LA PORTE Co - BANKIERS SOESTER BANKVEREENIGING ALLE BANKZAKEN. Uitgave: G. J. Smit, Soestdijk. Bureau: Van Weedestr, 35, Tel. 2181 Banketbakkerij „Nieuwerhoek" Des Zondags na 12 uur wederom GEOPEND Behandelen alle Bank en Effecten-zaken Safe-Deposit OPRUIMING DE EERSTE GOOISCHE HULPBANK VENEMA De klop op de deur! WELKOM. Heer, tot wien zullen wij gaan? De KaïDfllieeen en fle uermezinpen. O.F.VOIGT - Burgem. Grothestraai 28 - SOESTDIJK Burgemeester Grothestraat 53 Telefoon 2317 SAFE-DEPOSIT KRABBELS te JAARGANG VRIJDAG 3 Jlill 1931 Vo. 1 DE SOEST E R POST Katholiek weekblad voor Soestdijk, Soest en Soesterberg. ABONNEMENTSPRIJS 50 cent per 3 maanden. ADVERTENTIEPRIJS: van 1—5 regels f0.75. Elke regel meer 15 cent. Advertenties tusschen de tekst dubbel tarief. Bij contract belangrijke korting. Bijkantoren: VISSER'S Boekhandel, SOEST en C. J. VAN DAM, SOESTERBERG ADVERTENTIES opgegeven voor „De Soe^ter Post'V worden zonder prijsverhooging opgenomen in het „SOESTER NIEUWSBLAD", Algemeen Christelijk Weekblad en „DE SOESTER COURANT". Algemeen Weekblad. TEL. 2232 Aanbevelend, F. H. EUWE BAARN SUSSUM SOEST EVANGELIE volgens den H. Marcus; VIII, 1—9. In dien tijd, toen er eene groote volks menigte bij Jesus was en zij niet te eten hadden, riep Hij de leerlingen bij elkander en sprak tot hen: Ik heb medelijden met de schare; want ziet, reeds drie dagen lang zijn zij aanhoudend bij Mij, en zij hebben niets te eten; en zoo Ik hen zonder eten naar hun huis laat gaan, zullen zij op den weg bezwijken, want eenigen van hen zijn van verre gekomen. Zijne leerlingen nu antwoord den Hem: waarvan zal iemand hen hier met brood kunnen verzadigen, in eene woestijn? En Hij vroeg hen: hoeveel brooden hebt gij? Zij zeiden: zeven. En Hij beval aan het volk, zich op den grond neder te zetten. En Hij nam de zeven brooden en na eene dankzeg ging brak Hij ze en gaf ze aan zijne leer lingen, opdat deze ze zouden uitdeelen. En zij deelden ze aan de menigte uit. Ook had den zij eenige vischjes; deze zegende Hij ook en beval ze voor te zetten. En zij aten en werden verzadigd; en wat overgeschoten was van de brokken raapten zij bijeen: zeven korven. Degenen nu, die gegeten hadden, waren omtrent vier duizend; en Hij liet hen vertrekken. ONZE RIJMKRONIEK DE AREND Door kracht van lijf en scherpen klauw, Door moed en b re ede vlucht, ls d' Adelaar al lang bekend Als koning van de lucht. Daar vliegt hij heen met forschen slag, Zoo over zee en land: Niets stuit hem in zijn snellen vaart, Geen rots, geen steile wand. Soms drijft met onbewogen wiek, Hij lang in 't luchtruim rond; Zeilt, zweeft er steeds met groot gemak. Maarin den morgenstond, Wanneer de vogel honger heeft, Dan vliegt hij zoekend heen, £n stoot op 't jong van ree of schaap Wat onbeschermd verscheen. De Arend, steeds op buit belust, Greep meermalen, gezwind, Wanneer 't wat ver was afgedwaald, Het kleine rtienschenkind; En op den ongenaakb'ren rots Werd dan met vleesch en bloed Van 't teeren wicht, zoo wreed ontvoerd, Des roovers kroost gevoed. Geen wonder, dat de mensch dan steeds Vervolg: htt krachtig dier, Van oog zoo scherp, van moed zoo groot. Van houding edel, fier. Want niets is veilig voor deez' vorst, Die vlugheid paart aan kracht; Elk dier uit heide, veld en woud, Vreest voor zijn oppermacht. zondheidstoestand twijfel bestaat, gratis voor de melkveehouders te onderzoeken. Voor le veranciers van melkhandelaren, aangesloten bij het Melkcontrölestation verricht dit sta tion het