i V m - IS DE VREDE IN GEVAAR? De laatste dagen werd ons herhaal delijk en van de meest uiteenloopende Zijden de vraag gesteld, of het besluit van Duitschland om de ontwapenings conferentie den rug toe te keeren en voor het lidmaatschap van den Volken bond te bedanken, beteekende, dat thans de vrede in Europa ernstig in gevaar is gebracht. Het antwoord op deze vraag is tege lijkertijd gemakkelijk en moeilijk. Ge makkelijk, omdat wij zouden kunnen ant woorden, dat de vrede in 'Europa reeds voor het besluit van Duitschland zeer problematisch was, moeilijk, omdat geen mensch op het oogenblik de draagwijdte Van den plotselingen stap van Duitsch- fcmd kan overzien. Si Hierbij komt ;nog, dat de grootste oorlogsdreiging niet in Europa, maar in het Verre Oosten is gelegen, waar dc toestand tusschen Japan en Rusland zeer gespannen is en waar men reeds zoo ver is, dat de scherpe nota-wisseling kracht wordt bijgezet door troepencon centraties aan de grenzen. De geheele Russische politiek der laatste maanden ïs er op uit geweest om het voorheen niet denkbeeldige gevaar - an' een aan val uit het Westeri teniet te doen. We behoeven slechts te svijzén op de opmer kelijke vriendschap tusschen Rusland en Polen, en tegelijkertijd op het verbreken 'dei- vriendschapsbanden, die lange jaren Jusschen de Duitsche republiek en Rus land hebben bestaan. Van het Westen heeft Rysland geen gevaar meer te duch ten. HéÉfflcan al zijn krachten dus con- fcentreeréü in het Verre Oosten en het ziet er naar uit, dat Rusland niet terug- fchrikt voor een oorlog. Het zou vooral e?h ontzaglijke 'luchtvloot in de be dreigde gebieden hebben samenge trokken. ii Dat 'het in het Verre Oosten nood zakelijkerwijs op eert oorlog moet uit- 'Jdopén, dat is zoc zeker als twee maal twee vier is. En een oorlog in die ge bieden is juist ook voor ons land zoo ge' omdat onze koloniën, met 1 hoeveelheid aan stookolie, be- njoJigd voor de Japansche ^.ïogsvloot, er zoo dicht bij liggen. V. i een oorlog tusschen Japan en Rusiaud beteekent, dat ook andere landen, welke in het Oosten hun koloniën en handels- ;en bezitten, het niet bij toekijken 1 laten. ■•nat er verband tusschen de oor-, elijkheden in Europa en het Oosten? Natuurlijk bestaat dit v band. Het 1« niet toevallig' dat er tusschen Japan en Duitschland de laatste maanden zulke vriendelijke woor den gewisseld zijn, dat Duitschland Japan gepolst heeft over het terugontvangen van de in den wereldoorlog verloren ko loniën, een verzoek, dat Japan voor lopig enèrgieic hééft afgewezen. Dat Duitschland dén stap van Japan volgde Om den Volkenbond 1 te verlaten Is ook alet zonder bèteekehls. Japan heeft ér gróót belang bij in Europa een hem goedgezinde natie te bezitten. Dit kan men moeilijk van frankrijk of Engeland zeggen, die van het Japansche imperialisme niets moeten nebben. Tot nu toe bespraken we enkel de po litieke moeilijkheden, die tot een oorlog kunnen voeren. Maar politieke moeilijk heden zijn een resultaat, een bewust re sultaat van heel andere handelingen Een oorlog wordt niet gevoerd om ge drenkt eergevoel, om een aangedane be- feediging, om een of ander grensincident of omdat twee volken elkaar haten. Een oorlog wordt gevoerd om zeer con crete dingen, om het heel eenvoudig te zeggen om materieele winst. Er bestaat een categorie van bewust* oorlogsmakers. Zij zien er niet in het minst uit als de dolende roofridders uit ver voorbije tijden, zij zijn van elke ro mantiek ontbloot. Zij terroriseeren geen kleine landstreken, maar geheele we relddeelen. 