De heksenketel van Albanië. DE WIJDE WERELD ONTSLOTEN met een simpel stukje bordkarton EEN ALTIjDDURENDE OPSTAND. Vóór honderd jaar deed men het zonder 1 Het spoorkaartje, zonder hetwelk men zich het treinverkeer moeilijk zou kunnen indenken, jubileert dit jaar. Het is n.1. juist honderd jaar geleden, dat de Engel- sche Spoorwegmaatschappij, „the Stock ton Darlinton-Railway-Cy", voor het eerst kaartjes uitgaf, al waren dit dan ook bil jetten, welke heel wat omslachtiger wa ren dan de spoorkaartjes van heden. Op deze kaartjes stond niet alleen den naam vermeld van degenen, die hqj; kaartje be nutte, maar ook zijn ouderdom, afkomst en bijzondere kenteekenen". Het kaartje was strikt persoonlijk en moest aan den „ma chineman" worden ter hand gesteld. Hoewel het spoorkaartje al spoedig volg de na de ingebruikname van den eersten trein, hebben de reizigers toch nog eenigen tijd zonder kaartjes gereisd. Men gaf het reisgeld dan eenvoudig aan den conduc teur. In navolging van het postkoets-sys teem kwamen de spoorkaartjes en zij wa ren er in den eersten tijd dan ook een ge trouwe nabootsing van. Engeland had de primeur. Vóór wij iets willen ver tellen over het spoorkaart je in de verschillende lan den, zullen wij eerst de ontwikkeling nagaan, wel ke het kleine kaartje heeft gemaakt in zijn bestaans- eeuw. Engeland was op dit punt alle Europeesche lan den ver vooruit. In de ja ren, dat men in andere landen nog zat te knoeien met treingeld, dat niet of slechts gedeeltelijk door onbetrouwbare beambten werd afgedragen, had En geland reeds een goed sys teem, hoewel niet kan wor den ontkend, dat er in die eerste jaren nog veel werd gestolen door reizigers, die hun eigen perronkaartjes maakten en op die wijze goedkoop reisden. Een spoorkaartje van Ossenleer. Teneinde dit te voorko men, moesten de passa giers van de London Greenwichlijn een tour niquet passeeren, waar de kaartjes dan worden ge controleerd. In het Londen's Science Museum vindt men eerste klas-kaartjes, welke op zacht ossenleer werden ge drukt. Het tweede klas kaartje was minder fraai; het bestond uit een groen stukje karton. Onderaan het kaartje stond vermeld, dat het den passa giers verboden was fooien te geven aan conducteurs of machinisten. Automatische distributie. Zekere Thomas Edmondson, een vinding rijk ambtenaar, die dienst deed op het tus- schenstation Milton van de Newvastele- Carlisle-Railway-Cy., vond in die dagen een apparaat uit, waardoor het gemakkelijker werd de passagiers van kaartjes te voor zien. Hij maakte een buizendoos met on-'' derin een stalen veer, welke de kaartjes steeds naar voren dreef, zoodat de passa giers gemakkelijk en vlug konden worden geholpen. Ook voorzag hij de kaartjes van een da tumstempel, welks apparaat hij eveneens uitvond. Een jaar later kregen de Engel- sche station een machine, speciaal om sta tionskaartjes te drukken. Ook dit instru ment was een vinding van Edmondson en tot op den huidigen dag gebruikt men nog deze zelfde machine. In 1839 kregen de pasagiers der Middels- brugh-Branch lijn metalen kaartjes, welke echter niet lang in de mode bleven. Ook deze 1:' paste Edmondson's systeem toe. Alle su.tionskaartjes, welke Engeland in den loop der jaren heeft gekend, zijn thans vere-rugd en te bezichtigen in het Science Museum te Londen. Het duurste ticket. Chili bezit de kostbaarste spoorkaartjes. Hier heeft men n.1. kaartjes, welke men voor niet minder dan 750 kan bekomen. De Cordilleros in Los Andes op de grens van Chili en Brazilië in Zuid-Amerika, is n.1 een der geweldigste bergketens der aarde. Tot een hoogste van 7040 M. reikt e: b.v. de Aconcagua, en een massa andere punten zijn maar weinig lager. Wil men nu vanuit Santiago aan de Oostzijde van het gebergte naar Buenos-Aires aan de west zijde reizen, dan staat u slechts twee we gen ter