tem. Begraleoisondpeming jiest' H. L. GREEVE mm VENEMA U vindt dit bij GREEVE! Luxe Auto-verhuur De herziening van nel gemeentelijn neiasiingsieisei. Uitgave: G. SMIT, Soestdijk. Bureau; Van Weedestraat 35, Telefoon 2181 N.V. Cramer's Behangeri] en Meubileer Inrichting BEZICHTIG de UITSTALLING FEESTGESCHENKEN WINTER-ARTIKELEN Weemoed en Hope. D. F. VOIGT - Burgem. Grothestraat 28 - SOESTDIJK .*;nd Wi&^gtna Directeur: J. ft Tapijten Meubelen Bedden Fruitteelt. C. Verschoor, Neuwstr. 57 STOOMWASSCHERIJ „DE KOLK" EEN GOED ADRES VOOR UW WASCH. DE EERSTE GOOISCHE HULPBANK Éh 8e Jaargang No, 50 Gegarandeerde oplaag 3000 exemplaren. Vrijdag 13 December 1929 DE S9ESTER COURANT Mxmnementsprijs voor Soestdijk, Soest en Soesterberg, 25 cent per 3 maanden. Voor buiten 50 cent per 3 maanden. Bijkantoren: VAN DB VEN*S Boekhandel, Baarn en C. J. VAN DAM, Rademaken tr. 15, Soesterberg ADVERTENTIEPRIJS: van 15 regels f0.75. Elke regel meer 15 cent Advertenties tusschen de tekst dubbel tarief. Bij contract belangrijke korting. Laanstraat 61 - Telefoon 119 BAARN VAN EN ONZE RIJMKRONIEK i ingeionden. Bij opna (Nadruk verbodei (Ingezonden.) KERSTMIS Kerstmis, heerlijk feest van vrede Voor 't beproefde menschenhart Bij het luiden van de klokken Wijken droefheid, lijden, smart. Kerstmis, feest van alle eeuwen, Groot symbool van liefd' en vree Breng ook thans voor alle menschen Weer Uw goede gaven mee. Geef de droeven troost, verkwikking. Sterk de kranken in hun smart En stort dan wat warme liefde In het koude menschenhart. Breng de kwaden tot het goede, Geef de goeden, nieuwe kracht Dan zal 't groote vreugde wezen In dien stillen, heil'gen nacht. Kerstmis, heerlijk feest van „vrede", Stort dien klank in ons gemoed; Leer ons, zachter te gaan denken, Kom ons streven tegemoet. Kerstmis. Feest van alle eeuwen, Laat Uw klokken jub'Ien gaan Allen zullen er naar luist'ren, Velen zullen het verstaan. KLEERMAKERIJ naar MAAT HEERENKLEEDING Z*« SA"»ifco«\LtZIïiivvji F.C.KuiperstraatlO - Telefoon 2169 „Als iemands leven zeer don- ker is, kan een kleine vriende lijkheid daarin menigmaal groot licht brengen. De meeste lezeressen en lezers zullen zich ongetwijfeld de schoone en juist omschrij vende eerste regels van het treffende ge dichtje van de Genestet, met de hierboven vermelde titel herinneren, n.1. de regels, die als volgt luiden: ,,Op den bodem van het le. ven, in de diepte van het hart, rust de wee- moed en de smart; maar de hope rijst daar- neven in 't geslingerd menschenhart". Het naderend einde der najaarsdagen en de winter, die voor de deur staat en straks zal aankloppen, zoomede de tijdsomstandig heden in het algemeen, geven aanleiding om die veelbesproken „weemoed en hope" nog eens in ernstige beschouwing te nemen. En zulks wel, onder het licht, dat de erkenning van het vele goede en schoone, dat toch bij een rechtvaardige beoordeeling van het leven daarin valt op te merken, voor des men. schen geestesoog ontwijfelbaar uitstraalt in het donker der tijdsomstandigheden, van levensbeslommeringen en levenservaringen. „Weemoed en hope" twee hand-in-hand gaande zielsaandoeningen, die, b|j scheiding van elkaar, elk een afzonderlijk karakter aan nemen in degradeerende beteekenis. De wee moed n.1., keert dan terug tot smart, terwijl de zachte, blijde levenssterk-ende hope, over. gaat in verbittering van gemoedsstemming en menigmaal ook in wilde, woeste wanhoop. Want „weemoed" is immers niets anders dan