'Niet iïi den banalen zin des woords. Het zijn eerbiedwaardige Jieeren met vriendelijke gezichten, die in het da- gelijksche leven geen vlieg kwaad doen en misschien wel lid zijn van een ver- eeniging ter bescherming van dieren of van een anti-vivisectie-bond. Zij tronen achter schrijfbureaux en hun machtigste wapen is de telefoon. Hiermee roepen zij de geesten op, die het werk moeten doen. Als men eens in de gelegenheid zou worden gesteld op een morgen te mogen luisteren, wat er door die telefoon voor orders worden gegeven, zou men ver steld staan. Men zou de meest tegenstrij dige opdrachten hooren geven aan de meest uiteenloopende groepen van de maatschappij. De heeren achter de schrijfbureaux, die wij op het oog hebben, staan aan het hoofd van de groot-industrie, de staal- nijverheid, de vliegtuigindustrie, de pe- troleumondernemingen. Zij kennen zakelijk slechts een vaderland: de wereld. Zij doen zaken met iedereen, met toekomstige vijanden evengoed als met het land, waarin hun industrie is gevestigd. Er is bijv. geen handel zoo internationaal als de wapenhandel. Hebben wij dezer dagen niet kunnen lezen, dat enkele Russen naar Den Haag zouden komen om er in contact te ko men met Duitsche ingenieurs, die plan nen voor een modernen oorlogsbodem hadden ontworpen, welke tegelijkertijd ook aan de Nederlandsche regeering waren aangeboden. De wapenen, waarmee men in het Verre Oosten en in Zuid Amerika vocht en vecht zijn voor het meerendeel af-. komstig van Europeesche munitiefabrie ken, van de Schneider Creuzot werken in Frankrijk, van de Vickers Armstrong in Engeland, van de Skoda-fabrieken in Tsjecho Slowakije, van de Krupp-fabrie ken in Duitschland. Wapens worden ge leverd aan iedereen, die er slechts geld voor over heeft. De oorlogsindustrie heeft het lot van de wereld in handen. Ze onderhoudt nauwe relaties met regeeringskringen van zooveel mogelijk landen, ze tracht de meerderheid van de aandeelen te ver werven in krantenondernemingen. Zij laat de journalisten van de verschillende landen tegen elkaar in schrijven, zij tracht tweedracht te. zaaien op conferen ties, kortom ze tracht alle landen van de noodzakelijkheid te overtuigen een groot leger en een groote vloot te onderhou den. Hiertoe werkt dag en nacht een leger van geheime agenten en spionnen. Het is duidelijk, dat achter het besluit van Duitschland de groot-industrie stond en ze heeft het zelfs niet onder stoelen of banken gestoken, want den dag na het officieel bekend worden van de uit treding uit den Volkenbond, zond de Duitsche groot-industrie bij name van Dr. Krupp een telegram aan Hitier, waarin de volkomen instemming met dezen stap Jpetuigd werd. Is de vrede in gevaar? Ja. Zal er spoedig oorlog komen? Waarschijnlijk niet. Niet uit overwegingen van moree- len aard. maar enkel en alleen omdat men in Europa nog niet volkomen toe gerust is om een nieuwen oorlog te be ginnen. Zeker kunnen we ervan zijn, dat de munitiefabrieken en aanverwante be drijven met koortsachtigen ijver zullen gaan werken. Dr. J. Sf. thans verdwijnt Duitschland uit Genève, de Vereenigde Staten van Noord-Ame rika zijn nog nooit officieel toegetreden. Met begrijpelijke spanning wacht de we reld dus af, wie thans aan de beurt is het knusse onder-onsje te Genève den rug toe te keeren. Naar onze hoogst bescheiden meenirig zouden de overgebleven mogendheden niet beter kunnen doen, dan nu maar eens aan Duitschland te toonen, hoe ern stig zij het met de Ontwapening meenen en b.v. eerst maar eens de helft van leger en vloot op gaan doeken. Want daarmede zouden toch de drie bezwaren van Duitschland op