DE KATHEDRAAL VAN REIMS het „steenen gebed" in de vuurlinie «SF Waar bijna vijftig Fransche vorsten tot het koningschap werden gewijd Zal de kerk ook dit maal den vuurproef doorstaan 1 }ki i. De kathedraal van Reims achter zandzak ken. Hoezeer men bevreesd is voor een eventueelen aanval van het Duitsche lucht- wapen, toont deze illustratie, waarop de beroemde Gothische kerk te zien is, ver scholen achter een reusachtigen wal van zandzakken. Er zijn kerken in het oude Europa, die om de een of andere reden spreken tot de verbeelding van de mensohheid. Het kan zijn, dat de kerk van hoogen ouderdom is, waardoor het gebouw ons door zijn monu mentaliteit als een vergrijsd getuigenis van vroeger eeuwen, respect afdwingt, het kan ook zijn, dat er tragische of heroïsche herinneringen aan verbonden zijn, waar door de aanblik al voldoende is om in on zen geest bliksemsnel een soort kristallisa tieproces te laten voltrekken, zoodat het nabije of verre verleden, waarin de kerk een rol speelde, in onze fantasie herleeft. Zulk een bedehuis is ongetwijfeld de ma jestueuze kathedraal van Reims, een der indrukwekkendste Gothische bouwwerken uit alle tijden, maar voor ons meer nog een getuigenis, een symbool, een „steenen gebed" in de vuurlinie. Hoe menigmaal heb ben deze beroemde torens en de kerk zelf niet neergezien op het strijdgewoel der menschen en nog in den Wereldoorlog, nog geen vijf en twintig jaar geleden, werd dit godshuis zwaar gehavend, maar met ver eende krachten heeft men haar in alle heerlijkheid opnieuw doen verrijzen. He laas, nog nauwelijks zijn de restauraties geheel voltooid, of opnieuw weerklinkt het strijdrumoer aan den voet. Frankrijk is rijk aan kathedralen; waar schijnlijk is die van Reims een der schoon ste, in ieder geval heeft zij een bewo gen historie achter den rug. In haar kwam de Fransche Gothiek op de meest verheven en volmaakte wijze tot uiting. Wie er voor staat, kan eenig idee krijgen hoeveel menschen hier vele jaren achtereen aan gezwoegd moeten hebben en gezien de primitieve middelen van dien tijd, moeten er in dit gebouw eenige millioenen werkuren zijn geïnves teerd. Tegenwoordig zou zooiets niet meer mogelijk zijn,, omdat men er het geld en. den tijd en wellicht ook het idealisme en den kunstzin niet meer voor bezit. Andere tijden andere zeden. De periode van de Gothiek is reeds lang afgesloten en het terugkeeren daarvan is uitgesloten. Ook daarom is het zoo te betreuren, dat deze bouwwerken, die onvervangbaar zijn, in tijden als deze het mede moeten ontgel den, al worden dan ook zooveel mogelijk voorzorgen getroffen, om in geval van een bombardement, algeheele vernietiging te voorkomen. De tijd zal leeren of ook dit maal de kathedraal van Reims ongeschon den uit den strijd te voorschijn zal ko men. De kroningskerk van de konin gen van Frankrijk. Sedert de oudste tijden is de kathedraal van Reims de kroningskerk van de Fran sche vorsten geweest. Hier ontvingen zij door plechtige zalving de geestelijke wij ding van hun heerschappij. Dat dateert al van koning Clovis, die uit handen van den aartsbisschop Remagus naar wien Reims is genoemd hier den heiligen doop ontving. De laatste kroning, die hier heeft plaats gegrepen, was die van Karei X in het jaar 1825. Daartusschen zijn vrij wel alle vorsten voor de wijding van hun hooge functie naar Reims gegaan, met en kele uitzonderingen. Het bekendste en be roemdste is wel de kroning van Karei VII Nicaise, welke Heilige door de Vandalen in 406 op de treden van zijn eigen schep ping werd omgebracht. Na verloop van en kele eeuwen werd de kerk vervangen door de kathedraal van den aartsbisschop Hinc- niar. Ongeveer driehonderd jaar heeft de ze kerk gestaan; in 1210 ging zij voor het grootste deel in vlammen op, tegelijk met een geheele wijk van Reims. Onmiddellijk sloegen de bewoners van Reims de handen aan den ploeg om op de plaats van de oude