MODERNE SCHOENMAKERIJ
LA P0RTE Co.
Heeren Zolen en Hahhen 12.10. Dames zolen en Hahhen 11.60
Luxe Auto-verhuur
Uitgave: G. J. SMIT, Soestdijk. Bureau: Van Weedestraat 35, Telefoon 2181
N.V. Cramer's Behangerij
en Meubileer-lnrichting
Koninklijke Deventer Darab
Karpetten
van
Incasso - Coupons
Prolongatie - Deposito
Safe-Deposit
Noodlot?
Vette Edammer Kaasjes
Edammer Kaasjes 40 plus
De Kaashal
Torenstraat 20 Soest Telefoon 2171
OPENING DINSDAG 2 APRIL
Soester Kunsthandel
C. Verschoor, Nieuwisr. 57
KRABBELS
Voor U elders gaat, zie eerst
de prijzen van Maatweik en
Confectie bij
D. MAAGDELIJN
D, F. VOIGT Drogist.
MIJNHARDT's
80 Jaargang
Vrijdag 29
Maart 1929
No. IS
DE SOESTER COURANT
Abonnementsprijs voor Soestdijk, Soest en Soestcrberg, 25 cent per
3 maanden.
Voor buiten 50 cent per 3 maanden.
Bijkantoren: VAN DE VEN'S Boekhandel, Baant en C. J, VAN DAM, Rademakeratr. IS, Soeaterberg
Laanstraat 61 - Telefoon 119
BAARN
in eigen dessins direct uit voor
raad te ieveren
3.00x4.00 Mf 330.-
2.50x3.50 Mf240.—
2.25x3.10 Mf192.—
2.00x3.00 Mf165.—
ONZE RIJMKRONIEK
Bijdragen, niet grooter dan -IS en niet kleiner dan 36 regeli. mogen
voor deze rnbiftek worden Ingenonden. Bij opname vergoedea wij voor
ectueele (niet plaatselijke) gedichten 2.50. (Nadruk verboden.)
(Ingezonden.)
ZON
O, gouden zon, uw eerste lach
Verblijdt ons hart, maakt het weer dag
Na zóóveel donk're nachten.
Ge geeft ons kracht, ge schenkt ons moed,
Wijl ge de hoop herleven doet
Na 't al te lange wachten.
Nog is het niet de overvloed
Van 't geen ge schenken kunt, maar goed,
We zijn er mee tevreden.
Want, reeds uw eerste warmtestraal,
Zegt ons: „Al deel ik nog wat schraal,
Ik kom, met rassche schreden".
O, neen, 't is geen gezichtsbedrog,
Ja, 't schemert nog, maar 't licht dan toch:
De eerste stap naar lente.
Van 't groote warmtekapitaal,
(Bezit van mij enallemaal),
Is dit alvast de rente.
Het voog'lenheir zweeg stil, kroop weg,
Het zocht wat warmte in de heg.
Nu tjilpt het, 't juicht: „Wordt wakker",
Het zingt nu al wat zingen kan,
Daar zijt gij de bewerker van,
Die straalt op veld en akker.
De boeren zuchtten: „Weer een dag,
Alwéér een week, 'k moet aan den slag",
Ze klaagden en ze morden.
Nu kunnen ze aan 't ploegen gaan,
Geen arbeid hoeft meer stil te staan:
Er kan begonnen worden.
O. gouden zon, uw eerste lach
Verblijdt ons hart, maakt het weer dag,
Na zóóveel donk're nachten.
Kom spoedig met uw vollen gloed,
Doe mensch en dier en plant weer goed,
Laat ons niet langer wachten.
D. C. v. S. Jr.
BANKIERS
BAARN - SOEST - BUSSUM
OFF1C1EELE BEKENDMAKINGEN
5 Burgemeester en Wethouders van Soest
brengen ter kennis van 3e houders van hon-
denkarreij, dat door of vanwege hen op 4
April a.s. ingevolge het bepaalde bij het 2e
en 3e lid van het sedert gewijzigde Koninklijk
besluit van 6 Februari 1911 (Staatsblad no.