door de hoop verwarmde en verzachte „smart"n.1. die smart, welke licht ziet in de duisternis van het leven. Losgelaten hoop daarentegen, valt uit het licht in de duister nis, die dan niet langer door haar wordt doorstraalt. Want losgelaten „hoop" is een verstooten engel, maar één, die heenging met heimwee naar terugkeer. De hoop is evenwel verre van menschën- schuw. De losgelaten engel blijft zich, bui ten haar paradijs gesloten, het hemellicht en de engelenzangen herinneren. Zij is gelijk aan die schoon gekleurde avondvlinder (mot), die buitengesloten in het nachtelijk duister rond zwerft, maar telkens opnieuw tegen uw hel- der verlichte vensterruit aanbonst, om bin nen te komen bij het licht. Maar de men- schenziel, die door de hoop is verlaten is donker, óók al vertoonen oog, mond en.ge laatstrekken dan ook een verlicht venster. Doch meestal gelukt het de hoop, die alléén bij machte "is, licht in de menschenziel te ontsteken, door een deurkier van den men- schengeest tot de ziel door te dringen en haar te redden uit de duisternis van wanhoop en levensellende. Want de hoop heeft in op dracht, de ziel die omdwaalt, thuis te bren gen. De weemoed evenwel, hoewel de hand uitstrekkende naar de hoop, Iaat zich meestal niet door deze uit de menschenziel verja gen; want de „smart", die stierf in het op levend menschenhart, liet de weemoed als legaat achter voor het verdere leven opdat de mensch zich ook in latere jaren het rijke geschenk van jeugd, vreugde en liefde zou herinneren, die meestal toch zijn levens, deel zijn geweest. Waar toch deze drie gra- tieën nimmer hebben bestaan, aan dat leven gaat de weemoed, huiverend van koude, voorbij. Daar heeft ook de smart immers niets te legateeren „Als iemands leven zeer donker is, kan een kleine vriendelijkheid daarin menigmaal groot licht brengen. Vele onzer zullen dit wellicht meermalen en met dankbaarheid hebben ervaren. De kleinste lichtstraal die, zij het dan ook door een kleine spleet van het donkere, sombere omhulsel der ziel vermag door te dringen, is een afgezant van de hoop. Een vriendelijk opwekkend woord vertegenwoordigt een vriendelijk deelnemend gemoed, dar voor lij denden en droeven de zon is waarvan de Warmtestralen uitgaan. Een vriendelijk woord en niet minder een vriendelijke daad, kunnen oorzaak worden, dat een in den levensstrijd versomberde, wellicht geheel verslagen ge moed, het licht en de vertroosting', welke van dat woord of van die daad uitgaan, voelt inwerken, tenslotte weder opleeft en het ver trouwen in den mensch en in de toekomst herwint. Wij mogen, deze invloed van vriendelijk heid, medelijden en naastenliefde erkennen de, wel niet verzuimen om, in het voorbij gaan, hulde te brengen aan die vele instel lingen, vereenigingen en ondernemingen (van onze hoogst moeilijken, heftig gecretiseer- den, doch ook somwijlen zwaar belasterden tijd) die inderdaad veel licht, warmte, ver troosting en redding aanbrengen. Het moet evenwel mede worden erkend, dat iedereen gegeven is, ten allen tijde en in eiken vorm, aan liefdadigheidsbetooniingen deel te nemen. Woord en daad laten zich voor iedereen niet onvoorwaardelijk aanpassen, waar zulks het weldoen betreft; want de vele behoeften van den tegenwoordigen tijd staan niet overal en niet altijd tot verhouding van het liefda digheids v erinogen van den medemensch, zij dan ook den wil daartoe geenszins te ver denken. Doch hoe ook in het levenslot van velen de medemensch