Van denneboom tot courant Hoe het courantenpapier ontstaat Stammen worden tot moes gekookt Van de Noorsche wouden naar de drukkerijen De bosschen vertellen hun lotgevallen fabrieken verminderen niet, want steeds lossen de vrachtschepen hun houtladingen. En nooit is er stilstand. De drukpersen in de courantenbedrijven kennen geen rust. Dag en nacht zijn ze in bedrijf, dag en nacht slikken ze het papier, en dag en nacht is de wereld vol van allerlei gebeu ren. En millioenen krantenlezers wachten er op, dat hun blad hen dat gebeuren me dedeelt. loos, maar wel vlug doen; eer men het weet is de bast er af en de eerst ruwe stam is glad en bijna wit. Nu gaat het naar de hakmachines, die met hun scherpe messen stam voor stam tot houtsnippers verklei nen. Nu pas is het hout gereed voor het eigen lijke fabricatieproces. Op loopende banden wordt het haksel uit groote silo's, die zich boven de kookketels bevinden, in deze ke tels gestort. Van den omvang dezer bedrij ven kan men zich een denkbeeld vormen, als men weet, dat er fabrieken zijn met ketels, zoo hoog als een huis van drie ver diepingen en die ieder 300 M3. haksel kun nen bevatten. Zoo worden zes morgen bosch in twintig minuten tij ds in de ke tels gestort, om hierin onder toevoeging van natron, sulfaat of sulfiet door middel van stoom van 12 tot 15 uur lang te koken. Dit koken brengt de eerste verandering BIJ DE ILLUSTRATIES! Hierboven (midden) i Het papier verlaat de machine, nadat het nog slechte enkele minuten tevoren een brijachtige massa was. Links boven: Een loogtoren in de moderne papierfabriek; iedere toren bevat 300 K.M.3. houthaksel. Rechts: De na een kooktijd van 12 tot 15 uur in de ketels verkregen brij is lichtbruin en moet voor de verdere bewerking eerst gebleekt worden. Hieronder: Het bout, dat door de stoomschepen uit Zweden en Finland wordt aangevoerd, is reeds in stukken van een meter lengte gezaagd. De geschilde stammen worden naar de chiues gevoerd; als snip pers komen ze ex uit. te weeg; houthaksel komt in den ketêl en een dikke, lichtbruine brij wordt na af loop van het proces in de groote bassins gestort. Na een zeef- en reinigingsproces, dat eveneens machinaal geschiedt, heeft men de cellulose, het beginproduct van het papier. De cellulose heeft nog de lichtbruine kleur van het hout en moet daarom bleekt worden. Dit geschiedt in bleekhol- landers door behandeling met chloorloog dat in eigen bedrijf uit keukenzout wordt gewonnen. Als bijproduct wordt bijtende natrium verkregen, een gewichtige grondstof voor de zeepfabricatie, bovendien bevindt zich in het afvalwater van de ketels druiven- suiker, die door een gistingsproces in al cohol wordt omgezet; op deze manier wint men per jaar ongeveer 1.600.000 liter al cohol. Courantenpapier geheel uit cellulose te vervaardigen zou te duur zijn, daarom be staat het voor meer dan de helft uit hout slijp. Voor de bereiding van dit houtslijp worden de stammen, die een lengte heb ben van 1 meter tegen roteerende slijp- steenen aangedrukt, waarbij veel water wordt toegevoegd, dat de vezels wegvoert. De vezels moeten zoo lang mogelijk blij ven, terwijl er zoo weinig mogelijk poeder mag ontstaan, ook mogen geen grove splin ters worden meegevoerd. Uit de aldus ont stane dunne brij worden de grovere deelen weggefiltreerd en het overtollige water door middel van zeeftrommels weggezogen. De meeste fabrieken voor courantenpa- pierfabricatie hebben een eigen houtslijpe rij; in dat 'geval gaat de houtslijp recht streeks naar de hollanders. 