45), eene herkeuring zal worden gehouden
van de hondenkarren met de daarbij behoo-
rende trekhonden.
Deze herkeuring zal plaats hebben op het
terrein naast de brandweercentrale aan den
Langen Brinkweg, des voorm. 10 uur.
ODe aandacht wordt er op gevestigd, dat
de hondenkarren volledig uitgerust moeten
worden voorgeleid en dat bij niet-verschij
ning ter keuring doorhaling van de inschrij
ving in het register zal volgen.
Burg. en Weth. voornoemd,
De Burgemeester,
G. DEKETH.
De Secretaris,
BATENBURG-
Soest, 27 Maart 1929.
„Daar is in de Natuur en in de
verhouding tusschen Natuur en
mensch reeds ontzaglijk veel, dat ons
de gedachte van het Noodlot nabij
brengt."
Dr. F. W. A. KORFF Jr.
(Fatalisme.)
Het is wellicht min of meer gewaagd,
bovenstaand schrikwekkend woord tot het
onderwerp eener openlijke beschouwing te
maken, daar toch de godsdienstige overtui
ging van zeer velen zich tegen de bedoeling
van dit woord verzet en een noodlot in
functionneering niet bestaanbaar acht.
De groote, ongewone ramp evenwel, die
zoo kort geleden nog een gedeelte van ons
goede vaderland zoo hevig trof, brengt on
willekeurig dit gewraakte woord in de pen,
die dit opstel schrijft, en geeft m.i. machti
ging tot een nadere omschrijving van de
eigenlijke beteekenis, die wij aan dat ge
vreesde woord hebben te hechten als
„woord" alleen.
Wij spreken in het algemeen, met vrij
moedigheid over het lot der menschen, en
wij bedoelen daarmede hunnen levensloop,
de levenservaringen, enz. Wij beschouwen
dat lot toch vrij algemeen, als iets wat ons
overkomt, wat ons wordt aangedaan, en dus
niet als de uitkomst, het resultaat van eigen
doen en laten. En als wij in een gunstige
beteekenis over het menschenlot ons uit
laten, dan zeggen wij bijvoorbeeld: „Hem
of haar is een heerlijk lot ten deel gevallen",
of iets dergelijks, waarin de erkenning van
een goed lot is gelegd. Tegenover een goed
lot staat natuurlijk een kwaad lot, en ook
een noodlot; m.a.w., een lot dat ons in nood
brengt. Wanneer men, op de straat zijnde,
een zwaar gevulde zak, een kist, een piano
of een ander voorwerp, dat opgetakeld of
neergelaten wordt, op het hoofd krijgt, dan
kunnen wij het feit nog verklaren en excu-
seeren, door te zeggen: „Hij of zij had maar
beter moeten uitkijken, daar niet onder door
moeten gaan loopen en moeten bedenken,
dat zoo'n takeltouw of takelketting kan bre
ken". Er kan dan, strikt genomen, reeds niet
meer gesproken worden van een noodlot.
Doch wanneer men daarentegen, de straat
passeerende, getroffen wordt door een ge
deelte van een instortend huis, dan kan men
toch daarbij bezwaarlijk aannemen, dat men
dat ongeval had kunnen voorzien en dat
men zich daarvoor had kunnen behoeden.
CIRCA 3 POND f 1.30.
CIRCA 4 POND f2.20.
HEUVELWEG 2 - SOESTDIJK
Men spreekt dan van een „noodlottig toeval",
waardoor iemand is gewond of gedood. Het
noodlot wordt, bij een dusdanige vermel
ding, alzoo erkend, en men staat daarbij
niet onmiddellijk voor de verantwoordelijk
heid om uit te maken: of dat ongeval met
voordracht door een Hoogere Macht, ter
onzer verbetering of ter leering werd toege
zonden. Dit blijft geheel ter verantwoording
van de persoonlijke overtuiging van hem
of haar, die daarop wil ingaan. De gêtrof-
fene vindt het geval „noodlottig" en buiten
zijne of hare verantwoording even zooals
hij of zij het wel niet aan eigen beleid of
eigen bewerking zal toeschrijven, wanneer
hem of haar een ongedacht „geluk" te beurt
valt, instede van een ramp. Wij vragen daar
bij dan ook immers niet: Of dit een beloo
ning kan zijn voor onze deugden en goede
eigenschappen maar nemen dat voorrecht
rustig aan.