door woord of daad of door beiden leniging tracht aan te brengen, de weemoed blijft in zwaar beproefde levens niet alleen, doch ook in het verdere leven van verreweg het grootste deel der men schen, hare vaak onzichtbaren droefheids- sluier spreiden al gelukt het ook aan de hoop, nTCnigmaal door dien sluier heen een zonnelach te doen dalen in het hart, dat de herinsering aan zware veriicz^.. cf wc! aar. verloren illussies trouw blijft bewaren. Wan! de liefde stempelt hare echtheid juist in den weedom van het leven van dien mensch, die het schoone en goede op zijn levensweg niet onopgemerkt is voorbijgegaan. Immers de smart schrijft in reliefletters het opschrift op de gesloten poort van het Eden, in iedei normaal menschenleven. En dat opschrifi luidt: „Wie nimmer diepe, oprechte smart heeft gevoeld, is de ware vreugde van het leven eveneens voorbijgegaan"Inder daad. Vreugde zonder liefde is ondenkbaai en liefde zonder smart is een ongeslepen edelsteen, waarvan de heerlijke glans nooit heeft uitgestraald, en waarvan bijgevolg de echtheid nimmer is gebleken. Terecht zegt de bekende schrijfster A. 'C. Wallis (wijlen Adèle Opzoomer) in een der meest treffende passages van haar boeiende roman „In da gen van Strijd": „Ik ben de gids van vele le vens, en ook de beste hebben in mijne school geleerd... mijn naam is „Smart". „Weemoed en Hope". Gij beiden staat aan het einde van eens menschen leven, als de levenszon achter de goudgerande wolken van den levenshemel nederdaalt, hand in hand. De hope wijst dan juichend naar boven, waar de millioenen sterren straks zullen schitteren en wenken terwijl de weemoed, tot deze wereld behoorende, in de avondwind opgeno. men, over stille graven fluistert. De poëzie van den dood en akker gaat ech ter aan vele menschenlevens, helaas onopge merkt, voorbij. VIKING. PLUIMVEE, TUINBOUW ENZ. Gediplomeerd Drogist - Opticien FOTOHANDEL ONTWIKKELEN VOOR AMATEURS worden, dat de boomen en struiken er flink van kunnen groeien en vruchten voort brengen. En dat is veel. Maar niemand kan precies zeggen, hoeveel dit nu wel is. Dat hangt zooveel af van grondsoort, onderbe planting, ouderdom, vroegere bemesting, enz. Vele proeven zijn al genomen en hebben aangetoond, dat er heel wat noodig is. Voor. al stikstof, waar men vroeger bij het fruit niets van wilde weten, blijkt in flinke hoe veelheden zeer gunstig te werken. Het spreekt vanzelf, dat een stikstofbemesting niet goed werkt, als men vergeet ook kali en fosforzuur te geven, maar een bemesting van alle drie geeft prachtige resultaten. Of ook kalk noodig is? Zeer zeker. Fruit- boomen houden niet van zure grond. Een kalktoestand van ongeveer 0 blijkt gunstig te werken. Wellicht, dat latere proeven ons omtrent den gewenschten kalktoestand wat meer nauwkeuriger inlichten zullen. Wat de kalimest betreft, patentkali blijkt de beste resultaten te geven. Het 40 pCt. kalizout schijnt toch nog om zijn chloorge- halte iets minder gunstig te werken. Bij een onderplant van aardbeien is patentkali be slist noodzakelijk. Over de hoeveelheden kunstmest kunnen we kort zijn. Precies aan te geven is dit niet, net zoo min als bij stalmest. Voor eenige jaren werd in „De Fruitteelt" aangeraden naar omstandigheden: 700—1400 K.G. zwa vel ammoniak, 500800 K.G. super en 1000- 2000 K.G. patentkali. Tegenwoordig gaan vele fruittelers al aardig op de hoogste giften aan en het is een" feit, dat de leveranciers van veel en mooi fruit