1 M3. versch hout levert ongeveer 400 K.G. houtslijp. De houtcellulose is als grondstof voor het papier even belangrijk als het slijp, hoe wel, zooals boven reeds gezegd de cellulose duurder is, want uit 1 M3. versch hout wordt slechts 250 K.G. oellulose ge wonnen. Houtslijp en cellulose noemt men half- stof. Deze halfstof moet op de juiste vezel lengte, -vorm en -hoedanigheid worden ge bracht, daarvoor gebruikt men metaalhol- landerg. Dit zijn langwerpige bakken, waarin de stof met overvloedig veel water wordt rondgedraaid, en daarbij tusechen roteerende messen en dito grondwerk wordt gemalen. Na deze bewerking geschiedt het blek ken vcux de veeels door de bleek-hoUan- de'rs. De halfstof, die door de eerste bewer king in heelstof is omgezet, wordt in stof- kuipen vergaard, en daar vandaan, indien noodig met nog meer water als een meik- dunne stof over den zandvanger naar de papiermachine gevoerd. De stof stroomt nu op een loopende band, bestaande uit een horizontaal metaalgaasdoek zonder einde, dat over rollen voortloopt en in schudden de beweging wordt gehouden. Het resul taat hiervan is, dat het water door het gaas wegvloeit en de vezels door elkaar ge strengeld worden; deze vezels leggen zich tegen het gaas, waardoor men als het wa re een vel papier krijgt, heel teer en klets nat. Dit wordt door een met vilt bekleede koetsrol overgenomen, die de papierbaan van het zeefdoek afkoetst en aan een voortbewegend viltdoek overgeeft, het nat- vilt genaamd, dat de natte papierbaan moet steunen bij het uitpersen. Als het papier zoover van water bevrijd is, dat grootere stevigheid ontstaat, wordt de papierbaan overgenomen door droogvil- ten, waartusschen het papier over vele, soms wel een twintigtal, met stoom ver warmde droogtrommels, wat men de dro gerij noemt, wordt gebracht. Aan het ein de wordt de papierbaan, die nu gereed is, tusschen de walsen geplet en opgerold. Een moderne courantenpapiermachine is ongeveer vijftig meter lang en kan 340 K.G. papier per etmaal fabriceeren. In sommige fabrieken heeft men papier machines met een zeefbreedte van 6 meter en een snelheid van 300 meter per minuut; iedere seconde wordt er 5 meter heelstof opgebracht. Een dergelijke machine alleen levert per jaar een eindelooze papierband af, die 5l/2 meter breed en meer dan drie maal de omtrek van de aarde lang is. Zoo'n machine wordt slechts door enkele menschen bediend, zij hebben niets anders Tegelijk met het bericht uit Caïro, dat "de Egyptische" regeering heeft besloten, de ■miimfniés van de pharao's in een nationaal museum' bij te zetten, kwam uit Londen de tijding, dat de bekende Engelsche ana- too>m ^Sir Crafton Elliot Smith, die in d6 .wetenschappelijke wereld als „de genees heer van de Egyptische mummies" bekend stond, is gestorven. Elliot Smith was de -eerste, wien het gelukte, uit het skelet den ouderdom der" mummies te bepalen. In 1903 kwam hij op een denkbeeld, dat in dien tijd een ongehoorde sensatie verwek te en dat alle bijgeloovigen tegen hem in het harnas joeg. De geleerde wilde name lijk de mummie van Pharao Toetmosis IV, die men toen juist had ontdekt, met Rönt genstralen doorlichten. De Röntgen tech- 'niek stond in die dagen nog in de kinder schoenen en men vreesde, dat de kostbare 'mummie bij een dusdanige behandeling schade zou kunnen oploopen, om welke re den de Directie van het Britsch Museum Elliot Smith dan ook uitdrukkelijk haar toestemming voor het uitvoeren van zijn plan weigerde. Desondanks deed hij het toch en wel op hoogst avontuurlijke wijze: hij kocht een van de suppoosten van het museum om en liet zich met een assistent 's nachts in het museum insluiten. De pla ten, die hij daarop aan de koninklijke aca demie voor medische wetenschappen voor legde, waren van groote wetenschappelijke waarde. Elliot heeft ook een speciale studie ge- j maakt van wat men noemt „de vloek der pharao's" en hij kwam daarbij tot de over tuiging, dat er, telkens als een mummie aan het daglicht wordt gebracht, bacteriën weer virulent worden, zoodat er wel dege lijk gevaar bestaat voor besmetting met ons onbekende oud-Egyptische ziekten. MRS. SIMPSON VOOR DE BRITSCHE RADIO. Juist terwijl de directie van de „British Broadcasting Corporation" op aansporing van den minister van binnenlandsche za ken een groote zuiveringsactie in de radio had ingezet o.a. was het den voor de radio optredende acteurs ten strengste ver boden te improviseeren is heel Londen door een radioincident van den eersten lang op stelten gezet. Het gebeurde in den avond van den 9den Februari. Bij de uit zending van een variété-scene, waarvan een conferencier verslag uitbracht, kwam het tot een dialoog, waarin de vraag be handeld werd, wie er eigenlijk sex-appeal bezit. Tot zoover was alles