Of de inwoners van Borculo en andere ge
troffen plaatsen, de ramp, die hun is over
komen als een noodlot dan wel als een be
stiering, een leering, een straf zullen beschou
wen, kan hier onbesproken blijven; doch
wij niet getroffenen mogen wel als zeker
heid aannemen, dat die zwaar beproefde
menschen de plaats hunner inwoning voor
een Sodom of een Gomorra zullen aanzien,
en niet zullen gelooven, dat zij de ramp, die
hen heeft getroffen, moeten aanmerken als
een welverdiende straf, of als een hoogst
ernstige terechtwijzing. Zoo zij al Ieering
zoeken in het gebeurde, dan zal het wel
deze zijn: dat, door wat hun overkwam,
alweder klaar en goed gebleken is, dat bij
den mensch een waarachtig medegevoel en
de spontane wil om te helpen en te verzach
ten, nagenoeg ten allen tijde, werkelijk wordt
gevonden. M.a.w., dat het goddelijke in den
mensch zich vooral ook openbaart bij het
plaats hebben van rampen, die niet kunnen
worden voorzien, en tijdig kunnen worden
gekeerd m.a.w. dat het woord naasten
liefde geen ij del woord is. Maar de uitwer
king van het noodweer zullen de meesten
hunner wel als een noodlot constateeren
een lot dat zwaren nood heeft veroorzaakt
of aangebracht. Doch het staat aan ieder
vrij, den plaats gehad hebbenden kring-
storm aan te merken, als een middel, als een
openbaring, bijv. om aan te toonen, aan wie
nog mochten twijfelen: dat er bij de men
schen een heerlijke spontane menschenliefde
bestaat, die maar op de gelegenheden wacht,
om zich op z'n mooist en treffendst te kun
nen openbaren.
De jongste groote ramp, die een deel
van ons vaderland neen die ons allen
trof, (in den medelijdenden zin) zal onge
twijfeld, voor zooverre mogelijk, worden
hersteld, door het gezamenlijk dragen van
dezen zwaren levenslast. Het gebeurde zal
schitterend in het licht stellen, dat er toch
een meer of minder innige liefdeband be
staat tusschen menschen en menschen
ondanks hunne meeningsverschiUen, ondanks
menschelijke zelfzucht en maatschappelijke
concurrentie. Maar voor een deel is deze
ramp, evenals zoovele vóór haar, onherstel
baar. Er zijn menschenlevens verloren ge
gaan; en wij kunnen de waarde van die
menschenlevens niet schatten, niet beoordee-
len. Het is daarom, dat, zij het dan ook
slechts door de nabestaanden dezer slacht
offers, hun dood wel zeker zal worden toe
geschreven aan het ingrijpen van een noodlot
van een gebeurtenis die geheel buiten men
schelijke berekeningen en buiten mensche
lijke schuld of aanleiding lag. Dit zal-zijn,
ondanks hun geloof en hun godsdienstig ver
trouwen want niet allen, die deze ramp
medemaakten, trof dit lot, trof dit absoluut
onherstelbare. Wij menschen mogen al of
niet het Fatalisme als bestaanbaar erkennen
wie zal nochtans den mensch laken, die mis
moedig en twijfelzuchtig vraagt: „Wadrom
moest ik hem, waórvoor moest ik haar op
L.S. Vanuit de steden dringt langzamerhand tot het buitenwonende publiek door, dat
vele artikelen niet zoo duur behoeven te zijn, dan zulks meestal het geval is. Men
vraagt zich wel eens af, zouden ze in steden als bijv. Utrecht en Amsterdam, dan zonder
winst werken?
Ons antwoord is: natuurlijk niet, doch het is slechts een kwestie van specialiceering,
grooten omzet, kleine winst. Wij willen trachten dit ook in Soest in praktijk te brengen.
