De Onthullings-plechtigheid. Een onvergetelijk moment. De Koningin onthult het gedenkteeken. GRIJZE REGENWOLKEN, GESTADIGE REGEN... was het eerste, hetgeen ontwakend Soest aanschouwde op den lang verbeidde Woens dagmorgen. In aller hart was vrees voor de zoo zorgvuldig voorbereidde plechtigheid. Zou. den verschillende programmapunten vervallen moeten door het neerstroomende hemelwater? Niettemin kwamen de vlaggen naar binten. Wij hadden cr meer verwacht, doch waar schijnlijk zal de regen ook hieraan wel voor een groot deel schuld hebben. En niet alleen vlaggen, maat ook menschen kwamen naar buiten. Reeds te kwart over zeven zetten de eerste, echte Oranjeklanten zich met re genjas en parapluie neer achter de touwen, om toch maar een best plaatsje te veroveren. Na negen uur echter begon eerst recht DE DRUKTE LANGS DEN HOOFDWEG. Verecnigingen met vaandels en vlaggen^ lange rijen schoolkinderen met hun geleiders, groepjes menschen, wielrijders, autobussen alles trok in de richting van de Torenstraat. En de regen viel maar neer. Doch niets was in staat Soest te weerhouden om de plechtigheid, ter nagedachtenis van H.M. de Koningin Moeder bij te wonen in deze som bere herfstsfeer. Zoo verzamelden zich' op de plaats van samenkomst duizenden belang, stellenden. Ondanks deze gróote menigte ont. stond nergens gedrang of opstopping. De politie, in samenwerking met Rijks, en mili tair politie, komt een extra woord van hulde toe voor de keurige regeling en deugdelijke touwafzettingen. Vriendelijk werd een ieder zijn plaats gewezen, zoodat geen ontevreden heid uitbrak. Te half elf waren, op de uitdrukkelijke wensch van het comité, allen aanwezig. Ter linkerzijde van het plantsoen was een balda kijn gebouwd voor H.M. de Koningin. Op het schuin toeloopende dak was een vergulde ki'oon aangebracht. In het paviljoentje, dat met tapijten belegd was, wachtte de zetel van H.M. de Koningin alsmede enkele stoe len voo*" Haar gevolg. Aan den voorkant van het paviljoen was een schuin afloopende brug gebouwd, welke midden op het gazon uit kwam, speciaal vervaardigd voor het moment waarop H.M. zich naar het monument zou begeven. Aan weerszijden van dit baldakijn waren •zitplaatsen voor verschillende autoriteiten en genoodigden. Direct naast het pad, loopend dwars voor het monument langs van Stationsweg naar Torenstraat, was de pershoek. Aan de overzijde was de ruimte naast dit pad"'(op de Torenstraat) ingenomen door de fctafmuziek van het 5e Reg. Infanterie uit Amersfoort, daarnaast waren de 1200 school kinderen uit Soest en Soesterberg opgesteld. In den tuin van de Oudekerk waren de plaatsen voor andere genoodigden, zooals gemcente.ambtenaren, familie der autoriteiten en comitéleden, onderwijzend personeel voor fcooverre dit niet met de kinderen vooraan stond, en anderen. Het verdere weggedeelte was geheel open voor het overig publiek. En niet alleen op den weg, maar ook in tuinen, voor ramen, ja zelfs op daken stonden te tallooze toe schouwers. Onder de AUTORITEITEN merkten wij op: Jhr. P. P. de Beaufort, oud- Burgemeester van Soest, thans Burgemeester van Driebergen.Rijsenburg; res. Luitenant Gen. M. Raaymakers, inspecteur van de Mi litaire Luchtvaart, met zijn adjudant; Kol. der Generale Staf P. W. Best, Commandant der Luchtvaariafd. met zijn adjudant; Overste K. E. Oudendijk, directeur van het Luchtvaart bedrijf; dc gepensioneerde Generaal H. G. Winkelman, hoofd Luchtbeschermingsdienst; Jhr. Mr. Th. M. van Asch van Wijck, grif fier der Staten van Utrecht; enkele leden ■van Gedeputeerde Staten van Utrecht met hunne dames; Mr. H. Th. 