PORTRET unsthanüe! ERMANS "TÜZJ Courant jwsbfad i z,z. 76 DE INTERNATIONALE TOESTAND DEZE WEEK IN NEDERLAND VAN DE WEEK f- Vastbinder, nq ht, Boatelschweg} weg 36 q. A'dam^ ag-, V- L. Briob« J- v- Soest laarwaterweg 4öj Uz 8 n- Buntwej, Kon laan 8 j m. g-, v. Sco&. 33L. Piuaa^ 24S. Baan ajr n. Kerkpaa N 'weg 18 n no- 8; Ue\wijkMr 53 n* cnburg m- g.. y 8: AB B. Kist, V- vcg 64; B. v- d- Kerkdw str. 9; r- 13b n- VV'alcl. e.ibeek m g y. 18; H- Schoen, n. Plasweg 65; Jöra. Is verkrijgbaar bif antoorj 3 el 2476 JEN! lart dubbel, ïoud-kas: r de zegels, wasch. (Cl. D.y sschen moet vvor, U nu dubbel het gebruik p werk, tijd en, de spaarzegela^ il en de a idere» Ita, iMi en Si^ op te plakkej» bij iederen win., ua t ge'.d sparen^ ;rzainel':ajit kunt :i en U ontvangt ien! Mnalig de lersU* dubbel. stdijk'' werd Za« st georga.iiseerrj Door de groota kindcren, werd aderen het feest i, dat Prof. WIW verzoek van St» t uitgebreid be* ian de buurtv.es» gekomen. lat de he^r T>i ouden over ,,veV oe men zich g&' jn in het nieuw? 4ng thans bezitjj rheen Café Vai4 el en met zijnl iam de kinderen^ en het jeugdig^ iaar en voldaan* apering ontbraJÉ Tel. 2368 raalaan) arige D. A- aW •urgem. Grotho^ auwerhoek dot*, ce auto aanga* ;ne ontvellingep| linker beup. i adigd. De aut<W nummer en let- :oek wordt ia-. UT'. de Vereen:gingf agavond in EU VI. Brouwer be-, missen, een on. engewoon kun. iepzinnige red® resumé. inenten voor jenomen bi| „Zooals niü bekend is, heeft minister Bonnet op 26 Januari in de Kamer van Afgevaardigden verklaard, dat in geval van een oorlog, waarin de beide landen betrokken zouden zijn, alle krachten van Groot-Brittanje ter beschikking van Frankrijk zou den staan, evenals alle krachten van Frankrijk ter beschikking van Groot- Brittanje gesteld zouden worden. Dat is volkomen in overeenstemming inet de opvattingen van Züner Majestcits regeering." Deze verklaring van Chamberlain van 6 Februari 1939 is ongetwijfeld afgelegd onder den druk van den geheel nieuwen toestand, die In Europa geschapen is door de verovering van Catalonië door Franco's troepen. De mogelijkheid, het gouverne- mentaie Spanje van buiten af hulp te bie den, is thans tot nul gereduceerd. Negrin, del Vayo en generaal Miaja mogen den strijd nog voort willen zetten, gezien de huidige omstandigheden zal echter nie mand aan het wonder willen gelooven, dat de laatste zone, van Madrid tot Valencia, voor hetzelfde lot bewaard zal kunnen worden. Voor alle practische overwegin gen is Spanje thans te beschouwen als het derde opmarschgebied tegen de beide in Europa overgebleven democratische groote mogendheden. Franco's politiek. Met dit laatste is geenszins gezegd, dat Franco tegen wil en dank aan den leiband van Mussolini en Hitier zal gaan loopen en zich in zijn land in dienst zal stellen van de Duitsche en Italiaansche verlan gens, die vooral op Afrika gericht zijn. In tegendeel, door Engelsche bemiddeling bij de bezetting van Minorca te aanvaarden en de Italiaansche troepen verre van de Fran- sche grens te houden, heeft Franco be wezen, dat dergelijke tegen hem gerichte beschuldigingen ongegrond zijn. Maar iets anders is, dat het nieuwe Spanje onder Franco, hetwelk wil steunen op de onge twijfeld groote tradities van het land, zelve aspiraties heeft, die het automatisch aan de zijde van de andere „have-nots": Duitsch- land, Italië en in zekeren zin ook Japan moeten brengen. Spanje zag in een tijd van verval zijn groote koloniale rijk in Zuid-Amerika verloren gaan, het zag de Engelschen zich vastzetten