Zal dit kans van slagen hebben, dan hebben we in de eerste plaats den steun van het
belanghebbend publiek noodig. Kunnen wij dairop rekenen, dan zijn wij bereid Uw
schoenen 1ste klas te repareeren tegen onderst-Mnde lage prijzen:
KINDERWERK N^AR GROOTTE.
Voor alle modellen zijn hokten leesten aanwezig.
Uw schoenen zien er, gerepareerd zijnde, als nieuw uit.
Halen en bezorgen gratis.
P.S. Bij wijze van attractie ontvangt iedef ti t en met 13 April a.s. voor het laten zet
ten van een paar zolen en hakken, EEN KINDERAUTO CADEAU.
Een keur van smaakvolle nieuwe artikelen in den
H. GEUBBt.LS, Burg. Grothesfr., Tel. 2265
o.a. Gebatikte lampen en kleedjes „Bogtman". Leerdam bloem
potten en schalen. Lederwaren, Koperwerk, Portretlijsten enz.
deze wijze verliezen? Zouden wij menschen
onder wat men gewoon is „noodlot" te noe
men, niet mogen verstaan: een lot dat afwijkt
van den gewonen gang der gebeurtenissen in
het menschenleven, een lot dat weliswaar
allen, zonder onderscheid treffen kan, doch
bedoelde slechts enkelen treft.
Het noodlot zelf roept een vraag op
het twijfelend „waarom?" waar wij het als
zoodanig aanduiden. Vanddar dan ook het
vraagteeken achter den titel van dit opstel.
VIKING.
15 cent per K.M,
Dag en nacht te ontbieden.
TELEFOON 2247.
PLUIMVEE, TUINBOUW ENZ.
Heer G. J. LW.hout. Dlr. Laoc
Vragenrubriek.
Dezer dagen bereikte ons van den Heer B.
te S. een serie vragen, die wij terwille van de
belangrijkheid hier zullen behandelen.
Vraag: Op zandigen grond, waarop denne-
boomen gestaan hebben en welke nu is diep
gespit, is nu een druivenkas gebouwd. Nu
wilde ik daarin eerst brengen een laag var-
kensmest, dan een laag klei en verder een
laag goed bewerkte tuingrond. Nu is mij
aangeraden die kleilaag bovenop te doen,
daar dit beter was, doch ik vind, dat klei en
voornamelijk in de kas niet bovenop moet
liggen, daar dit spoedig hard wordt en gaat
scheuren. Zoudt U mij hierin van advies
willen dienen?
In die kas worden behalve druiven (welke
onderlinge afstand behoeven, die en wanneer
kan men vruchten plukken en hoe is de ge-
heele behandeling hiervan?) Verder komen er
in die kas ook tomaten, hoe is daarvan de
onderlinge afstand en hoe de behandeling?
Ik heb al mooie plantjes. Kan er ook kunst
mest in de kas gebruikt worden? Verder
verzoek ik U beleefd mij te willen berichten,
hoe goede knolselderie te verkrijgen, bakken
voorhanden (geen warme) doch wel met
paardenmest voorzien.
Antwoord: Ik wil om te beginnen eens heel
eerlijk en daarom misschien wel erg hard
zijn. Wie kassen gaat bouwen en druiven
kweeken en dan pas de kennis op wil gaan
doen, die noodig is, die kan misschien nog
beter een reuzen hoenderpark opzetten, zon
der ooit iets van een kip gehoord te hebben.
Ik vind het tuinmansvak wel een van de
allermoeilijkste vakken, wat heel wat eischen
aan een normaal gezond verstand gaat stel
len, als er kassen e.d. bij te pas komen en
waar op de allereerste plaats de kennis num
mer één moet zijn en de kas dan nummler
twee. Uit bovenstaande vragen schijnt zoo'n
geval door. Ik hoop, dat ik me vergist heb
en dat het slechts vragen waren om ook
eens anders meening eens te hooren.