onderzoek. Ten slotte wordt de aandacht gevestigd op art. 25 van het Melkbesluit, waarbij verbo den is melk at te leveren van dieren, waar van de melkveehouder redelijkerwijs geacht kan worden te weten of te vermoeden, dat zij lijden aan één der volgende ziekten, te weten: uierontsteking; darmontsteking, waarbij diarrhee optreedt; baarmoederontsteking, gepaard met herhaal delijk optredende uitvloeiingen; open tuberculose; wonden, waarbij de uier, de tepel ot de melk met etter of andere uit de wond af komstige stoffen ernstig verontreinigd kun nen worden. Overtreding van dit voorschrift kan wor den gestraft met geldboete tot ten hoogste f2000.- ot hechtenis van ten hoogste 6 maanden. De veehouders worden dus in hun eigen belang uitgenoodigd voor de naleving van dit voorschrift nauwkeurig zorg te dragen. Soest, 26 Juni 1931. HEERENMODE-ARTIKELEN VAARTWEG 41 HILVERSUM VERSCHAFT CREDIETEN OP GEMAKKELIJKE VOORWAARDEN GEOPEND ALLE WERKDAGEN VAN 10—1 UUR EN MAANDAG-, WOENSDAG- EN ZATERDAG AVOND VAN 7-8 UUR B IJ OFFICIEELE BEKENDMAKINGEN F. C. Kuijperstrsat 10 WERKELIJK SPOTPRIJZEN Burgemeester en Wethouders van Soest brengen ter algemeene kennis, dat heden door hen is afgekondigd het in de vergade ring van den raad der gemeente van 30 De cember 1930 vastgestelde besluit tot wijzi ging van de verordening op de heffing van opcenten op de hoofdsom der gemeentefonds- belasting in de gemeente Soest, vastgesteld bij raadsbesluit van 28 Juli 1930, 4e afd. no. 1525, goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 26 September 1930, No. 5. Soest, 24 Juni 1931. De Burgemeester van Soest brengt het na volgende ter kennis van belanghebbenden: De Keuringsdienst is begonnen krachtiger op te treden tegen het afleveren van melk, vermengd met het product van uierziek vee. Het komt n.L, ondanks de tallooze waar schuwingen door Keuringsdienst en Melkcon- trole-stations uitgezonden, maar al te vaak voor, dat melk van koeien met uier-aandoe ningen wordt bijgemengd, waarvan reeds met het bloöte oog de ondeugdelijkheid dadelijk kan worden vastgesteld. Ook blijkt dikwijls, dat melk wordt afgeleverd van koeien, waar van de melker weet, althans kon weten, dat zij aan een uier-ontsteking lijden of zweren of open wonden aan uier of tepels hebben. Het bijmengen van dergelijke producten van zieke uiers bij melk, die voor zuigelingen, zieken en zwakken bestemd kan zijn, is als een onverantwoordelijke daad te brandmerken. Ingeval zulks dan ook wordt vastgesteld, zal in het vervolg steeds worden overgegaan tot het opmaken van procesverbaal. De melkveehouders zullen zich aan een vervolging niet kunnen onttrekken door on bekendheid met bovenbedoelde afwijkingen bij hun melk of hun vee voor te wenden. Zij hebben de plicht zelf daarop toe te zien en hun personeel ervan te doordringen, dat alle afwijkingen aan de melk of bij hun melkvee te hunner kennis moeten worden gebracht. De Keuringsdienst is te allen tijde bereid monsters melk van koeien, omtrent wier ge- Lezeres en lezer. Wij klopten op de deur en hoorden u roe pen: „binnen" en misschien ook: „Welkom vreemdeling!" Over eenige weken zijn we echter geen vreemdeling meer, maar huisgenoot naar we hopen en verwachten. Dit blad voor alle Katholieken zal U van week tot week op de hoogte houden van alles, wat in Uw gemeente, ook op Katholiek terrein, voorvalt. Het wil en zal de spreekbuis zijn voor en van allen, die iets te zeggen hebben. Het zal zonder aanzien des persoons de belangen van heel het