HOLLAND S STEDENSCHOON De Goudstroom naar Amerika IN PRAAT EN PRENT Utrecht, Cadeautjes voor verkeersagenten ST-l'UCOL/\A&KeRlt. UTRCC.MT. dr tATHA^'NAKEIK. ÜT«.ECMT» Tekst es teekeningen van LEO K. ZELDENRUST het op een weck gemoed corresponderend oog? Is het soms mijn schuld, dat zulk edel werk niet zoo vorstelijk gehonoreerd kan worden als het gebarenspel van een Rotter- damschen verkeersagent? Ik zou niet weten, waarom de dankbaar heid van het publiek juist halt zou moeten houden vóór den persoon des krantenschrij- „Ut recht, een hoofdstad, des Hollands bodem waarachtig, Die men tegenwoordig siet staan heerlijk en prachtig". Begon men in oude tijden een gehucht te bouwen, dan ging dat al net zoo als wanneer men tegenwoordig een nieuwe wijk aanlegt. Een van de eerste gebouwen die er verrijzen, is een herberg.. In de tweede plaats komt dan de kerk. Of er in Utrecht nu eerst een herberg was, of eerst een kerk, daar zullen wij ons niet in verdiepen. Een feit is het echter, dat deze stad tal van oude kerken heeft, die weliswaar niet zoo oud zijn als Utrecht zelve, doch op den naam „nieuw" toch in het geheel geen aanspraak meer mogen maken. Tot die oude kerken behoort de St. Nico- laaskerk, of zooals de Utrechtenaren zeggen, Na dit gewijde gedeelte begon dan het volks- en kinderfeest. De verschillende ge stichten der parochie waren voor deze ge legenheid ter bezichtiging opengesteld, als bijvoorbeeld het Klooster der Karmelieten er de vermaarde abdij van St. Servaas. Heele huisgezinnen wandelden dan in op tocht door deze gestichten rond. Doch ondanks het vermaak, werd het verdriet niet vergeten. Ook de kinderen der armen werden bedacht. In de kerk werden ,,twe hondert weyten weg gen (witte brooden) en enkele paren schoe nen met vijf grooten daarin" uitgedeeld. Een niet minder eerbiedwaardig kerkge bouw is de St. Catharina kerk. Deze kerk behoorde oudtijds tot het St. Catharijne-klooster en stond op het Catharij neveld. In 1528 wilde Keizer KaTel V aldaar een kasteel bouwen. De Ridders van Maltha, tl* „Klaaskerk" op het St. Nicolaaskerkhof. Wanneer men deze kerk zoo aan de buiten- tijde bekijkt, krijgt men den indruk, dat het leen Gotisch bouwwerk is. Spitse boogvensters enz. Alleen de Westgevel en de torens doen ons nog Romaanschen stijl vermoeden. Van de torens tenminste één, want de hoogste van Üe twee is door „knappe" bouwmeesters van een koepeltje voorzien, dat min of meer „on- aesthetisch" te noemen is. Ook inwendig vinden we nog Romaansche fragmenten als rondbogen en pilaren in ge noemde stijl. Overigens is er aan dit bouw werk zooveel opgelapt en verknoeid, dat er van het oorspronkelijke al heel weinig be waard is gebleven. De groote dag voor de parochie van de St. Nicolaaskerk was natuurlijk St. Nicolaasdag. Op dien dag was de kerk feestelijk versierd en werd er een solemneel lof gezongen, waar bij alle geestelijken der parochie en velen van elders voor deze gelegenheid overgekomen, tegenwoordig waren. De gewijde stemming werd. verhoogd door klokgelui en een pro cessie. Nu ik de lekkere kachelwarmte op. mijn rug voel gloeien, terwijl ik deze regelen schrijf, denk ik aan het toch óók zeer nut tige werk van de zwoegers, die honderden meters onder den grond in een doodsche donkerte met hun houweelen het zwarte goud doen splinteren van versteende wanden en die voor dit harde en gevaarlijke werk heel wat slechter worden betaald dan verkeersagenten en journalisten. Moet de plicht onzer dank baarheid ons niet naar het Zuiden voeren, om er onze keurig verpakte presentjes in de peillooze diepten