Zandige grond, waar denneboomen ge
staan hebben is niet van de beste. Waarom
juist daar een kas gebouwd? Die grond is
gediepspit. Ik hoop voor den vraagsteller, dal
de bovenste steek is bovengebleven, anders
is het een en al onvruchtbaarheid, die bo
venkwam. Grondonderzoek vind ik zeer noo
dig, vooral waar in Uw omgeving sterk zure
gronden voorkomen. Een bemergeling kon
wel eens heel noodzakelijk zijn, daar een
druif later aan den grond hooge eischen
gaat stellen. Wendt U voor dat monsterne-
men eens tot den land- of tuinbouwonder-
wijzer ter plaatse, die U gaarne hierbij be
hulpzaam is. Wat die laag klei betreft, er
zijn zooveel soorten klei, dat het niet mo
gelijk is van hier te adviseeren. Ik voor mij
werkte den tuingrond en de klei liever door
elkaar. Al die aparte lagen 'in den grond
doen geen goed. Dus dien varkensinest en die
klei en dien tuingrond door elkaar mengen.
Dat is voor de structuur het best en tevens
voor de bewerking in komende jaren. Bo
vendien de druif wortelt niet alleen in de kas,
maar ook er buiten en ook wel eens bijna
heelemaal buiten. Dat ligt veel aan den stand
der kassen ten opzichte van elkaar. Ik wil
U vooruit zeggen, dat een druif heel wat
voedsel verwerken kan. Zie niet op een beet
je; mest.
Wat den onderlingen afstand betreft, deze
wordt verschillend genomen. Het ligt aan de
toe te passen snoei en ook aan andere oor
zaken. Een meter is een gewone maat. Later
worden de te vele er uit verwijderd. Over de
s:ioei kan ik hier niet spreken. Deze kan op
verschillende manieren met goede resultaten.
Sfhaft U eens een degelijk vakboek aan en
vjrzuim vooral niet, eens bij kenners in Uw
ofngeving te gaan praten. Daar kunt U hoo-
rin en zien en dat geeft een veel duidelijker
b£rip. Het heele onderhoud zoowel zomer-
as wintersnoei is niet van papier te leeren.
Ziektebestrijding zou nog gaan. Over de
sjort praat U niet, dit is echter een heel be-
lijgrijk iets. Spreek daar meteen eens over
jfU b.iiv- een bezoek gï>,at brengen aan den
proeftuin te Amersfoort of bij den Heer P.
v; Stralen te Hamersveld.
De tomaat is geen lastige plant. Maar op
de gronden, waar U zit, zou het in de kas
geen jaren goed gaan. Dit hoeft ook niet,
daar 'de druiven al heel gauw anderen bouw
overbodig maken.
De tomaat moet geleid worden en dat
wordt meest gedaan aan touwtjes, waar de
plant omheen geslingerd zit. Dat geeft in
een kas stevigte genoeg en is lang niet zoo
duur als stokken. De onderlinge afstand be
draagt ongeveer in de rij 4550 c.M., terwijl
de rijen zelf op afstanden van 6070 c.M.
komen met om de twee een afstand van zoo'n
80 c.M. Dit is gemakkelijk voor de behan
deling. De plant wordt voor dit doel ge
kweekt op één stengel en alle dieven (zijsten
gels) worden zorgvuldig weggenepen. De
hoofdstengel wordt ingetopt na den vierden
of zesden tros. De hoogst geplaatste vlieger
laat men nog eenige trossen zetten en topt
dan een blad boven den laatsten tros.
Kunstmatige bestuiving en gieten bespreekt
U maar weer, waar U gaat kijken. Vooral
voor een flinke portie patentkali en super is
de tomaat erg dankbaar.
Knolselderie: Deze wordt veel geteeld
voor een loonende tusschenteelt. De uitzaai
heeft plaats in een halfwarmen bak ih de
tweede helft van Februari begin Maart, liefst
in kistjes. Na het opkomen verspenen in
halfwarmen bak in den vollen grond. Dat
verspenen moet zoo gauw mogelijk geschie
den. Kijk maar eens bij een bloemist, die
heeft er wel handigheid in. Na afharding kun
nen de plantjes overgeplant worden in den
vollen grond omstreeks half Mei op afstan
den van 30 c.M. Meermalen verplanten van
de plantjes in den bak komt het wortelgestel
ten goede. Afbladeren van den knol tijdens
den groei is overbodig en geeft geen voor
deel. De rijpe knollen worden vorstvrij be
waard.