's Jacob, oud- Commissaris der Koningin in de Provincie Utrecht; Ko'onel A. A. van Nijnakker, comm. der '8ste Infanterie.brigade; Kolonel G. Door man, Gamizoenscomm. te A'foort; Mr. D. J. A. Baron van Harrixma thoe Slooten, Bur gemees: er van 's Graveland; de gewezen hof dames vn H.M. Koningin Moeder, Jkvr. C. Baronesse van Tuyl van Serooskerken en Jkvr. van de Poll; den gewezen kamerheer en den gewezen hofmaarschalk van H.M. de Koningin Moeder, Jhr. C. A. de Pesters en Baron Turk erna van Burmania Rengers; Jhr. P J. II. Roëll, Geneesheer.Dir. van het Sa na 'orittm Zonnegloren; Jhr. Mr. G. C. J- van Reenen, Burgemeester van Baarn; ver se! i'.lrn le le:lcn der Gemeenteraad van Soest met hunne dames; de leden van het Uitvoe rend Comité cn eere.comité met hunne dan mes; Ic'en van het bestuur der Chr. Oivinje- vereen van het bestuur Soest-Zuid en Soest Vooruit, eveneens met hunne dames. Ver'er hadden hier plaats genomen leden van de Kerkvoogdij en kerkeraadsleden der Ned. Ilorv. Kerk, predikanten cn R.K. gees telijken van anderre plaatselijke Kerken, de besturen van diverse Onderwijzersvereen., ver schillende leden van het voormalig personeel van Paleis Soestdijk en anderen. Op den Stationsweg hadden zich vele plaat selijke vcreenigingen opgesteld, welke wij straks noemen zullen. Precies te elf uur, toen juist de regen geheel opgehouden was cn dc lucht cr iets minder zwaar uitzag, ging de blijde mare langs de rijen, dat de Koninklijke Stoet DE AANKOMST DER KONINGIN werd door de menschenmenigte met gejuich begroet. Gezien de ernstige gebeurtenis bleef het bij een kalm huldebetoon. Plechtig zette de stafmuziek het Wilhelmus in, dat door allen werd meegezongen. Nadat H.M. uitgestapt was bood Mej. T. H. Deketh Haar een fraai bouquet lila orchL deeën aan. De Burgemeester, gekleed in ambtsgewaad, ontving Hare Majesteit en geleidde Haar naar de gereedstaande zetel. Hierop volgde de voorstelling van het Gemeentebestuur door den Burgemeester. Thans wendden aller oogen zich naar de Koningin, die alsnog het gejuich ter Harer eere vriendelijk in ontvangst nam. H.M. was gekleed in een donkerpaars toi let met bijbehoorende fluweelen hoed, een korte bruine bontmantel. Haar Gevolg werd gevormd door S. Sixma en op welke,zijde, steeds granzenct, !n diepe' volle, tijne kleuren weerkaatst het terug. Zoo ergens in den lande, dan zeker wel in deze gemeente heeft groote droefheid en diepe verslagenheid geheerscht bij het heen gaan van onze Koningin Moeder. Wie kent hier niet die nobele, edele figuur, die vrien delijke Vrouwe, die eenvoudig met een harer hofdames in een open victoria langzaam langs de schoonste dreven van Soest reed, belang stellend opnemend den groei en den blpei van Soest, maar vooral genietend van bet nog behouden oude; weilanden, met droome- ;rige koeien, met los daarop als 't ware neergeworpen schaapskooien, meest in den achternamiddag, wanneer de helle kleuren van den dag vervagen in de stemmige kleuren van den avondglans, wanneer het landschap, nog natrillend van het warm beleefde, verzon ken raakt in het onbestemd droomerige van den stillen zomeravond. Welke arme hier kende niet de gave van Haar milde hand! Hoeve]en van onze ingezetenen, die in kom mer en bedruktheid zaten, werden niet door Haar milde hand van zorg bevrijd. Elk jaar met Kersmis werd namens Haar aan een zes tig- k zeventig-tal gezinnen in deze gemeente een Kerstgave bezorgd in den vorm van warme onderkleeding dan wel warme dekking, II.M. de Koningin na: de onthulling* Baron van Heemstra, Secr. van H.M. de Ko ningin; Hare Adjudant Van Holten tot Echten, Freule van Tets, hofdame, en Lawick van Pabst, ordonnans. j DE SCHOOLKINDEREN ZINGEN. Buitengewoon mooi