de beste mesters zijn. Waar hier boven zwavelzure ammoniak genoemd wordt, spreekt het vanzelf, dat een zeer groot ge deelte' er van, zoo niet alles te vervangen is door chili of kalksalpeter en de super door slakkenmeel. De groote stikstofgiften wor den niet gegeven in eens, maar in meerder malen, liefst al te beginnen in de maanden JanuariFebruari. Nu de winter is aangebroken, is de tijd er weer om eens aan de bespuiting te INGEZONDEN STUKKEN Buiten verantwoordelijkheid van de Redactie. Lotgevallen van een Krantenman. De redacteur was afgetreden Van de plaatselijke krant, En de eigenaar, Oom Manus, Had daarover stierlijk 't land; Hij was maar een burgerventje, Die wel eens 'n Lord Lister las, Die al jaren rentenierde, En dacht datJe iemand was. Hij werd zelf toen redacteur maar En dee eerst geweldig dik, Maar toen.ie z'n eerste krant zou inaken, Kreeg-ie stuipen van den schrik. Want dat simple burgerventje Wist niets van redactie af, Omdat-ie meer om boterletters Dan om letterkunde gaf. Hij liep te peinzen en te zuchten, Hij zat geducht in zak en asch, Omdat-ie al meer dan veertig jaren Van de lagere school af was. Als.ie achter 't autostuur zat, Voelde.n.ie zich een heele piet, Maar de regels van de spelling Kende Oome Manus niet. Eind'Iijk schoot hem wat te binnen, Kwarn-ie op een goed- idee, Hij zocht gauw een tiental kranten En nam schaar en lijmpot mee, Ging toen stil op zolder zitten, Las en knipte en lijmde maar, En na zeven uur „redactie", Was het krantje >oor mekaar. Maar toen 't krantje zoo gedrukt was, Lachten zich de lezers krom, Want het nieuws dat ze daar lazen, Was haast van een maand weerom. Want die snuggere Oome Manus Had op datums niet gelet, En zoo dat oudbakken kostje Kersversch in de krant gezet. OPLOSSING PROBLEEM van P. F. BLAKE. De diagramstand in cijfers was: Wit K h7, D al, T b3, L g6, L g7, P a3 P g3 en twee pionnen op b4 en f4. Zwart K d4, T cl, T d6, L d7, P f2, P gl en drie pionnen op b5, c2 en fö. Wit speelt als sleutelzet L g6-f7. Op zwart 1. T có volgt dan P| b5 mat. Op zwart L c6, wit 2. D a7 mat. Op zwart 1. T eó, wit 2. P f5 mat. Op zwart 1. L e6, wit 2. L f6 mat. Gi'imshaw geeft hier hiet thema der wederkeerige interferentie van T en L dubbel weer. In Amerika heeft men dit idee „Four Hands Round" genoemd. PARTIJFRAGMENT De stelling: Wit (A. Andersen) K fl, D f3, T al, T gl, L f4, P d5, P f5 en 6 pionnen op a2, c2, d3, e4, g4 en h5. Zwart K «8, D b2, T a8, L c5, L c8, R b8, P g8 en 6 pionnen op a7, b5, d7, f7, gl en h7. Het einde dezer partij, weergegeven in deze positie, is zonder twijfel iets bijzon ders. De matvoering met behulp van drie kleine officieren tegenover een geheel légér der tegenpartij is werkelijk wonderbaarlijk. Het spel verliep als volgt: Wit 1. L f4d66, zwart D b2xal. Wit 2. K fl— e2,J- c5x91, 3. -e4e5 (om later D al x f6 te voorkomen), P b8a6, 4. P f5 x gl, K e8—d8. 5. D f3—f6, P gSxfö, 6. L d6e7 mat. VOOR ONZE SCHAKERS VRAAGSTUK van B. SPRINGER Jr., Lyon. Het onderstaande vraagstukje dateert nog uit den dam studie-tijd van den heer Sprin ger, onze tegenwoordige wereldkampioen. Zwart: 4. 1 2 3 4 5 ZONDAG. Behandel de menschep alsof zij waren wat zij moeten zijn, het is zaad uitstrooien, dat misschien opkomt. MAANDAG. Hoevelen-, die roemen op menschenkennis, kennen zichzelf het minst. DINSDAG. Dat we te midden van kleinigheden leven doet ons geen kwaad, wel als het kleine een stempel op ons drukt. WOENSDAG. 