beschikking. Of men kiest de reis door de Straat van Magehaen, welke reis niet minder dan 14 dagen duurt. Of wel men reist over den burgrug naar de vlak te aan de andere zijde van het gebergte en deze laatste reis kan per trein geschie den. Aan de totstandkoming van deze trein-. Kan men zich iets indenken, dat za kelijker, koeler is dan het langwer pige reepje karton, dat met nuchtere letters vermeldt, waarheen het zal worden vervoerd en wat de kosten van het af te leggen traject bedra gen? Kan men zich iets voorstellen, dat meer is afgestemd op onzen tijd van effiency, van kortbondigheid en filmi sche snelheid? Op het spoorkaartje, dat u in uw vacantie wegvoert uit den miserabelei. sleur van het leven op de klok, mist gij niet een eleganten wensch voor een goede en prettige reis in de beste verstandhouding met uw reisgenooten. Een dergelijke vrien delijkheid verwacht gij niet op .die paar vierkante centimeters. Nuchter, koel, zakelijk als de machine, welke het heeft gedrukt en misschien ook even zakelijk als de beambte achter het loket. Maar welk een perspectieven opent het spoorkaartje, perspectieven der zwerflust en der onbegrensde fanta sie. Het voert u naar het droomgezicht van een Venetiaanschen avond of naar den geheimnisvollen zonsondergang boven Constantinopel. Het spoorkaartje document van ef ficiency en van nieuw-zakelijke ro mantiek! Het vervaardigen van spoorkaartjes. route heeft men evenwel 40 lange jaren moeten arbeiden boven afgronden en ga pende kloven. Het is daarom begrijpelijk, dat een reis met dezen trein ontzetend duur is, zooals gezegd, de duurste trein reis ter wereld. Voor een rit van bijna 1500 K.M. betaalt men n.1. 350. Maar dit is niet alles; men dient in het bezit te zijn van een visum ChiliArgentinië, welk visum 90. kost. Wenscht men dit treinreisje nu ook weer terug te ondernemen, dan is men precies 750 kwijt. Hoe men slapers weet te ontzien. In Amerika houdt men er een heel eigenaardige wijze op na om de reizigers te controleeren in den trein. Daar schijnt men er bedacht te zijn den reiziger niet te storen in zijn middagdutje; de eerste con ducteur vraagt den reiziger zijn kaartje; als contrabewijs steekt hij een ongedrukt kaartje in den hoed van den reiziger. Komt dan de hoofdconducteur, dan wordt het kaartje, zonder den reiziger te storen, ver vangen door een ander kaartje en weer van een andere kleur. Zoo gaat men ver der en al zou men een treinreis maken van 5 of 6 dagen, dan nóg wordt de pas sagier slehts éénmaal gestoord en dat is aan het begin van de reis, wanneer hij zijn treinbewijs te voorschijn moet halen. Millioenen cijfers. In Duitschland hebben de spoorwegen niet minder dan 17 drukkerijen in eigen dom, waar de spoorkaartjes worden ge drukt. Voor de minder drukke stations ge bruikt men blanco spoorkaartjes, welke aan de plaatselijke loketten worden inge vuld. De treinkaartjes in Duitschland wor den volgens het nieuwste systeem gedrukt en het aantal drukmachines voor dit doel, hetwelk thans in het ,geheele land meer dan 1600 bedraagt, breidt zich gestadig uit. Uit een statistiek der Duitsche Spoorweg maatschappij blijkt, dat deze onderneming per jaar ongeveer één milliard reiskaar- tjes verkoopt. Om een dergelijke hoeveel heid kaartjes te vervoeren, zouden niet minder dan 80 wagons 15 ton noodig zijnl De spoorkaartjes worden door de druk kerijen geleverd, .welke .geheel in dienst der spoorwegen staan. In de reisbureaux worden ook wel spoorkaartjes gedrukt; een dergelijke drukkerij is meestal zoo op gesteld, dat het publiek het geheele druk proces kan volgen. Een perronkaartje voor een kus. Dat het perronkaartje ende kus in Italië nog eens in nauw verband zouden komen te staan, had niemand vóór enkele jaren kunnen denken. Zooals men weet, verbood de Duce in 1925 het kussen in 't openbaar. Hieronder