I«§§8 IK» De Internationale toestand Het Portret IN NEDERLAND y>4F«//C4^\oJ LIBYE IN DE AFGELOOPEN WEEK Dl WERELD IN KAART VAN DE WEEK DUITSCHLAND SPARUS' Straatsburgl Weff'cn WEh'eHHe Voren i isrseiHe \UvQrno CORSICA zAjjcc/oQ?\ ROME Napels uDSjlerno \MJNORCA SARDINIË Pêlerwo=^ess'Jfi\ Cafania PANTELLERIA LAMPEDUSA zou leiden. Bovendien zou Turkije geen directen steun kunnen verwachten van zijn bondgenooten. Het land houdt dus vast aan zijn status van non-belligerentie, doch verklaart, dat het zijn oorlogsvoorbereidin gen zal voortzetten. Italië bepaalt zich tot het bombardeeren van verschillende strategische punten in Frankrijk, Tunis, Corsica en Kenya; bij de operaties van zijn vloot in de Middelland- sche Zee heeft het enkele successen ge boekt, o.a. door het torpedeeren van een Britsdien kruiser. Het eiland Malta is ver schillende malen gebombardeerd door de Italiaansche luchtmacht. In verband met de gebeurtenissen in Frankrijk is Mussolini uit Rome vertrok ken ten einde met Hitier de verdere ge dragslijn der beide asgenooten vast te stel len, met name ten aanzien van de aan Frankrijk op te leggen vredesvoorwaarden. Hadden de Westersche democratieën tot het laatste oogenblik gehoopt, dat Spanje zich neutraal zou verklaren, dan is ook aan deze hoop de bodem ingeslagen: Spanje heeft het bij het begin van den oorlog door Italië gegeven voorbeeld gevolgd en zich non-belligerent verklaard. Voorts heeft het een actie ingezet aan gene zijde van de Straat van Gibraltar, door het leggen van Spaansche troepen in de neutrale zone van Tanger, ter handhaving van de neutraliteit van dit gebied, welke werd bedreigd door een aanslag van Fransch-Engelsche zijde. Ten slotte werd de wereld verrast door een onverwacht optreden van Rusland tegen de Baltische staten. Het beschul digde Litauen er van, het Russisch-Litausch verdrag van wederzijdschen bijstand te hebben geschonden door het sluiten van een geheim verdrag met Letland en Est land. Van Letlandsche zijde wordt dit ont kend. Gevolg is, dat enkele van de voornaam ste Litausche steden, o.a. Wilna en Kaunas, door Russische troepen zijn bezet. Deze troepen hebben ook het recht van vrijen doortocht. De President van de Litausche republiek, Smetona, is naar Duitschland ge vlucht en daar geïnterneerd. Verder is, ter voldoening aan den Russischen eisch, een nieuwe regeering gevormd. Soortgelijke maatregelen zijn genomen ten opzichte van Estland, dat zich eveneens aan de Russische eischen heeft onderwor pen. Door dit optreden van de Sowjet- Unie is in dit deel van Europa een geheel gewijzigde toestand ontstaan, waarvan de ontwikkeling 2net belangstelling wordt gadegeslagen. ZWEDENS DEFENSIE-UITGAVEN. Bij het uitbreken van den oorlog werd in Zweden een bewapeningsprogram vast gesteld, dat voor dien tijd als iets buiten gewoons gold. Met inbegrip van verschil lende later aangenomen aanvullende cre- dieten zou het voor 1940/41 een bedrag van ongeveer 1100 a 1200 Zweedsche kronen hebben geësicht. Dit bedrag is evenwel reeds lang overschreden. In de eerste maanden van dit jaar werd het met min stens 200 millioen kronen per maand over schreden; dit zou derhalve in den loop van een jaar meer dan 2400 millioen kronen worden. Dit is echter ongeveer 2100 mil lioen kronen méér, dan voor het „normale" defensiebudget is uitgetrokken. STERKENDE VACANTIE. Het leven stelt zijn eischen en gaat zijn onverbiddelijken gang, onverschillig wat er gebeurt of gebeurd is. Na een groot leed, dat ons terneergeslagen heeft, eischt de dagelij ksche gang van zaken ons weder op. En dat is