N.V. BOUWKAS „ROHYP" Amsterdam Spuistraat 219-221 Verstrekt aan hare deelnemers-spaarders rentelooze en onopzegbare Hypotheken. F. K. VISSER Ingezonden stukken. Plaatselijk Nieuws. Ministerieel goedgekeurd d.d. 13 Juni 1934 Vraagt inlichtingen bij den Vertegenwoordiger: MOLENSTRAAT 24 - SOEST Buiten verantwoording der Redactie. De naderende Raadsverkiezingen, Onlangs kwam mij ter oore, dat in verband met deze verkiezingen, het denk beeld is geopperd, om te trachten slechts !één enke le candidatenlijst voor geheel Soest te doen opstellen, waarop dan zou den voorkomen menschen, van wie te ver wachten is, dat zij alleen en uitsluitend het algemeen belang der gemeente voor oogen hebben. P a r t ij 1 ij s t e n zouden aldus geheel moeten vervallen! Het i ij k t een ideaal-oplossing, maar zou dit mogelijk kunnen zijn? Ik herinner er aan, hoe 4 jaar geleden Benige links staande partijen vóór de ver kiezingen besloten te zamen met één can didatenlijst te zullen uitkomen, maar toen die lijst moest worden in elkaar gezet, eischte e 1 k der samenwerkende p a r- itijen voor één harer leden een der Berste plaatsen op! Ik weet, dat dit samengaan vooral ten doel had, door het „samenvoegen van overschotten" kans te hebben een zetel meer te veroveren, dan bij afzonderlijk Optreden der partijen te verwachten was en dus niet geheel hetzelfde beoogde als het in den aanhef vermelde denkbeeld- Maar toch lijkt het mij, dat indien het mocht gelukken alle partijen aan ©en zelfde beraadslaging te doen deelnemen, er bij het opmaken der candidatenlijst dezelfde strijd zou ontbranden- De sterkste partij zou no- 1 eischen, reeds over no. 2 zou getwist worden en als de R-K. dan ook weer no. 3 zouden opeischen, dan was de oneenigheid al niet meer te herstellen. Ik voor mij gelqof niet aan een oplossing "in dezen zin. Toch moet ik de vraag stellen: Vindt iemand de bestaande toestanden in onzen Raad bevredigend? En dan geloof ik, dat er niemand in heel Soest te vinden is, die deze vraag met j a zal durven beant woorden. Dat wijst dan toch op de noodzaak, Üat er eindelijk verandering moet ko men. Maar hoe? Dat is de groote vraag en daarvoor zie ik maar één mogelijkheid- Een ieder weet, dat er in den RSfa'd meerdere leden zitten, wier aanwezigheid alleen al wrevel opwekt bij verscheidene anderen. Namen wil ik en behoef ik niet te noemen; ook of die wrevel al of niet gerechtvaardigd is, kan hier bui ten beschouwing blijven- Ik wijs alleen ophet feit. Gevolgen hiervan zijn een voortdurend wantrouwen en vaak zich herhalende per soonlijke onaangenaamheden; dit alles zeer ten nadeele van het gemeente-belang, dat men hier alleen te dienen heeft- Hierin zou men alleen verandering kun nen brengen door een zeer ver doorge voerde persoonswisseling- Het komt mij voor, dat er wel raads leden zullen zijn, die zich ietwat bewust zullen zijn, dat deze schoen hun tame lijk wel past- Welnu, men kent het daar op betrekking hebbende spreekwoord- Ik neem gaarne aan, dat zulke raads leden naar eigen overtuiging tot dusver de gemeentebelangen volgens hun gewe ten hebben behartigd- Maar kunnen zij dan thans niet voelen, dat zij de kroon op hun werk zouden zetten door nu den Raad te verlaten, een daad, die vrijwillig verricht naar m ij n vaste meening, algemeene waardeering zou vin den door zijn medeburgers wordt aangewezen, mag slechts bedanken, zoo hij voor zich zelf vast overtuigd is, dat hij in den Raad niet of niet meer op zijn plaats zal zijn. Mij dunkt, dat er in een plaats met 16-000 zielen toch nog genoeg menschen van inzicht moeten zijn om 15 raads- zetels te bezetten- Wanneer men hiertoe algemeen zou willen meewerken, kan zelfs Soest weer een Raad krijgen, waarin met waardigheid het plaatselijk belang wordt