kerk een bedehuis te doen verrijzen, dat zou zijn als een blijvend symbool van hun rotsvast geloof. De geheele bouw kwam voornamelijk in de dertiende eeuw tot stand, een tijdperk, waarin de meeste Fransche gemeenten tot bloei kwamen en zelfstandig werden. Niet zelden moesten groote gebouwen daarvan het getuigenis zijn. In 1211 werd reeds de eerste steen ge legd door bisschop Aubry de Umbert. Ze ventien jaar tevoren was de eerste steen gelegd voor de beroemde kathedraal van Chartres, terwijl negen jaar later een aan vang werd gemaakt met die van Amiens. Het merkwaardige nu van de kerk van Reims is, dat, hoewel verschillende genera- Vooraanzicht van de ka thedraal van Reims met de beide torens en het vermaarde rijk van beeldhouwwerken voor voorziene portaal. geestelijke voerde een strijd tegen Rome en J pleitte voor zelfstandigheid van de Fran sche kerk. Hij viel om die reden bij den Paus in ongenade. Toen de kathedraal in gewijd zou worden, weigerde de clerus daartoe over te gaan, aangezien deze mar meren plaat zich in de kerk bevond. Hoe het desondanks mogelijk is geweest, dat de marmeren plaat toen niet verwijderd werd, zal voorloopig wel een raadsel blij ven, terwijl toch de Fransche koningen er gekroond werden. Eerst in de achttiende eeuw werd deze herinnering aan bisschop Hincmar uit de kerk verwijderd, maar ook toen had nog geen consecratie plaats. Deze vond in 1937 eindelijk op indrukwekken de wijze plaats, te meer daar dit feit sa menviel met het voltooien van de eigen lijke restauratie, uitgezonderd enkele de tails, waaronder bijvoorbeeld de kostelijke gebrandschilderde ramen, waarvan velen onherstelbaar versplinterd waren, welke derhalve voorloopig door wit glas werden vervangen. Tijdens den Wereldoorlog was door de granaten het geheele altaar ver nield, zoodat reeds uit dien hoofde wijding opnieuw, en in den uitgebreidsten zin ge boden was. De zeer ingewikkelde ceremo niën vingen reeds des morgens te zes uur aan en duurden den geheelen morgen voort. Daarna werden de geloovigen voor het eerst weer in het schip van de kerk toegelaten. De aesthetische zijde van het bouwwerk. Wie in de laatste jaren voor de kathe draal van Reims heeft gestaan zal getrof fen zijn door de oogenschijnlijke fouten en onnauwkeurigheden die aan het werk een zoo groote bekoring geven, omdat hierdoor als het ware het steen leven wordt inge blazen. De groote allure is ook na de on welke plechtigheid plaats had in tegen woordigheid van Jeanne d' Are, de Heilige Maagd van Orleans, die voor dezen vorst de vrijheid* van Frankrijk had bevochten. Bij de plechtigheid viel zij voor hem op de knieën en moet volgens de historische over levering de volgende woorden hebben uit- gespsroken: „O edele koning, nu is behagen aan God gedaan, die wilde, dat ik de zege bij Orle ans zou behalen om deze aan U over te dragen in Uw stad Reims, waar Gij zoudt zijn om Uw Heilig Doopsel te ontvangen, om daardoor te toonen, dat Gij de ware koning zijt en dat aan U de kroon van Frankrijk behoort." Geschiedenis van de kerk. Op de plaats, waar thans de kathedraal staat, hebben voordien nog twee andere Christelijke kerken gestan, van geheel an dere allure, en zeker niet zoo indrukwek kend. De eerste werd gebouwd door Sint Achteraanzicht van de kathedraal met middenschip en steunbogen. ties aan den bouw hebben gewerkt, het ge bouw niettemin den indruk wekt volgens een vast omlijnd schema te zijn vervaar digd. Meerdere bouwmeesters hebben er hun beste krachten aan gegeven: Jean d' Orbais (1211—1231), Jean le Loup (1231- 1247), Gaucher de Reims (12471255) en Bernard de Soissons (12551290). Toen tegen het einde van de dertiende eeuw de kerk als voltooid werd beschouwd de laatste hand werd er aan gelegd bij de ko ningsgalerij ontbraken nog de beide im posante torens. Die dateeren uit 1427. Te gen het einde van de vijftiende eeuw breekt een brand uit, die veel