ADVERTENTIEPRIJS: van 1—5 regels f0.75. Elke regel meer 15 cent
Advertenties tusschen de tekst dubbel tarief.
Bij contract belangrijke korting.
wat nuttiger voor de gemeenschap als die
deftige kalkoenen.
Die kippen en die haan hadden een „grond
bedrijf". Ze krabden met de pooten in den
grond en stapten dan 'n „tree" of wat ach
teruit, om op te nemen wat hun „grond
bedrijf" had opgeleverd.
Agügügügü. Zie je wel, dat je achteruit
gaat met je grondbedrijf? D'r komt lang niet
genoeg uit. Schei toch uit met dat gekken
werk. Wie verkoopt nou z'n grond, ais hij te
voren weet, dat hij er bij de afrekening nog
geld bij moet doen en zooveel harder als
je werkt, zooveel meer moeten de aandeel
houders bijpassen.
En helder klonk het antwoord:
Kukelekuuuu. Dat moet je tegen de com
missarissen zeggen en liefst zoo spoedig mo
gelijk. Zij, de commissarissen, zijn het, die
(Je voorschriften en de regelen in dit zaakje
zoo spoedig mogelijk hebben te herzien. Wij
zijn voor dit werk aangesteld en moeten er
dus uithalen, wat er in zit.
De kalkoenen gaven al maar door op die
armoedige kippen af, die al maar aan hun
grondbedrijfwerkten, maar de kalkoenen
bleven wel in de buurt van de kippen om
mee te profiteeren, als dit mogelijk was.
AgugugügüAgügügügü
Allemaal verlies. Agügügügü. Je krabbelt
niet goed. Ook hou je lang niet genoeg aan-
teekening van hetgeen je bedrijf oplevert en
als je dat niet doet, dan kunnen dus onze
nakomelingen nooit zien, hoeveel wij voor
hen hebben over gehad en zal ik je bovendien
bij de commissarissen aanklagen en wie weet,
wat er dan nog meer komt.
De haan riep: Kukelekuuuu.
Daar kan ik niet voor zorgen en "heb daar
ook geen tijd voor. Ik heb nog heel veel
ander werk en overal meenen ze mij noodig
te hebben. Toen ze mij met dit baantje heb
ben belast, gaven ze mij een hulp voor dit
werk, maar die hebben ze mij direct weer
afgenomen.
En toen volgde er nog veel meer en de
kalkoensche haan schreeuwde hoe langer hoe
harder. Toen deze was uitgesproken, rie
pen de kalkoensche kippen agügügügü.
Maar door het geschreeuw van dien kal-
koenschen schreeuwlelijkerd, waren er nog
al wat menschen blijven staan kijken.
Knelis ook, hij stond op 't perron om naar
de Zaterdagsche markt te gaan.
VAN KNELIS.
19.
Knelis gaat nu eens 'n
fabeltje vertellen. Van
'n doodgewonen haan en
van een kalkoenschen
haan.
Zullen jullie goed luis
teren? En zullen jullie
goed begrijpen? Afge
sproken.
Kukelekuuuuuu.
Agügügügü! Agügügügü!
Ze liepen in de buurt
van het Raaadhuis, op
een terrein daar.
De een 'n doodgewone
haan en de ander een
zeer deftige kalkoensche
haan.
Ze hadden ieder hun
eigen kippetjes, d.w.z.
de doodgewone haan,
had z'n doodgewone
kippen en de deftige kalkoensche haan had
z'n deftige kippen.
Die doodgewone kippen zagen er zoo op
't oog veel armoediger uit dan die andere.
Maar die doodgewone kippen waren heel
BEETZLAAN 20 - SOESTDIJK
Speciale aanbieding in Water
dichte DEMI-SAISONS.
En toen had je me die kalkoensche haan
eens moeten zien. Pronkerig als 'n pauw liet
hij zich van alle kanten bekijken. Z'n staart
wijd uit als molenwieken. Z'n hals gebogen
als van een zwaan. Z'n vlerken op zij, slee-
pend over den grond, als de zwaarden van
een mooi zeiljacht.
Agügügügü! Agügügügü!
