Met verfpot en kwast tegen het Fransch in Vlaanderen „In Vlaanderen Nederlandsch" zegt Grammens De Raad der daad steunt Nederlands cultuur en taal zonder politieke oogmerken JfRANSCH; DERCNN groot 'hertogdom Schilderachtig kijkje in Brugge» het typisch Vlaamsche plaatsje. Waarom intusschen Grammens zijn per soonlijke vrijheid op het spel zet, is een ender hoofdstuk, dat interessant en actueel genoeg is, om er eens wat dieper op in te r,aan. Het is een gelukkige omstandigheid, iat niemand minder dan Grammens zelf ons voor zijn laatste arrestatie van zijn be weegredenen op de hoogte kon brengen. Vlaanderen strijd. L-e strijd, die in Vlaanderen gevoerd wordt en waarover Grammens zich met zijn ge- heele persoonlijkheid heeft ingezet hij bracht zelf zware offers, o.a. dat hij ont heven werd van zijn ambtenaarsfunctie dateert reeds van vele tientallen jaren te rug. Toen de afscheiding van de Noordelij ke Nederlanden, nu ruim een eeuw gele den, een feit was geworden, orienteerde een groot deel van in het leven geroepen nieuwen staat België, een uitvinding van de groote mogendheden, die aldus overeen gekomen waren zich naar Frankrijk, nam de Fransche gebruiken, zeden en ge woonten over, kortom, de Fransche inslag werd steeds grooter, zoodat het Vlaamsche, oorspronkelijk Nederlandsche cultuurele ment leelijk in de verdrukking kwam. Het had er allen schijn van dat die oude tuidnederlandsche cultuur, dank zij de Fransche overheersching een natuurlijken dood zou sterven, maar op het oogenblik van het uiterste gevaar grepen mannen in, die het Vlaamsche volksbewustzijn wakker schudden. De eerste daad was 't Vlaamsch als taal in eere te herstellen. Dit is de on vergetelijke verdienste van dichters als Guido Gezelle, een Jan Frans Willems en niet te vergeten den nestor van de Vlaam sche litteratuur Hendrik Conscience. Zij waren één voor één "leeuwen van Vlaan deren" en hun actie liep niet dood; steeds stonden menschen van een jongere gene ratie op om hun taak over te nemen en verder ten uitvoer te leggen De Vlamingen stonden op de bres voor de erkenning van hun taal. Zij diende ge bruikt te worden in de officieele stukken, in de Volksvertegenwoordiging, kortom overal waar men zich van het gesproken en geschreven woord pleegt te bedienen. Die erkenning van de taal hield meer in dan het feit alleen. Het zou de erkenning zijn van de Vlaamsche cultuur, welke beschaving en cultuur in het Westen van Europa is rijker dan die van Vlaanderen, waar men kan wijzen op de oude steden als Brugge, op mannen als Memlinc en de gebroeders van Eyck, om nu maar enkele te noemen? De oorzaak van de achteruitzetting der Vlamingen, is, aldus de heer Grammens logisch voortgekomen uit den zonderlingen toestand, dat een volksgroep van 5.4 mil- lioen zielen de Vlamingen zich bijna een eeuw lang voogdijschap heeft moeten laten welgevallen van een kleinere volks groep, de Walen, op het oogenblik niet, meer dan 3.5 millioen zielen tellend. Is dit mogelijk geweest? Laten wij het openlijk erkennen, dat het vraagstuk van het dagelijksch brood daarbij een groote rol heeft gespeeld. Geen enkele Vlaming, die hoopte of wenschte een openbare func tie te bekleeden, had eenige kans om die hoop of dien wensch in vervulling te zien gaan, als hij niet bereid was den nek te buigen onder het Fransche juk. Jaren kwamen en gingen, zonder dat er verandering kwam in deze tergende toe standen. De Vlamingen lieten zich veel, zeer veel, véél te veel welgevallen. Maar konden zij anders, wanneer men het bo venstaande in aanmerking neemt? Een Waal, die slechts het Fransch be- heerschte, beschikte over meer mogelijk heden om in staatsdienst te komen dan een Vlaming, die beide talen, zoowel het Vlaamsch als het Fransch, machtig was. Dat er in dezen toestand inderdaad een onrechtvaardigheid schuilen gaat, is duide lijk. En in zekeren zin treft ook de Vla mingen zelf het verwijt, dat zij zich te lang dit alles hebben laten welgevallen. Zij hebben te lang gewacht met het plegen van georganiseerd verzet. Voor martelaren scheen de tijd bovendien nog niet rijp Maar inwendig groeide en groeide de nei ging zich te weer te stellen tegen deze Fransche overheersching. Van tijd tot tijd verhief een Vlaming zijn stem, maar zijn geluid klonk als die van een roepende in de woestijn. Van de