behartigd- RUIM TIEN JAREN SOESTER- Nieuw bloed lcome er dan in den Raad, menschen \an beieekenis, van wie men goed© verwachtingen mag koesteren- In deze moeilijke tijdén heeft men meer dan ooit menschen noodig van praktisch inzicht, krachten, waaruit in de eerste plaats kundige wethouders te kie zen zijn. Dan alleen kunnen wij weer een col'ege van B- en W. krijgen, waarvan doelbewuste leiding uitgaat- Uit welke partij dez^ wethouders dan komen, is rn-i. bijzaak, moet althans bij zaak zijn. Zoo Kieze men dan met uiterste zorg zijn candidaten en daarbij moet ik nog Op twee punten wijzen: le.. men late het opstellen der cand.- Lijsten niet over aan slechts enkele partij leden, maar kom® in grooten getale ter partijvergadering, om zoo mogelijk zelf candidaten naar voren te brengen; 2e. niemand onttrekke zich uit gemakzucht aan een candidatuur- Wie Rond de gemeentebegrooting. Er heerscht in de gemeente een onbe- vredigenden toestand èn wat de werk gelegenheid betreft èn in de wijze van besturen der gemeente. Het zou van kortzichtigheid getuigen deze aangelegenheid als plaatselijk te be schouwen. i De roep om den sterken man, of juister den geest van verzet openbaart zich in alle aangelegenheden het econo misch leven rakend. Oók in de ons omringende landen. De economische verhoudingen, welke als barometer hebben de politieke, zijn van zoodanigen aard, dat èn in de ©ene èn in de andere richting een wijzigings proces zich bezig is te voltrekken. Vatten we de politieke verhoudingen in het oog, hier in den engeren zin van ons land en der gemeenten, dan blijkt, dat er een camaliteit bestaat in het schep pen van vruchtbaren arbeid. M- a. w.De politieke schakeering is niet in staat tot het vlot doen functionee- ren van het bestuursapparaat- Het is, om bij Soest te blijven, te be jammeren, dat honderden, thans wel zeer dure guldens, moeten worden uitbetaald aan presenti'ë-gelden der raadsleden, ter wijl „mirable dictu" een hopeloozen ten onvruchtbaren strijd wordt gestreden met b e z u i n i g i n g als inslag. Deze strijd vormt een bedreiging voor de gemeentelijke huishouding; de gemeen te is ten prooi aan vernieling en afbraak. De twisten bergen in zich, van kommer en gebrek te moeten omkomen; zij zijn de windmolens van Don Quichotte. Zij kweeken een kazerne-cultuur. Een kazerne-cultuur, waar staalharde discipline de ontevredenheid in toom moet houden. Zij kan, en zal, aanleiding geven tot het verstikken van het beste wat bij den mensch hoort, dat is: geestelijke en m a t e r i e e 1 e v r ij h e i d- Want: „abyssus, abyssum invocat":,, de afgrond roept den afgrond". Wanneer wij de thans heerschende men taliteit constateeren als een feit, dan be hoeft dit geenszins te beteekenen, dat wij het schuldig" hebben uit te spreken over de thans zittende raadsleden. De oorzaak zit dieper. Speuren wij naar die oorzaak, dan be- teekent dit dat rijper inzicht daagt. Wij hebben n.1. de oorzaak bij ons zelf te zoeken. Wij-zelf hebben meegewerkt aan een vrijwel onhoudbaren toestand. Immers, de raadsleden worden toch ge acht de representanten te zijn van onze inzichten Wat zooveel zeggen wil: dat wij ons ernstig hebben te beraden over de wijze waarop verbetering is te brengen- En dat hier geen plaats is voor ont kenning of miskenning, doch dat wij ons in te stellen hebben op erken ning. De erkenning, dat wij-zelf hebben ge faald. „Regina Probationis" De koningin der bewijsmiddelen is im mers de bekentenis? De conclusie is hier alleen deze: Wil er aan de afbraak paal en perk gesteld worden, dan moet er opbouw plaats hebben. Opbouw in dezen zin, dat wijs inzicht de plaats inneemt waar thans onderlinge twist zetelt. Of anders gezegd: De Raad moet versch en frisch' bloed worden toege voerd. Dit kan, middels