De Internationale toestand IN DE AFGELOOPEN WEEK I Deze week IN NEDERLAND I 11 Het Portret VAN DE WEI V Wendell Willkie is in Engeland aange komen Hij landde in een haven aan de Westkust en zette vervolgens per vliegtuig de reis naar Londen voort. Hij had te Lissabon een onderhoud met den Portugeeschen minister-president Sa- lazar. Ook voerde hij een langdurige be spreking met den Britschen ambassadeur Campbell. Den avond voor zijn vertrek uit Lissabon heeft Willkie nogmaals de vertegenwoordi gers der binnen- en buitenlandsche pers ontvangen. Gevraagd naar zijn plannen, antwoordde Willkie „Ik ben voornemens een groot aantal vooraanstaande personen in Engeland te spreken en na te 'gaan, welke capaciteit de Britsche industrie heeft. Verder wil ik, voor zoover mogelijk, de stemming van het Engelsche volk, vooral Ge van den gewonen man, peilen." WiJJkie verklaarde twee weken in Enge- nd te willen blijven. Het staat nog niet vast of hij daarna onmiddellijk naar de Vereenigde Staten zal terugkeeren. Op de vraag, of tusschen hem en Roosevelt ver schil van meening over de hulp aan Enge land bestaat, antwoordde Willkie „In be ginsel zijn wij het eens. Alleen ten aanzien van kleinere kwesties loopen onze meenin gen uiteen." In Japan is men nog steeds niet te spre ken over de aanvallen van Amerika. In de Japansche Kamer is de minister van Bui tenlandsche Zaken, Matsoeoka, Ingegaan op het verwijt van zijn Amerikaanschen ambt genoot Huil, volgens wien het optreden van Japan in Mandsjoerlje de „inleiding tot de vernietiging van de grondslagen der bo- Diphterie te Arnhem. Te Arnhem heerscht sedert eenigen tijd diphterie, wel is waar nog niet in veront rustende mate, maar toch ,1comen er sedert Kerstmis onder de schoolgaande jeugd zooveel gevallen van deze ziekte voor, dat men het noodig acht, tot voorbehoedmaat- regelen over te gaan. De ziekenhuizen zijn geheel bezet en er moeten reeds barakken worden bijgebouwd om alle patiënten te kunnen bergen. Ook kwamen reeds enkele gevallen met doodelijken afloop voor. Als voorzorgsmaatregel zullen nu ongeveer 15.000 kinderen tegen diphterie worden ingeënt. Men hoopt daarmede de ziekte tot staan te kunnen brengen. Eveneens om uitbreiding te voorkomen, is een r.k. school, waar zich zeer vele gevallen voordeden, eenigen tijd gesloten geweest. De in deze school aanwezige bacillendragers onder de kinderen werden geïsoleerd, waarna de school weer geopend kon worden. Medewerking verzocht. Op een der jongste persconferenties te L-en Haag is de voedselvoorziening van ons Jand ter sprake gebracht. Van bevoegde Duitsche zijde werd daar verklaard, dat de moeilijkheden, die zich bij de voedselvoor ziening hier en daar nog voordoen (zoo bijv. bij de disributie van boter en vleesch), ten deele hun oorzaak hierin vinden, dat de organisatorische onderbouw nog niet zoo goed functionneert als in Duitschland het geval is. Daar kan ieder op zijn bonnen ook de desbetreffende levensmiddelen vol- verkrijgen. Voorts heeft men bij den opbouw van het verzorgingsapparaat in Duitschland een voorbereiding van vele jaren en de inmiddels reeds verkregen ervaringen zich ten nutte kunnen maken, wat in ons land niet het geval is. Bij de Om tuinbouwgewassen tegen de koude te beöchermen worden tegenwoordig proeven genomen met van glaszijde geweven dek-e ken. die het zonlicht doorlaten- (Scherl) schaafde wereld zou zijn geweest." Door deze bewering, aldus zeide Mat soeoka worden de feiten omgedraaid. De Mandsjoerijsche kwestie is niet de oorzaak, maar het gevolg geweest van een inter nationale ontwikkeling onder den voor- durenden druk der Angelsaksische staten, die geen verandering van den status quo wenschen, ofschoon de Angelsaksers steeds wanneer het tegen Japan gaat, den dooï hen verdedigden status quo trachten om ver të werpen. Van „consequent zijn" kan men dus niet spreken. Indien Japan ver weten wordt, dat het een overheerschende positie in het Westen van den Stillen Oce aan tracht te veroveren, dan kan men ant woorden, dat het doel van Japan is: „de stichting van een vreedzaam en bloeiend