Katholiek volk dienen en geen blad voor den mond nemen als het de beginselen geldt. Pax et Justitia is het parool van dit nieu we weekblad, Vrede en Rechtvaardigheid, maar geen vrede, die zijn kracht zoekt in verzwijgen en geen rechtvaardigheid, die naar één zijde overslaat. Ziedaar in het kort een program, dat door de ervaring bevestigd zal worden. Wij bevelen dit blad in Uw belangstelling aan en betreden met geestdrift de paden, die ons omhoog moeten voeren. Het R.K. Perscomité. Bij het ter pcrs,e gaan van dit eerste num mer hebben wij de eer onzen nieuwen pastoor een hartelijk welkom toe te roepen in de pa rochie van Sint Petrus en Paulus. De nieuwe herder, de ZeerEerw- Heer Wilhelmus Martinus Voss is geboren t,e Aerdt (gem. Herwen en Aerdt) op 28 Oc- tober 1874. Zijn ZeerEerw. ontving de H- Priesterwij ding op 15 Augustus 1900 en was kapelaan te Albergen, daarna in Wehl (Gld.) van 1902 tot 1910 en vervolgens tot 1915 te Wijk bij Duurstede. Hierna volgde zijn pastoorsbenoeming te Buren in Gelderland tot 1923, vanwaar hij naar zijn standplaats Goor vertrok om daar tot op heden zijn kudde te thoeden. Op 3 JuL benoemde Z.H.Exc. Mgr. Jans,en zijn Z.E. tot pastoor te Soest en hedenavond (Vrijdag) om zes uur zal de HoogEerw- Heer Deken Fock de plechtige installatie verrichten. Moge dit derde pastoraat een even aange name zijn als de twee voorgaande, dan kan Soest zich gelukkig prijzen met den nieu wen parochus en pastoor Voss kan dan tevreden zijn over zijn zonnige parochie- EPISTEL EN EVANGELIE. Zesde Zondag na Pinksteren. Les uit den brief van den H. apostel Paulus aan de Romeinen; VI, 3—11. Broeders! Wij allen, zoovelen er van ons gedoopt zijn in Christus Jesus, zijn gedoopt om met Hem te sterven. Door het doopsel immers zijn wij met Hem mede begraven ten doode, opdat, gelijk Christus uit de dooden is opgestaan tot de heerlijkheid des Vaders, ook wij alzoo in nieuwheid van leven wan delen. Want, indien wij met Hem zijn sa mengegroeid door gelijkheid aan zijnen dood. zullen wij het insgelijks zijn door gelijkheid aan zijne verrijzenis; wij weten immers, dat onze oude mensch mede gekruisigd is, op dat het lichaam der zonde vernietigd worde, en wij geen slaven meer van de zonden zoude wezen; want die gestorven is, is van het zondigen losgemaakt. Zijn wij nu met Chris tus gestorven, wij gelooven, dat wij gelijker wijze ook zullen leven met Christus, daar wij weten, dat Christus na uit de dooden te zijn verrezen, niet meer sterft; de dood zal geen heerschappij meer voeren over Hem. Want toen hij voor de zonde stierf, stierf Hij voor eens en voor goed; maar nu Hij leeft, lééft Hij voor God. Aldus ook gijbeschouwt u voor 't zondigen dood te zijn; maar te leven voor God in Christus Jesus on Heer. voor het lijden, als Jezus hen, de apostelen toespreekt en zegt: terwijl hij hen het brood breekt en den beker rijkt: „Neemt en eet, dit is mijn Lichaam; drinkt, dit is de beker van mijn bloed"; dan hebben zij de beves tiging voor oogen deze woorden zijn geest en leven. Dit is zoo duidelijk dat de gewezen apos tel Paulus waarschuwt om niet onwaardig te eten en te drinken, want zegt hij: al wie onwaardig eet en drinkt eet en drinkt zich een oordeel, niet onderscheidend het Lichaam en Brood des Heeren. O zeker, ook leden zijn er nog talloos velen, die deze woorden te hard vinden, maar die het niet aandurven om niet meer met Jezus te wandelen en daarom zoeken zij voor Zijn woorden een andere beteekenis. Bij hun verklaringen wijken