Handwerk en Techniek Hoe het ambacht verdrongen werd door de machine, maar zijn plaats herwon MONUMENTEN VAN „HARDPAPIER" Een nieuw materiaal voor de* beeldhouwer. Evenals het tegenwoordig algemeen d< gewoonte is, dat in de glas- en porselein* industrie de modellen van onze gebruiks< voorwerpen door kunstenaars worden ont worpen, zoo zal het eenmaal ook in dt kunststoffenindustrie het geval zijn. Reeds thans worden vele der uit kunst stoffen vervaardigde gebruiksvoorwerpen door kunstenaars ontworpen. Doch niet al leen in de kunstnijverheid zijn de kunst stoffen binnengedrongen, thans wagen zij zich zelfs op het heilige grondgebied van den scheppenden kunstenaar bij uitne- Interessant is de strijd, die gevoerd is in de laatste tientallen jaren tusschen het sedert eeuwen in zwang zijnde ambacht en de ma chine. Als een gulzig monster slokte de machine alles op en het scheen dat het goede werk der handen overbodig begon te wor den, totdat men inzag, dat het laatste kwaliteiten bezit, die men het machineproduct nooit zal kunnen geven. Zoo gaan thans het handwerk en de machine als twee componenten broederlijk hand in hand. den tot een boek. Later werd vrijwel alle aandacht besteed aan kerkelijke boeken, bijbels, gebedenboeken en religieuse verto gen. Met dit gevolg, dat men in oude kloosters en musea nog veel van het oude handwerk kan bewonderen. Over het alge meen zijn die banden rijker bewerkt dan de onze. Bovendien waren zij voorzien van sloten, metalen hoeken enz. Intusschen is het niet alleen een kwestie van verander den smaak, waardoor de vroegere boek band zoo hemelsbreed verschilt van den te- genwoordigen. De machine heeft zich ook hier doep gelden. Eerst heeft het geschre ven handschrift plaats moeten maken voor het op primitieve wijze gedrukte boek, het bindwerk onderging een dergelijk lot. Tal rijke vernuftige machines kwamen het werk van den handbinder overnemen. Voor de groote oplagen, waarin men het boek goedkoop wilde brengen, was het hand werk te kostbaar. Niettemin heeft de hand binderij zich voor speciale uitgaven, biblio fiele edities en dergelijke, kunnen handha- ven. Opmerkelijk is evenwel, dat de moder ne khnstband, of deze nu uitgevoerd is in leer, perkament, fijn linnen of een ander materiaal, veel soberder gehouden wordt dan weleer. Een enkel stempel met goud druk, of kleur vormt de geheele versiering van den band. Altyd zijn er handwerkslieden geweest, die heel wel geweten hebben, dat geen machinaal product ooit het fijne, het kunstzinnige en bovendien het soliede van handwerk zou hebben. Men treedt maar eens binnen in de werkplaats van den pot- tebakker en ziet toe hoe iedere beweging, iedere druk van zijn vingers van invloed is op het voorwerp dat hij op zijn roteerende schijf vormt. En wanneer de vioolbouwer bezig is met de vervaardiging van een nieuw instrument hoort hij onder het ma- De buksenvervaardiger legt de laatste hand aan een zijner producten. mendheid, den beeldhouwer. De chemische industrie, die de wereid in den laatsten tijd aan zooveel nieuwe mate rialen heeft geholpen, heeft thans ook voor den beeldhouwer een nieuwe werkstof uit gedacht, die zij den naam van „hardpa- pier" heeft gegeven. Het is een product van de I. G. Farbenindustrie, welke zich ten doel stelde een stof samen te stellen, die zich ook voor het maken van groote beeld houwwerken zou leenen, en dus brons of ijzer zou kunnen vervangen. Zoo ontstond een stof, die uit hard papier en verhardend kunsthars bij hooge temperatuur tot vaste blokken geperst en gelascht kon worden. Het nieuwe materiaal staat in hardheid on geveer gelijk met taxishout, is zwaarder dan de zwaarste buitenlandsche houtsoor ten en kan in alle kleuren geverfd worden. In tegenstelling met hout of steen vertoont het geen fouten, barsten of breuken. Bo vendien is het tegen alle weersinvloeden, tegen zuren en hitte bestand en vereenigt dus alle eigenschappen in zich, welke een materiaal voor beeldhouwwerken die aan weer en wind zijn blootgesteld, dient te be zitten. Behalve dat heeft het nog het voor