regeering kon men bovendien weinig of niets verwachten want van vader op zoon waren de vorsten Fransch georiën teerd geweest en het was duidelijk dat slechts een zware druk hen zou doen zwich ten Maar daarvoor was noodig dat het Vlaamsche volk uit zijn sluimerenden toe stand van lijdelijk verzet werd wakker ge schud, om eensgezind een krachtig protest te laten hooren. Er zijn de laatste dertig jaren meer stemmen opgegaan van men schen, die groote en zware offers hebben Taalgrens russoier» i flEDERLANDSCH en FfiANSCH -Rijksgrens —Provinciegrens Rechts t Het prachtige stadhuis van het plaatsje Ouden aarde waar Gram mens herhaalde malen de daad bij het woord voegde in welks ge vangenis hij thans in boeien zit ge klonken. Onder: Een duizendkop pige menigte ge tuigt voor het in drukwekkend IJzermonument te Dixmuiden voor hun goed recht. gebracht, voor een zaak die hun heilig was. Een zaak, neen de zaak van Vlaanderen! Zooals bekend wordt door onze stamgenooten, de Vla mingen, sinds een eeuw reeds een strijd gevoerd voor bet behoud van hun Nederlandsche taal en cultuur, en dit tegen het opdringende Fransch. In Nederland weet men van dezen strijd, die toch ook voor ons van zoo groot be lang is, helaas betrekkelijk weinig af, ja zelfs de namen van hen, die in dezen deels politieken, deels cultureelen strijd iu de voorste gelederen kampen, zijn dikwijls onbe kend. Een uitzondering daarop vormt de heer Grammens, de ook buiten de grenzen van België bekend geworden man met de verfpot en kwast. Zoo juist heeft men kunnen lezen, dat Grammens wegens zijn activiteit voor de zooveelste maal gearresteerd is. ter van instructie worden ge hoord), weer waren aange bracht. De autoriteiten, die hier dus welbewust de taalwetten overtraden, zullen nu recht spreken over Grammens! Is de actie van Grammens ook gerechtvaardigd? Talloo- zen betuigen hun sympathie, een bewijs dat het Vlaamsche volk zelf thans wel doordron gen is van de noodzaak van dezen strijd, die tenslotte een dieperen achtergrond heeft. Gelijk wij reeds opmerkten staat hier Nederlandsch cul tuurbezit op het spel. Het is derhalve volkomen logisch, dat in de Nederlandsche pers aandacht wordt besteed aan een levendige actie, omdat uitdrukking wordt gegeven aan een levendige sympathie die bestaat tusschen Noord en Zuidnederland en in een tijd als de onze, nu kleine sta ten de behoefte gevoelen zich aaneen te sluiten, mag 'n dergelijke spontane drang tot samenwerking niet doodloo- pen. Verkleinde reproductie va-a een pamflet, zooals deze door de aanhangers der Taalbewe ging bij duizendtallen door de Grammensactie worde* verspreid onder de menschep En toen kwam Grammens! Nadat de oorlog eigenlijk de groote pro motor voor de Vlaamsche gedachte was ge weest, mochten in 1931 de Vlamingen ein delijk hun eerste succes boeken. De wet op het bestuur kwam tot stand. Het had niet veel om het lijf, maar als bescheiden begin, als eerste verovering, mocht men spreken van een succes. Voor een volledig uitgewerkte taalwetgeving streden de mi nimalisten. Zij wenschten dat de tweetalig heid van toepassing zou zijn op rechtspraak leger, onderwijs en administratie. De fede ralisten daarentegen gingen veel verder, zij eischten zelfbestuur. Dat men daar echter in feite nog geens zins aan toe is, zullen wij dadelijk zien. In 1925 vond de halve vernederlandsching van de Gentsche hoogeschool plaats, in 1930 de volledige; in 1932 volgde de wet op het algemeen onderwijs, de besturen en het gerecht en in 1938 die op het leger. Wat de Vlaamsche beweging eveneens als een succes mag aanmerken; ook in het koninklijk huis is een groote verandering merkbaar. Men heeft in Nederland bij 's Koningsbezoek met groote voldoening ge constateerd, dat Koning Leopold xich met Vele tweetalige straatnaambordjes hebben Grammens en zijn mannen op boven staande wijze bewerkt met de verfkwast, zoodat het „wettelijk verboden" Fransche opschrift onleesbaar is geworden. een zeker gemak van de Nederlandsche taal bedient. Echter het maken van wetten is nog niet het uitvoeren daarvan. Meesttijds zijn het politieke overtuigingen, die ertoe leiden dat de zelfde menschen, die de wet aanna men, haar niet uitvoerden. Tegen dit euvel nu is Grammens opgetreden en de strijd, dien hij voert, is belangwekkend voor zoo wel Noord- als