit Den Haag komt en dat is een groot probleem voor ons, maar zeker voor de mensen die daar afhankelijk van zijn en de leerkrachten van het ROC en zij stellen voor, en ik denk dat het een hele goede is, we gaan dat samen doen met Baarn en Bunschoten, om met elkaar te praten van hoe kunnen we hier een werkbare oplossing in vinden. Een oplossing kan ik u op dit moment nog niet voorschotelen. Heer ROEST (D66): Voorzitter, mag ik daar even een vraag over stellen? Dat begrijp ik. Dat speelt van augustus. Dan heb ik een vraag aan u. De intentie is in ieder geval, dat wilde ik graag weten, om het overeind te houden en over hoeveel geld gaat het. Want het gaat vanavond over geld. Want u zegt 30% bezuiniging, als ik het goed heb. Wat betekent dat in orde van grootheid voor Soest? Wethouder WITTE: Dat zou ik niet uit mijn hoofd kunnen zeggen, maar het probleem is dat wat we gaan doen natuurlijk afhankelijk zal zijn ook van wat er uit Den Haag komt. Tenminste, ik neem aan dat wat dat betreft u geen carte blanche zult geven van als het van daaaiit tegenvalt regelt u het dan maar op een andere manier. Ik heb wat dat betreft geen notie van waar we het over hebben in de zin van wat de omvang uiteindelijk zal zijn van wat we zouden moeten doen. Ik zei net al van dat gesprek op 2 december dat dat een inhoudelijk gesprek zal zijn, want anders komen we in de situatie datje inderdaad zou moeten gaan zeggen: we gaan dit of dat vanuit de gemeente doen. De ROC heeft zelf aangegeven dat ze op dit moment geen behoefte heeft om zo'n discussie te voeren, maar dat ze eerst met ons willen praten over wat gaan we nu doen. Hoe gaan we om met de verplichte winkelnering die ervan afgehaald gaat worden. Zij willen gewoon eerst inhoudelijk erover praten en dat financiële deel, dat zal dan op enig moment aan de orde zijn. En zij hebben in ieder geval al hun maatregelen genomen binnen hun eigen organisatie dat die 30% die er in ieder geval afgaat, dat we daar niet mee geconfronteerd zullen worden als gemeente. Zij hebben dat al gewaarborgd. Dus we hoeven niet bang te zijn dat we daarvoor op zullen draaien. En wat er met die andere 70% gebeurt, hoe het Rijk dat wil verdelen, of ze dat aan ons als gemeente geven, of dat ze dat aan instellingen zelf geven, of dat ze werken met een persoonlijk budget voor de mensen die een cursus moeten gaan volgen, dat is iets wat volstrekt onduidelijk is op dit moment en we zullen dus met elkaar in gesprek moeten gaan hoe we hier een mouw aan gaan passen. En wat wij zelf als politicus of als wethouder of als ROC-medewerker voor ideeën hebben hoe we hier uit zouden kunnen komen. een dat en ders >rdt van a :r de ce Ier ie ;n Heer ROEST (D66): Voorzitter, ik heb eigenlijk geen termijn meer, maar er is nog een vraag van mij niet beantwoord van mijn betoog. Dat gold niet alleen voor uw portefeuille meneer Witte, maar dat was dus hoe we omgaan met de situatie in Soesterberg. Daar heb ik geen antwoord op gekregen. Sportterreinen, de behoefte die er is, vragen we aan Zeist om een stuk mee te betalen. Heeft het college daar in de pauze over gesproken, over dit onderwerp? Want ik vind dat beleidsmatig toch wel een heel interessant onderwerp voor de raad van Soest. Wethouder WITTE: Voorzitter, we hebben dat inderdaad met op het lijstje gezet, maar ik herinner me inderdaad dat u daar in uw eerste termijn iets over gezegd en gevraagd heeft. U had het idee dat Zeist moest gaan meebetalen aan onze sportvoorzieningen aan de Kerklaan. Dat Zeist zou gaan meebetalen aan onderwijsvoorzieningen in Soesterberg dat lijkt me heel onwaarschijnlijk. Zo zit de wet niet in elkaar. De gemeente waar het onderwijs gevestigd is zal daarvoor moeten zorgen en ik denk dat dat ook op zich niet zo'n probleem is. Kijk, onze kinderen gaan ook in andere plaatsen op school, meneer Roest. Wat betreft die sportvoorzieningen en wie dat gaat financieren, ja wij zijn als gemeente privaat de eigenaar van het gat aan de Kerklaan, zal ik maar zeggen. Voor een deel wil Abrona daarin een bouwprogramma doen en tot op heden, maar we zijn nog in onderhandelingen, gaan we ervan uit dat Abrona bouwgrond zal moeten kopen van ons en dat dat de compensatie is voor wat wij zullen kunnen gebruiken om de sportvoorzieningen uit te breiden in het gat aan de kant van de A28. Het zou natuurlijk een beetje te gek zijn om daar Zeist voor op te laten draaien, omdat als we het hebben over wat er nu is, dat blijft, in de plannen zoals ze er nu uitzien, allemaal bestaan. Er zullen wat banen verschoven moeten worden, maar voetbal bijvoorbeeld, daar hebben we natuurlijk tot op dit moment helemaal niks voor geregeld. Het zou een beetje gek zijn om Zeist te gaan vertellen van: wij vinden het zo leuk om een voetbalvereniging in Soesterberg te hebben en zou u dat nou voor ons kunnen betalen? Dus eigenlijk gaan wij tot op heden uit van de deal dat wij bouwgrond verkopen aan Abrona it.

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 2004 | | pagina 278