werkelijk afdoende wijze zijn weerlegd. Is er,één lezer van dit blad, die ook maar een ejjkele seconde gelooft, dat de overgebleven mogendheden daartoe den zedefijkén moed zullen hebben? Och, kom! Wie lacht niet, om zoo'n onderstelling,, die toch beter uitwerking zou hebben, dan het zenden van booze telegrammetjes, die alleen bewijzen, dat deheeren te Genève hoogst gevoelig, op de teentjes zijn getrapt. Doch genoeg over- de onverkwikke lijke gebeurtenissen aan het Lac Léman- Slechts moeten wij nog even een besluit van den Franschen secretaris-generaal van den Volkenbond, Avenol, memoree- ren, dat onze volkomen instemming heeft. Sedert de stichting van den Volkenbond is de heer A. Pelt, zoon van den direc teur van de hoogere-burgerschool te Zaandam, verbonden geweest aan. .dé informatie-afdeeling, die zorg draagt voor een juiste berichtge- ing van de pers. Reeds onder den vorigen secretaris generaal, den Engelschman, Sir Eric Drummond, was de heer A. Pelt met tal van belangrijke opdrachten* belast. ge: Buitenlandse!) Overzicht De quartzlamp als detective. Met behulp van een miscroscoop en een quartzlamp kan men de echtheid van een kunstwerk onvoorwaardelijk vast stellen, Men ziet hier een teekening onder de quartzlamp, weest. De reis van de comralssie-Lytton naar Mantsjoerijë heeft de heer Pelt o.a. mede gemaakt, evenals hij bijstand heeft verleend aan mr. A. R. Zimmerman, toen deze als Hooge-Commlssaris van den Volkenbond te Weenen resideerde, om op de Oostenrijksche zaken toezicht te houden. Ten slotte heeft de heer Pelt aan het Internationaal Gerechtshof te 's-Gravenhage herhaaldelijk voor dén Volkenbond belangrijk werk verricht en wij herinneren ons persoonlijk, dat de heer Pelt ook bij de „International Law Association" een gezien medewerker is geweest. Deze volkomen verdiende on derscheiding van een deskundig en hard werkend Nederlander zal in breede krin gen, zoo in Nederland, als te Genève, met groote voldoening zijn vernomen. En waar wij persoonlijk van (ie hupsche hulpvaardigheid van den heer Pelt vele malen hebben mogen profiteeren, spreekt het wel vanzelf, dat wij ons veroorloven onze persoonlijke gelukwenschen te voe gen bij de reeksen gelukwenschen, die onzen ijverigen landgenoot in deze dagen ongetwijfeld zullen bereiken. Ook in een geheel ander opzicht staat Duitschland in het middenpunt der be langstelling en wel door het eindeloos schijnende proces over den al dan niet door den Nederlander Marinus van der Lubbe gestichten brand in den Rijksdag Nu zullen weer de beide ministers Goe- ring en Goebbels als getuige worden ge hoord. Een nieuwtje van zeer recenten aard is, dat de Nederlandsche dagbladschrij ver, Jhr. mr. C. de Marees van Swin- deren, neef van den Nederlandschen ge zant van dien naam te Londen en zoon van een bekenden Nederlandschen rech ter, tijdens de behandeling van het proces in den Rijksdag te Berlijn, is over ge bracht naar het hoofdbureau van politie te Berlijn, om aldaar een verhoor te on dergaan. De heer Marees van Swinde- ren heeft in een op Java verschijnend blad artikelen geschreven, die onaange naam zouden zijn voor Duitschland en beleedigend zouden zijn voor minister Goering. Op het oogenblik, dat wij dit overzicht schrijven, is de heer De Ma rees van Swinderen al weer in vrijheid gesteld, zoodat de geheele zaak met een sisser schijnt afgeloopen te zijn. Men hoort zoo vaak in Nederland klagen, dat scheepvaart en werven hier te lande zoo ontzettend te kampen heb ben met werkloosheid. Misschien zal het onzen lezers belang inboezemen te ver nemen, dat