De Internationale toestand IN DE AFGELOOPEN WEEK Het Portret y Deze week IN NEDERLAND De Wereld IN KAART T,ps u /mte] &°3°" - I Het afschuwelijke, waarvoor men in Europa in den laatsten tijd steeds meer is gaan vreezen, is een feit ge worden. Sinds Zondag bevinden ook Engeland en Frankrijk zich met Duitschland in oorlog. Nog op het laatste oogenblik beeft men in een groot deel der Europeesche kanse larijen gezocht naar een mogelijk heid om dit conflict te voorkomen. Toen echter Duitscliland eenmaal begonnen was, militaire maatregelen tegen Polen te nemen, stond het wel vast, dat nog slechts een wonder de gehoopte oplossing tot stand zou konnen brengen. Engeland en Frank rijk hadden Polen hun woord ge geven, dat zij het tegen agressie zouden beschermen. Dit woord moesten zij gestand doen. De nota's, die onmiddellijk voor het uit breken van het conflict nog tusschen Ber lijn en Londen zijn gewisseld, zijn natuur lijk reeds historie geworden. Er bleek uit, Gat Londen en Parijs nog wel aandacht vilden schenken aan Mussolini's Jaatste voorstel, een. conferentie van vijf bijeen te roepen, indien Duitschland den inval in Polen ongedaan had willen maken. Duitsch land meende echter, dat het zulks met het oog op den toestand in Polen niet kon doen en zijn regeerders schijnen zich sterk genoeg te voelen om den strijd tegen En geland en Frankrijk op te nemen. Zij gaan daarbij uit van de meening, dat de beide Westersche mogendheden uiterst moeilijk aan Polen hulp kunnen bieden en dat zij Polen ia een minimum van tijd militair kunnen bezetten. Inderdaad heb ben zij reeds in het begin van den strijd aan het Oostelijk front groote vorderingen gemaakt. De Corridor is reeds overschre den, de verbinding met Oost-Pruisen tot stand gebracht, Siiezië is door de Polen verlaten en ook op andere punten hebben de Duitsche troepen successen behaald. Is Polen eenmaal onschadelijk gemaakt, dan gelooven de Duitschers zich achter hun grensversterkingen in het Westen veilig voor een inval van Fransche zijde. In het Oosten voelt men zich gedekt door het niet-aanvalsverdrag met Rusland en in het Zuiden door de neutraliteit van den Ita- liaanschen bondgenoot. Dat deze neutrali teit voor Duitschland voorloopig een grootere steun is dan Italië's deelneming aan den oorlog, is bekend. Verder acht Dilitschland zich beschermd door de hou ding van de kleine staten aan zijn gren zen, die allen verklaard hebben neutraal te willen blijven, ook Roemenië, dat zooals bekend evenals Polen indertijd een garan tie van Engeland en Frankrijk heeft ge kregen. Voor een nieuwe hongerblokkade van Engelsche zijde schijnt het met Rus land als nieuwen vriend en met neutrale toegangen in het Zuiden en Zuid-Oosten niet te vreezen. Ook van de zijde der Vereenigde Staten schijnt Duitschland in ieder geval voorloo pig niets te vreezen te hebben. Tot de door Berlijn gevreesde verandering der neutra- liteitswet, waarbij aan de Amerikaansche fabrieken de mogelijkheid zou zijn gegeven wapens aan Engeland en Frankrijk te leveren, is het niet gekomen. Integendeel, Washington heeft de jjljgeheele neutraliteit afgekondigd en een embargo op den uit voer van wapens naar alle oorlogvoerende landen gelegd. Zooals bekend is echter Canada, als Amerikaansch land, van dit embargo uitgeslotenT^' Ook Londen en Parijs rekenen op de overwinning. Ook in de Britsche en in de Fransche hoofdstad is men er van overtuigd, op den duur de overwinning te zullen behalen. In tegenstelling met Berlijn echter erkent men daar, dat de strijd zeer langdurig en zwaar