Kijken jullie wel? Zien jullie mij wel? Stap
ik niet flink? Hoe vinden jullie m'n houding?
Spreek ik niet mooi? Vinden jullie dit geen
fijne conclusie? En de consequentie?
Kukeleku. Tok-tok-tok-tok en de andere
haan riep z'n kippetjes, want hij had „beet"
in z'n „grondbedrijf".
Ja, zei de kalkoensche haan, terwijl hij
liep te fladderwieken, ja, zoo'n „grondbe
drijf" is wel voordeelig voor de gemeen
schap, maar't geeft een strop.
„Daar snap ik niks van", zei één van de
kalkoensche kippen.
EEN WIJS WOORD VOOR IEDEREN DAG
ZONDAG.
Beter honderdmaal ons vertrouwen dan één
enkelen keer ons wantrouwen misplaatst.
MAANDAG.
Het vertrouwen is één der hoeksteenen en
tegelijk het cement der samenleving.
DINSDAG.
Het ideaal der opvoeding is een zoodanig
persoonlijkheid, waarin verstand, lichaam en
gevoel harmonisch zijn ontwikkeld.
WOENSDAG.
Onze gedachten, onze idealen, onze droo-
men zijn ons geluk of ons ongeluk. Houdt
uw verbeelding rein- wie onreine voorstel
lingen koestert, giet olie in een vuur, dat hem
dreigt te verteren. Reine gedachten zullen u
een alles overwinnende steun zijn.
DONDERDAG.
Zonder verheven ideaal is geen verheven
daad mogelijk.
VRIJDAG.
Weest oorspronkelijk en zoek voor alle
dingen uw eigen manier van doen.
ZATERDAG.
Hoe meer ge uzelf vergeet in den arbeid,
des te hooger zal deze en zult gij zelf staan.
Gediplomeerd Opticièn.
BURGEM. GROTHESTRAAT 28 - Soestdijk
Eerste Soester Electr. Brillenslijperij.
GROOTE SORTEERING FOTO-ARTIKELEN
„Mooi beest baas, prachtig beest", zei een
meneer op 't perron tegen me.
'n Meneer met een bollen buik en een
gouden horlogeketting, als was die bestemd
voor een scheepsanker.
Ik keek hem eens aan en zei toen: „Een
kwestie van smaak meneer".
O, ja, jullie boeren, jullie kijken alleen en
altijd maar naar de eieren en 't aesthetische
is nul. (Hé, dacht ik, dat is mijn vriend van
een paar weken geleden, die groote nul).
En ik geloof vast, dat hij probeerde ook
zoo'n nek te zetten, als de kalkoensche haan
deed. Z'n onderkin werd ten minste wel
tweemaal zoo groot- Hij deed een paar stap
pen op en neer in al z'n waardigheid. Ik was
op de plaats blijven staan.
Toen hij weer bij me kwam, begon juist
de haan weer.
Agügügügü! Agügügügü!
Zeg baasje, jij bent nog al goed met vee
op de hoogte, wat zou hij nou wel vertellen
aan z'n kippen, of aan ons, of schreeuwt hij
soms aan jou?
Hoofdpijn-Tabletten 60 ct
Kiespijn-Tabletten 60 ct
Laxeer-Tabletten 60 ct
Zenuw-Tabletten 75 ct
Maag-Tabletten 75 ct
Bij Apoth. en Drogisten.
„O", zei ik, „ik kan me best begrijpen,
dat U met dat soort victorie.gekraai geen
weg weet" en terwijl hij naar mijn witge
schuurde klompen keek,, vroeg hij: „Weet
jij dat wel?"
„Jawel", zei ik, „die taal versta ik zeer
goed. Zooeven hield hij een filosofisch be
toog over conclusie's dat geen conclusies zijn;
over winst wat verlies is; over winst, die je
uit je eigen zak moet betalen; over 'n rijke
gemeente, die straatarm is; over een direc
teur, die uitstekend zijn best heeft gedaan
en toch een groote prul is; over terugbeta
ling van een bedrag van f29000.— dat niet
gestolen is, enz.