's Menschen waarde is gelegen niet al leen in hetgeen hij doet, maar vooral ook ook in hetgeen hij is. DONDERDAG. Schat de wetenschap niet te laag, maar ook niet te hoog; want veel, wat een tijdlang wetenschap heette, is later een dwaling be vonden. VRIJDAG. Vele menschen worden bij het zien van bittere armoede tot tranen toe bewogen; meestal vinden zij hun zakdoek eerder dan hun beurs. ZATERDAG. Overdrijft uwe zorgen niet, véél drijft over. TORENSTRAAT No. 8 SOEST TELEFOON No. 2086 Een enorme collectie. Zeer billijke prijzen. Prima kwaliteiten en smaakvolle dessins. Kerkstraat 26-28-30, Hilversumi Telefoon 411-412 Het goedkoope adres voor de betere kwaliteiten. De fruitteelt breidt zich allerwegen meer en meer uit. Hoe dat komt? De prijs voor goed fruit zal hier wel een belangrijke rol spelen en de omzetting van land- in tuinbouw of het meer intensief be drijven van den landbouw zal de rest er wel toe bijdragen. En daar de afzet van fruit door onze veilingen zeer vergemakkelijkt wordt, kan fruitteelt voor niemand meer een be zwaar zijn. Boomgaarden vergen bedrijfskapitaal, wat na een tiental jaren pas rente gaat afwerpen, maar de fruittuinen, beplantingen van ap pels, peren, pruimen, vn afwisseling met bes sen, frambozen, aardbeien, geeft al rente van af het eerste iaar. Langzamerhand leert ook Nederland, dat fruit gezond is en de omzet in ons eigen land wordt dan ook gaandeweg grooter. Om dezelfde reden gaan vele particulieren er toe over in hun eigen tuin of tuintje fruit aan te planten. Fruitaanplantingen behooren tot de winst gevende bedrijfsonderdeelen, mits de ver zorging en bemesting, enz. dan ook in «orde zijn. En dat dit overal het geval is, meenen we ten sterkste te moeten betwijfelen. De mee ning, dat fruitboomen niet elk jaar dragen, is al oud. Maar den laatsten tijd gaat men aan die regel wal /een beetje tornen. Meer en meer blijkt, dat die -z.g. jaren voortkomen uit verkeerde bemesting of geett bemesting, ondoelmatige verzorging, enz. Hoe moet nu de bemesting zijn? Om kort te gaan, kunnen we zeggen, dat er zooveel plantenvoedsel gegeven moet denken. Reeds lange jaren wordt een. doel matige bèspuiting gepropageerd. En nog is het overgroote deel onzer fruittelers er niet toe overgegaan. Waarom niet? Is het te duur? Hebben honderden dan geen groot voordeel er van gehad? Leveren de „spui ters" dan niet veel meer mooi gaaf fruit dan degenen, die met hun tijd niet mee wil len gaan? En krijgen degenen, die spuiten, niet een veel hoogeren prijs voor hun fruit dan de anderen? Hoe komt het, dat concur rentie voor de Hoolandsche fruitkweekers in het buitenland zoo moeilijk is en in ons land nog groot nadeel ondervindt van de mooie gave buitenlandsche appels en peren? Dat komt, omdat andere landen ons voor zijn. Daar hebben de kweekers begrepen, dat al leen goed en mooi en gaaf fruit een prijs kan opbrengen, die uitsteekt boven den al- ledagprijs en dat alleen mooi fruit graag gekocht wordt. Komt, Hollandsche fruitte lers, legt nu eens af dat oude en in dit geval zoo nadeelige conservatisme. Waarvoor moeten wij spuiten. Voor dier lijke en qjantaardige parasieten. Vruchtboom-cabolineum helpt voor luis (ook bloedluis), evenals Bordeausche pap. Wanneer men door een of andere om standigheid niet beide bespuitingen kan toe passen, zal men toe moeten passen de bè spuiting, die voor ons doel het meest ge schikt is. Vruchtboomcarbolineum spuit men ter sterkte van 10 pCt. op appels en