en gevoelig klonk het zingen der kinderen over het Kerkplein. Be geleid door de Stafmuziek zongen zij het oude O Heer, die daer Uw tent spreydt" uit Va- lerius Gedenckklanck. Onder voortreffelijke leiding van dirigent Van der Glas klonk de zang zuiver en stemmig. H.M. luisterde vol belangstelling naar dit lied. BURGEMEESTER DEKETH SPREEKT DE GEDACHTENISREDE UIT. De Burgemeester sprak als volgt: Majesteit. j Het zij mij veroorloofd vóór de onthulling van het monument, dat de burgerij vani Soest met haar kenmerkende eenvoud heeft opgericht en dat is gewijd aan Haar, die een Koninklijk voorbeeld van toewijding, trouw en liefde is geweest, die nimmer heeft opgehouden, ons wèl te doen, en ten zegen van een ieder te zijn, een enkel woord ter herdenking te mogen spreken. De tegenwoordigheid van Uwe Majesteit geeft een bijzonder licht aan de plechtigheid, welke gewijd is aan de nagedachtenis van Haar, wier hart, naar de woorden van Uwe Majesteit in de tot het Nederlandsche Volk gerichte dank-radio-toespraak, ons allen heeft omvat, die zich wist in te denken in de noo- den van geheel het Volk, die steeds alles heeft; gedaan, wat in Haar vermogen lag, om deze nooden te verzachten. j De sonore klanken van de doodsklokken,, welke het Nederlandsche Volk kond hebben gedaan van den diepen rouw, waarin dat Volk werd gedompeld, zijn reeds lang weg gestorven, maar diep, diep in ons aller ziel blijft de groote ontroering van het heengaan van die geliefde Vorstin. Innerlijk, diep in ons, blijft de gedachte aan Haar, wier leven was een dienen, een dienen van Volk en Vaderland, een dienen, voortgesproten uit en bestraald door die innerlijke groote, warme liefde voor dat Volk en dat Vaderland. Uw Volk is Mijn Volkl Heel Haar leven heeft Zij de waarachtigheid van deze woorden in Hare daden belichaamd uit werkelijken innerlijken aandrang. Ligt in die ééne Naam, waarmede ten slotte Haar Volk Haar in groote dankbaarheid en steeds in diepen eer bied heeft genoemd, de naam „Koningin Moeder" niet besloten de groote, de diepe vereering van gansch Haar VolkMoeder van onze geëerbiedigde en beminde Koningin, Grootmoeder van onze geliefde Prinses; en bij dit al Moeder óók van Haar Volk. Dienen uit innerlijken drang, en uit zielebewogenheid door de aanraking van de hand des Almach- tigen, die het gebod gaf: „Heb Uw naasten lief". Zij had Haar Volk lief. Zij gaf veel, zeer veeluit overmaat van eigen licht! Licht, stralend, bezielend, geput steeds uit de Eeuwige, onuitputtelijke Bron van Liefde. Liefde voor Haar Gezin, liefde voor Haar Volk, liefde voor Haar Vaderland; liefde, steeds liefde straalde uit de overmaat van eigen Jicht in dat groote, trouwe, Vorste lijke Hart, van Haar komst hier te lande tot Haar verscheiden toe. j Van alle zijden en door verschillende peT- sonen, is dat wondervolle, rijke leven belicht. Dit ieven is dan ook als een fijn geslepen diamant. Welk licht men daarop laat vallen. Opname Foto-Voskuyl benevens levensmiddelen. De Koninklijke Naai- en Breischool aan verschillende meisjes gelegenheid zich te bekwamen in naaldkunstwerk. Het is met groote dankbaarheid in het hart,: dat hier gewag gemaakt mag worden dat door bestiering van Uwe Majesteit met deze liefdesarbeid mag en kan worden voort gegaan. I En wie, die ter kerke ging in het gebouw, dat hier naast ons oprijst, heeft niet de vriendelijke gestalte van onze Koningin Moe der zien plaats nemen in da voor Haar en Hare Verwanten bestemde bank, aandachtig en devoot luisterend naar Gods Woord, waar uit Zij putte voor Haar arbeid hier op aarde. Onverflauwd bleef steeds Hare belangstel- niet slechts oppervlakkig is