groot-Oost-Azië, waarin geen plaats meer is voor verovering, onderdrukking en uit buiting." Voorts zeide Matsoeoka dat de V.S. een overheerschenden invloed hebben op het Westelijk halfrond; en het zou beter zijn, indien zij zich niet bekommerden om andere streken, zooals Oost-Azië, waar Japan een positie inneemt^ die vrede en orde waarborgt. Indien zij dieper naden ken, moet het den Amerikanen duidelijk worden, dat de-eigenlijke oorzaak van het conflict tusschen Japan en de V.S. in de inmengingspolitiek van Amerika schuilt. Op de bewering, dat de Amerikaansche regeering Japan heeft gewezen op het be lang, dat het heeft bij een vreedzame ont wikkeling zijner betrekkingen met de V.S., kan geantwoord worden, aldus vervolgde Matsoeoka, dat Japan steeds bezield is ge weest door een oprecht verlangen naar vriendschappelijke betrekkingen. Maar het doorvoering van de distributiemaatregelen is evenwel een goede houding van de be volking onontbeerlijk. Ieder moet mede werken, om alles zoo vlot mogelijk te laten verloopen. De Duitsche autoriteiten zijn van oordeel, dat hieraan nog wel het een en ander hapert en daarom werd nogmaals een dringend beroep gedaan op het publiek om rekening te houden met de door den oorlog veroorzaakte omstandigheden. Meer schuilkelders in Groningen. Bij den gemeenteraad van Groningen is een voorstel van B. en W. ingediend om tot uitbreiding van het aantal openbare schuil plaatsen over te gaan. Voorgesteld wordt een type, dat plaats biedt aan 25 personen. Dertig dergelijke schuilplaatsen met staal- platenwand kunnen van een leverancier worden betrokken. De overige 26 zullen waarschijnlijk van gewapend beton worden gemaakt. De kosten van het geheele plan worden op een kleine 55.000 geraamd. Dit bedrag zal waarschijnlijk door het Rijk worden gerestitueerd. In verband met de urgentie en in afwachting van de goed keuring van den Algemeen Gemachtigde voor ote Bouwnijverheid, is reeds het noodige gedaan voor het aanschaffen der materialen. De kolendistributie. De secretaris-generaal van het departe ment van Handel, Nijverheid en Scheep vaart heeft bekend gemaakt, dat ten ge volge van de plotseling ingetreden vorst in de afgeloopen weken moeilijkheden zijn ontstaan bij den aanvoer van vaste brand stoffen. Aangezien echter onder de be staande weersgesteldheid weder een nor male aanvoer mag worden verwacht, zal de brandstoffenvoorziening waarschijnlijk bin nenkort een beter verloop hebben. Uiter aard kan echter, indien onverhoopt de voi"st opnieuw mocht intreden, in den aan voer eenige stagnatie ontstaan, met als ge volg, dat «plaatselijk een tijdelijk gebrek aan brandstoffen 'zou optreden. In dat ge val zal echter worden getracht hierin met den grootsten spoed te voorzien. In verband met het bovenstaande is be paald, dat gedurende het tijdvak van Zater dag 25 Januari tot en met Vrijdag 28 Februari de met „11" „12" en „13' ge merkte bonnen van de „bonkaart distri butie vaste brandstoffen ehaarden, kachels", alsmede de met „25", „26", „27", „28", ;,29", „30", „31", en „32" ge merkte bonnen van de „bonkaart distribu tie vaste brandstoffen centrale verwar ming" elk recht geven op het koopen van een eenheid vaste brandstoffen. De nieuwe staatsleening. De Nederlandsche Bank heeft in een brief aan den effectenhandel er aan her innerd, dat de nieuwe 4 pet Nederlandsche staatsleening van 500 millioen*wordt uit geschreven onder conditie, dat, in geval de leening niet wordt volteekend, een gedwon gen leening zal volgen. Daar velen in dezen moeilijken financieelen tijd niet over vol doende liquide middelen zullen beschikken om in te teekenen, is'de gelegenheid open gesteld, op de nieuwe obligaties als onder pand geld op te nemen. Ook zal menigeen waarschijnlijk geld bij een bank willen leenen, om een of meer obligaties te kun nen koopen. De Nederlandsche Bank nu heeft den effectenhandel -met nadruk ver zocht, dit laatste slechts in zeer beperkte begrip voor de positie van den ander blijft voorwaarde voor een dergelijke ontwikke ling. Helaas toont Amerika geen begrip voor deze positie. Zoolang de V.S. in China