het elders niet beter gesteld is. Want in België, te Antwerpen n.1., zijp de werven van de bekende firma Duitschland nog steeds troef in de wereldpers. De Ontwape- nings-conferentie met haar voor zitter Henderson verontwaardigd. De machteloosheid van den Volkenbond wederom aangetoond. Rondom het groote proces te Berlijn, Een Nederlandse!» jour nalist op het politiebureau ver hoord. Werkloosheid in België. Door de wereldpers gaat dag aan dag Duitschland's naam. Geen blad, waar ook ter wereld verschijnend, of het heeft op de uittreding van Duitschland uit den Volkenbond en de verlating van de Ont- wapenings-conferentie te Genève een ellenlange commentaar geleverd. Ge meenlijk in afkeurenden zin. Wie had trouwens anders verwacht? Want sedert den Wapenstilstand van November 1918 zit Duitschland nu eenmaal in het hoekje, waar de meeste slagen vallen. De Ontwa- penings-conferentie is zelf ook boos en lichtelijk van de kook geraakt, evenals de Voorzitter dezer conferentie, de vroe gere Engelsche minister, Henderson. Voor hem is het dan ook heel eerlijk gezegd wel een hard gelag en het is hem te vergeven, dat hij op drie punten het verlaten der conferentie door Duitschland meende te moeten aanvech ten. Duitschland had n.1. beweerd, dat de Ontwapenings-conferentie haar ont- wapeningstaak niet zou volbrengen; dat de sterk gewapende staten niet den wil hadden hun ontwapeningsverplichtingen te vervullen; dat de verwezenlijking van de rechtsgelijkheid voor Duitschland on mogelijk werd gemaakt. De brave Hen derson meende dit drie onjuiste bewerin gen te moeten heeten. Er zijn millioenen, ook buit%r Duitschland, die nog nooit zoo zuiver de puntjes door Duitschland op alle I's hebben zien zetten. Wij zijn van oordeel, dat deze drie Duitsche grie ven in de feiten van allen dag de meest gereede bevestiging vinden. De vergade ring vereenfgde zich natuurlijk met Hen- derson's opvatting en het door den Voor zitter gewenschte telegram werd naar Berlijn verzonden, waar het ergens in de Wilhelmstrasse, waar het Duitsche de partement van bwtenlandsche zaken is gevestigd, wel onder het stof der archie ven zal worden begraven. Na de tallooze vertooningen van machteloosheid, die de Volkenbond aan een verbaasde menschheld heeft laten zien, komt nu weer een nieuwe machte loosheidsuiting de vorige vermeerderen. Japao heeft den Volkenbond verlaten,, Cockerill gesloten en heeft men het per soneel, ongeveer 1.000 man sterk, ont slag moeten verleenen. Ten overvloede schijnt een der grootste Belgische ree- derijen voornemens te zijn tegen het einde van dit jaar het geheele scheep vaartbedrijf dier reederij stop te zetten. Waaraan nog toegevoegd kan worden, dat op het oogenblik reeds 43 van de Belgische handelsvloot is opgelegd. Wanneer gedeelde smart halve smart is, zal dit misschien den toestand in eigen land wat dragelijker doen schijnen? Maar voorloopig is het in ieder geval wel een afdoend bewijs van de economische hul peloosheid, waarin Europa thans ver keert. OBUS RW Cl HÜFF Een afbeelding van de oorkonde, waarin de Nobelprijs eens aan den Nederlandschen geleerde prof. Van 't Hoff werd toegekend. Binnenlandsch Overzicht De belangstelling voor de staats financiën. Boter wordt schaar- scher. Een volksgericht. Voorzichtig met het toedienen van geneesmiddelen. Buitenlandsch fabrikaat bij de nationale hulde- betooging. Er is den laatsten tijd een verhoogde belangstelling merkbaar voor alles wat dén Staat betreft. En begrijpelijk is deze belangstelling, want de maatregelen, die de Staat tegenwoordig neemt, raken ons allen ten