der mijnschachten te laten wegzinken En dienen we onze erkentelijkheid ook niet materieel te gaan uitdragen aan de boe ren en tuinders, die onze voeding produceeren en daarvoor in geld nauwelijks hun kosten terug bekomen?! Bezien we de zaken ernstig, dan gaan we een verkeerd pad op, wanneer we weer fooien en cadeaux gaan aandragen aan men- schen, die geen andere verdienste hebben dan dat ze datgene doen, waarvoor ze betaald worden. Hun plicht dus. Plicht-doen moe ten we niet gaan beschouwen als iets buiten gewóón-verdienstelijks, maar als iets normaals, waarop degenen,, die het werk verschaffen tegen de daarvoor geldende betaling recht hebben. We moeten niet terug naar den tijd, toen de lantaarnopsteker, de vuilnisman, de post bode met vaste maar sTecht gehonoreerde posities" met Nieuwjaar hun beste wenschen langs de deuren liepen aan te bieden, in de hoop op *n dubbeltje of kwartje fooi, welke het tekort aan verdiensten moest aanvullen. Aan dien onwaardigen toestand is gelukkig een einde gemaakt door betere salarieering. gevolgd door een verbod aan overheids personeel om nog langer klap te loopen op de publieke milddadgiheid. Deze laatste slechte gewoonte moet thans niet weer door een achterdeurtje worden binnengehaald. Langs verkeersagenten rijden automobilis ten zonder zorgen, maar lóópen ookdui zenden menschen met de wanhoop in hun hart. Zij zien met jaloersche blikken op naar den goed gekleeden, wei-ver zorgden, behoor lijk betaalden ambtenaar, die met armbewe gingen of 'n druk nu en dan op de lichtknop het verkeer staat te regelen. Hij wordt ge houden voor een rijk bevoorrechte Moeten die duizenden het nu óók nog aanzien, dat passcercnde automobilisten voor dezen ambtenaar stoppen en met vriendelijk- lachende gezichten cadeautjes aan zijn voe ten leggen, als offers aan den:'afgod van een verdwaasden tijd? Wanneer we jegens elkaar plichten van dankbaarheid willen vervullen, laten dkn allen die in dezen tijd nog arbeid hebben en brood, de honderdduizenden ongelukkigen gedenken, die het moreele leed van den lediggang moe ten dragen en met hun gezinnen leven op de grens, getrokken door een ethisch mini mum dat we eens plastisch hoorden ver talen met de woorden: een minimum aan eten. Laten de „uitverkorenen" van onzen tijd op een vastgestelden dag en op een centraal punt hun persoonlijk offer brengen aan deze menschen, opdat God's zon ook weer een oogenblik voor hen moge schijnen. door Mr. Dr. F. L. STEENSTRA. welke die kerk en het klooster bezaten, von den goed een nieuwe kerk te bouwen. Daar toe werd hen afgestaan het klooster der ge schoeide Carmelieten met erve en gronden, gelegen in de Lange Nieuwstraat. (De orde van de Ridders van Maltha ontstond in de 12e eeuw uit een in het jaar 1084 door eeni-' ge Italiaansche kooplieden te Jerusalem op gericht gasthuis voor pelgrims. Het was een krijgsorde, die tevens diende om de Christenen van Palestina tegen de Saraëenen te verdedi gen, in het algemeen de vijanden der Chris tenen te bestrijden). In 1528 werd met den bouw van de Catha- rijnekerk begonnen. Plet werd een kruiskerk, een der fraaiste van de stad. Sedert 1617 zijn er tal van veranderingen aangebracht. Zoo werd het raam in den hoofdgevel dichtge metseld, blijkbaar met de bedoeling aan de binnenzijde een orgel daartegen te plaatsen Dank zij de sloopgeest der latere jaren werd in 1821 het zeer fraaie torentje van deze kerk weggebroken en kwam er dit kunstproduct voor in de plaats. (Wordt vervolgd). Op enkele plaatsen in het buitenland werd het in de laatste jaren een gewoonte dat au