hun eerste verdedigingslinie zien, zal een vriendschappelijke verhouding tusschen Japan en Amerika een illusie blijven. In dit verband wees Matsoeoka de ver dachtmaking van de hand, dat de partijen van het driemogendhedèn-verdrag een programma Van ongelimiteerde veroverin gen zouden hebben opgesteld. Het is er haar slechts om te doen, een rechtvaardi ger en meer rechtschapen wereld tot stand te brengen. Voor den wereldvrede zou het nuttiger zijn, Indien het Amerikaansche volk een andere houding aannam en niet den Internationalen toestand die zonder dat reeds ernstig is, trachtte te verergeren door bekrompenheid en „kruistochten- geest". Het voornemen der V.S., ook Australië en Nieuw-Zeeland als hun voorste linie te beschouwen, noemde Matsoeoka een ver- valsching van de Monroe-leer. Japan moet van de V.S verlangen, dat zij hun stand punt herzien. Anders is er maar weinig kans op vriendschappelijke betrekkingen tusschen beide mogendheden. Opbloei of verval van de wereldbeschaving is in laat ste instantie afhankelijk van de houding der V.S. Ten slotte verklaarde Matsoeoka, dat Japan zich niet zal onttrekken aan zijn verplichtingen krachtens artikel 3 van het driemogendheden-verdrag. De Italiaanen laten weer iets van zich hooren, al is het dan ook weinig positiefs. Volgens berichten uit Bitolj (Monastir) zijn sedert Zaterdagochtend aan het Grieksch-Italiaansche front hevige ge vechten aan den gang, die „met een con centrisch trommelvuur der Italiaansche artillerie op de vijandelijke stellingen zijn geopend." De Italiaansche luchtmacht moet In den loop van den dag met sterke strijdkrachten de Grieksche verbindingswegen, troepen concentraties en munitiedepots in het Grieksche achterland „met goed gevolg gebombardeerd hebben." In Bitolj hoorde men den geheelen dag tot omstreeks 17 uur het dreunen van het geschut en de doffe knallen van uiteenspringende gra- •naten. Er loopen hardnekkige geruchten in de Engelsche en de Amerikaansche pers over onlusten en incidenten in Noord-Italiaan- sche steden en vooral ook te Milaan, waar bij onlusten zelfs enkele personen zouden zijn gedood. Derge- lljke geruchten worden van bevoegde zijde categorisch tegengesproken. Het zijn, zoo verklaart men, „kwaadwillige, doch vol komen ongefundeerde verzinsels, waar mede de Engelsche propaganda den voor haar politiek gewenschten invloed wil uitoefenen op de openbare meening in het eigen land en vooral ook op de openbare meening in de Vereenigde Staten." BALDADIGE KINDEREN. Is de jeugd in Nederland baldadiger dan in andere landen Volgens het getuigenis van vreemdelingen, die ons land hebben bezocht, moet deze vraag ten volle beves tigend worden beantwoord. Er schijnt iets in den Nederlandschen straatjongen te zit ten, dat de straatjongens in andere landen in veel mindere mate aan den dag leggen de pure baldadigheid, de lust om te ver nielen alleen omderwille van het genoegen, andermans eigendom te beschadigen of de menschen te ergeren. Een schoone karaktertrek is dit aller minst. En het is jammer, dit te moeten zeggen, maar de vreemdelingen, die den Nederlandschen straatjongen dit testimo nium toekenden, hebben het bij het rechte eind. Wanneer wij teruggaan tot de grondoor zaken van dit kwaad zullen wij den mees ten tijd tot de conclusie komen, dat het ligt aan het milieu, waaruit het kind af komstig is en waarin het verkeert. Dit komt «gewoonlijk aan het licht uit rappor ten van de politie, van de onderwijzers en anderen, die met de jeugd omgaan en tot taak hebben, de verkeerde neigingen van deze opgroeiende menschen te onderdruk ken en hen te wijzen op het verkeerde van hun handelwijze. Een belangrijke stap in de goede rich ting was reeds het instituut van den kin derrechter. De kinderrechter heeft be wezen, ten volle op zijn plaats te zijn in onze maatschappij. Men heeft begrepen, dat er een groot onderscheid bestaat tus schen het kind, welles baldadigheid over gaat in misdrijf en den misdadiger. Vroe ger werden zij over één kam geschoren; en de gevolgen stonden vaak in wanver houding tot het begane misdrijf. Jonge levens