de a.s. verkiezingen. Krachten moeten worden opgewekt, welke onbevooroordeeld zich zetten aan constructieven arbeid Indien men zich hiervoor geschikt acht, dan heeft men zich beschikbaar te stel len: dit is onafwijsbare burgerplicht. Ingrijpende maatregelen zijn thans reeds een rijke bron van studie. Er zal geld noodig zijn en idealisme. Geld is er in overvloed. Idealisme gelukkig óók nog. Beiden zijn onontbeerlijk voor Opbouw. Kapitaal is, zegt Ganotte, „niet anders dan accumulatie van opofferingen, welke dient om het vertrouwen in de toekomst te financieren." Idealisme is de eenige groote schep pende kracht, mits gefundeerd. De stormklok luidt; uit de galmgaten klinkt: Wekt op tot vertrouwen. MARCUS MARTIALIS. DE WERKELOOZENSTEUN. Socialistische cretiek De gemeente als incasseerder van huren? Er is reeds langen tijd in de kringen van de georganiseerde werklieden in Soest heel wat te doen over de regeling der sleunuitkeeringen in onze gemeente. We hebben die regeling meermalen hoo- ren verdedigen in den raad, waarvan we dan uitvoerig verslag gaven en we achten het daarom thans een eisch' van onpar tijdigheid om, toepassende het hoor en wederhoor, hieronder over te nemen, wat we aan klachten vonden in het socialis tisch „Volksblad". We stellen er echter prijs op vooraf enkele opmerkingen te maken. De critiek van het „Volksblad" is doordesemd van bittere smalingen op de „christelijke liefdadigheid", de christelijke politiek en de christelijke meerderheid in den raad, die voor de regeling van den werkloozensteun aansprakelijk wordt ge steld. Zulke manier van schrijven is noch tactisch', noch juist- Ze bedreigt de sa menwerking tusschen de verschillende Soester arbeidersorganisaties en wekt re actie. Die critek is onjuist, omdat voor de regeling van den steun de raad in zijn onderscheidene samenstelling, uit gezonderd dan misschien de socialisten, volledig verantwoordelijk is, incluis de afgevaardigden van Vrijheidsbond, Ge meentebelang e. a. En o.i. hebben ook de socialisten er schuld aan, dat de regeling van den steun in Soest niet anders is dan ze is- Onze gemeente moge in het „Volksblad" al welvarend worden geheeten, niemand, die met de toestanden op de hoogte is, zal omkennen, dat de oogenblikkelijke fi nancieel© toestand précair is- En als B. W. dan voorstellen om de noodige be sluiten voor belastingverh'ooging te nemen, zoodat tenminsje de dringendste uitgaven kunnen worden gedaan, dan is het in het bijzonder de socialistische 'afgevaardigde, de heer Nooder die de felste oppositie daartegen voert en zelfs de thans gelden de steunnormcn in gevaar brengt door op M- H. een bezuiniging van f26.000 voor te stellen met de uitgesproken ge dachte, dat Ged- Staten waarin toch óók een christelijke meerderheid zetelt! tenslotte de bedreigde steuntrekkers wel te hulp zullen komen, als de begrootings- posten van Soest zijn uitgeput- Hoe kun nen B- en W., hoe kan de raad, hoe kan wie-óók, een betere steunregeling in el kaar zetten, als de geldelijke middelen daartoe worden onthouden of niet zij- aan te wijzen. Een betere steunregeling in elkaar te zetten is geen za: k van christelijke- of onchristelijke politiek, maar een kwestie van beschikbare middelen- Vraagt men óns: wat denkt ge van de huidige steunnormen? dan antwoor den we.