zal zijn en van land en volk de geweldigste offers zal eischen. Deze offers zullen aan Engelsche zijde ook gebracht worden door de dominions, die zich vrij willig aan de zijde van het moederland hebben geschaard. In het geval Zuid-Afrika baart dit wellicht eenige verrassing. Daar was immers in den laatsten tijd een groote actie gaande, om het land neutraal te houden en inderdaad legde ook minister president Hertzog in het Zuid-Afrikaansche parlement een neutraliteitsverklaring af. Onder leiding van generaal Smuts ver zette zich daartegen echter een kleine meerderheid van het parlement. Generaal Hertzog trad daarop af. Van de zijde van het Afrikaansch sprekende deel der be volking, dat niets liever had gewenscht dan neutraal te blijven, zal de nieuwe politieke koers wel op oppositie stuiten. Te meer waar het niet-Britsche gedeelte verreweg de meerderheid vormt, welke door een ver ouderd kiesstelsel niet in het parlement tot uiting kan komen. Ja, de mogelijkheid bestaat zelfs, dat thans evenals in 1914 de steeds nog aan wezige gebetenheid op de Engelschen tot ernstige incidenten, ja zelfs tot burger oorlog kan voeren. Nog weinig strijd in het Westen. Intusschen bepaalt de werkelijke oorlog zich nog hoofdzakelijk tot het Oosten, waar zooals reeds gezegd de Duitschers tot nog toe groote vorderingen op de Polen heb ben gemaakt. In het Westen echter kan er nog nauwelijks van belangrijken strijd ge sproken worden. Slechts zijn eenige Duit sche stoomschepen, tot zinken gebracht, vele Duitschers in de vijandelijke landen ge ïnterneerd, maar verder beperken de strij dende partijen zich klaarblijkelijk voor loopig tot het betrekken van hun posities. De Britsche vloot is tezamen met de Fran sche zeestrijdkrachten overgegaan tot het instellen van de blokkade. Opmerkelijk blijft vooral de weinige activiteit, die nog in de lucht ontwikkeld wordt. Slechts de Britten hebben met een twaalftal toestel len een aanval op de Duitsche vlootbases ondernomen, terwijl de Poolsche vliegtui gen voor de eerste maal boven Berlijn zijn verschenenn. Ten slotte zijn dan nog de Fransche troepen met de Duitschers tus schen Rijn en Moezel in contact gekomen. Maar dat zijn voorloopig ook nog de eenige strijdhandelingen, die het Westen heeft leeren kennen, tenzij men daarbij nog het „papieren" bombardement der Engelsche vliegtuigen met hun „waarschuwing" aan het Duitsche volle wil rekenen. ONZE VOEDSELVOORZIENING. Ook onze regeering, diep doordrongen van haar plichten tegenover de bevolking, is krachtig in de weer om te bevorderen dat het gewone leven niet meer dan de nood zakelijkste stoornissen zal ondervinden van 3en hieuwen toestand. Een betrekkelijk gunstige factor daarbij is, dat men ditmaal het conflict Jangen tijd van te voren als het ware heeft~21en^aankomen en diensvol gens tijdig tal van nuttige en noodige maat regelen heeft kunnen nemenT" De productie wordt aan de bron opgevan gen en door middel van een billijk distribu tie-systeem over de gansche bevolking ver deeld. Een voorname lactor daarbij is, dat de regeering beschikt over een landbouw crisis-apparaat, dat voortreffelijk is ge organiseerd, zoodat het om zoo te zeggen van de eene minuut op de andere kan wor den omgezet in een vorderings- en distri butie-orgaan. Niet zoodra was de mobilisatie afgekon digd, of er werd een aanvang gemaakt met een algemeene landbouwinventarisatie. Deze bestond in het vaststellen van de aan wezige voorraden granen, aardappelen en peulvruchten, alsmede zaden. Ook de vee stapel is onder deze inventarisatie