Zuidnederlanders, aange zien het hier gaat om een Nederlandsche cultuur te beschermen en te vrijwaren voor Fransche beinvloeding. Hij voelde zich daartoe verplicht op eigenmachtige wijze in te grij- recht blijven Grammens en zijn mannen volharden in hun houding; het zijn aller minst berouwvolle zondaars. En veel kan men hen ook inderdaad volgens de letter van de wet niet ten laste leggen, hoogsteni dat zij de uitvoerende macht zelf in han den genomen hebben, maar die vrijheid is te billijken, omdat de bevoegde instan ties de uitvoering van de taalwetten ach terwege lieten. Pamfletten werden bij dui zenden stuks verspreid. De eerste stap van Grammens en zijn volgelingen was, dat zij door krachtige propaganda het toepassen der wet in de hand wilde werken; toen deze pogingen faalden, gingen zij over tot de daad. En die actie werd gevoerd met verf kwast en beitel. De Fransche opschriften in gemeentehuizen, op borden van straat namen werden overgeschilderd of eenvou dig weggebikt. Wapenstilstand. Tenslotte werd een wapenstilstand ge sloten, tusschen de regeering en de Vlaam sche cultuurbeweging. De punten van dezen z.g. wapenstilstand waren de volgende: 1. Alle processen tegen deelnemers aan de Vlaamsche actie worden stopgezet. 2. De belofte wordt gedaan, dat een vol strekte eentaligheid voor Vlaanderen wordt gewaarborgd. 3. De belofte wordt gedaan, dat amnes tie zal worden verleend aan allen, die op grond van hun Vlaamsche, eigenmachtige actie zijn veroordeeld. Veel gaf het niet Sommige gemeente besturen deponeeren de wetsbesluiten een voudig in de papiermand en weer moet Grammens zij in actie hervatten en deze brengt hem opnieuw in de gevangenis waar hij weigert eenig voedsel van buiten te ontvangen en de kost der gewone ge detineerden eet, d.w.z. droog brood, aard appelen en chichorei-sap. Dwars door België loopt de taalgrens, waardoor het land verdeeld wordt in een Nederlandsche en Fransche helft. De actie Grammens wordt gevoerd in het Noor delijke, Nederlandsche gedeelte. pen en weldra werd hij dan ook de leider van een beweging over Vlaanderen onder de benaming „Raad der Daad" die zich buiten alle politieke groepen houdt en eigenmachtig optreedt, om de Ne derlandsche cultuur aldaar de al leenheerschappij te bezorgen, zoo als dit het geval is met de Fransche in Wallonië. Slechts wettelijke middelen. Wie in Grammens actie~iets illegaals ziet vergist zich! Hij en zijn mannen bedienen zich slechts van wettelijke middelen om de overheid hun beginselen duidelijk te maken: hun onverbiddelijke eisch is en blijft dat de wetten toegepast zullen wor den. Wanneer de politie hen wil arrestee ren, laten zij dat rustig toe, immers ook deze menschen doen hun plicht en meestal zijn de politieagenten, die hen arresteeren Vlamingen, die uiteraard sympathiseeren met hun oproerige daden, terwijl hun chefs meerendeels Walen zijn. Ook voor het ge- „Een heidensche pan" Dat Grammens actie waarlijk niet over bodig is bewijst de toestand in het Vlaam sche badplaatsje Panne, door de badgasten La Panne genoemd, want hier schrik niet... is alles vier talig. De bordjes der straatna men dragen vier opschriften, bovenaan in het Vlaamsch, maar bovendien in het En- gelsch in het Duitsch en in het Fransch. Het moge nu waar zijn, dat Grammens staat- en gemeente-eigendommen heeft be schadigd door onwettige Fransche opschrif ten te oververven, doch daarom is hij nog geen gemeen misdadiger. Van Leuven, waar hij werd gearresteerd, werd Gram mens naar de gevangenis te Gent per taxi overgebracht begeleid door eenige politie mannen in burger; in Gent bleek men het onjuist te vinden Grammens als een poli tiek misdadiger te behandelen: men bracht hem vandaar, geketend aan een willekeu- rigen spitsboef met een celwagen en per trein, ten aanschouwe van ieder, die het maar zien wilde, naar de gevangenis te Oudenaarde over, waar hij nu nog verblijft. Tijdens dit verhoor kreeg Grammens, in strijd met de z.g. bestuurlijke taalwet, Fransche bevelen op te volgen. In het gerechtsgebouw te Oudenaarde, waar Grammens een verhoor moest on dergaan, bleek hem, dat de onwettige Fransche opschriften, die hij voor enkele dagen had uitgewischt (deswege moest hij te Oudenaarde door den rech-

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1939 | | pagina 8