verstond men niet den vaderlijken kus of den kus van fami lieleden bij een hartelijk weerzien, maar de kus van gelieven. In de eerste jaren van de inwerkingtre ding van dit vrij zonderling verbod stoor de men zich hier weinig aan, maar later, toen Italië's belastinggelden steeds schaar - scher werden, als gevolg van de steeds grooter wordende werkloosheid, -ging men op de overtredingen van het kusverbod 'n boete leggen van 5 lire. Als het sein van vertrek wordt gegeven. Maar liefde is listig en listig waren ook de Italiaansche jongemannen, die een schuilplaats zochten opde perrons der groote stations. Immers, het is wel geoor loofd een dierbare een of meerdere af scheidskussen te geven en zoo kwam het, dat er aan de stations enorme hoeveelhe den perronkaartjes werden verkocht, van welken fabelachtigen verkoop de spoor wegdirecties weinig begrepen. Wat was nu het geval? De verliefde jongelieden kochten zich een perronkaar tje en eenigen tijd vóór het vertrek van een bepaalden trein kusten zij elkaar hartstochtelijk, alsof het scheiden van een zeer langen duur zou zijn. Wanneer het sein tot vertrek werd gegeven, dan sprong de jongeman in kwestie gehaast op de treeplank van den zich reeds voortbewe- genden trein, klauterde in een coupé, waar in zich liefst geen passagiers bevonden en sprong er van den anderen kant weer af Men beweert, da* de sportieve Italianen er een onderlingen wedstrijd van maken, om den trein zoo laat mogelijk te verla ten v De heer „CMuysenaar" sloot de perrons. In Nederland kent men de perrorllcaar- tjes ruim 40 jaar. Het was in Juni van het jaar 1891, dat men kennis maakte met per ronkaartjes. Vóórdien was het iedereen toe gestaan de perrons op en af te loopen. Het perronkaartje werd ingevoerd door den toenmaligen directeur-generaal der Staats spoorwegen, den heer Cluysenaar. In dien lijd bezat men nog geen automaten welke het de perronbezoekers gemakkelijk ma ken zich snel van een kaartje te voorzien, maar alle kaartjes moesten toen nog aan de loketten worden gekocht, hetgeen voor de reizigers vaak een groot gemak was Tot vóór den oorlog bleef de prijs van een perronkaartje 2K cent; toen werd deze prijs verdubbeld, hetgeen men er thans ook nog voor moet betalen. Ook een methode van werk verschaffing Tegelijk met de perronkaartjes werd de stationscontrole ingesteld, hetgeen uit breiding van personeel tengevolge had. Het koopen van een perronkaartje ging vroeger met heel wat meer omslag gepaard dan thans. Een kwartier vóór de aankomst van den verwachten trein moesten de kaartjes worden gekocht, welk tijdsbestek werd uitgeluid door een groote bel. Was de trein eenmaal binnen, dan ging op nieuw de bel en was alles voor het ver trek gereed, dan werd er driemaal op de bel geslagen. Wij zijn modern geworden. Mét de technische ontwikkeling van het trein wezen zijn er veel van die oude ge woonten afgeschaft. De luidbel, welke alle perronbezoekers in rep en roer bracht, is verdwenen. De perronkaartloketten moes ten plaats maken voor de moderne auto maten, het fluitje van den hoofdconduc teur werd vervangen door den bekenden houten plak, welke des avonds wordt ver licht door een groen lampje, enz. enz. Voor den modernen mensch is het ook geen gebeurtenis meer om een treinreis te maken, zooals dit vroeger was. Men slaat even een blik in het gewirwar van lijnen en stippeltjes, waaruit onze spoorboekjes bestaan, begeeft zich naar het station, voorziet zich van een kaartje en even later zet de trein zich in beweging. Een pelgrim-autobus dienst naar Mekka. De tijd, waarin de pelgrims vanuit Irak en Perzië naar Mekka gingen en zich vele ontberingen opleg-den, schijnt voorbij te zijn. De moderne techniek heeft ooh c:i Oosten niet overgeslagen. Duurde in v~ ger jaren een bedevaartreis naar k voor de vrome Perzen drie of vier wt