N.V. BOUWKAS „ROHYP"
Amsterdam Spuistraat 219-221
Verstrekt aan hare deelnemers-spaarders
rentelooze en onopzegbare Hypotheken.
F. K. VISSER
Ingezonden stukken.
Plaatselijk Nieuws.
Ministerieel goedgekeurd d.d. 13 Juni 1934
Vraagt inlichtingen bij den Vertegenwoordiger:
MOLENSTRAAT 24 - SOEST
Buiten verantwoording der Redactie.
De naderende Raadsverkiezingen,
Onlangs kwam mij ter oore, dat in
verband met deze verkiezingen, het denk
beeld is geopperd, om te trachten slechts
!één enke le candidatenlijst voor geheel
Soest te doen opstellen, waarop dan zou
den voorkomen menschen, van wie te ver
wachten is, dat zij alleen en uitsluitend
het algemeen belang der gemeente voor
oogen hebben.
P a r t ij 1 ij s t e n zouden aldus geheel
moeten vervallen!
Het i ij k t een ideaal-oplossing, maar
zou dit mogelijk kunnen zijn?
Ik herinner er aan, hoe 4 jaar geleden
Benige links staande partijen vóór de ver
kiezingen besloten te zamen met één can
didatenlijst te zullen uitkomen, maar toen
die lijst moest worden in elkaar gezet,
eischte e 1 k der samenwerkende p a r-
itijen voor één harer leden een der
Berste plaatsen op!
Ik weet, dat dit samengaan vooral ten
doel had, door het „samenvoegen van
overschotten" kans te hebben een zetel
meer te veroveren, dan bij afzonderlijk
Optreden der partijen te verwachten was
en dus niet geheel hetzelfde beoogde als
het in den aanhef vermelde denkbeeld-
Maar toch lijkt het mij, dat indien het
mocht gelukken alle partijen aan ©en
zelfde beraadslaging te doen deelnemen,
er bij het opmaken der candidatenlijst
dezelfde strijd zou ontbranden-
De sterkste partij zou no- 1 eischen,
reeds over no. 2 zou getwist worden en
als de R-K. dan ook weer no. 3 zouden
opeischen, dan was de oneenigheid al niet
meer te herstellen.
Ik voor mij gelqof niet aan een
oplossing "in dezen zin.
Toch moet ik de vraag stellen: Vindt
iemand de bestaande toestanden in onzen
Raad bevredigend? En dan geloof ik, dat
er niemand in heel Soest te vinden is, die
deze vraag met j a zal durven beant
woorden.
Dat wijst dan toch op de noodzaak,
Üat er eindelijk verandering moet ko
men.
Maar hoe? Dat is de groote vraag en
daarvoor zie ik maar één mogelijkheid-
Een ieder weet, dat er in den RSfa'd
meerdere leden zitten, wier aanwezigheid
alleen al wrevel opwekt bij verscheidene
anderen. Namen wil ik en behoef ik
niet te noemen; ook of die wrevel al
of niet gerechtvaardigd is, kan hier bui
ten beschouwing blijven- Ik wijs alleen
ophet feit.
Gevolgen hiervan zijn een voortdurend
wantrouwen en vaak zich herhalende per
soonlijke onaangenaamheden; dit alles
zeer ten nadeele van het gemeente-belang,
dat men hier alleen te dienen heeft-
Hierin zou men alleen verandering kun
nen brengen door een zeer ver doorge
voerde persoonswisseling-
Het komt mij voor, dat er wel raads
leden zullen zijn, die zich ietwat bewust
zullen zijn, dat deze schoen hun tame
lijk wel past- Welnu, men kent het daar
op betrekking hebbende spreekwoord-
Ik neem gaarne aan, dat zulke raads
leden naar eigen overtuiging tot dusver
de gemeentebelangen volgens hun gewe
ten hebben behartigd- Maar kunnen zij
dan thans niet voelen, dat zij de kroon
op hun werk zouden zetten door nu den
Raad te verlaten, een daad, die
vrijwillig verricht naar m ij n vaste
meening, algemeene waardeering zou vin
den
door zijn medeburgers wordt aangewezen,
mag slechts bedanken, zoo hij voor zich
zelf vast overtuigd is, dat hij in den
Raad niet of niet meer op zijn plaats
zal zijn.