tomobilisten ter gelegenheid van het Kerst feest cadeaux gaven aan de verkeersagenten, die ze passeerden. De cadeaux worden rond hun voeten neergelegd en groeien geleidelijk aan tot hooge barricades. Zóó heeft ieder land en heeft ook elke stad, z'n eigenaardig- en malligheden. Geluk kig zijn ze meestal van onschuldigen aard en blijkt er op de overige wereld nog ge noeg verstand te resteeren om de dwaasheden niet over te nemen. Daarop valt thans echter één uitzondering vast te stellen. In ons land n.1. worden sedert enkele jaren hardnekkige pogingen ondernomen om de gewoonte in te voeren van het openlijk aan bieden van geschenken aan verkeersagenten. Vooraf werd daarvoor de publieke opinie per ingezonden stukken in de krant bewerkt en nu is men tot de practijk overgegaan. In de Rotterdamsche bladen kon men lezen, dat op Oudejaarsdag, des morgens om to uur, de verkeersagent op het kruispunt Cool- si ng clVan Old ebarneveld s tr aa t—Laur ensstr. het eerste present van den „onbekenden au tomobilist" zou ontvangen, in de hoop na tuurlijk, dat honderden anderen 't voorbeeld zouden volgen. We hopen, dat het experi ment goed zal zijn afgeloopen dat de verkeersopstoppingen geen ongelukken zullen hebben veroorzaakt en dat de motor-brigade niet is behoeven uit te rukken om verkeers agenten, die lichtelijk onder den invloed zijn geraakt van wat men hun aanbood, naar een gemeentelijk rustoord over te brengen. Ik zou met het stelsel van cadeaux-geven aan menschen, die hun plicht doen (en daar voor betaald worden) vrede kunnen hebben, als het ook tot andere categoriën van wer kenden werd uitgebreid. Ik denk daarbij aller eerst aan de journalisten, die met regelmatig verschijnende artikelen in de krant het alge meen. maatschappelijke leven regelen en red" den, en middels hun nuttige wenken de menschheid ééns uit de crisis zullen opheffen en binnen leiden in het land van hun belof ten. O zoo Hebben wij soms onze plichf hierin niet prompt vervuld? Hebben wij daarbij niet af wisselend een lach getooverd op een sja- chrijnig gezicht of een traan ontweid aan De enorme goudvoorraden, die in de V.S. cumul.eren. De gevaren en de voordee'en daarvan voor Amerika. Eén van de meest belangwekkende ver schijnselen in de laatste jaren is het voort durend naar Amerika stroomen van goud. Sedert de (voorloopige) stabilisatie van den dollar op 59.060/0 van de goudwaarde in 1933 is er een beweging geweest, welke tot resul taat had, dat in steeds toenemende mate het geel metaal een toevlucht zocht in de Ver. Staten. Deze goudstroom is een indrukwek kend symptoon de abnormale verhoudin gen in de wereld. Het kan immers niet een normaal verschijnsel genoemd worden, als het goud cn de financieele resources der we reld steeds naar een bepaalde plaats vloeien. Dit wijst er o.i. duidelijk op, dat er „some- thing rotten" in de wereld is, dat het ver trouwen van het publiek geschokt is en het evenwicht tusschen de toonaangevende mone taire stelsels in de wereld verbroken is. Goudinvoer in de V. S, In mill. dollars (10 maanden) van: '933 '89.1 '934 973-2 '935 1-338-4 Sedert de devaluatie van den dollar is Ame rika nu reeds meer dan 3 milliard dollar aan goud toegevloeid, waardoor de goud voorraad daar te lande het fantastisch bedrag van 10 milliard dollar heeft bereikt. Dit is 450/0 van alle goudvoorraden ter wereld, zoo1 dat we dus kunnen vaststellen, dat Amerika momenteel practisch de helft van de wereld- goudvoorrad en bezit Het spreekt vanzelf, dat deze monetaire ruimte voor het land zelf niet zonder be- teekenis is gebleven. Amerika, dat