begre pen. Handelaren in deze artikelen, alsmede fabrikanten van en handelaren in vee voeder, hebben eveneens hun voorraden moeten declareeren. Een en ander geschied de onder leiding en toezicht van de pro vinciale voedselcommissa rissen. Het nemen van deze voorzorgsmaatrege len had een tweeledig doel. In de eerste plaats wenschte de regeering te beschikken over volledige en betrouwbare gegevens ten aanzien van den voedselvoorraad ten be hoeve van mensch en dier en in de tweede plaats wilde zij het in de hand hebben, de land- en tuinbouwbedrijven in stand te kunnen houden zonder dat dit gepaard gaat met overdreven prijsstijgingen. Men wil trachten te voorkomen, dat een nieuw ge slacht van O.W.'ers den kop opsteekt. Er is altijd wij hebben dit in den vorigen oorlog in allerlei vormen kunnen consta- teeern een slag menschen, dat uitslui tend het eigen belang op het oog heeft, ten koste van het algemeen belang. Door partij te trekken van de omstandigheden trachten zij onredelijke winsten te maken. Naast de voedselvoorziening voor den mensch heeft ook die van den veestapel de volle aandacht der regeering. Dit punt nu is ook van zeer groot belang, te meer, omdat de voedselvoorziening voor het vee voor een groot deel afhangt van aanvoeren uit het buitenland. Mocht zich het geval voordoen, dat deze aanvoeren geheel of ge deeltelijk worden stopgezet, dan moeten reeds thans maatregelen onder het oog worden gezien om te voorkomen dat het onzen veestapel aan het noodige zou kun nen ontbreken. Men vergete niet dat er een zeer ongun stige keer in den toestand zou komen, in dien de buitenlandsche aanvoer geheel werd belemmerd. Alles moet er op worden gezet, om de voedselvoorziening van het vee tot eiken prijs te verzekeren. De re geering zal dan ook niet aarzelen, om te dien aanzien krachtige maatregelen te nemen. Zij zal bij de boeren alle betref fende voorraden vorderen ten einde haar in staat te stellen het veevoeder bij ge bleken noodzakelijkheid te verdeelen onder diegenen, die er behoefte aan hebben. MAARSCHALK RYDZ SMIGLT. Eduard Rydz Smigiy, die op het oogenblik de Poolsche troepen, in hun strijd tegen de Duitschers aan voert, werd op 11 Maart 1886 in Galicië geboren. Eigenaardig is, dat oorspronkelijk niets er op wees, dat hij het nog eens tot een zoo hooge militaire waardigheid zou brengen. Ryds Smigiy wilde n.1schilder worden en bezocht derhalve de Aca demie voor Beeldende Kunsten te Krakau, waar hij een der rneest be gaafde leerlingen was. Het was wijlen maarschalk Pilsoedsici, die hem voor de Poolsche vrijheidsbe weging interesseei'de. In het Poolsc.'ie legioen volgde Rydz Snr ly de ge bruikelijke loopbaan. Hij werd overste en in N «vember 13 8 minister van Oorlog in de eerste P-oiache re geering. In den tijd, dat PiisoedJ^i terug getrokken op zijn landgoed leifde, was Rydz Smigiy commandant *an Wilna. Van daar begaf h4 ziel. in 1926 met zijn troenen naar Warschau om Pilsoedski bij zijn staatajeeep te steunen. Tot den dood van den maar schalk stond Rydz Smigiy als plaats vervanger aan zijn zijde. Na den dood van Pilsoedski werd hij ab diens opvolger inspecteur- gen«raal van het Poolsche leger. Als zcodan-g is hij in de laatste jaren in Polen eigenlijke heerscher geweest. F y 1z Smigiy staat bekend als Übe.aal man, sterk anli-Duitscii en minder russophiel dan PiLoedsLi. Na Pil soedski is hij de meest populaire man van Polen in deze eeuw. In antwoord op het bombardement van de Wcsterplatte door den Duitschen oorlogs bodem „Schleswig-Holstein" vuurden de Polen op het