nauwste. Ze doen in de meeste gevallen1 een aanslag op onze portemon- naie. Als we van nieuwe indirecte be lastingen hooren, die de meest noodzake lijke levensmiddelen duurder maken, dan zijn we wel eens geneigd te vragen: „Is dat nu wel allemaalnoodig?" We zijn altijd1 even snel van de noodzakelijkheid dezer maatregelen overtuigd. En daarom willen we het wel eèns narekenen of het inderdaad noodig is, dat wij zooveel aan de schatkist moeten offeren. Dit is in zekeren zin mogelijk door dé maandelijksche lijsten van de Rijksmid delen te bestudeeren. Zoo juist is het overzicht verschenen van do, opbrengst der middelen over de maand September. Alle rijksmiddelen tezamen hebben in deze maand bedragen ƒ33.255.421, dat is ongeveer 1.4 millioen meer dan een twaalfde van de jaarraming. Men moet echter niet al te spoedig verheugd zijn, want in de eerste negen maanden van dit jaar was de opbrengst nog 5.6 mil lioen gulden minder dan geraamd was. Het is natuurlijk niet te voorspellen of de resteerende drie maanden van dit jaar dit tekort zullen opheffen. Tot nu blijkt hoe de uiterste zuinigheid geboden blijft en waarom de regeering steeds weer nieuwe bronnen moet aanboren om het evenwicht in de staatshuishouding tot stand te brengen. Onze zuivelproducten worden schaar- scher en dat beteekent voor de huis vrouw, dat ze duurder worden. De pro ductie van de natuurboter wordt steeds kleiner. Hoe dit nu zoo ineens mogelijk is, kunnen we niet nagaan, ofschoon het wel bevreemding wekt. Indien de schaarschte aan natuurboter echter aan houdt, kon het wel eens gebeuren, dat er binnenkort minder boter in de mar garine gemengd wordt. Of dit al spoedig het geval zal zijn is echter nog niet bekend. Het is soms heel moeilijk, in een volk oude gewoonten te dooden. Vooral moei lijk is het, de primitieve rechtsbevredi- ging te onderdrukken. In een moderne samenleving kan het nu eenmaal niet toegèlaten worden, dat men zichzelf recht verschaft of op eigen houtje over ande ren recht gaat spreken. We weten allen, dat het desondanks toch nog vrij veel voorkomt; zijn niet alle vechtpartijen in den grond van de zaak middelen om een echt of vermeend onrecht te beslechten? Een wel zeer grondige wijze van pri mitief recht heeft men dezer dagen in het dorpje Berlicum 'toegepast. Het was enkele bewoners van het dorp ter oore gekomen, dat een oude man door zijn vrouw en dochter voortdurend mishan deld werd. Hieraan zou men nu wel eens een einde maken. Het gevolg was een z.g. „tafelpartij". Met een grooten paal werd door de luiken geramijd, de kamer in, waar een groot gedeelte der meube len vernield werd. De politie ging na tuurlijk dadelijk op zoek naar de daders van deze vernieling, die Intusschen niet zoo gemakkelijk bleken te vinden, omdat het qeheelc dorp zich met deze daad solidair had verklaard. Tenslotte is de politie er toch in geslaagd een drietal personen, van wie men gegronde redenen heeft, dat zij de schuldigen zijn, te ar resteeren. Zij zijn naar 's Hertogenbosch overgebracht en zullen door den rechter commissaris worden verhoord. Met het toedienen van geneesmiddelen kan men niet voorzichtig genoeg zijn. Dit is een algemeene waarheid, die men steeds in acht moet nemen. Het schijnt echter, dat niet iedereen van deze waar-, heid is doordrongen, zooals deze week in de residentie is gebleken. Het geval was als volgt. Twee kinderen moesten op voorschrift van den dokter levertraan met phosphor innemen. De levertraan werd in een apotheek gekocht, een fami lielid, - een verpleegster, bélopfde voor de phosphor te zullen zórgen, welke