goed. Het doet ons vergeten, wat achter ons ligt en niet te verhelpen is. Dat is 's werelds beloop. Zoo hebben wy ook te staan tegenover de gebeurtenissen, die ons land heeft doorgemaakt. Na de eerste depressie, welke zich van" ons heeft meester gemaakt, hebben wij ons weder op gericht. Wij zijn aan den arbeid gegaan en hebben ons geschikt in het onvermijdelijke. Zoo gemakkelijk komt men echter niet over een zwaren slag heen. Ons zenuw gestel is geschokt; en al doen wij ons best, om dien schok te overwinnen dat gaat niet zonder meer. Het blijven in onze dage lij ksche omgeving, het verrichten van onze dagelijksche bezigheden is wel is waar een van de beste middelen, om ons verloren evenwicht te herwinnen, doch het is op den duur niet voldoende. Wat wij thans in de eerse plaats noodig hebben is afleiding; gezonde afleiding, bij voorkeur in een andere omgeving. De toe passing van den filosofischen stelregel „Doe gewoonsluit ook in, dat wij onze blikken dienen te richten op de vacantie, die wij in zorgeloozer dagen gewoon waren te nemen en elders door te brengen. Daar voor behoeven wij niet naar het buitenland te gaan, welke weg ons thans voor ge- ruimen tijd is afgesneden. Ons eigen land biedt schoone plekjes genoeg, waarheen wij ons kunnen begeven en die uiterlijk door het oorlogsgebeuren weinig of in het ge heel niet zijn getroffen. Wij hebben onder de tegenwoordige om standigheden onze vacantie noodig, brood- noodig. Meer dan anders zelfs. Zij brengt ons de gezonde, heilzame afleiding, waar over wij het hierboven hadden. Zij zal ons nieuwen levensmoed, nieuwe levenslust brengen, ons de dingen om ons heen door een minder zwarten bril doen zien. De hei- en boschkanter ga naar de wijde zee, om het spel der golven in hun rustelooze beweging gade te slaan; de zeekanter ga naar heide en bosch, om de rust, die hij noodig heeft, te vinden onder het loover der boomen, of uitgestrekt in het grasveld, met de zon en den zomerhemel boven zich. En dat niet alleen. Wij moeten ook den ken aan hen, die aangewezen zijn op de jaarlijksche vacantiegangers, om in hun levensonderhoud te voorzien. Ook zij be- hooren tot de oorlogsslachtoffers. Hen te steunen door „gewoon te doen" en onze vacantie op de oude wijze door te brengen is evengoed een nationale plicht, een natio nale eisch. Wat wij kunnen doen, om het nationale leven niet verder te ontwrichten, mogen wij niet nalaten in geen geval. Alles grijpt in de tegenwoordige maat schappij zoo nauw in elkaar, dat geen enkele schakel, geen enkel schakeltje, ge mist kan worden. Tot die schakels behoort ook onze vacantie. Het zou groote dwaas heid zijn, als een nieuwe Nurks te mop peren „Mooie tijd voor vacantie 1" Er is zeer weinig tégen en heel veel vóór te zeg gen. Zij is voor ons als een frisch bad, waaronder wij ons onderdompelen om op te knappen. Daarom kiest een aardig plekje in ons land en trekt er heen voor het doorbrengen van uw vacantiehet zal u stalen en ster ken voor de dagen, die nog voor ons liggen. HENRY PHILIPPE PÉTAIN Tot opvolger van Reynaud als Fransch minister-president is be noemd de 86-jarige Maarschalk Henry Philippe Pétain, die zich bij het begin van den wereldoorlog (hoe wel hij met pensoien zou gaan, daar hij den 58-jarigen leeftijd had be reikt) zoodanig onderscheidde, dat hij in October 1914 werd belast met het opperbevel over het nieuwe 33ste legercorps. In het voorjaar van 1916 slaagde hij er in om Verdun, dat men reeds als verloren beschouwde, te behouden. In 2917 werd hij benoemd tot opperbevelhebber der Fransche strijdkrachten. Als oelooning