deel, dat het in blokken van elke ge- wenschte grootte geperst kan worden. Wanneer dus in de toekomst een beeldhou wer een monument van buitengewone af metingen in steen wil houwen, behoeft hij niet eerst een steen van de vereischte grootte te zoeken, doch hij kan zijn kunst werk eenvoudig uit hardpapier scheppen. Het nieuwe materiaal heet duurzamer te zijn dan hout, steen en brons. Een beeldhouwer te Frankfort heeft reeds een proef genomen met de nieuwe stof W'4 f Meester Benna, een der laatste glasgra veurs. In zijn hand een der kostbaarste stukken in zijn werkplaats vervaardigd, een fraai gegraveerde vaas. HET handwerk is de ziel van al het ge schapene. Uiteindelijk is feitelijk ieder mensch een handwerksman, aangezien het de vaardigheid met de han den geweest is, die hem in staat heeft ge steld de wereld te beheerschen, d.w.z. de overige sterfelijke wezens en dingen aan zijn wil onderworpen te maken. Altijd opnieuw worden wij overweldigd, ioor de rijkdom, die het handwerk met zich meebrengt. Want het is niet alleen de plicht, die bijvoorbeeld den meubelmaker een kast doet maken, zoo mooi als hij het maar eenigszins kan, het is veel meer de (iefde en dientengevolge de toewijding voor zijn werk. Wij behoeven maar te denken aan het pottebakkershandwerk, een der oudste ambachten, die nog altijd in stand bleven, gelijk zij eeuwen geleden ook reeds varen. Dit ambacht is in zekeren zin sym bolisch voor het handwerk in het algemeen. Geen handwerksman zal zooals de potten bakker telkens opnieuw de vreugde onder vinden van het maken. Vliegensvlug op zijn draaiend wiel ontstaat onder zijn vlug ge handen het sierlijkste vaatwerk. Mis schien komt alleen de glasblazer hem in dit opzicht nabij. Ook het smeden behoort tot de oudste ambachten. Men kan gerust zeggen, dat de mensch sedert hij op Aarde als redelijk wezen woonde, verschillende, zij het dan ook primitieve ambachten be oefend moet hebben. Wij denken aan de steenen jachtvoorwerpen, bijlen, hamers enz., die onze verre voorouders hebben ge maakt. Tal van die primitieve ambachten zijn teloor gegaan, doordat zij overbodig werden, aangezien de tijd niet stilstond. Om maar een enkel ambacht te noemen, dat van den vijlekapper, van den zweep- maker. Andere handwerken ontstaan met het verstrijken van den tijd, om slechts te wijzen op den bouwer van zweefvliegtui gen. De opgravingen van den jongsten datum hebben aan het licht gebracht, dat reeds eeuwen voor onze jaartelling ware wonder werken op het handwerksgebied werden gepresteerd. Toen was immers alles hand werk; ten opzichte van het bestaan der menschelijke beschaving is de uitvinding van de machine nog zeer jong. Het is echter eerst ongeveer duizend jaar geleden, dat de handwerkslieden een eigen orde vormden, een stand, die in de Mid deleeuwen overging in de gilden. Van deze jilden treft men overal, speciaal in oude jebouwen als kerken, raadhuizen en na tuurlijk in musea vele kunststukken aan. Als het ware uitloopers van het gildewe- Eea besif te uit sterven, het met dy ]»sw» lp k*t» TM TMsjjwielen, De techniek van het boekbinden geeft misschien nog wel het duidelijkste beeld van de ontwikkeling, die vele ambachten hebben doorgemaakt in den loop der eeu wen. Het boek is altijd een sieraad geweest van den menschelijken geest en het Ls merkwaardig, hoe wij uit vrijwel alle tij den, dat de boekdruk- en boekbindkunst beoefend werd, nog verscheidene stalen be zitten. Alle verwoestingen, oorlogen en brandstapels ten spijt, is het boek blijven bestaan. Het lijkt soms of een geheimzin nige macht waakt over het behoud daar van. Natuurlijk waren het in de vroegste periode van de Nederlandsche, trouwens algemeen Westersche boekbindkunst, in de eerste plaats de oude handschriften, waar van men de losse vellen aaneen ging bin- Handwerk, zooals men het zelden meer ziet. Een lederen boekband, geheel door een meester-handbinder vervaardigd. ken reeds vooruit den klank, dien het zal hebben. Met welk een zorgvuldigheid heeft hij immers niet de verschillende houtsoor ten uitgezocht voor het bovendek, voor