tegenoverliggende plaatsje Neufaiir wasser. Scheepvaart in oorlogstijd. Ook van het actieve oorlogsbedrijf onder vond ons land reeds de onaangename ge volgen. Een vrachtschip met een lading erts aan boord werd door een Britsche oorlogsbodem aangehouden en gedwongen voor onderzoek naar een Engelsche haven op te stoomen, de „Jagersfontein", van Zuid-Afrika op weg naar Hamburg, werd eveneens door een Engelsch oorlogsschip aangehouden en voor onderzoek opge bracht. De beide groote passagierslijnen op Amerika en Nedcrlandsch-Indië werden oodanks de gevaren, die thans op zee drei gen, nog niet geheel gestaakt. De „Staten- cam" vertrok voor den overtocht naar de Nieuwe Wereld met tal van Amerikanen r>an boord, voor wie het risico van de reis ander deze omstandigheden niet kon op wegen tegen .het verlangen den vaderland- ?chen bodem zoo spoedig mogelijk weer te. bereiken; met nieuwe vlaggeschip van de Stoomvaartmaatschappij Nederland, de „Oranje", aanvaardde zijn eerste reis naar Nederlandsch-Indië langs voorloopig nog tnbekende route. Bij het vertrek stond nog r.iet vast of het schip in verband met het mijnengevaar om Schotland zou varen en pas wanneer het ter hoogte van Gibraltar zal zijn, zal worden beslist of de route door de Middellandsche Zee dan wel langs Kaap de Goede Hoop zal worden gevolgd. Luchtdiensten heropend. Na de vrijwel algeheele stillegging van het. luchtnet is de K.L.M. er dank zij onver moeide pogingen in geslaagd verschillende luchtlijnen reeds weer te heropenen. Tus schen Amsterdam en Londen werd het luchtverkeer met de normale regelmaat onderhouden en eveneens werden twee diensten in beide richtingen tusschen Ne derland en Denemarken gevlogen. Ook de pas ingestelde dienst op Oslo, de Norway Air Express, kon na aanvankelijk te zijn Kroonprins Umberto van Italië, die belast werd met het opperbevel over een der beide legergroepen, waarin de Italiaansche weermacht thans is verdeeld. stopgezet, weer worden hersteld. De Indië- vliegers, die op uit- en thuisreis in ver schillende plaatsen hun reis hadden moeten onderbreken, waren gelukkig ook niet lang tot werkloosheid gedoemd en konden reeds enkele dagen na het uitbreken der vijande lijkheden de reis vervolgen. Een beperkt luchtverkeer zal naar men hoopt ook tij dens den duur van den oorlog nog mogelijk zijn en vooral zal gepoogd worden den dienst op Indië te handhaven. De schtóMfing der neutraliteit. 'Hoe gering de practische waarde van neutraliteitsgaranties voor kleine landen door de oorlogvoerende mogendheden is, bleek in dezen oorlog sneller dan men had kunnen denken. Dit is wel hoofdzakelijk toe te schrijven aan de groote rol die het lucht- wapen thans in de krijgsverrichtingen speelt. De oorlog was nog geen etmaal oud, of reeds was de neutraliteit van het Neder- landsche luchtruim geschonden door vlie gers van officieel nog onbekende nationaliteit, doch waarvan zoo goed als vast staat, dat het Engelschen waren. Bij deze eerste schending der neutraliteit is het niet gebleven. In de daarop volgende dagen vlogen nog herhaaldelijk buitenlandsche militaire toestellen over ons land, waarbij ook reeds het vuur op hen geopend werd. Daar tot nog toe nog geen dezer toestellen kon worden neergehaald, staat hun natio naliteit nog steeds niet officieel vast, zoo dat onze regeering zich vooralsnog met haar protesten tot beide oorlogvoerende partijen moet wenden. Nieuwe wetten, nieuwe regeerings- ins tellingen. Ook in de achter ons liggende dagen is de reeks van bijzondere maatregelen, welke door den oorlogstoestand