voor de vele, aan zijn vaderland bewezen diensten werd hem de titel van Maarschalk van Frankrijk verleend. Ondanks zijn hoogen ouderdom werd hij gehandhaafd als generalis simus van het Fransche leger; in 1931 werd hij benoemd tot generalissimus van de Fransche luchtbeschermings krachten. In het kabinet-Doumergue bekleedde hij de post van minister van Oorlog. Hij heeft zich steeds doen kennen als voorstander van een verdedigende veeleer dan van een aanvallende houding. Aan zijn groote populariteit had Maarschalk Pétain het te danken dat hij, na het einde van den Spaanschen burgeroorlog, werd benoemd tot ge zant bij de nieuwe Spaansche reaee- ring van Generaal Franco. Thans is hij, in deze voor Frankrijk zoo bui tengewoon ernstige uren. door Pre sident Lebrun uitverkoren tot minis ter-president, in welke functie hem ongetwijfeld de zwaarste taak van zijn leven wacht. Brood- en textielgoederen gerant soeneerd. De distributie werd uitgebreid met twee nieuwe artikelen brood en textielgoede- ren. Brood in een wekelijksch rantsoen van 2000 gram per hoofd der bevolking, uitgezonderd beschuit, koek, banket en koekjes, die nog vrij blijven. Het week- rantsoen van 2000 gram is verkrijgbaar op 20 bons van 100 gram. Ten behoeve van hotels, café's, restaurants en broodjeswin kels worden wisselbons van 50 gram in omloop gebracht, die echter niet in bak kerswinkels, noch aan de deur geldig zul len zijn. Zij dienen uitsluitend, om degenen, die buitenshuis eten, in de gelegenheid te stellen één broodje te kunnen koopen. De samenstelling van het brood zal geleidelijk nog veranderen; rogge en aardappelmeel zullen er in worden verwerkt, zoodat het brood weer ongeveer dezelfde samenstel ling zal krijgen als in den wereldoorlog. Het thans vastgestelde ratnsoen zal, on voorziene omstandigheden voorbehouden, kunnen strekken tot den ogost van het vol gend jaar en dan zal moeten blijken of het gehandhaafd kan blijven. De textieldistributie is zonder bons geregeld. Van de verschillende goede ren die hieronder vallen, zijn de hoe veelheden vastgesteld, welke men per half jaar mag koopen. Hier volgen enkele der voornaamsteéén costuum, één stel ondergoed voor mannen; twee zijden of kunstzijden japonnen, één japon van andere stof, twee stel ondergoed voor vrouwen en wintermantels of -jassen in het geheel niet. Ook niet de stof daarvoor. Van stof voor andere bestemming mag trouwens maar zooveel gekocht wor den als gelijk staat met de toegestane hoe veelheid van het gereede artikel, dus bijv. voor één costuum of 1 japon. Heeft men hiervoor stof gekocht, dan mag men echter binnen het half jaar geen costuum of japon meer klaar koopen. Voor uitzetten en woninginrichting kunnen speciale vergun ningen bij den plaatselijken distributie- dienst worden aangevraagd. Geen vleesch in blik meer. Van 15 Juni af is het verboden vleesch in blik te conserveeren. Vleesch mag thans nog slechts geconserveerd worden met ver gunning van de Nederlandsche Veehouderij centrale en volgens door dit bureau vast te stellen voorschriften. Tevens is het verbo den in blik geconserveerd vleesch of in blik geconserveerde vleeschproducten af te leveren, zoodat ook de verkoop van dit artikel is stopgezet. Aanvullende steun. Zooals bekend, kan de directeur-generaal van den Arbeid goedkeuren, dat arbeiders minder uren werken (echter niet minder dan 36 uur in de week) en dus minder loon uitbetaald krijgen. Dit beteekent echter niet, dat zulke arbeiders dan als gedeelte lijke werkloozen in de steunregeling mogen worden opgenomen. Zijn deze arbeiders evenwel