den bodem, de bijzondere lak, die hij voor deze viool moet hebben. Dan denkt men aan begenadigde grootmeesters in hun vak als Amati en Stradivarius. Hoewel men hun werkstukken in handen heeft, is het niet mogelijk, ook al beziet men de instrumen ten nog zoo nauwkeurig, de ziel ervan te ontraadselen. men in zijn atelier, was hij juist bezig het „hardpapier" met beitel en hamer te be werken. Het zwarte blok, dat hij bewerkt^ zag er op het eerste gezicht als marmer uit Aan de adering van de snijvlakken kon men echter zien, dat het een nieuwe stof was. De beeldhouwer toonde zich zeer te vreden over de eigenschappen ervan. „Het is een hard materiaal", zei hij, ,en menige beitel is er al op gebroken, maar het ia prettig werken, omdat men er het fijnst# detail in kan weergeven.'' zijdsche bedreiging, naast elkaar kunnen bestaan. Het geheim hiervan is, dat zij elk een sfeer hebben, een eigen belangstelling en daardoor een eigen afzetgebied. Bo vendien heeft de machine allerminst een alleenrecht, zij is tot op zekere hoogte dienstbaar aan den smaak van den kunste naar, zoodat in dit geval een mengeling van hand- en maehinewerk ontstaat. Gilde was oorspronkelijk de naam voor een vereeniging van lieden, die hetzelfde ambacht uitoefenden. Het woord staat in verband met gelden en beteekende oor spronkelijk: bijdrage, gemeenschappelijke maaltijd en werd daardoor overgedragen op de vereeniging, die door deze bijdrage ge kenmerkt werd. Het sacrale karakter der gilden maakt eerst later plaats voor het ambachtsbegrip, zooals wij dat algemeen .kennen. Het kenmerkende van de gilden Het graveeren in zilveren en gouden voor werpen is een bijzonder verantwoordelijk en nauwkeurig werk. maakte, aangaande de grootte van een werkplaats, het aantal knechts en derge lijke, doen in meer dan een opzicht denken aan den modernen tijd. Het toetreden tot de gilden werd met het verstrijken van de jaren moeilijker en moeilijker. Men eischte hooge entreegelden, ging er toe over een meesterstuk te eischen ook deze meester proef werd met de jaren kostbaarder. Hoewel plaatselijk zeer verschillend, eischt men ook een zekeren leeftijd. Elke ambachtsman moet dus eerst als knaap bij een meester het vak leeren. Daarna wordt hij gezel of knecht. Ten slotte volgt een periode van reizen en trekken, waarna het meesterstuk gemaakt kon worden. Door deze verschillende omstandigheden was het tenslotte zoo moeilijk toe te treden tot een gilde, dat deze als het ware voor buiten staanders definitief gesloten waren. Merk waardig is, dat de handwerkersgilden veel al gestreefd hebben naar politieke macht, het werden strijdorganen van hetgeen men tegenwoordig de middenstand zou noemen, tegen de rijke burgerij, die gemeenlijk het bestuur over de stad in handen had. zen, zijn Albrecht Dürer en Tillman Rie- menschneider, wellicht de befaamdste beeldsnijder in hout, die ooit bestaan heeft. Deze bloeiperiode houdt aan tot de zestien de eeuw, om dan steeds sneller onder te gaan. Nadien is het de machine geweest, die ge- ruimen tijd 't hand werk verdrong, maar thans beginnen zich aller wege teek en en voor te doen, dat men het handwerk weer in eere wil her stellen, omdat h£t product, op die wij ze gemaakt, nu een maal voordeelen biedt boven het ma chineproduct. In het bijzonder wat solidi teit betreft. Men denke in dit opzicht alleen maar aan het machinale en het met de hand gebon den boek. Het machinale pro cédé neemt de kunst zinnige trekken, de typische kleine fou ten, die juist het be hoorlijke aan een werkstuk geven en het kunstgehalte sterk beinvloeden, weg. Men ziet dus in onzen modernen tijd het merkwaardige, dat twee eerst zeer vijandige procedé's thans zonder weder- was, dat men er zooveel mogelijk naar streefde het ambacht over te dragen van vader op zoon. Door hun machtspositie ver wierven zij vele voorrechten. Zij streefden er naar een monopolie op hun eigen gebied te verkrijgen, hetgeen hun niet ten allen tijde gelukt is. De bepalingen, die men

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1940 | | pagina 4