in Gibraltar, het zag zich door de Franschen tekort ge daan in Marokko. Wil het nieuwe Spanje een toekomst hebben, dan zal het moeten worden gedragen door een groote, alle Spaansche klassen verbindende idee en deze kan slechts zijn: herstel van Spanje's machtspositie in Europa. Franco heeft dit ook zeer goed ingezien en in meer dan een redevoering verklaard, dat zijn toe komstige politiek gericht zal zijn op een samenwerking van alle Spanjaarden ter bereiking van dit doel. Wanneer zal de crisis uitbreken Het is duidelijk, dat een dergelijke poli tiek, gericht op een uitbreiding van het Spaansche koloniale rijk in Afrika en een herstel van den Spaanschen invloed in Zuid-Amerika, zich tegen Engeland en Frankrijk, de groote „bezitters" dezer aarde moet keeren. Dat ziet men onge twijfeld ook in Londen en Parijs zeer goed in, men weet daar, dat men ten slotte voor een definitieve beslissing zal worden ge steld, maar aangezien men den tijd daar- Een indrukwekkende foto, genomen in de Sacramentskapel van den St. Pieter te Rome, waar het lijk van Paus Pius XI opgebaard stond. Officieren hielden de eerewachi. voor op het oogenblik nog ongunstig acht men wil deze beslissing het liefst uit stellen tot de enorme bewapeningspro gramma's van Engeland en de Vereenigde Staten zijn uitgevoerd is de geheele politiek der groote democratieën op uitstel gericht. Het komt hun daarbij te stade, dat ook Franco voorloopig geen haast kan hebben. Is de burgeroorlog eenmaal ten eind®, dan zal ztjn eerste werk liet binnen landse!) herstel moeten zijn en daarbij is hij aangewezen op economischen steun van Engeland. Londen nu schijnt wel bereid te zijn, dezen steun te verleenen, indien het daarmede een uitstel van eenige jaren ten aanzien van de Groote Beslissing kan koopen. De groote vraag, waarop op het oogenblik echter nog geen antwoord kan worden gegeven, is intuschen, of ook Ber lijn en Rome voor een dergelijk uitstel te vinden zijn. Zullen zij bereid zijn, de posi ties, die zij in Spanje hebben weten te verkrijgen, op te geven, wetend, daarmede hun eischen tegenover Frankrijk en Enge land voor een goed deel van hun kracht te berooven. Hitier heeft dit nooit be- loold, Mussolini wel, maar onmiddellijk heeft de spreekbuis van den duce, signor Gayda. daaraan toegevoegd, dat dit eerst zal geschieden na de „algeheele politieke overwinning" van Franco. En de voorwaar den, die Gayda aan een terugtrekking der Italianen uit Spanje verbond, waren zoo vaag gesteld, dat de Italiaansche inmen ging in Spanje zich nog rustig over een tijd van vele jaren kan uitstrekken. Met spanning moet men derhalve de toe komstige politieke ontwikkeling afwachten. Zullen wij reeds binnenkort voor de crisis gesteld worden, of zal deze nog betrekke lijk langen tijd op zich laten wachten Geen leek en zelfs geen deskundige zal het antwoord op deze vraag kunnen geven. Slechts één ding staat voorloopig vast Frankrijk heeft niet meer, zooals in 1914 een enkele grens, waar 66 tegenover 40 millioen menschen stonden. Het heeft thans drie grenzen en de verhouding is veranderd van 40 millioen menschen tegenover 80 plus 45 plus 20 millioen men schen. De politiek van de groote democra tieën met inbegrip van de Vereenigde Staten zal er thans in de eerste plaats op gericht zijn voor deze verandering in de situatie een compensatie te vinden. De bezetting van Hainan. Is het toeval, dat tegelijk met de be zetting van het eiland Minorca door Franco, de Japanners het voor Fransch- Indo-China gelegen eiland Hainan bezet