Mij dunkt, dat er in een plaats met
16-000 zielen toch nog genoeg menschen
van inzicht moeten zijn om 15 raads-
zetels te bezetten-
Wanneer men hiertoe algemeen zou
willen meewerken, kan zelfs Soest weer
een Raad krijgen, waarin met waardigheid
het plaatselijk belang wordt behartigd-
RUIM TIEN JAREN SOESTER-
Nieuw bloed lcome er dan in den Raad,
menschen \an beieekenis, van wie men
goed© verwachtingen mag koesteren-
In deze moeilijke tijdén heeft men
meer dan ooit menschen noodig van
praktisch inzicht, krachten, waaruit in de
eerste plaats kundige wethouders te kie
zen zijn. Dan alleen kunnen wij weer een
col'ege van B- en W. krijgen, waarvan
doelbewuste leiding uitgaat-
Uit welke partij dez^ wethouders dan
komen, is rn-i. bijzaak, moet althans bij
zaak zijn.
Zoo Kieze men dan met uiterste zorg
zijn candidaten en daarbij moet ik nog
Op twee punten wijzen:
le.. men late het opstellen der cand.-
Lijsten niet over aan slechts enkele partij
leden, maar kom® in grooten getale ter
partijvergadering, om zoo mogelijk zelf
candidaten naar voren te brengen;
2e. niemand onttrekke zich uit
gemakzucht aan een candidatuur- Wie
Rond de gemeentebegrooting.
Er heerscht in de gemeente een onbe-
vredigenden toestand èn wat de werk
gelegenheid betreft èn in de wijze van
besturen der gemeente.
Het zou van kortzichtigheid getuigen
deze aangelegenheid als plaatselijk te be
schouwen. i
De roep om den sterken man, of
juister den geest van verzet openbaart
zich in alle aangelegenheden het econo
misch leven rakend.
Oók in de ons omringende landen.
De economische verhoudingen, welke
als barometer hebben de politieke, zijn
van zoodanigen aard, dat èn in de ©ene
èn in de andere richting een wijzigings
proces zich bezig is te voltrekken.
Vatten we de politieke verhoudingen
in het oog, hier in den engeren zin van
ons land en der gemeenten, dan blijkt,
dat er een camaliteit bestaat in het schep
pen van vruchtbaren arbeid.
M- a. w.De politieke schakeering is
niet in staat tot het vlot doen functionee-
ren van het bestuursapparaat-
Het is, om bij Soest te blijven, te be
jammeren, dat honderden, thans wel zeer
dure guldens, moeten worden uitbetaald
aan presenti'ë-gelden der raadsleden, ter
wijl „mirable dictu" een hopeloozen ten
onvruchtbaren strijd wordt gestreden met
b e z u i n i g i n g als inslag.
Deze strijd vormt een bedreiging voor
de gemeentelijke huishouding; de gemeen
te is ten prooi aan vernieling en afbraak.
De twisten bergen in zich, van kommer
en gebrek te moeten omkomen; zij zijn
de windmolens van Don Quichotte.
Zij kweeken een kazerne-cultuur.
Een kazerne-cultuur, waar staalharde
discipline de ontevredenheid in toom
moet houden.
Zij kan, en zal, aanleiding geven tot
het verstikken van het beste wat bij den
mensch hoort, dat is: geestelijke en
m a t e r i e e 1 e v r ij h e i d-
Want: „abyssus, abyssum invocat":,, de
afgrond roept den afgrond".
Wanneer wij de thans heerschende men
taliteit constateeren als een feit, dan be
hoeft dit geenszins te beteekenen, dat wij
het schuldig" hebben uit te spreken over
de thans zittende raadsleden.
De oorzaak zit dieper.
Speuren wij naar die oorzaak, dan be-
teekent dit dat rijper inzicht daagt.
Wij hebben n.1. de oorzaak bij ons
zelf te zoeken.
Wij-zelf hebben meegewerkt aan een
vrijwel onhoudbaren toestand.
Immers, de raadsleden worden toch ge
acht de representanten te zijn van onze
inzichten
Wat zooveel zeggen wil: dat wij ons
ernstig hebben te beraden over de wijze
waarop verbetering is te brengen-
En dat hier geen plaats is voor ont
kenning of miskenning, doch dat
wij ons in te stellen hebben op erken
ning.
De erkenning, dat wij-zelf hebben ge
faald.
„Regina Probationis"
De koningin der bewijsmiddelen is im
mers de bekentenis?
De conclusie is hier alleen deze: Wil
er aan de afbraak paal en perk gesteld
worden, dan moet er opbouw plaats
hebben.
Opbouw in dezen zin, dat wijs inzicht
de plaats inneemt waar thans onderlinge
twist zetelt.