Nu schreeuwt hij 't uit, dat het Katho
lieke blad, het Christelijke blad en de neu
trale Soester Courant, aan wélke braden de
eerste viool gespeeld wordt door respectie
velijk een pastoor, een dominé en de be
ruchte Knelis, allemaal-leugenaars zijn. Hoor,
nu zegt hij, dat er maar één blad in de ge
meente is, dat de waarheid spreekt en dat
hij zich maar niet kan begrijpen, dat de ge
meentenaren zoo wenig van „waarheid" ge
diend zijn, anders moest het toch nieuwe
abonnementen regenen; ander zouden toch
alle personen abonné op dat eene blad moe
ten zijn en dit lijkt er in de verste verte
niet op.
Toen Vwam de trein en die manheer met
z'n bollen buik en zwaar gouden horloge
ketting en dubbele onderkin, stapte in een
fijne tweede klas coupé.
En Knelis?
Nou, die stapte ook in een tweede klasje,
dat met de drukte opengesteld was voor
boeren en andere doodgewone menschen.
En toen Knelis in de kussens zat, haalde
hij 'n oud humoristisch weekblad voor den
dag, waar wat zaden van muurbloemen en
viöoltjes in verpakt waren geweest, die hij
van z'n leverancier had ontvangen.
Zijn oog viel toen op het hieronder vol
gende gedicht, dat hij z'n lezers hierbij aan
biedt. Maar ik zeg U vooruit, voor kalkoe
nen en kippen geldt het niet hoor.
Wanneer je bij een fotograaf,
je kieken laat, dan gaat hij braaf
aan 't krabben, om een boozen trek
een rimpel, of een vieze vlek,
van je gelaat, of van j'e kleeren
zorgvuldig wég te retoucheeren.
Nu ben je door een amateur
geportretteerd, en naar 'k bespeur
heeft hij gelaten wat er was
en neerkwam op 't gevoelig glas.
't Is niet zoo fraai, maar't lijkt; „ajakkes",
zoo roep je boos, „heb ik zoo'n bakkes?"
Maar vriend, als van je hart en ziel
een lichtbeeld op een glaasje viel,
en werd je dat gepresenteerd,
door geen gevlei geretoucheerd.
Hoe zuiverde het zou gelijken,
Hoe gekker je er v^n stond te kijken.
En in m'n gedachte hoorde ik nog:
Agügügügü! Agügügügü!
Nog even iets anders. Geen fabeltje hoor
Verleden week kwam de zaak Monsma-
Iburg in den Raad. De lezers weten wat
dat voor een zaak is.
De heer Iburg had op 'n avond een be
zoek aan het Raadhuis ^gebracht van half tien
tot half twaalf, was daar ontvangen op een
afdeeling, die niet voor 't publiek is open
gesteld en was daarna met den Heer Mons-
nia in z'n auto weggereden en hadden toen
ook nog anderhalf uur in de auto zitten
keuvelen, over alle zaken, behalve over ge
meentezaken.
De Heer Iburg had 'n sigarenkistje mee
gebracht, maarzooals wij reeds opmerk
ten, de Heer Monsma rookte nooit.
De behandeling van deze zaak in den Raad
is er weer eens één geweest, wat Mr. van
Doorne zou noemen „oud-Soestersch".
De Heer Jytr. v. Doorne, die altijd zegt,
te vechten tegen „lekken'/, (tenminst^, als ze,
van hem uit gezien, aan den anderen kant
zitten), kwam nu met argumenten voor den
dag, om z'n vriend Iburg te verdedigen; nou
en die waren raak hoor.
De Heer v. Doorne heeft dan gezegd, vol
gens 't verslag, dat het sigarenkistje van den
Heer Iburg 4 of 5 sigaren bevatte en waar
de Heer Iburg geen sigarenkoker gebruikt,
nam hij heel begrijpelijk zijn sigarenkistje
mee naar binnen.
Nou, ik vind dat ook zeer begrijpelij*k hoor!
Knelis gebruikt nooit een poriemonnaie; als
hij zich tweemaal in de week laat scheren,
neemt hij altijd een handwagen mee, met
'n brandkast er op.
Dat is natuurlijk heel begrijpelijk.