in de dagen van Hoover tengevolge van de geweldige uitzetting van het crediet-apparaat te kampen had met een uiterst krappe geldmarkt, heeft tengevolge van de groote toename in de goud schat een overvloed van liquide middelen ge kregen. Hoe ruim de geldmarkt" thans is, bleek nog onlangs, toen de Schatkist een openbare inschrijving op 5-jarige notes hield, welke slechts een rente van il/2 o/0 's jaars opleverden, maar die met gretigheid door de banken werden opgenomen. Op een emissie van 900 millioen dollar werd voor bijna 5 milliard dollar ingeschreven! Nog nooit in Amerilca's geschiedenis heeft het surplus der banken zulk een hoog bedrag beloopen als thans. De banken „zwemmen in het geld" en zij zien door het toevloeien van nieuwe deposito's uit het buitenland hun reserves nog voortdurend grooter worden. De oorzaken van den goudstroom naar Amerika zijn o.a. de volgende. In de eerste plaats moet het ele ment van angst genoemd worden, gelijk zich dat in Europa manifesteert. De inflatie-vrees is in het Oude Werelddeel wijd verspreid. In Frankrijk heerscht de vrees, dat te kwader ure tot depreciatie van den franc zal worden besloten, tengevolge van de gebrekkige po gingen, die daar aangewend wordéh om mid dels een deflatie-proces tot aanpassing te ko men. In Nederland en Zwitserland bestaat in verschillende kringen eveneens de vrees, dat, het moge langer of korter duren, te eeniger tijd het monetair roer gewend zal worden. We zullen er niet op ingaan, in hoeverre deze gedachte gewettigd is door de feiten. Wij con- statecren slechts, dat diverse kapitaalbezitters door middel van buitenlandsche deposito's en effecten zich hebben gedekt tegen een •ven- tueele depreciatie van gulden of franc. Ten. slotte wijzen wij nog op Engeland, dat nog steeds niet gekomen is tot een gestabiliseerde valuta. De ervaringen, welke men in den loop der laatste jaren heeft gekregen met ponden-belegging zijn teleurstellend geweest, daar de koers van dit devies telkens weer op een lager peil is gekomen. Ook de vrees voor oorlogsverwikkelingen in Europa heeft aanleiding gegeven tot de conclusie, dat het beter is om kapitaal naar de overzijde der groote „haringvijver" te transporteeren, dan zich aan het-gevaar bloot ie sterien, dat 'plot seling opkomende verwikkelingen op politiek en monetair gebied, tot verlies zou leiden. Voorts is er nog een factor, die het geld transport naar Amerika heeft gestimuleerd. In de Ver. Stalen heeft zich een economisch herstel voorgedaan, dat aanleiding heeft ge geven tot een langdur ge beurshausse. Onder de gegeven omstandigheden is het begrijpelijk, dat de animo in de wereld om men deze tegenstelling tUSSchen 'dollar erf an dere valuta's ook uitbreiden tot het EngelscK pond, althans in Britsche regeeringskringe* acht men den dollar tegenover de eigen valuta te laag gestabiliseerd en daaruit ver klaart men voor een groot deel den goud» stroom naar Amerika. Deze te lage stabilisatie zou niet zoo erg zijn, als tegenover dc» export van Amerika ook een flinke goederen- import bestond. Het feit, dat Amerika zij» grenzen voor buitenlandsche producten irf zulk een ernstige mate gesloten heeft, tenge volge waarvan het buitenland zijn dollarschul den niet in goederen kan betalen, is eveneen* voor een deel een oorzaak van den goud stroom. Gelijk men ziet is deze goudtoevlociing naar Amerika een gecompliceerd verschijnsel dat door diverse factoren in de hand gewerkt wordt. Noemden wij straks enkele voordeelen, die uit de groote goudreserve» voor Amerika ont staan, thans willen wij op de nadeelen