Of anders gezegd: De Raad moet
versch en frisch' bloed worden toege
voerd.
Dit kan, middels de a.s. verkiezingen.
Krachten moeten worden opgewekt,
welke onbevooroordeeld zich zetten aan
constructieven arbeid
Indien men zich hiervoor geschikt acht,
dan heeft men zich beschikbaar te stel
len: dit is onafwijsbare burgerplicht.
Ingrijpende maatregelen zijn thans reeds
een rijke bron van studie.
Er zal geld noodig zijn en idealisme.
Geld is er in overvloed.
Idealisme gelukkig óók nog.
Beiden zijn onontbeerlijk voor Opbouw.
Kapitaal is, zegt Ganotte, „niet anders
dan accumulatie van opofferingen, welke
dient om het vertrouwen in de toekomst
te financieren."
Idealisme is de eenige groote schep
pende kracht, mits gefundeerd.
De stormklok luidt; uit de galmgaten
klinkt: Wekt op tot vertrouwen.
MARCUS MARTIALIS.
DE WERKELOOZENSTEUN.
Socialistische cretiek
De gemeente als incasseerder van huren?
Er is reeds langen tijd in de kringen
van de georganiseerde werklieden in
Soest heel wat te doen over de regeling
der sleunuitkeeringen in onze gemeente.
We hebben die regeling meermalen hoo-
ren verdedigen in den raad, waarvan we
dan uitvoerig verslag gaven en we achten
het daarom thans een eisch' van onpar
tijdigheid om, toepassende het hoor en
wederhoor, hieronder over te nemen, wat
we aan klachten vonden in het socialis
tisch „Volksblad".
We stellen er echter prijs op vooraf
enkele opmerkingen te maken.
De critiek van het „Volksblad" is
doordesemd van bittere smalingen op de
„christelijke liefdadigheid", de christelijke
politiek en de christelijke meerderheid in
den raad, die voor de regeling van den
werkloozensteun aansprakelijk wordt ge
steld. Zulke manier van schrijven is noch
tactisch', noch juist- Ze bedreigt de sa
menwerking tusschen de verschillende
Soester arbeidersorganisaties en wekt re
actie. Die critek is onjuist, omdat
voor de regeling van den steun de raad
in zijn onderscheidene samenstelling, uit
gezonderd dan misschien de socialisten,
volledig verantwoordelijk is, incluis de
afgevaardigden van Vrijheidsbond, Ge
meentebelang e. a.
En o.i. hebben ook de socialisten er
schuld aan, dat de regeling van den
steun in Soest niet anders is dan ze is-
Onze gemeente moge in het „Volksblad"
al welvarend worden geheeten, niemand,
die met de toestanden op de hoogte is,
zal omkennen, dat de oogenblikkelijke fi
nancieel© toestand précair is- En als B.
W. dan voorstellen om de noodige be
sluiten voor belastingverh'ooging te nemen,
zoodat tenminsje de dringendste uitgaven
kunnen worden gedaan, dan is het in het
bijzonder de socialistische 'afgevaardigde,
de heer Nooder die de felste oppositie
daartegen voert en zelfs de thans gelden
de steunnormcn in gevaar brengt door
op M- H. een bezuiniging van f26.000
voor te stellen met de uitgesproken ge
dachte, dat Ged- Staten waarin toch
óók een christelijke meerderheid zetelt!
tenslotte de bedreigde steuntrekkers wel
te hulp zullen komen, als de begrootings-
posten van Soest zijn uitgeput- Hoe kun
nen B- en W., hoe kan de raad, hoe kan
wie-óók, een betere steunregeling in el
kaar zetten, als de geldelijke middelen
daartoe worden onthouden of niet zij-
aan te wijzen.
Een betere steunregeling in elkaar te
zetten is geen za: k van christelijke- of
onchristelijke politiek, maar een kwestie
van beschikbare middelen-
Vraagt men óns: wat denkt ge van de
huidige steunnormen? dan antwoor
den we.- ze zijn beslist te laag.