voorbijgegleden, voelde diep in zich die onzegbare band van ons Volk met Oranje. Niemand, niemand kan dien band verbreken! Wat er ook gebeure ons Volk is één met OranjeUet gesloten hart van den Nederlander was opengebarsten, de diepgevoelde smart, besloten in dat hart, moest naar buiten, moest zich uiten en had zich geujt in dien stillen groet aan de baar. Heei Nederland weende bij die baar, en voelde mede de groote, diepe smart van •het Kind en het Kleinkind van die Hooge Edele Moeder en Grootmoeder, die is heen gegaan. De smart van Oranje is ónze smart; de blijdschap van Oranje is ónze blijdschap, en dit hebben we den laatsten tijd mogen beleven. Majesteit! Het leven van de Koningin Moe der is een zegenrijk leven geweest voor het Nederlandsche Volk in het algemeen, doch ook in het bijzonder voor onze gemeentenaren, voor wie zij een onvergetelijke Bescherm vrouwe is geweest. Onvergankelijk blijft de herinnering aan dit Leven bij ons voortbe staan niet alleen in de gedachte. Want wanneer straks door de hand van Uwe Majesteit, de gordijnen, welke thans nog de beeltenis van Haar, wier heengaan voor ons een groote droefenis blijft, zullen zijn weg getrokken, en wij Haar beeltenis vóór ons zullen zien, dan zal dat zien zeer zeker ons hart met diepen weemoed vervullen, doch revens zal het ons sterken in ons diepe be sef, dat Zij ons is geweestHet vootbeeld van groote Trouw., Liefde en Toewijding.... aan Volk en Vaderland tot 'in den dood, en- dat wij dat Voorbeeld hebben te volgen. En daarom is het mij eene behoefte Uwe Majesteit de verzekering te gev!en van onze trouw, ónze liefde en ónze - .toewijding aan Haar, Haar Huis en ons Volk. Menschelijke woorden zijn onvolkomen klanken van wat diep in den mensch de ziel beroert. Ook deze hier gesoroken woor den. Woorden van liefde tot de overleden Vorstin, misschien reeds eerder gesproken ik weet 't niet maar mij dunkt toch altijd weer nieuw, omdat ze weer 'uit een andere br.on Wellen. Menschelijke woorden! Doch luisterend naar de S.tem van Hem, uit Wien, door Wien en tot- Wien alle dingen zijn, die onze geliefde Koningin Moeder heeft opge roepen, omdat Haar taak hier op aarde was vervuld, kunnen wij slechts stamelen; Heer, Uw wiJ geschiede, niet de onze. Wij denken slechts uit menschelijke overwe gingen, Gij denkt in Goddelijken rade. Onmiddellijk hierop speelde de Stafmuziek „Wilt heden nu treden". DE VOORZITTER VAN HET COMITé SPREEKT. Notaris A. O. Dammers trad vervolgens naar voren en sprak aldus: Majesteit. Dat Uwe Majesteit aan dit plechtige oogen- blik de hooge wijding van hare tegenwoor digheid heeft willen verleencn, vervult ons Comité met groote dankbaarheid. Het was voorzeker een gelukkige gedachte van onzen gemeente-secretaris, den Heer Ba- tenburg, om te trachten in deze gemeente H.M. begeeft zich' naar het monument. Opname Foto-Voskuyl Iing in alles wat de gemeente Soest 'betrof^ Zij deelde steeds in al het wel en wee van Soest. Wie onzer gedenkt niet met innige dankbaarheid aan de groote belangstelling door de Koningin Moeder betoond, toen Soest eenige jaren geleden feest vierde, omdat reeds 900 jaren geleden van deze gemeente in een schriftuur gewag gemaakt werd en Soest der halve toen reeds bestond. Met Hare Hooge tegenwoordigheid toch vereerde Zij de naar aanleiding der herdenking van det heugelijke feit in de kerk gehouden plechtigheid. Onze Konigin-Moeder was een onvergete lijke ware beschermvrouwe voor deze ge meente. j Ik las ergens deze woorden: „Op elke doodenbaar ligt de wondervolle sleutel tot het levensmysterie". De wondervolle sleutel tot het levensmysterie .van onze overleden Ko ningin Moeder lag op en