hebben? Men is geneigd, deze vraag met neen te beantwoorden. Tokio had immers geen gunstiger tijd kunnen uitzoeken, om zich van dit strategisch zoo belangrijke eiland, dat de Fransche kolonie in het Verre Oosten en verschillende Engelsche scheepvaartroutes beheerscht, meester te maken. Parijs en Londen richten zich thans met scherpe protesten tot Tokio, maar dat deze veel zullen baten gelooft niemand. De Japanners kunnen wel beweren, dat de bezetting slechts een tijdelijk karakter heeft en is opgedrongen door den oorlog tegen China, maar het ziet er niet naar uit, dat de Japanners, nu zij dit eiland eenmaal bezet hebben, het weer spoedig zullen ontruimen. Ook in het Verre Oosten loopt de „have-not" voorloopig met succes storm tegen de positie van de „haves". Uit het parlement. Beide Kamers van de Staten-Generaal herdachten in hun zitting van Dinsdag middag op plechtige wijze den grooten doode, om wien de geheele Katholieke wereld thans rouwt. De voorzitter van de Eerste Kamer, mr. W. L. baron de Vos van Steenwijk, bracht hulde aan de nage dachtenis van Paus Pius XI, in wien een man van hooge eruditie, een veelzijdig ge leerde en scherpzinnig staatsman is heen gegaan. De voorzitter van de Tweede Kan icr. mr. Van Schaik, eerde in den fceenp ^en Kerkvorst vooral den predi ker. o grooten voorganger in het Chris telijk geloof. De Eerste Kamer maakte vervolgens een invang met de begrooting van Onderwijs, unsten en Wetenschappen voor 1939, ter wijl men zi"h aan de overzijde van het Binnenhof hield met de behandeling van het wetsontwerp tot herziening van het recht van vereeniging en vergadering, dat met 50 tegen 33 stemmen werd aan genomen. Hieruit blijkt, dat het wetsont werp heel wat verzet ondervond, hetgeen niet te verwon deren is, daar het ingrij pende veranderingen inhoudt. Het is hoofd zakelijk bedoeld om politieke agitatie van vreemdelingen in ons land tegen te gaan. Daartoe geeft het de politie het recht, be sloten vergaderingen van meer dan 10 per sonen, allen of voor een deel vreemdelin gen, bij te wonen. Verder stelt de gewij zigde wet strafbaar, dat een vreemdeling in een vergadering, ook een niet-openbare, „waarin uitsluitend of mede de Neder- landsche staatkunde in algemeenen zin wordt behandeld", het woord voert. KREUKVRIJE KUNSTZIJDE. Geen materiaal, dat in weinige jaren tijds een zoo groote populari teit heeft verworven als kunstzijde, en dat zeker niet in de laatste plaats dank zij de vele verbeteringen, die het heeft ondergaan. Sterkte, rek baarheid enz., de mechanische eigen schappen dus van deze stof, werden voortdurend verbeterd, maar zij be hield toch nog één eigenschap, die haar van echte zijde in ongunstigen zin onderscheiddehaar groote kreuk baarheid. Doch ook hierop heeft men sinds kort iets gevonden. Uit onderzoekingen bleek, dat de neiging tot kreuken vooral samen hangt met den invloed van de voch tigheid der lucht. Wanneer nu de vezels der kunstzijde gedrenkt wor den in kunsthars, zoodat deze stof tot het binnenste der vezels doordringt, dan heeft de vochtigheid er zoo goed als geen vat meer op. Het resultaat is. dat de kunstzijde door deze be werking nagenoeg kreukvrij wordt, hetgeen haar de zuivere natuurzijde alweer meer nabij doet komen. H.M. de Koningin inspecteert de Huzaren. 