Alles moet worden gedaan om tot
meer bevredigende regelingen te komen-
De raad, de gemeenschap, in alle politieke
en overige geledingen, moeten samenwer
ken om de fondsen te vinden, waaruit
een betere regeling kan worden gefinan
cierd- Wil deze opzet slagen, dan moet
men aflaten van verdachtmakingen en
beleedigingen van bepaalde partijen en
vooral van elkanders (reli
gieuze gevoelens- In het belang
van de werklooze Soester arbeiders èn
in het belang van een onderling verdraag
zame Soester gemeenschap-
Vermelden we tenslotte nog, dat in het
„Volksblad" van Woensdag dezer week
ook nog een bericht voorkwam, dat maat
regelen zouden zijn getroffen om van de
gesteunde werkloozen, althans voor zoo
ver die in door de gemeente gesubsidi
eerde woningen huizen, wekelijks in
dien zij huurschuld hebben de huur-
som plus een gedeelte van de huurschuld
in te houden van hun steungeld. Waar
dat steungeld over het algemeen niet
meer dan f6-75 per week bedraagt, zou
zulke maatregel neerkomen op het prijs
geven van de werkloozen en dezer ge
zinnen aan den honger. We zouden
zulke maatregel kortweg s c h a n d e 1 ij k
achten. Indien zu'ke maatregel inderdaad
zou worden getroffen-
Naar dat laatste hebben we, zooals dat
journalistiek past, geïnformeerd bij het
hoofd van M- H., die ons echter verze
kerde, dat hij ter zake geen inlichting
kon verstrekken en zulks onder bewoor
dingen, die we als onheusch hebben
aangevoeld-
Thans laten we de beschouwing van
het „Volksblad" volgen:
De gemeente Soest met ongeveer 16000
inwoners, waartoe de dorpen Soestdijk en
Soesterberg behooren, is een der gemeen
ten in ons land, waar gepensioneerden,
renteniers en dergeljjkeii zich bij voor
keur vestigen. Daarnaast ontvangt men er
in de zomermaanden vele vacantiegangers
en pensiongasten, die van de natuur, van
bosch en heide willen profiteeren. Het iSj
wat men in de wandeling een welvarende
gemeente noemt, ook thans nog, na zoo
veel jaren van scherpe crisis.
Helaas zijn de werkloozen er allerminst
welvarend. Het in meerderheid christelijk
gemeentebestuur heeft te hunner verzor
ging maatregelen genomen, die vooral
voor een gemeente, waar nog welvaart
heerscht, niet door den beugel kunnen,
maatregelen, die de werkloozen tot pau
pers maken, de ondervoeding van de ge
zinnen in 'de hand werken, kortom die
degenen, welke het ongeluk treft zonder
arbeid te komen, tot bittere armoede doe
men. Het zooals gezegd in meer3erheid
christelijk gemeentebestuur past in volle
omvang toe het beginsel, dat ook valide
werkloozen armlastiflgen zijn, armlastigen,
waarvoor de Armenwet het dwingt te
zorgen, maar die 'toch zóó worden be
handeld, dat van de christelijke opvat
ting, armen zult gij altijd bij u hebben
om uw liefdadigheid te kunnen botvieren,
in geen enkel opzicht wordt afgeweken.
Angstvallig wordt er voor gewaakt, dat
men vooral niet meer steun geeft, dan
noodig is om het naakte leven te rek
ken, dikwijls zelfs dat niet eens en dat
ook in de werkverschaffing weinig meer
wordt verdiend, heel dikwijls met zeer
zwaren arbeid, dan den steun bedraagt-
Wat in Soest met de werkloozensteun ge
beurt, zijn wij dan ook genoodzaakt een
voudigweg een groot schandaal te noe
men.
Laat ons eerst eens beschrijven, wat
ons bij een ter plaatse ingesteld onder
zoek omtrent 'de verleende steun is ge
bleken.
In een adres aan den raad, gedateerd
op 29 November 1934, vroegen de drie
plaatselijke vakcentrales, Roomsch-katho-
liek, modern en christelijk:
le. zoodanige besluiten te willen ne
men, dat de voorwaarden voor plaatsing
in de werkverschaffing in overeenstem
ming zijn met de regelingen, door Zijn
Excellentie den minister van Sociale Za
ken bepaald;
2e. ook hier de steunregeling met rijks
subsidie weder in te voeren voor die
werkloozen, welke niet bij de w:rkver
schaffing kunnen worden geplaatst.
Aan de bij dit adres gevoegde toelich
ting ontleenen wij over de steunverlee-
ning, dat ten onrechte valide arbeiders
naar Maatschappelijk Hulpbetoon worden
verwezen en dat zij van de verleenjde
steun, die gemiddeld niet meer dan f6.75
bedraagt, er niet kunnen komen.
STEEDS VERWERPING.