worden vereischt, weer met verschillende belangrijke voor zieningen aangevuld. De Tweede Kamer, in spoedvergadering bijeen, nam met zoo goed als algemeene stemmen slechts de Christelijk-Democraten konden zich op grond van hun principes niet met de De fensie voorstellen vereenigen een aantal noodwetten aan, welke den volgenden dag reeds door den Senaat werden goedgekeurd. Verheugend was in beide Kamers der volksvertegenwoordiging de ondubbelzin nige wil tot eendrachtige samenwerking, tot steun aan de regeering, die zich hier door ongetwijfeld in deze moeilijke dagen dubbel sterk zal voelen staan. Nieuwe regeeringsinstellingen, uit den nood der tijden geboren, zagen verder het levenslicht. Zoo stelde de minister van Koloniën een „commissie van overleg voor economische aangelegenheden in buitenge wone tijdsomstandigheden" in, die tot taak heeft den minister van advies te dienen aangaande bijzondere economische aange legenheden voortvloeiende uit den heer- schenden oorlog, voor zoover die aange legenheden rechtstreeks betrekking hebben op Nederlandsch-Indië, dan wel de econo mische verhouding tusschen het moeder land en dit deel der koloniën raken. Tot voorzitter van deze commissie werd be noemd mr. G. H. C. Hart, hoofd van de achtste afdeeling van het departement van Koloniën. Verder werd door den minister van Economische Zaken een „Rijksbureau voor de Zeescheepvaart" ingesteld onder directie van dr. T. P. van der Kooy, welk bureau belast is met de uitvoering van de Zeeschepenvorderingswet 1939 en de wet Behoud Scheepsruimte 1939, voor zoover deze wet de zeescheepvaart betreft. In de derde plaats werd een „Centraal Registra tiebureau" opgericht in verband met de omstandigheid, dat de weermacht op voet van oorlog is gebracht. Het doel van dit bureau is in nauwe samenwerking met het informatiebureau van het Nederland- sche Roode Kruis met alle ten dienste staande middelen te bevorderen, dat alle gewenschte inlichtingen, zoowel uit een militair oogpunt als in het belang van den betrokkene, ten aanzien van alle gemobili- seerden kunnen worden verstrekt. Het bureau staat onder leiding van den kapi tein der infanterie P. H. Steenhauer, aan wien als adjunct-hoofd een commies van het departement van Defensie is toege voegd. Alle gegevens omtrent iederen sol daat worden door dit bureau in een kaart systeem ondergebracht, zoodat het op ieder gewenscht oogenblik mogelijk zal zijn te zeggen, waar een willekeurige dienstplich tige zich bevindt en wat er met hem ge beurd is. GEVAREN UIT DE LUCHT.... kunnen ons volk thans dagelijks bedreigen; en daarom is het zaak, de allernoodigste voorzorgsmaatregelen te nemen, ook al hoopt men dat ze later overbodig zulien zijn gebleken. Zorgeloosheid onder de ge geven omstandigheden is roekeloosheid Onze zorg moet in de eerste plaats be staan in het afschermen van elk licht, hoe klein ook, ten einde het een eventueelen vijand zoo moeilijk mogelijk te maken, zich te oriënteeren. Dit is een buitengewoon belangrijk punt. De verduistering van de straatverlichting en de verduistering der verlichting van openbare gebouwen enz. is een aangelegenheid, die de overheid heeft te regelen, doch daarnaast rust op iederen burger de plicht, om in eigen huis te zor gen, dat geen enkele lichtstraal, hoe gering ook, buitenshuis zichtbaaf is. De kleinste nalatigheid kan noodlottige gevolgen heb ben. Daarombreng voor alle vensters, groot en klein, een absoluut ondoorschij nende afsluiting aan. Hiervoor kan men gebruiken: zwart papier, zware overgor dijnen, lappen