goed gegaan, maar nu begon de conferencier een impro visatie, waarin hem onverhoeds den naam van Mrs. Simpson ontviel, als van een viouw die sex-appeal bezit. De luisteraars te doen dan den loop der machine te con troleeren, want het heéle fabricageproces verloopt automatisch. Een dergelijke machine gebruikt per dag aan houtslijp en cellulose 35 morgen bosch van 80 jaar oud, du6 geheel volwas sen boomen. Om aan deze reusachtige be hoefte te kunnen voldoen, heeft men een bogchoppervlakte van 800.000 morgen steeds in cultuur. Als bergen stapelen In de fabrieksrulm- ten zich de witte papierrollen op. Onop- houdelyk brengen spoorwegen en vracht wagens de rollen naar de drukkerijen en •ouvnntenbedrüven. Maar de stapels in de wisten niet wat ze hoorden. Twee minuten nadat de gevaarlijke naam genoemd was, waren alle telefoonlijnen van de directie van de B.B.C. bezet en ook de redacties van de verschillende Londensche dagbla den wisten niet waar ze zich bergen zou den voor de tallooze aanvragen om inlich tingen van ontstelde, ongeloovige of gnui vende luistervinken. In de daaropvolgende dagen werd het incident in de couranten lang en breed besproken: heele pagina's nam het in beslag en al wat er verder in de wereld omging, raakte er eenige dagen door op den achtergrond. Engeland had zijn oortje sensatie weer gehad' DE GENEESHEER VAN DE EGYPTISCHE MUMMIES. Millioenen couranten verlaten iederen ochtend, middag en avond de groote en kleine drukkerijen en uitgeverijen, millioe nen menschen wachten dagelijks met on geduld de nieuwste berichten. De mensch van welk beroep ook, of hij in een groote stad woont, dan wel in een afgelegen dorp, neemt minstens ééns per dag zijn courant ter hand, hij vindt onder alle omstandighe den den tijd, zijn blad te lezen, zelfs als hij zich geen oogenblik rust kan gunnen. Zou wel één van die millioenen, fanatieke le zers er ooit aan gedacht hebben, hoe de courant ontstaat, welke materialen en grondstoffen noodig waren, hoeveel men schen daarbij werkzaam zijn? Denkt de courantenlezer er ooit wel eens over, waar eigenlijk de vele honderdduizenden kilo grammen courantenpapier vandaan komen? Men moet zich dat eens even indenken: millioenen couranten: 's morgens, 's mid dags en 's avonds I Een nooit eindigende stroom, een reusachtig papieren woud. Hoe veel papier heeft men in voorraad, hoeveel moet er steeds nieuw worden bijgemaakt? De fabricatie van courantenpapier is een van de voornaamste industrieën in Zweden. Men vindt vaak de papierfabrieken in de nabijheid der uitgestrekte wouden. In Zwe den en in Finland vallen ieder jaar milli oenen boomen aan den bijl ten offer. Jaar In, jaar uit, wordt hier het voedsel voor de reuzenmuilen der Europeesche rotatiema chines en snelpersen vergaard. De gevallen stammen worden in de snel vlietende berg- beeken gegooid. In snelle vaart, met horten en stooten, van de rotsen afgesleurd, komen ze bij de groote rivieren. Nu begint een lange, geweldige tocht van vele honderd duizenden stammen langs de noordelijke rivieren. Uit de hooggelegen wouden komen ze in breede banen naar de zaag- en cellulosefa- brieken, of wel naar de havens, waar de vrachtschepen ongeduldig op lading wach ten. De overtocht van de Zweedsche havens over de Oostzee duurt slechts enkele dagen, dan volgt nog het transport naar de ver schillende groote papierfabrieken van Euro- r r, die de ladingen tot een eindelooze, wit- tf papierbaan zullen verwerken. Zwarte rookwolken stijgen uit hooge schoorsteenen op, machines dreunen, kranen grijpen in de schepen. Hier zingt de arbeid zijn lied; reusachtige fabriekscomplexen zijn er voor noodig en aan den wal liggen groote stapels gezaagde stammen. Het is een buitengewoon interessant bedrijf en het is de moeite meer dan waard, het heele proces der bewerking van boomstam tot courantenpapier te volgen, te zien, hoe uit het harde hout het zuivere, dunne papier ontstaat. Hout is de grondstof, maar de weg der bewerking is lang. Het begint met het schillen der boomstammen, een pro cédé, dat eenige machines niet geruisoh-

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1937 | | pagina 4