Wat in het adres der drie vakcentra
les werd gevraagd is door de raadsmeer-
derheid, die is samengesteld uit leden van
twee der adresseerende centrales, verwor
pen. Men deelde ons mee, dat dit niet
het eerste adres over deze aangelegen
heid is, dat deze meerderheid verworpen
heeft- Herhaaldelijk is voordien reeds het
zelfde gevraagd of onzerzijds in den raad
voorgesteld, maar telkens kreeg men nul
op het request- Zelfs is het een derge
lijk verzoek, dat de steun had van de
plaatselijke geestelijkheid, niet anders ver
gaan.
Hoe is het nu met de verleende on
dersteuning gesteld? Ons werd medege
deeld, dat als regel vaklieden, die in een
jaar meer dan f750-hebben verdiend,
als ze hun kasuitkeering van den vak
bond hebben opgebruikt, naar Maatschap
pelijk Hulpbetoon worden verwezen. Zij
ontvangen daar een uitkeering van f2.25
per dag. Dat zou niet zoo slecht zijn,
als de uitkeeringsweek zes dagen had.
Maar zoo rekent het Soester gemeente
bestuur niet. Ai naar gelang van het aan
tal kinderen in het gezin wordt bepaald,
dat men gedurende één, twee of drie
dagen uilkeering ontvangt-
Ons is een lijstje ter hand gesteld,
waarop voorkomen de namen van vier
timmerlieden, die begiftigd zijn met een
uitkeering van f2-25 gedurende drie da
gen per week. Er komt een monteur op
voor, die ook drie dagen krijgt, een
bouwkundige idem, een schilder, een
grondwerken allen met een uitkeering
van drie dagen, dus van f6.75 per week.
Voor heel groote gezinnen is men zoo
goed een enkelen keer vier dagen vast te
stellen, maar evengoed worden vaklieden
een loodgieter, een metselaar enz.
met twee dagen uitkeering naar huis ge
zonden. Die moeten dus met f4.50 maar
zien rond te komen. In een enkel geval
hier zijn eeniige gezinsinkomsten
wordt met de uitkeering van f2.25 vol
staan.
De heeren, die deze mooie bepalingen
maken, hebben waarschijnlijk wel eens
gehoord, dat in andere plaatsen en in
elk geval bij de rijkssteunregeling is be
paald, dat in den winter een kolentoeslag
wordt gegeven, van October tot April
per week. Natuurlijk, hebben ze in hun
goedheid en gevolg gevend aan hun lief
dadigheidszin, gedacht, dat doen wij ook.
Men kan die arme duvels toch niet in
de kou laten zitten.
CHRISTELIJKE LIEFDADIGHEID.
Maar de commissie, die al deze
zaken regelt, vergadert eens in de veer
tien dagen. En als het op den dag der
vergadering dan toevallig zacht weer is,
besluiten ze, dat het voorloopig wel zon
der zoo'n kolenbon kan- Die wordt en
kel verstrekt als het erg koud weer is.
Toen laatst plotseling de vorst inviel,
was het juist op den vergaderingsdag
zacht w«er geweest Het gevolg was, dat
geen kolenbon werd gegeven en de men
schen in de kou zaten. Een schriftelijk
verzoek o'm den kolenbon te verstrekken
werd zelfs geen antwwoord waard geacht
Nietwaar, het nioet christelijke liefdadig
heid beoefenen blijven en de beweldadig-
den mogen niet lastig worden. Er staat
immers geschreven; „Straf is mijn hand, i
maar liefderijk mijn gemoed."
Men moet werkloozen niet verwennen.
Niet voor niets heeft burgemeester Co,
lijn te Alphén aan den Rijn de mooi-d
'contraprestatie voor de gesteunden uit
gedacht. Ze wordt lu Soest ook toege-1
past. Als je een werklooze f 2.25 pee
dag of bijna zeven heele guldens per
week uitkeert, mag hij er toch wel wat
voor doen? Dat is niet meer dan billijk,
denken deze heeren waarschijnlijk en dus,
voor deze f2 25 per dag uitkeeriing moet,
als het even mogelijk is, gewerkt worden.
De straten moeten geveegd, er zijn wel
klinkersteenen, die hier of daar uit een
weg zijn gehaald, als gruis elders te ge
bruiken, er is wel schilder, of timmer
werk té verrichten ten behoeve van de
herstellingen van gemeentelijke objecten.
En dus: contra-prestatie. Gewoon nor
maal, productief herstellingswerk wordt
voor de armenondersteuning van de
werkloozen gevorderd.
