Raadsvergadering 31 maart 2004
-8-
wethouder, en dat is gehonoreerd. En de posten waar onzekerheid over was, die ik specifiek genoemd
heb ook in de vorige commissievergadering, daar is een toezegging op gekomen dat die onderzocht
worden. Dus wat dat betreft, die informatie heb ik ook nog niet, daar kijk ik reikhalzend naar uit, maar
die zitten nu niet in dit nieuwe raadsvoorstel. En dat heb ik opgemerkt.
Heer LEMMEN (PvdA): Misschien dat ik daar toch even op kan reageren? Juist dat punt is toch wel
heel mager dat u juist niet dat totaal, dat kader van dat totaal erin wil betrekken en nu alleen dat eruit
wil trekken, die 209.000,-. En ik ben er heilig van overtuigd dat eigenlijk geen nieuwe informatie
beschikbaar is waar ook om gevraagd is. Er is duidelijk gevraagd om hele gerichte informatie, dat
weet u ook, om meer inzicht te hebben of het ook wel waar is, de cijfers die er zijn, en nog meer
gegevens over wat dan toen nog heel onduidelijk was.
Heer VAN DEN POL (Soest 2002): Ook Soest 2002 is van mening dat we niet in moeten gaan op
deeltjes en onderdeeltjes, maar dat we eerst, ook in de commissie besproken, moeten komen tot een
totaalplaatje van de hele totale problematiek. Ik denk ook dat gezien de stukken die tot nu toe
geproduceerd zijn, dat het beter zou zijn als de accountants, en dan de accountants van de gemeente,
en dus niet van Dyade, misschien moeten die samen wat, maar dat is mijn zorg niet, het onderzoek
verrichten en hier aan ons als raadsleden hun bevindingen mededelen, waarmee we overleg kunnen
hebben. En het heeft geen enkele zin om weer in stukjes en partjes nu te zeggen 209.000,- goed, en
vervolgens twee maanden later weer zo'n bedrag. Wij willen gewoon één totaal overzicht van de
problematiek. Natuurlijk kunnen wij het onderwijs niet in de steek laten, dat weet iedereen, maar om
ons als raadsleden iedere keer voor een blok van stukjes te zetten, daar voelt Soest 2002 duidelijk niet
voor. Een goed onderzoek, een totaaloverzicht tot en met 2003, ook nog niet goedgekeurd, en dan
zeggen: dat zijn de problemen en die moeten we met elkaar oplossen. Dat wil Soest 2002 graag in
overleg nemen.
Mevrouw HUBERTS (VVD): Voorzitter, een uiterst moeizame situatie is ontstaan rond de financiële
positie van het openbaar onderwijs. En de vraag komt natuurlijk naar voren, dat hoor ik ook bij de
collega's: hoe heeft dit nu kunnen gebeuren? Een simpele vraag, maar een complex antwoord. Er zit
een stukje historie dat niet onvermeld mag worden denk ik als je kijkt naar hoe het openbaar onderwijs
in Soest vorm gekregen heeft. Als je kijkt naar de positie van het openbaar onderwijs eindjaren 90,
daar waar we scholen met sluiting bedreigd zagen omdat er te weinig leerlingen waren. Er is toen
duidelijk ook aan de orde geweest: kunnen we dat openbaar onderwijs in deze vorm handhaven of
niet. Wij hebben toen als raad besloten, en dat is duidelijk als raad ook van we gaan door met het
openbaar onderwijs, één school met dislocaties. Daarbij waren wij ons heel goed bewust dat het feit
datje dislocaties had wel betekende datje ook de uitgaven had voor het personeel, voor het onderhoud
van het gebouw, voor leermiddelen, kortom, je had dus gewoon toch extra uitgaven. Uiteindelijk
hebben we gezegd: we moeten het openbaar onderwijs goed in de steigers helpen en we hebben er een
kwaliteitsimpuls aan toegevoegd, fl. 1.000.000,-, en daar moest het eigenlijk allemaal van gebeuren.
Met de wijsheid van nu en kijkend naar wat er allemaal gebeurd is ten aanzien van het openbaar
onderwijs, is het natuurlijk dat we toen eigenlijk naïef waren in de zin van datje had kunnen bedenken
dat de kosten administratie, beheer en bestuur van de structuur zoals we gekozen hadden voor het
openbaar onderwijs vele malen hoger zouden zijn dan die uitkering die we van het Rijk voor
administratie, beheer en bestuur ontvingen. Dus daar zit al een punt van nu kijkend naar toen, dat
hadden we eigenlijk misschien wel kunnen weten. Maar goed, we wisten het niet. En als je keek naar
de financiële positie, verder hadden we een bureau in de arm genomen die voor ons die financiële
administratie deed. Het bleek dat de rekening-courantsaldo's van de gemeente en van Dyade niet op
elkaar aansloten, en we hebben dat inderdaad geweten aan verschil in termijnen. Op zich gebeurt dat
vaker, en als de boeken van de gemeente sluitend zijn, en bij Dyade klopt het, dan is dat op zich ook
niet een vreemde veronderstelling. Ten aanzien van de jaarrekening 2002 is toen, en dat was dus vorig
jaar, en dat is door onze accountant aangegeven, daar moetje toch wat mee, want dat kan je zo niet
laten bestaan en zeker ook als je iets wil ten aanzien van verzelfstandiging van het openbaar
onderwijs, dan moetje daar wat mee, toen is men ook actie gaan ondernemen. Dus dat is eigenlijk ook
H
cc
M
dt
ee
ik
w
m
ni
dt
fr;
nt
af
he
Pl
Hi
Wi
wi