zij echter al len at van de door Jezus Zelf gesproken woorden. Hij zegt: Mijn vleesch is waarlijk spijs mijn bloed waarlijk drank. Wie Mijn vleesch niet eet en mijn bloed niet drinkt zal geen deel met mij hebben. ALtl duidelijkheid en eenvoud Iaat deze veroordeeling niets te wenschen over; wie dat vleesch niet eet heeft geen deel aan Christus, waarom dan een poging gedaan om Zijn gezegende woorden een andere in houd te geven? Mijn vleesch is waarlijk spijs men moge er een symbool van maken deze woorden zijn en blijven, geest en leven. En het past ons niet om die woorden van Christus plaats te doen maken voor een an dere verklaring, degenen die Christus hoor den deden dat ook niet. Zij zeiden: hard is deze taal en zij wandelden niet meer met hem dat is de konsekwente houding dergenen, die duide lijk verstaan hebben wat hen gezegd wordt. En de apostelen aanvaarden deze uitspraak van Christus en zij blijven Hem volgen. Hier is geen sprake van een gelijkenis dit is geen paralel. Mijn vleesch is waarlijk spij: kan nu eenmaal niet anders be duioen. VC ie er een symbool van maakt, vergist zich, al heeft hij nog zoo'n goede bedoeling en il tracht hij in de vloeiendste taal een verklaring te geven, die woorden missen geest en leven. Deze verklaringen vervreemden en verwij deren van dat eerste laatste avondmaal, waar bij iezus zelt aanzat en dat vanaf dien tijd tot ïp heden nog immer gevierd wordt over heek de wereld van den opgang der zon tot tan den ondergang. i*i ilbjes! Een goede huidverzorging is een eisch des tijds. Allen die dezer dagen in Apotheek of Drogisterij een doos of tube Purol koopen, ontvangen daarbij zoolang de voorraad strekt, gratis een nuttig boekje over huidverzorging. Heer, tot wien zullen wij gaan? Gij hebt de Woorden des eeuwigen levens! Het is de verzuchtende, trouwe vraag van Simon-Pe- trus aan Zijn Meester, als deze zich tot Hem heeft gericht om te vragen, of de apostelen soms ook verlangen om Hem te verlaten. Jezus heeft gesproken tot de schare en hen gezegd, dat Hij het Levende Brood is, dat van den hemel is neergedaald, dat Hij Zijn vleesch te eten en Zijn bloed te drinken zal geven. Deze woorden zijn voor de meesten te hard en niet om aan te hooren. t Is waar ook, zooiets had voor dien nooit iemand gezegd maar Hij, Jezus van Naza- reth, Die de volksmenigte had gevoed met brooden, die nooit in den oven geweest zijn en met visschen, die niet eerst gevangen en toebereid waren, zoo maar in één daad van Zijn wil. Dat en meer nog hadden de menschen ge zien en zij waren hem overal gevolgd. Zijn wondere werken boezemden hen ontzag en eerbied in. Zij hadden dat brood gegeten en ook die visschen genuttigd en zelf de kor ven met het overgeblevene gevuld en dat terwijl er slechts één knaapje brood en visch bij zich had, toen het volk honger begon te krijgen. Maar die taal, Ik zal u mijn vleesch te eten geven en mijn bloed te drinken. Mijn vleesch is waarlijk spijs en mijn bloed is waarlijk drank! Hoe was dat nu mogelijk, dat kan toch niet en daarom was het hen te veel, het klonk hen niet zacht genoeg en dus trokken ze zich liever terug. Slechts de apostelen bleven; uit hun naam gaf Petrus, de hartstochtelijke volgeling, toen zijn antwoord, dat vragend gesteld was: Heer tot Wien zullen wij gaan? Alleen Jezus heeft hier waarde voor hen en Zijn woord is geest en leven. Het werkt zoo bezielend op hen, dat niemand verlangt zich bij de massa aan te sluiten op den te rugtocht. En zij hebben juist gezien. Want