- ze zijn beslist te laag. Alles moet worden gedaan om tot meer bevredigende regelingen te komen- De raad, de gemeenschap, in alle politieke en overige geledingen, moeten samenwer ken om de fondsen te vinden, waaruit een betere regeling kan worden gefinan cierd- Wil deze opzet slagen, dan moet men aflaten van verdachtmakingen en beleedigingen van bepaalde partijen en vooral van elkanders (reli gieuze gevoelens- In het belang van de werklooze Soester arbeiders èn in het belang van een onderling verdraag zame Soester gemeenschap- Vermelden we tenslotte nog, dat in het „Volksblad" van Woensdag dezer week ook nog een bericht voorkwam, dat maat regelen zouden zijn getroffen om van de gesteunde werkloozen, althans voor zoo ver die in door de gemeente gesubsidi eerde woningen huizen, wekelijks in dien zij huurschuld hebben de huur- som plus een gedeelte van de huurschuld in te houden van hun steungeld. Waar dat steungeld over het algemeen niet meer dan f6-75 per week bedraagt, zou zulke maatregel neerkomen op het prijs geven van de werkloozen en dezer ge zinnen aan den honger. We zouden zulke maatregel kortweg s c h a n d e 1 ij k achten. Indien zu'ke maatregel inderdaad zou worden getroffen- Naar dat laatste hebben we, zooals dat journalistiek past, geïnformeerd bij het hoofd van M- H., die ons echter verze kerde, dat hij ter zake geen inlichting kon verstrekken en zulks onder bewoor dingen, die we als onheusch hebben aangevoeld- Thans laten we de beschouwing van het „Volksblad" volgen: De gemeente Soest met ongeveer 16000 inwoners, waartoe de dorpen Soestdijk en Soesterberg behooren, is een der gemeen ten in ons land, waar gepensioneerden, renteniers en dergeljjkeii zich bij voor keur vestigen. Daarnaast ontvangt men er in de zomermaanden vele vacantiegangers en pensiongasten, die van de natuur, van bosch en heide willen profiteeren. Het iSj wat men in de wandeling een welvarende gemeente noemt, ook thans nog, na zoo veel jaren van scherpe crisis. Helaas zijn de werkloozen er allerminst welvarend. Het in meerderheid christelijk gemeentebestuur heeft te hunner verzor ging maatregelen genomen, die vooral voor een gemeente, waar nog welvaart heerscht, niet door den beugel kunnen, maatregelen, die de werkloozen tot pau pers maken, de ondervoeding van de ge zinnen in 'de hand werken, kortom die degenen, welke het ongeluk treft zonder arbeid te komen, tot bittere armoede doe men. Het zooals gezegd in meer3erheid christelijk gemeentebestuur past in volle omvang toe het beginsel, dat ook valide werkloozen armlastiflgen zijn, armlastigen, waarvoor de Armenwet het dwingt te zorgen, maar die 'toch zóó worden be handeld, dat van de christelijke opvat ting, armen zult gij altijd bij u hebben om uw liefdadigheid te kunnen botvieren, in geen enkel opzicht wordt afgeweken. Angstvallig wordt er voor gewaakt, dat men vooral niet meer steun geeft, dan noodig is om het naakte leven te rek ken, dikwijls zelfs dat niet eens en dat ook in de werkverschaffing weinig meer wordt verdiend, heel dikwijls met zeer zwaren arbeid, dan den steun bedraagt- Wat in Soest met de werkloozensteun ge beurt, zijn wij dan ook genoodzaakt een voudigweg een groot schandaal te noe men. Laat ons eerst eens beschrijven, wat ons bij een ter plaatse ingesteld onder zoek omtrent 'de verleende steun is ge bleken. In een adres aan den raad, gedateerd op 29 November 1934, vroegen de drie plaatselijke vakcentrales, Roomsch-katho- liek, modern en christelijk: le. zoodanige besluiten te willen ne men, dat de voorwaarden voor plaatsing in de werkverschaffing in overeenstem ming zijn met de regelingen, door Zijn Excellentie den minister van Sociale Za ken bepaald; 2e. ook hier de steunregeling met rijks subsidie weder in te voeren voor die werkloozen, welke niet bij de w:rkver schaffing kunnen worden geplaatst. Aan de bij dit adres gevoegde toelich ting ontleenen wij over de steunverlee- ning, dat ten onrechte valide arbeiders naar Maatschappelijk Hulpbetoon worden verwezen en dat zij van de verleenjde steun, die gemiddeld niet meer dan f6.75 bedraagt, er niet kunnen komen. STEEDS VERWERPING. Wat in het adres der drie vakcentra les werd gevraagd is door de raadsmeer- derheid, die