zij bij een chèmicaliëp-groothandel bestelde in haar kwaliteit van verpleegster. De bestelling werd telefonisch opgegeven en hierbij moet een vergissing hebben plaatsgevonden. Inplaats van de voor geschreven miligrammen werd een aan tal grammen phosphor afgeleverd, welke door de levertraan gemengd werden. Dé kinderen, die deze levertraan moesten innemen kregen dus een duizendvoudige hoeveelheid toegediend. Een van de kinderen. een 4x/2-)arig jongetje is aan de vergiftiging overleden, terwijl het tweede kind, een tweejarig knaapje zwaar ziek is geworden. Men hoopt het echter nog in leven te behouden. De verpleegster is radeloos en verkeert in overspannen toestand. Dit tragische geval leert, dat men nooit moet ingaan op welk vriendelijk aanbod ook, waar het betreft toedienen van geneesmiddelen. In de eerste plaats dient men zich aan het voorschrift van den dokter te houden en de recepten la ten klaarmaken door een bevoegd apo theker. Het leven is een te heilig bezit om er mee te spelen. Een onbegrijpelijke geschiedenis heeft zich afgespeeld op de grootsche, na tionnle huldebetooging op 9 September te Amsterdam. Door het nationale co mité voor de huldiging, werd een speldje uitgereikt. Later deelde het comité nog mede, dat er een buitenqèwoon groote belangstelling voor deze fraai uitgevoer de speldjes bestond, welke voor iedereen te kr'gen waren bi] den secretaris. Het is thans gebleken dat dit herden kingsspeldje van buitenlandsch fabrikaat is, niettegenstaande er een aanbieding voor de vervaardiging ervan was ge-, daan door een Nederlandsche onderne ming. Wij schreven: een onbegrijpelijke geschiedenis. Hier in Amsterdam was een manifestatie van de nationale ge dachte en de herinnering ervan moet voortleven in een in het buitenland ver vaardigd speldjei Terecht heeft èen der- qelijke handelwijze ergernis opgewekt. En'daarbij zijn er nog geen werkloozen in Nederland genoeg cn bekommert het buitenland zich om onze industrie? Neen en daarom moet men'w-cfar "hét mogelijk is de voorkeur" geven aan Nederlandsch fabrikaat, gebiedende noodzaak is het dit te doen' bij een nationale plechtigheid Ja, als het niét. anders koni liever geen. speldjes, dan geïmporteerde speldjes. WEEKPRAAT JE. BEHEERSCHING. „Ja, ik ben nu eenmaal van opvlie genden aard, je moet het me maar niet kwalijk nemen is het stereotype ant woord van menschen, welke in een on- beheerscht oogenblik en dikwijls volko men onredelijk een of anderen beleedi- genden uitval tegen anderen hebben gedaan. Laten we dadelijk vooropstellen, dat deze lichtgeraakte, spoedig booze en ge makkelijk leelijke woorden hanteerende menschen lang niet tot de kwaadsten be- hooren. Ze brengen een gevoelsreactie over in woorden en verlossen zichzelf daarmede dikwijls van een innerlijken last. Zij denken niet na bij wat ze zeg gen, doen dit in sommige gevallen pas er na. In andere gevallen denken ze er in 't geheel niet over na. In het eerste geval komen ze meestal uit zichzelf met een verontschuldiging aandragen, in het laatste zijn ze geneigd deze te geven als het slachtoffer van hun driftbui iets daarover zegt. ALFRED NOBEL, - de stichter van den Nobelprijs, \vlèris honderdsten geboortedag men den 21en September herdacht. Beheersching is iets heel moeilijks. Het is een te weinig beoefende eigenschap. Menschen, die zich zelf in alle omstan digheden weten te beheerschen, zullen zelden door hun woorden kwaad stich ten. Men moet echter niet tot een ander uiterste vervallen en zelfs voor de meest ernstige, ingrijpende dingen ongevoelig, ongeschokt blijven. Deze