13 Februari was voor het 3de regiment Huzaren, gelegerd in de nieuwe Alexan- derkazerne te Den Haag, een gewichtige dag. Dien dag was het 125 jaar geleden, dat het regiment werd opgericht, welk feit natuurlijk met de noodige feestelijkheid werd herdacht. Daar kwam nog bij, dat H.M. de Koningin van haar belangstelling voor dit jubileum door een persoonlijk be zoek aan de kazerne deed blijken, waar zij alle gebouwen bezichtigde en de jubi- leerende eskadrons op het voorplein der kazerne inspecteerde. Een feestmarsch door de stad na afloop van het bezoek der Koningin deed ook de burgerij der Resi dentie deelen in de feestvreugde. Nederland en het Spanje van Franco. Nu de ontwikkeling van den burger oorlog in Spanje zulk een beslissende wen ding ten gunste van generaal Franco heeft genomen en de groote mogendheden als om strijd de vriendschap van den over winnaar trachten te verwerven, dringt zich de vraag op, welk standpunt ons land tegenover de regeering van Franco zal in nemen. Zeer dringend is de kwestie overi gens niet, omdat ons land zooals bekend reeds een agent te Burgos heeft benoemd. Maar op den duur zal natuurlijk ook Nederland de regeering van Franco, wan neer deze eenmaal de algeheele heer schappij in Spanje zal hebben, de jure moeten erkennen. Voor het oogenblik is de toestand intusschen nog zoo, dat alleen het Republikeinsche Spanje een normale diplo matieke vertegenwoordiging bij ons hof heeft, terwijl van het rechtsche Spanje hier slechts een agent gevestigd is. Het noodwetje tegen de wilde bussen. In de Eerste Kamer kwam het nood wetje tegen de wilde autobussen, dat moet dienen om aan de bestaande regeling van het Reglement Autovervoer Personen een wettelijken grondslag te geven, in behan deling. Zooals men weet heeft de Tweede Kamer dit wetsontwerp met vrijwel alge- meene stemmen (slechts 5 van de 69 ver klaarden zich tegen) aangenomen. In de Eerste Kamer bestond er echter meei ver zet tegen, maar niettemin werd ook hier het noodwetje aangenomen-, en wel met 19 tegen 14 stemmen. Nog juist op tijd is het er dus door, want den 15den van deze maand zou het R.A.P. komen te vervallen en dan zou het met het „wilde" autobus- vervoer heelemaal een chaos worden. Door dit noodwetje is het R.A.P. nu tot 15 Augustus verlengd in afwachting van een definitieve regeling, die minister Van Buuren nog wel heel wat zorgen zal baren. Steun voor de tarwebouw. De strenge vorstperiode heeft de Neder- landsche landbouwers voor ernstige pro blemen gesteld. Zooals de tuinbouwers hun wintergroente en de uitzaai voor de jonge voorjaarsgroenten verloren zagen gaan, zoo leden de boeren onherstelbare schade aan de wintertarwe. Nu blijkt van welk een omvang deze schade is, is ook de vraag gerezen, of het niet op den weg der re geering ligt, hier hulp te bieden. Het Tweede Kamerlid Droescn maakte zich tol tolk van de belanghebbenden door den minister van Economische Zaken een aan tal vragen te stellen, waarin op de wen- schelijkheid wordt gewezen, de mislukte tarwe zooveel mogelijk te vervangen door zomertarwe en niet door gerst, aardappelen en andere gewassen, waarvan de afzet toch reeds groote moeilijkheden ontmoet. Üm deze vervanging mogelijk te maken, stelt de heer Droesen voor, den tarweprijs voor het oogstjaar 1939 te verhoogen en met he: oog op den aanstaanden zaaitijd dringt hij bij den minister op een spoedige beslissing in deze kwestie aan. JEUGDIGE BOEFJES ONDER DE LOUPE. Twee honderd vijftig Londensche „boef jes" zullen binnenkort voor een commissie van vooraanstaande psychologen en op voedkundigen verschijnen en al het moge lijke doen om deze waardige heeren in verlegenheid te brengen. Dat is nu wel niet het doel van het experiment, maar naar alle waarschijnlijkheid zal het daar toch wei op uitdraaien. De