kostwinner of kostganger in den den zin der desbetreffende bepalingen, dan kunnen zij steun krijgen, die 20 pet hoo- ger is dan normaal en waarvan het zelf verdiende bedrag wordt afgetrokken. Het nieuwe inkomen mag niet meer bedragen dan het oude loon. Fransche pantserwagens, die den Duitschen troepen in Brugge in handen vielen. vraag naar arbeidskrachten in Duitschland en de gunstige arbeidsvoorwaarden daar te lande, waarvan naar te verwachten is velen gebruik zullen maken, dan kan gezegd worden, dat de toestand van de binnen- landsche arbeidsmarkt er reeds heel wat minder somber uitziet dan enkele weken geleden. Ontslagen worden ingetrokken. Voor een deel is deze hoopgevende ont wikkeling op de arbeidsmarkt ongetwijfeld toe te schrijven aan het verbod tot stop zetting van arbeid in ondernemingen, dat 11 dezer door den Rijkscommissaris werd afgekondigd. Daarbij werd verder bepaald, dat de werktijd in de ondernemingen niet tot minder dan 36 uur in de week mag worden beperkt, dat geen werknemers mogen worden ontslagen en dat de na 9 Mei gegeven ontslagen terstond moeten worden ingetrokken, tenzij deze door den directeur-generaal van den Arbeid zijn goedgekeurd. Opheffing van het bankenmoratorium. Ook in den financieelen toestand kwam deze week een wijziging, die terugkeer tot normale verhoudingen beteekende. Wij doelen op het bankenmoratorium, dat even eens 11 deze werd opgeheven. Bij dit be sluit teekent het departement van Finan ciën echter aan, dat deze opheffing niets afdoet aan de bestaande reglementen van instellingen als spaarbanken inzake de terugbetaling van spaargelden. De spaar banken blijven volkomen bevoegd uitbe talingen te doen plaats hebben met opzeg- ginstermijn en deze te beperken tot de door haar vastgestelde bedragen. Het telegraafverkeer met Indië. Om het economisch verkeer tusschen Nederlandsch-I dië en het moederland zoo veel mogelijk te ^vorderen, heeft de Rijks commissaris van h.. i.ozette Nederlandsche gebied bepaald, dat radiotelegrammen met economischen inhoud naar Nederlandsch- Indië toegelaten zullen zijn. Deze telegram men kunnen op alle Nederlandsche post kantoren worden aangeboden en moeten in de Duitsche of in de Nederlandsche taal zijn gesteld. Particuliere en familietele grammen zullen eerst worden toegelaten, wanneer aan de in Nederlandsch-Indië woonachtige onderdanen van het Duitsche Rijk dezelfde mogelijkheid wordt geboden en de onbevredigende behandeling en vrij heidsbeperking van deze Duitsche onder danen zal zijn opgeheven. Levering aan de Duitsche weermacht. Met betrekking tot leveranties ten be hoeve van de Duitsche weermacht werd een nieuwe regeling getroffen, volgens welke levensmiddelen en voedermiddelen, waarvoor distributie geldt, slechts aan het Duitsch leger mogen worden afgeleverd tegen ontvangst van een door de betref fende Duitsche militaire autoriteit onder teekenden bon, waarop de soort en de hoe veelheid der aan te koopen producten staat vermeld. Deze bon moet door den leveran cier worden bewaard en kan met de be treffende distributiebons of vergunningen mede worden opgezonden ter verkrijging van een nieuwe toewijzing voor de aan vulling van zijn voorraad. Deze regeling geldt uitsluitend voor aankoopen ten be hoeve van onderdeelen van het Duitsche leger in Nederland en dus niet voor in- dividueele aankoopen door Duitsche mili tairen voor eigen gebruik. DE KUST WEER VEILIG. Na het staken der vijandelijkheden in Nederland gold een der eerste zorgen van het Duitsche commando het opruimen van de mijnenvelden voor de kust, die een be stendig gevaör