is samengesteld uit leden van twee der adresseerende centrales, verwor pen. Men deelde ons mee, dat dit niet het eerste adres over deze aangelegen heid is, dat deze meerderheid verworpen heeft- Herhaaldelijk is voordien reeds het zelfde gevraagd of onzerzijds in den raad voorgesteld, maar telkens kreeg men nul op het request- Zelfs is het een derge lijk verzoek, dat de steun had van de plaatselijke geestelijkheid, niet anders ver gaan. Hoe is het nu met de verleende on dersteuning gesteld? Ons werd medege deeld, dat als regel vaklieden, die in een jaar meer dan f750-hebben verdiend, als ze hun kasuitkeering van den vak bond hebben opgebruikt, naar Maatschap pelijk Hulpbetoon worden verwezen. Zij ontvangen daar een uitkeering van f2.25 per dag. Dat zou niet zoo slecht zijn, als de uitkeeringsweek zes dagen had. Maar zoo rekent het Soester gemeente bestuur niet. Ai naar gelang van het aan tal kinderen in het gezin wordt bepaald, dat men gedurende één, twee of drie dagen uilkeering ontvangt- Ons is een lijstje ter hand gesteld, waarop voorkomen de namen van vier timmerlieden, die begiftigd zijn met een uitkeering van f2-25 gedurende drie da gen per week. Er komt een monteur op voor, die ook drie dagen krijgt, een bouwkundige idem, een schilder, een grondwerken allen met een uitkeering van drie dagen, dus van f6.75 per week. Voor heel groote gezinnen is men zoo goed een enkelen keer vier dagen vast te stellen, maar evengoed worden vaklieden een loodgieter, een metselaar enz. met twee dagen uitkeering naar huis ge zonden. Die moeten dus met f4.50 maar zien rond te komen. In een enkel geval hier zijn eeniige gezinsinkomsten wordt met de uitkeering van f2.25 vol staan. De heeren, die deze mooie bepalingen maken, hebben waarschijnlijk wel eens gehoord, dat in andere plaatsen en in elk geval bij de rijkssteunregeling is be paald, dat in den winter een kolentoeslag wordt gegeven, van October tot April per week. Natuurlijk, hebben ze in hun goedheid en gevolg gevend aan hun lief dadigheidszin, gedacht, dat doen wij ook. Men kan die arme duvels toch niet in de kou laten zitten. CHRISTELIJKE LIEFDADIGHEID. Maar de commissie, die al deze zaken regelt, vergadert eens in de veer tien dagen. En als het op den dag der vergadering dan toevallig zacht weer is, besluiten ze, dat het voorloopig wel zon der zoo'n kolenbon kan- Die wordt en kel verstrekt als het erg koud weer is. Toen laatst plotseling de vorst inviel, was het juist op den vergaderingsdag zacht w«er geweest Het gevolg was, dat geen kolenbon werd gegeven en de men schen in de kou zaten. Een schriftelijk verzoek o'm den kolenbon te verstrekken werd zelfs geen antwwoord waard geacht Nietwaar, het nioet christelijke liefdadig heid beoefenen blijven en de beweldadig- den mogen niet lastig worden. Er staat immers geschreven; „Straf is mijn hand, i maar liefderijk mijn gemoed." Men moet werkloozen niet verwennen. Niet voor niets heeft burgemeester Co, lijn te Alphén aan den Rijn de mooi-d 'contraprestatie voor de gesteunden uit gedacht. Ze wordt lu Soest ook toege-1 past. Als je een werklooze f 2.25 pee dag of bijna zeven heele guldens per week uitkeert, mag hij er toch wel wat voor doen? Dat is niet meer dan billijk, denken deze heeren waarschijnlijk en dus, voor deze f2 25 per dag uitkeeriing moet, als het even mogelijk is, gewerkt worden. De straten moeten geveegd, er zijn wel klinkersteenen, die hier of daar uit een weg zijn gehaald, als gruis elders te ge bruiken, er is wel schilder, of timmer werk té verrichten ten behoeve van de herstellingen van gemeentelijke objecten. En dus: contra-prestatie. Gewoon nor maal, productief herstellingswerk wordt voor de armenondersteuning van de werkloozen gevorderd. De drie