lancaster of imitatie-lancas ter (van zwaar papier), karton, triplex, enz. Men dient er zorgvuldig voor te waken dat elk dezer stoffen, onverschillig welke, zoodanig is bevestigd, dat alle mogelijk heid van lichtuitstraling naar buiten is uit gesloten, Dit is overigens niet alleen raad zaam, doch ook plicht. Op niet-nakoming vr^j dit voorschrift zijn zeer terecht ^trenge straffen gesteld. Men kan de kans op licht uitstraling naar buiten nog verder vermin deren, door ook alle lampen binnenshuis af te schermen, zoodat het licht zich slechts in zeer beperkte mate verspreidt. Wie uitvoerig en deskundig wenscht te worden ingelicht, kan niet beter doen dan zich rechtstreeks te wenden tot het Secre tariaat der Ned. Vereeniging voor Lucht bescherming, Nassau Ouwerkerkstraat 3, 's-Gravenhage. Deze nuttige instelling geeft tegen zeer lagen eenheidsprijs een aantal brochures in het licht, welke den belang stellenden leek volledig en betrouwbaar voorlichten. Ook wij stellen ons voor, geregeld be- hartenswaardige wenken te publiceeren op het gebied van luchtbescherming. DE STRIJD IN POLEN. Sneller dan men had aangenomen zijn de Duitschers in het Westen van Polen opge rukt. Reeds is de Corridor overschreden en de verbinding met Oost-Pruisen een feit geworden en aan de meer Zuidelijke fron ten zijn de Polen er niet in geslaagd de Warthe-stellingen te behouden efi gingen de plaatsen Ostrowo, Krotosjin en Lissa in Duitsche handen over, evenals de plaats Neuburg ten Noorden van Graudenz en de stad Wadowicè7 35 km ten Zuiden van Krakau. Intusschen behoeft men zich over dezen snellen Duitschen opmarsch niet al te zeer te verwonderen. Militaire deskun digen zijn het er steeds over eens geweest, dat groote oorlogsoperaties aan de Duitsch-Poolsche grenzen ongunstig voor Polen zouden zijn. Polen was daar reeds bij het begin van de vijandelijkheden omsin geld, in het bijzonder wijl de tegenstander sterke strijdkrachten in Slowakije had ge concentreerd Ook een krachtiger verdediging van den Corridor zou voor de Polen gevaarlijk ge weest zijn, wijl geen enkel leger, zelfs wanneer het uit millioenen ^manschappen zou bestaan, zich lang in *en zoo smalle zone, als de Corridor is, zou hebben kun nen handhaven. Daar komt nog bij, dat Polen aan zijn Westgrens geen verdedigingswerken van den aard van een Maginotlinie of Westwal bezat. Men had steeds gemeend, dat de grenzen het best beschermd waren door de natuurlijke hindernissen: de hooge ber gen der Karpathen, moerassen, meren en wouden. Zullen de Duitschers ook verder i® een zoo snel tempo kunnen marcheeren? Zeker is, dat het Poolsche wegennet thans veel beter is dan in 1914, wat natuurlijk aan' de gemotoriseerde afdeelingen van het Duitsche leger ten goede komt. Daartegen- over staat echter, dat deze wegen over vele rivieren met smalle Bruggen, die alle on-j dermijnd zijn, loopen. Waar deze gecon centreerd zijn, is natuurlijk een geheinv maar men neemt aan, dat er b.v. bij Lem-, berg heftig zal worden gestreden. De toe komst zal overigens op deze vraag het ant-1 woord geven. Tegenw- rijksgrens Vroegere rijksgrens j tOjKoningsbergen o s t P r u i 4 v n - Ho!bei\ Bêfotvè r iG f® Eibing tJeus/ettin o o Al'tensfein Tannenbcrg Oizr iiegnifzo ■Feicherberq P r o t e c t o raai'. Creucfenz Pfock rjzen m \Kaliicfu rffcW 'Me IjXzidh' CiC""' Tjmesiow ^Tschensfochau 2Bevfben r öJiaHowifz Mr ^/%ahau B o h e rn e n en.' 0 NevmerM V Moraviï n JSTa k 1.1 F keften 0Suc/ia s L 0 VV^A K IJ E

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1939 | | pagina 4