opleverden voor de scheep vaart en de visscherij. Hiervoor werd de hulp ingeroepen van de Duitsche mijnen vegers, kleine vaartuigen, die evenwel vol komen berekend zijn voor hun taak. Deze voeren sedert uit, om het gevaarlijke kar wei ten uitvoer te brengen A^ rlr van de door de Nederlandsche marin« overgelegde kaarten, waarop de mijnenvel den stonden aangeteekend, werd naar dez« plaatsen koers gezet. Ter plaatse aange komen, werd het materiaal overboord ge- zet, waarmede dit werk wordt verricht. Dt voorhanden mijnen worden van hun anken gerukt en komen dan vanzelf boven, waar. na zij tot ontploffing worden gebracht o| soms ontladen. Nu aan deze belemmering een einde is gemaakt, wagen de schepel 'V*". veder in hun element. rijk het oogenblik was gekomen, om de wapens neder te leggen. Hier en daar duurt het verzet tegen de Duitsche troepen voort; doch deze ge vechten dragen het karakter van een ge- isoleerde actie. Er zal weldra een einde aan komen. En dan zal Engeland alleen staan tegenover een vijand, die getoond heeft, hoe overweldigend zijn macht is. Begrijpelijkerwijze heeft in Engeland het besluit van den bondgenoot, om den strijd te staken, een geweldige beroering te weeg gebracht. Men had het terrein van den strijd gaarne beperkt gezien tot het vaste land; thans echter neemt hand over hand de vrees toe, dat het Vereenigde Koninkrijk aan een Duitschen inval zal blootstaan. De regeering heeft wel is waar ver klaard, dat het wegvallen van Frankrijk als strijdmakker geen invloed zal hebben op de houding van Engeland, dat den strijd alleen zal voortzetten, doch dit neemt niet weg, dat het land zich thans voor onmete lijke zorgen ziet geplaatst. Deze zorgen zijn des te grooter, wijl Turkije met den dag minder neiging ver toont, om de zijde van Engeland te kiezen, nu Frankrijk is uitgevallen. Practisch ge sproken trouwens zou Turkije, gezien de geografische en politieke eigenaardigheden des lands, geen enkele actie kunnen onder nemen, welke den Westerschen mogend heden eenig voordeel zou kunnen verschaf fen. Daarentegen zou het vermoedelijke gevolg van een dergelijke actie zijn, dat de oorlog zich uitbreidde tot den Balkan, het geen tot nog weer ernstiger complicaties Teekenen van opleving en herstel. In de ec.ste twee weken van Juni waren ?r op de arbeidsmarkt, die tengevolge van ie bijzondere gebeurtenissen in de maand tevoren sterk was ontwricht, meer en meer symptomen van opleving en herstel waar te nemen. De directeur van den Rijksdienst ier werkloosheidsverzekering en arbeidsi bemiddeling spreekt zelfs in dit verband van een gunstige kentering. Niet alleen lat duizenden werk vinden bij de oprui mingswerkzaamheden en den wederop bouw, doch ook tal van fabrieken, die aanvankelijk geheel of gedeeltelijk waren stilgelegd, zijn thans weer in bedrijf ge steld en breiden hun personeel weer uit. Transportondernemingen voorzien zich van andere vervoermiddelen en stellen op nieuw hun arbeiders in dienst. De werk zaamheden in land- en tuinbouw zijn toe genomen en alles wijst er op, dat de vraag naar arbeiders in deze bedrijfstakken nog sterk zal vermeerderen. Door het wegval len van de motortractie moet veel meer handenarbeid worden verricht, hetgeen meer werkkrachten vraagt. Het mijnbe drijf is weer in vollen gang en streeft er naar, de productie tot een zoo hoog moge lijk peil op te voeren. Vervoersmoeilijk- heden, waarmede men thans nog te kam pen heeft, noodzaken tot het opslaan van groote voorraden, doch weldra zullen spoor- en scheepvaartverkeer zoover her steld zijn, dat de levering door