jongens moeten dienen als proefkonijn voor de heeren pae- dagogen, die een inzicht willen krijgen in het zieleleven en het sociale milieu van deze jeugdige misdadigers. De leider van de commissie van onderzoek, waarin vele professoren, hoofden van scholen en politie ambtenaren zitting hebben, is de bekende Engelsche econoom en anthropoloog Carr- Saunders, die o.a. in de Zuidzee belang rijke studies heeft gemaakt. In de laatste vier maanden zijn er lijsten aangelegd van de misdrijven der jeugdige boefjes, die uit twee duizend soorlgenooten zijn uitge kozen. Ter controle bevinden zich onder de candidaten ook een aantal „brave knapen". Soldaten van Franco planten de rood gouden vlag van het rechtsche Spanje op een heuvel aan de Fransche grens. UITVOER DOOR INVOER. Het hoofd van deo Duitschen Staal heeft het met zooveel woorden gezegd Duitsch- land moet meer uitvoeren. Dit zijn woor den, welke ook in ons land terdege zijn opgemerkt. Uitvoer en invoer hebben voor beide nabuurstaten groote beteekenis, want hier heeft een belangrijke wisselwerking plaats. Duitschland voert naar Nederland uit, wat hier te lande weinig of in het geheel niet wordt geproduceerd, terwijl liet uit Nederland diè goederen betrekt, waar aan het zelf behoefte heeft. Daartoe behooren wel in de eerste plaats zuivelproducten en aDdere voedingsmid delen, welke het groote rijk niet in vol doende mate bezit of voortbrengt om te kunnen voorzien in de behoeften van zijn tientallen millioenen inwoners; en in dit tekort voorziet het voor een groot deel door een en ander in te voeren uit ons land. Nu berusten uitvoer en invoer voor een groot deel op wederzijdsch belang. Een land met een sterk ontwikkelde industrie tracht natuurlijk de productie op peil te houden en liever nog: uit te breiden, door veel te exporteeren. Het ligt voor de hand, dat het daarvoor in de eerste plaats den blik laat vallen op nabuurlanden, waar heen de uitvoer wordt vergemakkelijkt door uitstekende verbindingswegen, zoowel te land als te water ook aj, omdat trans en verzekeringskosten daardoor minder zwaar drukken op de zendingen. Dit nu is, zooals ieder weet, in hooge mate het geval tusschen Duitschland en Nederland. Vindt Duitschland een goed afzetgebied in Nederland, dan zal daarvan het logische gevolg zijn dat het des te meer geneigd zal zijn, op zijn beurt goederen te koopen in Nederland, mits er geen al te groot prijsverschil in den weg staat. Door derge lijke transacties wordt de goede nabuur schap bevorderd en de band, welke beide landen op handelsgebied verbindt, nauwer aangehaald. Het is in beider belang. Aan den anderen kant vereischt goed koopmanschap, dat men gebruik maakt van de wetenschap, dat in een bepaald gebied behoefte bestaat aan zekere artikelen, om daarmede op gepaste wijze zijn voordeel te doen door daarheen te exporteeren. Wij denken hier b.v. aan eieren. Neder land kan zich op dat gebied met elk ander land meten. Het behoeft niet lijdelijk toe te zien, dat Duitschland zulke reusachtige hoeveelheden van dit artikel betrekt uit veel verder gelegen landen, welker repu tatie zich niet kan meten met de onze. uit is ééne zijde van de medaille, bezien wij nu evenwel de andere zijde. Een een voudige, kernachtige spreekwijze in ons land zegt: „Voor wat hoort wat". Wij kun nen niet verwachten, dat Duitschland ons land zal bevoordeelen, wanneer daar niet tegenover staat, dat Nederland ook zijn uiterste best doet, om het groote naburige rijk te steunen in zijn uitvoer. M.a.w., waar wij kunnen, zullen