als het gróóte eenmaal gaat gebeuren op den avond Deze titel bedoelt niet een overzicht te geven van de gemeenteraads-verkiezingen over het geheele land, daarvoor is gelegenheid te over in onze groote bladen. Hier nemen wij alleen onze gemeente on der de loupe en moeten dan beginnen met vast te stellen, dat hier wel eenige verras singen aan den dag traden. Het is wel de moeite waard om eens te bedenken, dat het politiek advies, door de verschillende groepen uit de kiesvereeniging samengesteld, in de groote lijven gevolgd is. Waaruit dan volgt, dat de stemming op de groslijst geen juist beeld van den kiezerswil gat. Zij, die dus iets anders willen dan een stemming op de groslijst en dat kunnen we ons indenken, zullen moeten zinnen op an dere dan de thans gebruikte middelen. Maar vooral de katholieke kiezers, die geen lid zijn van de kiesvereeniging, moeten nu wakker geschud worden en zich uitspreken in de organisatie, dat is ook hun cultureele plicht. De propaganda-club heeft nu weer twee jaren tijd voor huisbezoek en zal zeker met veel ijver leden trachten te werven. Zonder goede propaganda geen goede re sultaten, want daar zijn een massa kiezers, die hun katholieken stemplicht wel vervullen, maar door onvoldoende toelichting vaak on verschillig staan, als zij hun stem uitbrengen. Laat ons nu maar eens bij deze laatste ver kiezing stilstaan; er was een vrije lijst en de kiezers konden den kandidaat kiezen, dien zij het liefste in den raad wenschten. Dat heeft lang niet iedereen begrepen, ook al door gemis aan belangstelling, zij het niet door gebrek aan voorlichting. De katholieke lijst was nu immers een vrije lijst en dat de heer Mineur, in een druk be zochte vergadering voor de verkiezingen al leen in overweging gaf te stemmen op lijst 2, was de juiste plaats, welke moest worden ingenomen. Zoo ook heeft het bestuur van de kiesver eeniging gedaan en zeer terecht. Niemand was nu eigenlijk nummer één en, hoewel dit natuurlijk met het oog op de offi ciëele lijst niet mogelijk was, was een alpha- betische volgorde der candidaten meer op haar plaats geweest. Doch we hebben nu 2x2 jaren voor den boeg en moeten dus zooveel mogelijk trach ten de kiezers te scholen, de kiezers van alle maatschappelijke klassen. Ook het gemeente-belang is een katholiek belang en zeker een katholiek belang in hoo- ge orde. Politiek is immers de kunst van het be reikbare en wij weten toch, dat op den bo dem van iedere redeneering het beginsel te vinden is. Welnu dan, als ons beginsel ons lief is. dan moeten wij dat ook probeeren toe te passen in het gezin, dat gemeente heet. Daarvoor is noodig een hooge opvatting van politiek en daaraan mankeert het nog wel eens bij ons. FOTOHANDEL Gediplomeerd Drogist Opticien ONTWIKKELEN VOOR AMATEURS ZITDAG TE SOESTERBERG, Rademakerstraat 7B, Maandag en Donderdag. VAN KNELIS. Lezers, barst in vreugdekreten uit! Uw getrouwe Kne- lis, de vurige strij der voor Aller Vrije Rondborstige Opvat ting, heeft contact ge kregen met ons al ler vriend Busch. Toevallig dat hier 't woord A.V.R.O. staat, daaruit is nu weer een veronder stelling op te maken door oom Grubi. Oom Grubi, de vorst uit het Witte Paleis, heeft mijn goede Busch tot een donderbus gemaakt, want in de Smoezer gaat zijn Edel achtbare te keer als Demosthenes tegen de zee. Wat zeg je van zooveel geleerdheid voor een boer? 