het land kan worden hervat, hetgeen weer meer werkgelegenheid voor de transportbedrij ven zal doen ontstaan. In de veenderijen wordt meer geproduceerd dan aanvanke lijk het voornemen was, hetgeen eveneens tewerkstelling van meer arbeidskrachten beteekent. Daarbij nog gevoegd de sterke MARE NOSTRUM De groote successen der Duitsche wapenen hebben Italië doen be sluiten de tot nu toe gevolgde positie van onzijdigheid te laten varen en eveneens aan de Geallieerden den oorlog te verklaren. Wij wenschen in het midden te laten, welke territoriale eischen Ro me mettertijd zal stel len en slechts een blik te werpen op de Mid- dellandsche Zee, die Italië als „Mare nos- trum" beschouwd heeft. Wat zal dan het ge volg zijn van Italië's inmenging in het con flict Het zoude ons in dit kader te ver voeren, desbetreffende profe tieën te doen. Laat ons aan de hand van ons kaartje, dat voor zich- zelve spreekt naar voren brengen, dat de verbinding tusschen Frankrijk en zijn Afri- kaansche bezittingen uiterst precair wordt. En dat hierbij niet slechts sprake moet zijn van de Afrikaansche koloniën, behoeft aller minst betoog, als men denkt, dat het Suez- kanaal gesloten is en de scheepvaart der Ge allieerden een grooten omweg moet maken, uit hoofde van het feit, dat de weg die om Kaap de Goede Hoop leidt, meer dan vier duizend zeemijlen lan ger is, hetgeen niet al leen tijd kost, doch ook geld. Moeten geen maatregelen genomen worden voor bunke ren Moeten de sche pen geen grooter pro viand medenemen? En hoe zal het er binnen zeer afzienbaren tijd in de Middellnndsche Zee uitzien? Zoude het niet eens tot een samentreffen van de Ge allieerde vloten en de Italiaansche zee macht komen Met andere woorden, zoude het schrikkelijk pleit, niet eens in de Mid- dellandsche Zee worden uitgevochten en het hier komen tot een uiteindelijke over winning van een der strijdende partijen 1 De tijd zal het leeren. Do brnndMide olietanks In de verwoeste haven van Duinkerken vormen één vlammenzee. Frankrijk heeft de wapens neergelegd. Dat is het alles overheerschende feit, dat de afgeloopen dagen heeft gekenmerkt. Geslagen door een overmachtigen vijand, verlaten door zijn bondgenooten, moedeloos, gedesorganiseerd, heeft Frankrijk den on- gelijken strijd gestaakt. Het is Maarschalk Pétain, die als minister-president Reynaud opvolgde, aan wien de verdienste toekomt, zich den toestand te hebben gerealiseerd en te hebben ingezien dat verdere tegen stand met alleen nutteloos, doch zelfs mis dadig was. Hoe kon het ook anders De storm achtige opmarsch der Duitsche troepen was niet te keeren. Reeds bijna de helft van het land was door hen overstroomd. Hun tanks, hun luchtmacht waren verre in de meerderheid. Bij hun terugtocht, die den messten tijd op een ordelooze vlucht ge leek, waren de Fransche legers genood zaakt ontzaglijke hoeveelheden oorlogs materiaal achter te laten, dat den Duit- schers in handen viel. Parijs had zich overgegeven, Verdun, het onneembaar geachte Verdun was gevallen, Metz had zich overgegeven, tot zelfs Or- léans was genomen, bij Belfort hadden de Duitsche troepen de Zwitsersche grens be reikt, de Maginotlinie was van het overige Frankrijk afgesneden, de daar opgehoopte legers zagen zich omringd door den vijand. De toestand was hopeloos, onhoudbaar. En onder deze omstandigheden deed Maar schalk Pétain het eenige, wat hem te doen stondhij gaf de Rijksregeering kennis van dit besluit en verklaarde in een radio rede tot het Fransche volk, dat voor Frank-

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1940 | | pagina 4