wij er naar moe ten streven om Duitschland voor een deel te ontlasten van zijn overproductie, willen wij voor ons land ook op begunstiging van Duitsche zijde kunnen rekenen. De geheele wereld heeft het van Duit sche gezaghebbende zijde hooren verkon digen Duitschland moet meer kunnen ex- porteeren. Laat de Nederlander deze uit lating in zijn. ooren knoopen. Het betreft L«ké^1L; DRAGISJAN ZWETKOWITSJ. Het aftreden van de regeering Stojadinowitsj in Joegloslavië en de vorming van de nieuwe regeering Zwetkowitsi hebben duidelijk tot uitdrukking gebracht, dat de Kroa tische kwestie het voornaamste pro bleem in Joegoslavïë's binnenland- sche politiek is en dat alle politici, die deze kwestie anders dan volgens de wenschen der Kroaten trachten op te lossen, geen kans hebben aan het bewind te blijven. Van de nieuwe regeering-Zwet- kowitsi wordt nu dan ook allereerst een ernstige poging verwacht, om het Kroatische vraagstuk uit de wereld te helpen. De Kroaten zelf nemen voorloopig een afwachtende houding aan. maar zij zij'n bereid mede te werken aan een vergelijk tusschen Serven en Kroaten. Mocht Zwet- kowitsj erin slagen, een vergelijk tusschen deze beide volksgroepen tot stand te brengen, dan zou daarmede een kwestie, die gedurende twintig jaar de birmerilandsch-politieke ont wikkeling van Joegoslavië heeft tegengehouden, geliquideerd zijn. Oat dit aan de economische en eul- tureele ontwikkeling van dezen staat, die dank zij Duitsrhlands be langstelling en vriendschap een steeds belangrijker rol in de politiek van Zuid-Oost Europa gaat spelen, niet weinig ten ?oede zal komen, be hoeft wel geen betoog. Joegloslavië dat reeds thans een machtsfactor van heteekenis in dit deel van het Euro- peesche continent is. zal dan wel licht een der meest hegeerde bnnd- genooten en vrienden van zijn mach tige naburen kunnen worden. Van daar dan ook, dat de figuur van Dragisjan Zwetkowitsi ook buiten de grenzen van zijn land de aandacht verdient. hier, om het maar in gewone handelster men uit te drukken, een goeden klant 1 Willen wij Duitschland als goeden klant houden, dan moet het ook aan ons een goeden klant hebben I EET VERLOOP VAN DEN SPAAN SCHEN OORLOG IN KAART. De drie schetsen hier boven toonen (van links naar rechts) de uitgangspositie van Franco in het jaar 1936, de situatie einde 1937 na den val van Asturië en de situatie na de bezetting van Catalonië. Duidelijker dan wellicht met vele woorden mogelijk is, krijgt men hier een goed beeld van Franco's successen in den burgeroorlog. Verreweg het grootste deel van het Spaansche gebied is thans in handen der nationalisten en dit schijnt ook wel den doorslag gegeven te hebben bij het besluit van vele regee ringen, het regime van Franco thans te erkennen. Toch is het gebied, dat op het oogenblik nog in het bezit der republikei nen is en zich van Valencia tot Madrid uitstrekt, nog e nige malen grootér dan Nederland. De kansen der republikeinen om dit gebied met succes te verdedigen, worden intusschtn door deskundigen niet hoog aangeslagen. Men beschouwt het be sluit van Negrin en Miaja, nog langer tegenstand aan Franco te bieden, in de eerste plaats als een poging om tenslotte nog zoo gunstig mogelijke vredesvoorwaar den af te dwingen. Hopenlijk worden beide partijen het nog eens over de voorwaarden, waaronder het resteerende deel van Spanje zonder strijd in handen van Franco zou kunnen overgaan. Reeds te veel bloed heeft in het ongelukkige land gevloeid en het is waarlijk niet in te zien, hoe verder verzet der republikeinen