thans doet men er niet langer dan enktie dagen over, doordat er vanuit Irak via Arabië een comfortabele autodienst is in gesteld, wellke de pelgrims snel en zeker naar de bedevaart plaats brengt. Aan de affiches van den autobusdienst prijkt het opschrift: „MajafMedina in slechts vijf dagen" In Mekka denkt men toch anders over dit lang niet onaangenaam ritje naar de heilige stad, en men heeft reeds het plan geopperd die beevaartgangers, die gebruik maken van de autobussen den groenen tulban (he* boet vaardigheidsken teek en) te weigeren. GIFT EN GIFTMENGERS- Het gift is door alle eeuwen heen een toevlucht geweest voor hen, die zich of an deren van het leven willen benemen. Zoo wel in de beschaafde landen als in die streken, waar nog nimmer een blanke durf de komen, kent men het gif in al zijn uit werking. Vooral de inboorlingen in Cen- traal-Afrika zijn in het gifmengen bijzon der geraffineerd en trekken het gif uit planten en dieren, waarvan de grootste ge leerde nog nimmer de namen heeft ge hoord. Reeds ten tijde van Koning Attalus II, vorst van Pergamen bestond het gifmen gen. Deze vorst was een wreed mensch; zijn vrienden gaf hij geschenken, welke eetbaar waren, doch meestal gif inhielden. Ten tijde der Renaissance, zoo verhaalt men, begaf zich geen' genoodigde aan het banket, alvorens een of ander tegengif te hebben geslikt.... De Inlanders in Britsch-Indië zijn bijzon der wraaklustig en wanneer zij eenmaal kans zien dengene, die hen benadeelde of met wien zij in onmin leven, te dooden, dan is het door het toedienen van gif, ge trokken uit slangen ofwel uit gifplanten, welke met bijzonder veel zorg worden ge kweekt. Hier gebruikt men ook wel peil- gif, hetwelk het slachtoffer op zeer wreede wijze doodt. Na het eten ervan treedt een ontzettende maagkramp in, waarna de dood langzaam volgt. Vanuit, Tirana komen van tijd tot tijd ontstellende berichten omtrent onlusten, gevechten en bomaanslagen, welke berich ten van G-riekscbe zijde afkomstig zijn, doch door die officieele Albaneesohe pers steeds worden tegengesproken. Toch schij nen deze berichten niet zoo geheel onjuist te zijn, als men de brieven leest, welke enkele cor respondenten in de Nederlandsche dagblad pers publiceeren en waarin o.a. wordt ge meld, dat de beambten en officieren van Koning Zogu nu reeds acht maanden geen salaris hebben ontvangen. De Italianen zouden geen geld meer geven en Zogu's pogingen om zijn tabaksmonopolie buiten lands te plaatsen, hebben weinig succes. Koning Zogu's troon staat, zoo wordt verder gemeld, ook al niet al te sterk. Vele Albaneezen zagen hem graag verdreven en vervangen door zekeren Moharrem Njarak- tar. Dit alles brengt mee, dat de toestand in Albanië, in vredigen tijd toch al niet guns tig, thans zeer penibel is, en men zich in het buitenland afvraagt: Hoelang zal Zogu stand houden? Een aanslag op den Koning. Koning Zogu staat sedert 1928 aan het hoofd van het woelig Albanië, doch zijn regeeringsjaren zijn verre van rustig ge weest. Men zal zich herinneren hoe in 1931 te Weenen een aanslag op hem Werd ge pleegd, doch waarbij Koning Zogu's ge volg het slachtoffer werd. Bij het proces, dait hiervan het gevolg was en hetwelk eind 1931 met gesloten deuren werd ge houden, verklaarde een der verdachten, dat het slechts in zijn bedoeling had gele gen door dien misdaad de aandacht der wereld te willen vestigen op de toestanden in Albanië. Italië immers poogde in de laatste jaren herhaaldelijk Albanië opnieuw aan zich te binden, hetgeen te meer begrijpelijk is, als men bedenkt, dat wanneer Italië in Al banië de macht in handen heeft, het heer en meester is van de Adriatische Zee, het geen zijn positie vooral tegenover Yougo- slavië zou versterken, daar de verhouding ItaliëYougoslavië nu juist niet een der meest vriendschappelijke is. De vreemde eend