ter sterkte van 7,5 pCt. op peren, kersen en ^pruimen. Deze bespuiting heeft plaats in den winter, vóór het uitloopen van de knoppen. We kiezen er een mooie windstille dag voor uit, daar bij wind veel vloeistof verloren gaat en bij regen de vloeistof van stam en takken regent en de werkzaamheid zeer vermin, dert. Tegen schurft spuit men tegen het open- gaan der bloemknoppen bij appel en peer met een 6 pCt. oplossing Californische pap oKvel bij den- peer veel met 1,5 pCt. Bor deausche pap. Later op het blad en de klei ne vruchten bespuit men den appel dan nog met 2,5 pCt. Californische pap en de peer met 1 pCt. Bordeausche pap. Bij vatbare perensoorten (voor schurft) spuit men veel al nog een derde maal. Fruittelers: mest en spuit, dan zullen de daarvoor uitgegeven gelden dubbel en dwars U zelf weer ten goede komen. De lezers zeien vriend'lijk: Dank U, Loop jij met je krantje door, Als we 'n riks par jaar betalen Willen we 'r ook het beste voor! Ov'ral waar-ie zich vertoonde, Lachte men hem vierkant uit, Bij zijn eigen keukenmeissie Had-ie 't heelemaal verbruid. Toen besteeg-ie vlug z'n auto, Tufte schielijk naar de stad, Waar-ie door z'n vele centen Nog al wat relaties had. En daar kocht-ie voor 'n bom duiten, 'n Afgedankte redacteur, Die het heele krantje vol schreef Met gezemel en gezeur. Al de abonné's bedankten Voor zulk prulwerk, één vo~or één, Maar Oom Manus trok naar 't Zuiden Voor een half jaartje heen. Teruggekeerd naar zeven maanden, Las-ie 's morgens bij de thee 't Jaarverslag; toen kreeg-ie 'n flauwte Hij was éénigst abonné. A. S, De diagramstand in cijfers behoort te zijn zwart 2 dammen op 6 en 24; twee schijven op 25 en 39. Wit een dam op 23 en twee schijven op 35 en 40. Als zwart 3943 speelt, kan wit dan remise maken? OPLOSSING PROBLEEM van B. P. A. KLOOS. Den Haag. De diagramstand in cijfers was: Zwart 11 schijven op 8, 11, 13, 14, 1620, 25 en 26. Wit 11 schijven op 28—30, 31—34, 38, 39. 43 en 44. Wit speelt achtereenvolgens: 32- 27, 28—23, 33 x 22, 29— 24, 38—32 (zwart 25x34), 32x3, 3x48 en 48x6, terwijl op zwart's 49x38 zou zijn gevolgd wit 32x3, 3x26 (over 43) en 26x19 wint. Een ouderwetsch maar niet.onaardig pro bleem. 15 cent per K.M, Dag en nacht te ontbieden. TELEFOON 2247. VOOR ONZE DAMMERS VRAAGSTUK van Dr. L. N. DE JONG. Zwart: 9. Wit: f De diagramstand in cijfers behoort te lui den: Wit K gl, D cl, T dl, T h7, P a6, P f5, L c8 en een pioft op d4. Zwart K c6, P c4, P e8, L g7 en vijf pionnen op b6, b5, d3, >e4, f6. Wit speelt en geeft mat in twee zetten. i het gelaat verdwijnen spoedig door m deze des avonds met wat PUROL in te wrijven en door zich des morgens te wasschen met warm water en gewone zeep of beter nog met Purolzeep. 't Voldoet iedereen. De gemeentefondsbelasting. De wet van 15 Juli 1929, Staatsblad no. 388 tot herziening van de financieele ver houding tusschen het rijk en de gemeenten, die haar voorganster van 24 Mei 1897, Staats, blad no. 156 intrekt, brengt een ingrijpende verandering teweeg in ons plaatselijk be lastingstelsel. Behoudens wijziging van e#ni. ge andere bepalingen betreffende de plaat selijke belastingen, is de hoofdschotel van de herziening de afschaffing van de gemeen, telijke inkomstenbelasting en daarvoor de in de plaatsstelling van de gemeentefondsbe lasting, waarover straks nader. Een groot voordeel van de bovengenoem de wet is, dat zij ons een goede stap nader brengt in de richting van de z.g. nivellee ring