schade aan het gebouw toebrengt, maar men ziet kans een en ander te restauren. Daarna heeft de kerk veel te lijden gehad van de geweld dadigheden van de Fransche Revolutie; ook dit leed kon verheeld worden. De groote schade werd eerst toegebracht tijdens den Wereldoorlog, toen vooral de hooge to rens, waarin men begrijpelijkerwijze uit kijkposten vermoedde, verscheidene malen krachtig onder vuur genomen werden. Thans staat het majestueuze gebouw onge twijfeld aan den vooravond van een nieu wen vuurproef. Een merkwaardige achtigheid. vergeet- Men zal zich wellicht nog herinneren, dat in October 1937 de kathedraal van Reims, nadat de restauratie ongeveer vol tooid was, voor het eerst sedert haar 700 ja rig bestaan, is gewijd. En toch werden hier 46 Fransche koningen gezalfd! In den loop van de eeuwen was men het wijden letter lijk vergeten en eerst in '37 werd dit feit door een scherpzinnig historicus aan het licht gebracht. Hierboven schreven wij reeds, dat op dezelfde plaats al vroeger twee kerken hebben gestaan. Eenige resten van de oude kerk zijn ingebouwd in de tweede kathedraal. Zoo was het ook moge lijk dat de kathedraal een marmeren plaat bevatte, welke vervaardigd was ter herin nering aan aartsbisschop Hincmar. Deze Deel van de kerk, nadat de restauratie geheel was voltooid. Bisschopsfiguur in het rechtsche zijportaal van de kathedraal van Reims., (Overgeno men met toestemming van den Atlantisver- lagBerlijn/Zürich uit Clemen-Hürlimann: „Gothische Kathedralen in Frankrijk.) derscheidene teisteringen bewaard geble ven, maar er is veel, dat onherstelbaar geschonden werd. Om dat te ontdekken moet men op de details letten. Op ver schillende plaatsen is nog duidelijk een rossige kleur waar te nemen, de laatste sporen van de vlammen. Naar de meening van de deskundigen, is deze steen onher roepelijk verloren en dienen die gedeelten zoo spoedig mogelijk te worden vervan gen. Wanneer men naar binnen gaat, valt wij schreven het reeds het koude witte licht op, dat voor een belangrijk deel binnenvalt door blanke glasruiten. Toch hebben deze plaatselijke vernielingen de religieuze kracht van het gebouw niet kun nen verminderen, integendeel. De geest van de oude' bouwers en de tallooze naam looze ambachtslieden leeft nog onverzwakt voort in de kathedraal, die aan den voor gevel zoo rijk versierd is met beelden. Maar ook hier ziet men nog de hand van den reparateur, terwijl een aantal beelden geheel verdwenen is. Vooral in de late Middeleeuwen stónd de architectuur op een zeer hoog peil.^ Nog treft den twintigste-eeuwsche beschouwer de volmaaktheid der ruimteverdeelingen en verhoudingen. Om een indruk te ge ven van het gebouw, vermelden wij hier enkele cijfers: De kerk is bijna 140 meter lang en heeft een breedte van ruim dertig meter. Het middelschip is bijna vijftig meter breed. De kerk heeft een hoogte van 38 meter en de twee hoogst torens bereiken een lengte van 82 meter. In 1750 bracht men in de klokketoren een 12.300 kg. zwa re klok aan, terwijl het machtige orgel, dat niet minder dan 3516 pijpen en 53 regis ters telt, in de dertiende eeuw werd ge plaatst. Een verguld hoogaltaar uit den tijd der Renaissance dwingt bewondering af voor den Franschen kunstzin van dien tijd. Waar de vorsten van Frakrijk knielden en gezalfd werden. Het majestueus gewelfde schip van de kathedraal; op den achter grond het hoogaltaar. Ten tweede male staat de machtige kathedraal van Reims, als een stee nen gebed in de vurli- nie. Zij trotseerde be halve de eeuwen ook branden, oorlogen en het geweld van de Fran sche Revolutie, en hoe wel dikwijls zwaar ge havend, bleef dit fiere getuigenis van Middel- eeuwsche geestkracht behouden Nog maar nau welijks is de restauratie van den Wereldoorlog beëindigd, of opnieuw wordt het bestaan van deze fraaie kerk ernstig bedreigd.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1940 | | pagina 5