bij Haar baar. De liefde van gansch een Volk straalde naar de Doode, omdat de Doode Haar groote warme liefde had doen stralen naar dat Volk. Duizenden, tienduizenden trokken langs de baar, weenend, het hoofd ootmoedig buigend, met de hand weemoedig groetend, een stil bloemenoffer brengend, diep geroerd, de door tranen omfloerste oogen liefdevol gericht op de baar, jong en oud, rijk en arm. Welk een liefde van het Volkl Maar welk een liefde bezat Zij dan niet. En ómdkt Zjj dat Volk liefhad met geheel Haar hart, had dat Volk Héar lief met geheel Zijn hart, en.... weende. De wonderolie sleutel. De sleutel der liefde. Groote, diepe ontroering, was in het hart van ieder Nederlander. En wie die dagen de aebeurtenissen heeft mede beleefd, cn te komen tot 3e oprichting van een een voudig gedenkteeken, gewijd aan de nage dachtenis van H.M. de Koningin-Moeder. Een eenvoudig gedenkteeken. Eenvoudig niet alleen, omdat de tijdsom standigheden niet gedoogen iets grootsch te stichten, maar ook omdat dit H-M. de Ko ningin-Moeder het meest welgevallig zou zijn geweest. In deze Gemeente, gelegen in de onmid dellijke nabijheid van Paleis Soestdijk, waar H.M. de Koningin-Moeder zoo vele jaren des zomers korter of langer tijd vertoefde, behoort Soest toch zeker naast de Residentie tot de plaatsen, waar de herinnering aan Haar nog zoo levendig is en waar een dus. danig monument mocht verrijzen. Geen wonder dan ook, dat het denkbeeld overal warme belangstelling ondervond. Een Comité, samengesteld uit bestuursleden van diverse vereenigingen hier en in Soester berg, dat zou trachten het denkbeeld ten uitvoer te brengen, was dan ook spoedig bijeen. Onverwijld heeft het Comité, bijgestaan door véle damps en heeren, een aanvang gemaakt met zijn werkzaamheden en al spoedig waren de gelden bijeen, om tot de oprichting van een eenvoudig gedenkteeken te kunnen over gaan. Nadat het Comité de gedachte aan een prijs vraag moest laten varen, heeft hèt Comité de opdracht verstrekt aan den Heer van Beers, architect te Huis ter Heide, die door bemiddeling van Prof- Huib Luns in verbin ding is gekomen met den beeldhouwer, den Heer Etienne. Het _door deze vervaardigde beeldhouw werk' geeft zoo'n treffende gelijkenis met tie| beeld van H.M. de Koningin-Moeder, dat het Comité moest zeggen: Dat is de Koningin-Moeder, zoo hebbed wij Haar zoo menigmaal door onze Gemeentel zien rijden, zoo kennen wij Haar, zoo leeft Zij in onze herinnering voor ons voort. Een woord van dank voor hetgeen dia Heeren voor de oprichting van het gedenk^ teeken hebben gedaan, is hier dan ook wei opl zijn plaats. Over de plaats, waar het gedenkteeken moest verrijzen, heeft nimmer eonig verschil van meenig bestaan. Hier in het midden der Gemeente, tegen* over de Kerk, waar H.M. de Koningin-Mo©* der geregeld de godsdienstoefeningen placht bij «te wonen als Zij op Soestdijk vertoefde^ hier was de eenige en aangewezen plaats, de plek, die er zich zoo bij uitstek toe leendej Aan de goede zorgen van de Gemeente danken wij het, dat het monument thans staat in een plantsoen, ontworpen door den Heer Kraaijenbrmk, in een omgeving, zooi geheel met het gedenkteeken in overeen stemming. En wanneer dan straks, in het daarvoor geschikte jaargetijde het monument steeds van groen en bloemen is voorzien, zal, bij het zien van de beeltenis van H.M. de Koningin* Moeder menige gedachte levendig worden ea menige herinnering rijzen aan de Edele Landsi vrouwe, die op zoo uitnemende wijze do harten van het Nederlandsche Volk in het algemeen en die van de Soester bevolking in het bijzonder heeft weten te winnen. Mag ik mij thans veroorlooven tot UwO Majesteit