der plaatselijke belastingen. Daaronder verstaat men het zooveel mogelijk wegnemen van het verschil in belastingdruk in de on derscheidene gemeenten des rijks. En dit verschil is niet gering. Men raadplege slechts de door het Centraal Bureau voor de Statis tiek te 's Qravenhage uitgegeven vergelij kende overzichten van den belastingdruk in de verschillende gemeenten des rijks. Uit het in de maand dezes jaars uitgegeven overzicht betreffende den belastingdruk 1928-1929, ha len wij ter illustratie van het verschil in belastingdruk in diverse gemeenten aan, dat een gehuwde belastingplichtige zonder kin. deren, met een zuiver inkomen van f5000.— aan gemeentelijke belasting op het inkomen moest betalen in de gemeente: EEN WIJS WOORD VOOR IEDEREN DA AMERSFOORT - TELEFOON No. 615 Afhalen en thuisbezorgen iederen dag. VAARTWEG 41 HILVERSUM VERSCHAFT CREDIETEN OP GEMAKKELIJKE VOORWAARDEN GEOPEND ALLE WERKDAGEN VAN 10—UUR EN MAANDAG-, WOENSDAG- EN ZATERDAG AVOND VAN 7—8 UUR. Oude Pekela f 679.72 Leek f 654.82 Ambt Hardenberg f628.16 Steenwijk f 623.30 Emmen f 604.95 Rotterdam f 191.10 's Qravenhage f 175.27 Huissen (G.) f 75.48 Oud en Nieuw Gastel f 45.76 Wassenaar f 42.33 Amersfoort f 295.82 Baarn 171.11 De Bildt f 180.44 Driebergen f 143.28 Rhenen f288.76 Soest f 242.06 Utrecht f306.16 Veenendaal f 161.67 Zeist f 165.62 Zuilen f 299.54 De wetgever, de onbillijkheid van dezen ongelijkmatigen belastingdruk inziende, heeft hieraan door de in den aanhef dezes genoem de wet, die de gemeentelijke inkomstenbe lasting met ingang van 1 Mei 1931 afschaft, getracht zooveel mogelijk paal en perk te stellen. Dit is hem in zooverre gelukt, dat bij de invoering van de nieuwe wet de be lastingdruk in iedere gemeente aan een mi nimum zal zijn gebonden. De gemeentefonds- belasting, -die de eer heeft de opvolgster te zijn van de gemeentelijke inkomstenbelasting, brengt n.1. voor alle gemeenten ctes rijks een gelijk belastingtarief, behalve voor de ge meenten Amsterdam, Rotterdam en 's Qra venhage; voor de belastingplichtigen van deze gemeenten is een eenigszins voordee- liger regeling getroffen. In verband met de grootere financieele behoeften van verschil lende gemeenten, heeft de wetgever de mo gelijkheid voor de gemeenten opengelaten zich een meerdere opbrengst uit de gemeen tefondsbelasting te verzekeren en wel door het heffen van opcenten op deze belasting o£ wel doordat de gemeente zich voor de bepaling van het zuiver inkomen in een hoo- gere klasse rangschikt. De opbrengst der ge meentefondsbelasting komt niet rechtstreeks ten bate der gemeente van wier ingezetenen zij geheven wordt, doch ze wordt gestort in een fonds in de wet „gemeentefonds" ge noemd, waarvan de inkomsten en uitgaven jaarlijks bij afzonderlijke begrooting worden vastgesteld. Uit dit fonds ontvangen de ge meenten over elk jaarlijksch tijdvak van 1 Mei—30 April. a. een uitkeering ten bedrage van 75 pro cent dei' jaarwedden van den burgemees ter en den secretaris, volgens de rege ling geldende op 1 Januari 1931, welke uitkeering nochtans een bedrag van f3000.— niet te boven gaat; b. leen uitkeering per inwoner der gemeen te op 1 Januari aan het genoemde uit- kcenings tijd vak voorafgaande. Voor de bepaling van de sub b genoem de uitkeering zijn voor iedere gemeente in het bijzonder de volgende factoren van be lang: a. het belastbaar inkomen volgens de ko-

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1929 | | pagina 1