't Kon best zijn, dat Knelis Karei I was en ik weet, dat Karei Lodeesen heeft gezegd, als ik Karei niet was zou ik Knelis willen zijn. Maar Busch en oom Grubi zeggen, dat ik Alias ben en hij zegt ook, dat ik een door gefourneerde deugniet moet zijn. Zou het nu y/erkeJiik zon pro ?iin 2 In een naschrift zegt ooin Grubi, dat ik Mr. Van Doorne ben en misschien heeft hij wel gelijk, net zooveel gelijk als vroeger, toen een 10-tai* andere personen werden genoemd. Vele lezers zullen even vreemd hebben ge keken, dat Mr. Van Doorne nu de elfde Kne lis is, maar dat zit hem alleen in het cijfer II hoor. Maar er is een nog veel gekkere tijd geweest. Kort nadat Mr. Van Doorne aan professor Grubi den rug had toegekeerd, vertelde deze professor mij, ja aan mij, Kne lis en aan een aantal ambtenaren op het Ge meentehuis (ik was daar toen om te vertel len, dat ik mond- en klauwzeer hadon der mijn beesten), dat hij, de professor, had ontdekt, misschien wel uitgevonden, dat, ter wijl Mr. Jan Brandnetel was, hij tegelijkertijd Knelis was. Kijk, daar moet ik den professor nou ge lijk in geven; dat vind ik nou niet mooi van mr. Jan. Maar ik zal het eens aan Griet vragen of ik mr. Jan ben; ik begin er nu zelf aan te twijfelen. Ik hoop maar, dat Griet ja zal zeggen, dan noem ik mij in het vervolg Mr. Knelis en 'dan zal ik de eerstvolgende Krab bel over me zelt schrijven; jullie weet wel over Meester Cornelis, die man, die in Indië heelemaal alleen op z'n eentje in die groote stad woont. Maar Iaat ik nu eerst de hand van ver zoening toereiken aan den heer Busch en hem verwijzen naar mijn Krabbel, waarin de gewraakte uitdrukkingen voorkomen. Meneer Van Klooster heeft n.1. in één van zijn verdedigingsbrieven geschreven over een uitlating van den heer Busch en toen gezegd, dat hij wei eens meer iets zei, wat hij niet zoo meende. En als Van Klooster het zegt, dan mag ik het toch ook wel zeggen. Meneer Busch moet dus op een volgende raadsver gadering zélf maar eens aan meneer Van Klooster vragen, wat hij nu eigenlijk met dat gezegde bedoelde en dan ben ik zeker, dat de heer Busch de eerste is, die in de Smoe zer die leelijke woorden tegen mij zal her roepen, maar daaruit zou dan tevens blijken, dat hij wel eens meer dingen zegt en schrijft, die hij niet meent. En dat ik haat zou hebben tegenover som mige personen, is werkelijk overdreven, ik kan niet eens haten, dat is me te goedkoop Vriend Busch, als oom Grubi je weer de pen in de hand drukt, laat je dan niet lom pen hoor, oom is slimmer dan jij denkt. Tot een volgende keer meneer Busch. Ik moet nog even met een ander praten. Meneer de voorzitter, ik vraag thans het woord voor een belangrijk feit. Geachte lezeressen en lezers, af- en aan wezigen, hoort nu een goeden raad van Kne lis en kies mij over vier jaren a.u.b. Sedert het ontslag van den directeur van Openbare Werken, "wordt zijn dienst waar genomen door de heeren Van Noessel en Van Meurs. Dat zijn twee kerels, waar ik mijn petje voor afneem en die pet zit anders nogal vast op mijn k.hoofd. Ze zijn jong en energiek, onafhankelijk en verstaan hun vak, dat weet ik van na bij èn door informeeren bij betrouwbare Iicha men èn bij anderen! Zie zoo, houdt dit vast. Als nu die twee mannen bekwaam zijn om hun bedrijt te leiden en ze gaan zoo door, dan moeten we hun geen nieuwe baas geven, dat dient nergens toe. EEN WIJS WOORD VOOR IEDEREN DAG ZONDAG. De memsch bepael' wat gebeuren kan of niet, Wat God begeert en toestemt, dét geschiet. MAANDAG. Waar 's menschen schoonste en liefste ge dachten zijn, da£r is de mensch; 'hij is niei waar hij leeft, maar waar hij