het verzoek te richten tot de ont hulling van het monument te willen overgaan? Nadat de voorzitter zijn rede had beëin digd stond H.M. de Koningin op en beant woordde dien met een korte toespraak. H.M. DE KONINGIN SPREEKT. Mijnheer de Voorzitter van het Comité: „Het is Mij een bijzondere voldoening, dat het Mij mogelijk was, heden hier aanwezig te zijn en gevolg te kunnen geven aan nw verzoek, het monument ter nagedachtenis van Mijne geliefde Moeder opgericht per soonlijk te onthullen, temeer daar dit de liefde, de trouw en de toewijding vertolkt van da bevolking van geheel Soest. ,Het waren hechte en zeer bijzondere ban den, die deze gemeente aan Haar verbonden. Groot was Hare belangstelling en groot wa» Hare liefde voor de bevolking. Hare daden hebben dit menigmaal bewezen. De gevoel volle woorden, welke u, mijnheer de burge meester, en u, mijnheer de voorzitter van het comité, aan Haar hebben gewijd, hebben Mij diep getroffen. Waar dit gedenkteeken voor Mij het symbool is van de liefde, welke het gemeentebestuur en de ingezetenen van Soest Mijne Moeder toedroegen, daar ga Ik thans gaarne over tot de onthulling van het door u opgericht monument". Onder ademlooze aandacht gaf H.M. hier na door het bewegen van een bel het sein tot DE ONTHULLING van het gedenkteeken. De dames Deketh en Dammers schoven langzaam het rood-wit- blauwe dundoek hetwelk relief en inscriptie dekte, terzijde. Tegen het dieproode steen waarvan de zuil opgetrokken is, zag men nu de beeltenis van H.M. Koningin Emma, uit gevoerd in azchtcreme Fransche kalksteen- Treffend is de gelijkenis. De heer H. J. Etienne, leeraar aan de Technische Hooge- school te Delft, leverde hiermede een koste lijk stuk werk. Tijdens de onthulling speelde langzaam en plechtig de Stafmuziek het Waldeck Pyr- montlied. DE KONINGIN BEZIET HET MONUMENT. H.M. begaf zich hierop, begeleid door deö Burgemeester, naar het gedenkteeken. Hef Gemeentebestuur en Haar Gevolg traden achter Haar. H.M, trad tot vlak voor bet monument, bezichtigde geroerd en beeltenis Harer Moeder en legde dan persoonlijk een fraaie bouquet fresia's neer aan den voet van het monument. Terugtredend tot op eenigen afstand nam de Koningin het geheel belangstellend la oogenschouw, waarbij overduidelijk bleek, hoe zeer het monument H.M. beviel. Nadat de Koningin weer in het paviljoen had plaatsgenomen, had de OVERDRACHT VAN HET MONUMENT AAN HET GEMEENTEBESTUUR plaats. Notaris Dammers sprak het volgendot Mijnheer de Burgemeester. Nu H.M. de Koningin on de hooge eer heeft aangedaan het monument ter nagedach tenis van H.M. de Koningin-Moeder te ont hullen, zou ik gevoegelijk namens het Comité het gedenkteeken aan de Gemeente Soest kunnen overdragen. Ik wil dat echter niet doen, alvorens in herinnering te hebben gebracht de grootu medewerking, die wij van U, het Collego van B. en W. en den Raad in deze hebben\ ondervonden. Reeds van den aanvang is ons gebleken, hoe sympathiek Gij tegenover het denkbeeld tot oprichting van een monument ter na gedachtenis van H.M. de Koningin-Moeder stond en wij hebben ondervonden, hoe alia moeilijkheden m den kortst mogelijken tijd werden opgelost. Het Comité zegt U daarvoor vair dcz« plaats hartelijk dank. Het Comité zegt voorts dank san allen, die in welken vorm aan de totstandkoming van het monument hebben mede gewerkt. Het Comité weet, dat die medewerking met groote liefde heeft plaats gehad en ia er dan ook zeer erkentelijk voor- Tenslotte een woord van dank aan allen, die hoe- en op welke wijze dan ook hun m.ade\verkin<i hebben verleend en hebben hu*

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1936 | | pagina 7