wijzen,- die daaruit voor het land voortvloeien. In d* eerste plaats herinneren wij aan de vele waar schuwingen, die den laatsten tijd door Ame* rikaansche finantieele specialiteiten uitgespro ken zijn, waarin gewezen werd op de gevaren die Amerika bedreigden uit hoofde van de enorme geldruimte in het land. Nog dezer dagen verklaarde de Advisory Council, dat de braakliggende reserves zouden kunnen leiden tot een gevaarlijke crediet-inflatie en een nieuwe golf van speculaties, zooals die* welke aan de markt.débacle van 1929 vooraf ging. De geldruimte leidt in Amerika gemak kelijk tot een opgeblazen koersniveau van de fondsenmarkt en ieder herinnert zich nog wel de krach van 1929! Daarnaast is een lichtvaardige crediet-verleening in het zaken leven een gevaar, dat in de e.v. maanden in Amerika bestreden zal moeten worden. Ten slotte dient men er in Amerika rekening mede te houden, dat het buitenlandsch ka pitaal, dat tijdelijk in de V. S. onderdak vond, niet bestemd is om daar voor altijd tn blijven. Er kunnen zich in de toekomst ge beurtenissen voordoen, die het wenschelijk maken, dat het internationaal kapitaal uit Amerika wordt teruggetrokken. Hierin liggen nieuwe gevaren voor Amerika verborgen. Te recht sprak het maandoverzicht der Nat. City, Bank onlangs in dit verband van het feit, dat „de goudinvoeren onzekere economische en politieke toestanden in de hand werken en geen duurzame voordeelen voor het land op leveren, daar het goud even snel kan worden weggetrokken als het herwaarts is gezonden". Nu heeft onlangs minister Norgenthau wel verklaard, dat hij zich voorloopig geen zorg maakt over de groote goudimporten, aan gezien de wereldgoudproductie vooralsnog per jaar grooier is dan de jjoudwinst van Ame. rika, maar... met dit luchthartig antwoord is dit wereldproobleem niet opgelost Het nuch tere feit, dat Amerika de onevenredige goud- verdeeling in de wereld in de hand werkt ca dat daardoor de internationale stabilisatie on mogelijk verwezenlijkt kan worden, kan niet worden weggecijferd door een opmerking al* van Morgenthau. Ten slotte zal er toch een oplossing voor dit o.i. diep-ingrijpend probleem 1 gevonden moeten worden. Hier volgt eea deel te nemen aan het Amerikaansch herstel middels de effectenbeurs, groot is. In New Yorksche kringen werd kort geleden het aan deel der buitenlandsche beurstransacties aan den geheeien omzet op ruim 10O/0 geraamd. Vermoedelijk is dit zelfs aan den schralen kant. In ieder geval staat het vast, dat de goudstroom naar Amerika aangemoedigd is door de enorme aankoop en van Amerikaan- sche shares door Europa. Ten slotte moeten wij als oorzaak van de abnormale goudbeweging noemen den lagen stabilisatiekoers van den dollar. Er bestaat momenteel geen pariteit tusschen de verschil lende wereld valuta's Volgens minister Cham- berlain vindt deze dispariteit haar climax in de tegenstelling dollar-franc. Volgens ons kan overzicht van de monetaire goudvoorraden int (in mill. guldens) Nov. 1935 Nov. J934 Frankrijk 6.968.3 7.988.4 Engeland 2.376.4 2.330.4 Duitschland 52.0 45.9 Italië 526.3 807.0 Nederland 574-7 889.3 Zwitserland 565.0 820.3 De Ver. Staten beschikten, gelijk wij hier boven mededeelden, over een goudschat va» 3 milliard dollar, zoodat men kan nagaan, hoe ongelijk het goud der were'd verdeeld is. De beste oplossing het probleem nam zijn, als Amerika zijn grenzen voor buiten landsche producten meer openstelden en tot een nieuwe goudverdeeÜng werd besloten. Maar zoo ver zijn we nog niet..-

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1936 | | pagina 5