ongeschoktheid kan dikwijls nog prikkelender werken, dan een in drift uitgestooten woord. Beheersching is noodzakelijk om met andere menschen te kunnen verkeeren. Een oogenblik van niet-beheersching kan soms tot de meest ernstige gevolgen aanleiding geven. Er bestaan menschen. die er op uit Zijn iemands beheersching tot het uiterste te prikkelen, die een boos woord, een beleediging willen uitlokken, om hierdoor fel te kunnen treffen. Zoo iets noemt men met een Vreemd woord provoCeeren. Een beheèrscht mensch zal tot evenwichtige daden komen, die de gemeenschap slechts ten goede kunnen komen. Hij is over het algemeen een goede kameraad, een graag geziene gast. De wereld gaat op het oogenblik mank aan onbeheerschte daden, in het groote en in het kleine. Beheersching is een karaktertrek van ons volk. Daarom leven we in ons landje over het alge meen vrij rustig en gelukkig. Onbe heerschte daden worden hier onvoor waardelijk afgekeurd, vooral als ze daar bij bet stempel dragen van import. Een zelfbeheerscht volk zal het ge makkelijk hebben, maar het moet 'dan ook uit zelfbeheerschte menschen be staan. Laten we trachten de groote kunst van zelfbeheersching machtig te worden, tot heil van anderen, -tot heil van ons zelf. De witte olifant vergiftigd. De bevolking van de hoofdstad van Siam, Bangkok, verkeert in de grootste opwinding. Het schoonste exemplaar van heilige witte olifant is in zijn luxueusen stal vergiftigd gevonden. Men vreest, dat het hier een „politieke aan slag" betreft. Ric Rac. „En dan, als |e me doodt, denk er dan eens aan hoe groote moeite het zou kosten, om, als alle misdadigers, terug te keeren naar de plaats van het misdrijf'. Schipbreuk zonder dat de passagiers het merkten. Toen de passagiers van den stoomer „Laurentanic" van de White-Star-lijn enkele dagen geleden in Liverpool aan kwamen waren zij niet weinig verrast en verbluft toen de familieleden en vrien den, die hen van boord haalden, hen ge roerd om den hals vielen en hen met hun wonderbare redding geluk wensch- ten. Op de verwonderde vragen werd hun even verwonderd geantwoord, dat de radio de catastrophe aan boord van de „Laurentanic" tot in de kleinste bij zonderheden had uitgezonden. Spoedig was de zaak opgehelderd. Men herinnerde zich, dat de kapitein op een mistigen dag op volle zee een red dingsoefening had gehouden, waarom ook niet, en de passagiers hadden er veel genoegen van beleefd. Zij wisten echter niet, dat achter deze geschiedenis diepe ernst was verborgen, dat bet schip ten gevolge van een dikken mist door een ander schip geramd was en een groot lek had aekrenen. De kapitein van de „Laurentanic" bleek een groot psycholoog te zijn. HIJ wist, dat een paniek het ergste is, wat aan boord kan geschieden. Daarom had hij een „kleine reddingsoefening" in scène gezet, de passagiers in de booten laten plaats nemen en deze naar het andere schip te laten roeien. Intusschen gelukte het lek weer te dichten. En de passagiers vonden deze reddingsoefening een wel kome onderbreking van de vaart. Men ziet boe goed het is, als een kapitein menschenkennis bezit. Uit deze geschie denis blijkt echter, dat de radio wel een* wat al te overijld kan weri— Record-waanzin in Amerika. Een zakenman in Kansas City in Amerika heeft een prijs uitgeloofd van 2000 dollar voor een paar, dat, slechts in een badpak gehuld, het 't langste op een ijsblok uithoudt. Wij zouden een blok ijs voorschrijven voor het abnor male brein, waarin dit waanzinnig denk beeld ls gerezen.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1933 | | pagina 4