liefheeft. DINSDAG. Lauweren verdorren en vruchten hebben zaden. De eerste zijn een afrekening met het verleden, de laatste beloften voor de toe komst. WOENSDAG. De gierigaard heeft armoede, de spaar zame weert armoede, de verkwister roept armoede. DONDERDAG. Houd armoe en rijkdom ver van mij, maar laat mij mijn dagelijksch brood. VRIJDAG. Laster en kwaadsprekendheid zijn vonken, die. als men ze niet aanblaast, vanzelf uit gaan. ZATERDAG. Hei rijkste erfdeel, dat men een jongen man kan meegeven, is de armoede. Een vent van karakter, die zelf zijn boon tjes kan Hoppen en die zich in een ?aak heeft ingewerkt, verkropt het niet als er een nieuweling wordt ingehaald. Ik heb een ingenieur reeds hooren ver tellen, dat hij hoofd van dien dienst wordt. Maar, meneer de voorzitter, dat gaat te ver; dat kon vroeger wel maar nu zijn het andere tijden en andere gewoonten, vergeet u dat niet. De ingenieur komt niet hier, want ik wensch dat niet! Door de verandering in ons belastingstel sel zijn wij er nu een beetje bovenop, maar ik wil geen extra belasting betalen om iemand aan een overbodig baantje te helpen. Niet dat ik tegen noodzakelijke uitgaven ben, daar niet van; ik zeg meneer de voor zitter betaal die twee heeren naar recht en billijkheid voor hun diensten aan de ge meente bewezen. Verhoog hun salaris en stel ze voor goed aan als leiders of hoofden van den dienst; ze hebben bewezen te zamen de zaak te kunnen leiden. Ditzelfde geef ik ook de commissie in overweging en ik twijfel niet of de heer Busch zal dit voorstel krachtig ondersteunen! Zie je nou Busch dat ik geen hekel aan je heb? En het zal voor jou toch niets uit maken wie het zegt, als het maar goed ge zegd wordt. Waarom een ingenieur er bij gehaald, als die twee heeren het zonder titel ook gedaan hebben en goed gedaan. Wij wennen immers hier zoo moeilijk aan nieuwe heeren, die nieuwe wetten maken of laten maken. Een hoog salaris te geven aan iemand, wiens bed 'is opgeschud door den ouden di recteur en twee ambtenaren, is immers een dwaasheid. En maak het vóór September in orde, treu zel nu niet, want de nieuwe raad zal zeker niet gedoogen, dat die twee heeren alleen maar een plasdankje en een gratificatie krijgen. Ik zeg maar zoo: je kunt die lui, omdat ze het waard zijn, veel beter aan de ge meente binden door hun een flink salaris te geven, dan weer eens een proef te nemen met een ingenieur, die heeft gezegd, dat hij het baantje krijgt! 't Zal mij nu benieuwen of men mij nu gelooft of niet. Ik weet zelf hoe moeilijk het is, om mij te gelooven, maar nu bedoel ik het goed. En denk wel Knelis is Knelis en geen Alias en geen Meester Van Doorne, hij is ook niet degene, die zegt, dat hij Kne lis is. Let maar eens op, natuurboter is niet te vervangen en Knelis is natuurboter hoor, onder rijkskeur. En nou beste menschen, de uitgever heeft mij ook geëngageerd voor de nieuwe krant, die hij uitgeeft, zoodat ik voortaan zal krab belen in „De krant van Smitje" en in „De Soester Post"-, het weekblad voor de Katho lieken. Ik ben er erg blij mee, want 't telt nu dubbel en 't is een aardig spaarpotje voor me. BURGERLIJKE STAND GEBOREN: Cornelis Wilhelmus, zoon van W. van Burgsteden en H. van Laar, Zwarte- weg 5. Jacoba, dochter van J. Walet en J. v. d. Kief;, Wiekslooterweg N.Z. 37d. Wil helmus Franciscus Gerardus, zoon van T. M- A. Snijders en J. W. G. Berkers, Kerkr straat 23. Siemen, zoon van T. de Bruiir en

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1931 | | pagina 1