De drie bouwarbeidersbonden, modern,
R-K. en Christelijk, hebben daartegen een
ernstig protest ingediend. Er is toen
zwart op wit beloofd, dat het uit zou,
zijn. Een enkele keer is aan een in con
tra-prestatie tewerkgestelde, die den moed
had te protesteeren, wel eens een toe
slag uitgekeerd, maar dat is al weer ver
geten en rustig gaat men weer op da
oude wijze voort-
Voor alle gesteunden is er geen werk
en er zijn dus werkloozen, die zonder
contra-prestatie uitikeering krijgen. Maar
van de 194 door Maatschappelijk Hulp
betoon op de boven omschreven wijze
gesteunden, was de helft ,dat is 97, ui
contra-prestatie bezig. Hier wordt dus een
groot stuk normaal, productief werk voor
een habbekrats aan steun verricht Wij
kunnen dat niet anders dan een onge
hoord schandaal noemen.
In Memoriaal - Mevr» Deketh,
De ernstige ziekte, door welke de echt-
genoote van onzen burgemeester in den
nacht van 6 op 7 Februari j.1. was over
vallen, heeft op Dinsdagochtend van deze
week tot h'et verscheiden van de patiënte
geleid-
Mevr. I. A. DekethPutman Cramer
was op 4 ApriL 1877 geboren te Togal
in Ned. Indië, waar haar vader een lei,
dende positie bekleedde bij het Binnen,
landsch Bestuur- Na diens overlijden
repatrieerde de thans ontslapene met haar
moeder, een freule von Boddin, naar Ne,
derland, waar zij zich in Haarlem vestig-,
den. in deze stad huwde zij op 4 Sept
1902 met Mr- Deketh. Het jonge paai)
vertrok dadelijk daarop naar Ned- Indië,
waar Mr. Deketh een benoeming had
bekomen in de magistratuur- Meer dan
twintig jaren bleef het domicilie in onze
kolonie gevestigd, tot onze huidige bur
gemeester, intusschen opgeklommen tot
Lid van den Raad van Justitie te Bata
via, zijn pensioen bekwam- Het echtpaar
Deketh vestigde zich in Hilversum, alwaar,
het een jaar later de tijding ontving van
de benoeming van Mr. Deketh tot bur
gemeester van Soest-
De thans overledene heeft zich in onze
gemeente als een markante persoonlijkheid
doen kennen, ondernemend en vol ener
gie. Zij hielp graag en stimuleerde veler,
lei maatschappelijke acties- Sterk bewust
in haar optreden, wist ze bijna steeds te
bereiken, wat ze nastreefde- Velen wis
ten dat te waardeeren; anderen hebben
zich in de dolentie van hun eigen ge
voelens wel eens getroffen geacht-
Mevr. Deketh zocht nimmer de leiding
in het maatschappelijk leven, maar ze
dreef anderen graag en met succes tot
actie. Ze was de stimulans van menig
ondernemen op sociaal en philantropiscli
gebied- Ze had o. m. zitting in het be
stuur van de Wijkverpleging en van de
Naaikrans van wijlen de Koningin-Moeder.
Als een tragische bijzonderheid herin
neren we er aan, dat Mevr. Deketh nog
pas de bezielende geest is geweest van
den gehouden, en zoo zeer geslaagden,
Crisis-Bazar. Juist toen dat werk tot een
goed einde was gebracht, overviel haaC
de ziekte, aan welker oorzaken overspan
ning niet vreemd moet zijn geweest-
De plechtige uitvaart van het stoffe
lijk overschot naar de begraafplaats der
Ned- Herv. Gem. aan den Veldweg, ge,
schiedt op heden, des middags half één,
vanaf het sterfhuis-
We wenschen onzen burgemeester, vooC
wien de overledene ©en toegewijde gadé
is geweest in moeilijke en zware jaren,
sterkte in deze beproeving. En aan de
overledene 'de eeuwige rust in den Vrede
des Heeren.
GEVONDEN VOORWERPEN-
Belastingmerk, Dijkweg 33, Baarn; hee-
renhoed, Dorresteinweg 43; riem, F- C.
Kuijperstraat 4; belastingmerk, Nieuweweg
62; belastingmerk, Nieuweweg 87; belas
tingmerk, Soesterb.straat 44; motorhand
schoen, Pol. Bur.; mantelceintuur, PoL B.;
huissleutel, Molenstraat 15; paar meisjes
kousen, Veenpad 10; Alpinomuts, Bos
straat 14.
Dieren: zwartbond hondje, F» Huijck-
laan 14; ionce hond, Bob Bureau.