bouwarbeidersbonden, modern, R-K. en Christelijk, hebben daartegen een ernstig protest ingediend. Er is toen zwart op wit beloofd, dat het uit zou, zijn. Een enkele keer is aan een in con tra-prestatie tewerkgestelde, die den moed had te protesteeren, wel eens een toe slag uitgekeerd, maar dat is al weer ver geten en rustig gaat men weer op da oude wijze voort- Voor alle gesteunden is er geen werk en er zijn dus werkloozen, die zonder contra-prestatie uitikeering krijgen. Maar van de 194 door Maatschappelijk Hulp betoon op de boven omschreven wijze gesteunden, was de helft ,dat is 97, ui contra-prestatie bezig. Hier wordt dus een groot stuk normaal, productief werk voor een habbekrats aan steun verricht Wij kunnen dat niet anders dan een onge hoord schandaal noemen. In Memoriaal - Mevr» Deketh, De ernstige ziekte, door welke de echt- genoote van onzen burgemeester in den nacht van 6 op 7 Februari j.1. was over vallen, heeft op Dinsdagochtend van deze week tot h'et verscheiden van de patiënte geleid- Mevr. I. A. DekethPutman Cramer was op 4 ApriL 1877 geboren te Togal in Ned. Indië, waar haar vader een lei, dende positie bekleedde bij het Binnen, landsch Bestuur- Na diens overlijden repatrieerde de thans ontslapene met haar moeder, een freule von Boddin, naar Ne, derland, waar zij zich in Haarlem vestig-, den. in deze stad huwde zij op 4 Sept 1902 met Mr- Deketh. Het jonge paai) vertrok dadelijk daarop naar Ned- Indië, waar Mr. Deketh een benoeming had bekomen in de magistratuur- Meer dan twintig jaren bleef het domicilie in onze kolonie gevestigd, tot onze huidige bur gemeester, intusschen opgeklommen tot Lid van den Raad van Justitie te Bata via, zijn pensioen bekwam- Het echtpaar Deketh vestigde zich in Hilversum, alwaar, het een jaar later de tijding ontving van de benoeming van Mr. Deketh tot bur gemeester van Soest- De thans overledene heeft zich in onze gemeente als een markante persoonlijkheid doen kennen, ondernemend en vol ener gie. Zij hielp graag en stimuleerde veler, lei maatschappelijke acties- Sterk bewust in haar optreden, wist ze bijna steeds te bereiken, wat ze nastreefde- Velen wis ten dat te waardeeren; anderen hebben zich in de dolentie van hun eigen ge voelens wel eens getroffen geacht- Mevr. Deketh zocht nimmer de leiding in het maatschappelijk leven, maar ze dreef anderen graag en met succes tot actie. Ze was de stimulans van menig ondernemen op sociaal en philantropiscli gebied- Ze had o. m. zitting in het be stuur van de Wijkverpleging en van de Naaikrans van wijlen de Koningin-Moeder. Als een tragische bijzonderheid herin neren we er aan, dat Mevr. Deketh nog pas de bezielende geest is geweest van den gehouden, en zoo zeer geslaagden, Crisis-Bazar. Juist toen dat werk tot een goed einde was gebracht, overviel haaC de ziekte, aan welker oorzaken overspan ning niet vreemd moet zijn geweest- De plechtige uitvaart van het stoffe lijk overschot naar de begraafplaats der Ned- Herv. Gem. aan den Veldweg, ge, schiedt op heden, des middags half één, vanaf het sterfhuis- We wenschen onzen burgemeester, vooC wien de overledene ©en toegewijde gadé is geweest in moeilijke en zware jaren, sterkte in deze beproeving. En aan de overledene 'de eeuwige rust in den Vrede des Heeren. GEVONDEN VOORWERPEN- Belastingmerk, Dijkweg 33, Baarn; hee- renhoed, Dorresteinweg 43; riem, F- C. Kuijperstraat 4; belastingmerk, Nieuweweg 62; belastingmerk, Nieuweweg 87; belas tingmerk, Soesterb.straat 44; motorhand schoen, Pol. Bur.; mantelceintuur, PoL B.; huissleutel, Molenstraat 15; paar meisjes kousen, Veenpad 10; Alpinomuts, Bos straat 14. Dieren: zwartbond hondje, F» Huijck- laan 14; ionce hond, Bob Bureau.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1935 | | pagina 5