hun nog zou kunnen baten. „MIPOLAM", HET MATERIAAL DER TOEKOMST. Toen de voorlaatste Zeppelin in dienst werd gesteld, wekte behalve het uiterlijk vooral ook de inwendige aankleeding, die bijna geheel uit licht metaal bestond, groote bewondering. Thans is dit materiaal al weer verdrongen door een beter, nog lich ter, het „mipolam", dat bovendien een nog veelzijdiger toepassingsmogelijkheid heeft. Mipolam is een soort kunsthars, dat lichter is dan magnesium en bestand tegen de inwerking van water, zuren, olie en loog. Het kan helder als glas gemaakt wor den en brandt slechts in de vlam, geeft deze dus geen voedsel. De cabines aan boord van den nieuwen Zeppelin zijn voorzien van waschtafels van mipolam. Tafels en stoelen en ander keukenmeubi- lair, ja zelfs een koelkast, zijn al van dit nieuwe materiaal vervaardigd. De tafeltjes in de bar van den Zeppelin zijn met mipo lam belegd, omdat het de prettige eigen schap heeft, geen „alcoholvlekken" op te nemen. Als isoleerstof voor kabels, als lei ding voor buizen en als afsluitring is deze nieuwe kunststof zelfs in de machinegon dels toegepast. De beteekenis van mipolam blijkt het best hieruit, dat dank zij de toe passing van dit materiaal het gewicht van den Zeppelin 450 kg minder is geworden. Nu mipolam in den Zeppelin zoo goed heeft voldaan, is men er inmiddels reeds toe overgegaan het ook in den scheepsbouw en in de vliegtuigindustrie toe te passen. DE TREK NAAR DE VOORSTEDEN. Een verschijnsel, dat zich in alle groote steden voordoet, is de trek naar de voor steden en de buitenwijken. Ook in Parijs is dit het geval en wel gaat het proces hier met steeds toenemende snelheid. Een statisticus heeft uitgerekend, dat de bevol king van Groot-Parijs in de jaren 1932- 1937 met 132.000 zielen is toegenomen, ter wijl de binnenstad in hetzelfde tijdsverloop 203.000 inwoners verloor, die zich voor het overgroote deel in de buitenwijken ves tigden. Dit is niet te verwonderen, want in de groote wereldsteden wordt de city meer en meer uitsluitend zakenwijk, terwijl de bevolking zich in de meer luchtig en open gebouwde buitenwijken haar woning kiest. Doch de bewuste statisticus stelde zich niet tevreden met het constateeren van dezen trek alleen, hij berekende ook de snelheid, waarmee de Parijsche city ontvolkt wordt en zoo komt hij tot de conclusie, dat, wan neer het proces in hetzelfde tempo voort gaat als thans, de binnenstad over 327 jaar 5 maanden en 14 dagen 's avonds om 7 uur precies haar laatste bewoner aan de voor steden zal afstaan. De scheepvaartmaatschappij „TIrren'a" heeft elf kleinere schepen van 4200 Ion voor haar Noord-Europeesche lijn besteld. Verder is de bouw van twee nieuwe snelle passagiersschepen van de klasse „Victoria" en „Esperia" geprojecteerd, alsmede van zeven schepen voor passagiers- en vracht vervoer. Al deze schepen zullen met Die selmotoren voor zware olie worden uilge- 1 ust, waardoor een aanzienlijke besparing op de benocdigde brandstof zal worden erkregen. VERNIEUWING VAN DE ITALIA IN- SCHE KOOPVAARDIJVLOOT. Italië heeft thans een aanvang gemaakt met de vernieuwing van zijn koopvaardij vloot. De scheepvaartmaatschappijen „Ita- lia" en „Lloyd Triestinol' hebben bij ile Vereenigde Adriatische werven van Triest Vijf snelle vrachtschepen besteid. Zes schepen van hetzelfde type worden op de werven van Ansaldo in Genua gebouwd. Het zijn alle 9000 tons stoomschepen, d:e een snelheid van 18',z knoop zullen kunnen maken.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1939 | | pagina 3