in de bijt. En op welke wijze Italië zijn invloed in Albanië tracht te versterken, bleek o.a. uit de geLdileeningen, welke tot vóór kort nog geregeld uit Italië kwamen, echter „onder zekere voorwaarden". Deze voorwaarden behelsden, dat Italië het recht zou krijgen het Albaneesche leger te hervormen, waar van dan ook een druk gebruik werd ge maakt en nóg wordt gemaakt. Het is daarom dan ook wei begrijpelijk, dat de Albaneezen zich van alle in hun land vertoevende Italianen willen ontdoen. Zij willen vrij zijn en zich niet aan banden zien leggen door de Italianen, hoewel toch niet mag worden ontkend, dat Italië veel goeds in het woeste Albanië tot stand bracht. Vele goede wegen en ook enkele spoorwegen werden-er aangelegd, het Al baneesohe leger werd ordentelijker en het land kreeg zelfs door toedoen van Italië te Durazzo een vliegveld met eigen luchtlijn; deze laatste behoort echter aan den Itali- aansohen „Adria Aero-Lloyd". Een niet benijdenswaardige positie. Doch diit alles neemt niet weg, dat Al banië is gebleven een land, waarin het zeer moeilijk is te regeer en. De nauwelijks 40-jarige Koning Zogu is een niet te be nijden vorst. Verscheidene malen, nog in October 1932, kwam een voorgenomen moordaanslag op dezen jongen vorst aan het daglicht. Zeven mannen waren bij dat laatste complot betrokken en alle zeven werden ter dood veroordeeld. Hun plan was aanvankelijk den koning van den troon te stooten doch indien zulks niet mocht ge- KONING ZOGU HEEFT GELDGEBREK zelfs tot complicaties op internationaal ge bied, want de waarschijnlijkheid is im mers zeer groot, dat Italië van de gelegen heid spoedig gebruik zou maken om uit de leidende functies in Albanië die elementen te verwijderen, die niet welwillend staan tegenover Italië en zichzelf als regeerend lang over het begeerde Albanië uit te spre ken. Doch al deze moeilijkheden werden ge lukkig opgelost (voor hoe lang?) door de vrij spoedige genezing van derf koning, die zich aldra opnieuw aan zijn moeilijke taak van heerschar van Albanië, welke titel de -••• -v' Het bedreigde palais van Koning Zogu te Tirana. luikkjen, dan zou de vorst eenvoud'ing „uit den weg" worden geruimd en indiien noo dig, ook zijn gevolg. Wie zal opvolgen? Toch, ondanks dit alles, is Koning Zogu er toch in geslaagd thans reeds meer dan zes jaren aan het hoofd van het woelig Albanië te staan, hetgeen weinigen zou den nadoen. Toen in den zomer van 1933 het bericht den ronde deed, als zou Koning Zogu erns tig ziek zijn (hetgeen achteraf slechts een overspanning van krachten en lichte ni- ootinevergiftiging bleek te zijn), werd op nieuw die aandacht van het buitenland ge vestigd op de Albaneeschen troon. Immers, Koning Zogu is ongehuwd en wie zou^hem moeten opvolgen? En verder, wat zouden Italië'i plannen zijn? Men achtte het zelfs zeer wel moge lijk, dat zijn nakomelingschap tot ernstige binnenlandsche conflicten zou leiden, la Turksche regeering hem eenige jaren ge leden officeel toekende, op te nemen. Een donkere toekomst. Eenige weken geleden deed Albanië op nieuw van zich spreken doordat men in een document, dat door de Yougoslavische re geering was opgesteld, een fout had gevon den, wellke aanleiding gaf tot een incident fusschen beide landen, welk incident ech ter niet veel meer dan een formeele be- teekenis bleek te zijn. Zoo staat Albanië, het land, dat wij reeds alleen kennen door zijn onlusten en woe lingen, dan weer opnieuw voor het regee- ringsvraagstuk. Wat de toekomst voor dit land zal brengen weet niemand, noch de tegenwoordige heerscher. noch de bevol king, maar een vaststaand feit is, dat Italië op zijn hoede blijft om, zoodra de kansen gunstig zyn, in te grijpen en het voor Italië zoo geschikt gebied tot de zijne te rekenen. H P B

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1935 | | pagina 8