werden voorgoed verwoest door een rechterlijk vonnis. Wij hebben eerbied voor den rechter, die kinderzaken te berechten krijgt en zich alle moeite geeft om door te dringen tot de motieven, welke hebben geleid tot het begaan van het gewraakte feit. Maar of hij er in slaagt, den „verdachte" te overtuigen van den ernst daarvan en hem zoo ver te brengen, dat hij de laakbaarheid er van inzietdat is een andere kwestie. Hiermede raken wij den psychologischen kant van de zaak. Onze kinderrechtspraak moet zoodanig zijn wij herhalen het dat het kind niet alleen moet erkennen, dat de berisping of de straf verdiend is, doch ook, dat het feit op zichzelf verkeerd is. Vele kinderen zien dit volstrekt niet in. Zij willen nog wel toegeven, dat zij niet ten onrechte gestraft of berispt zijn; doch meestal zullen zij vinden, dat het ten slotte „toch zoo erg niet was". Tegen deze verkeerde opvatting moeten wij strijden, want wanneer deze gedachte blijft voortbestaan zal het kind baldadig blijven en wellicht van kwaad tot erger vervallen. Deze taak om het kind te over tuigen van het verkeerde van zijn handel wijze is buitengewoon moeilijk, dat geven wij toe. Wij willen van ons volk geert natie van Brave Hendrikken maken, geen ver zameling van Jan Salies; maar het éénige middel, om de baldadigheid te beperken is, het kind werkelijk van zijn kwaad te overtuigen. Daarop moet het geheele stel sel van het kinderstrafrecht zijn gebaseerd; en zoo lang wij daarin niet slagen, zal ons land de treurige reputatie blijven behou den van het land met de baldadigste jeugd van Europa te zijn. RUDOLFO GRAZIANL In de huidige oorlogsomstandig heden rust wel een buitengewoon zware en verantwoordelijke taak op de schouders van Graziani, den onderkoning van Italië's Afrikaan- sche gewesten. Rodolfo Graziani werd op 11 Augustus 1882 te Filettino geboren. Voor hij de militaire loopbaan koos, studeerde hij rechten. In 1911 nam hij aan den veldtocht in Lybië deel en in den wereldoorlog onderscheid de hij zich reeds door zijn stalen energie. Later, in zijn koloniaal bestuur, kenmerkte hem deze zelfde eigen schap. Als ondergouverneur van Cyrenaica regelde hij in 1926 de kwesties met de Bedouïnenstammen. Op groote schaal werd kolonisatie van nomadenstammen uit het bin nenland naar de kuststreken uitge voerd en eindelijk, na 30 jaren van onrust, wist Graziani de laatste res ten van verzet te onderdrukken. Daarna maakte Graziani snel car rière. In Juli 1934 werd hij comman dant van een legerkorps in Udine, het jaar daarop volgde zijn benoe ming tot gouverneur van Somaliland en opperbevelhebber van de aldaar gelegerde troepen. In deze hoedanigheid nam hij deel aan den veldtocht tegen Abessinië, welke op 5 Mei 1936 met den zege vierenden intocht van maarschalk Badoglio in Addis Abbeba werd be kroond. Toen deze na een bewind van enkele weken als onderkoning van Abessinië aftrad, volgde maar schalk Graziani hem als zoodanig op. Sinds 12 Juni 1936 bekleedt de „Witte Leeuw" van Abessinië deze hooge functie. Op een overlaadstation in het Westen zijn in de laatste weken zware en lichte pantserwagens verladen. (Scherl) mate te doen. Wanneer iemand voor dit doei geld wil leenen, moet eerst worden onderzocht, of hij inderdaad niet over vol doende liquide middelen beschikt, om zelf de storting te verrichten. Voor zoover de betreffende persoon inderdaad hiertoe niet in staat is, kunnen de noodige gelden wor den gefourneerd. In het andere geval wordt den banken verzocht, geen crediet te ver- leenen. De nieuwe staatsleening. De Nederlandsche Bank heeft in een brief den effectenhandel er aan herinnerd, dat de nieuwe 4 pet Nederlandsche staats leening van 500 millioen wordt uitge schreven onder conditie, dat, in geval de leening niet wordt volteekend, een ge dwongen leening zal volgen. Daar velen in dezen moeilijken financieelen tijd niet over voldoende liquide middelen zullen beschikken om in te teekenen, is de ge legenheid opengesteld, op de nieuwe obli gaties als onderpand geld op te nemen. Ook zal menigeen waarschijnlijk geld bij een bank willen leenen, om een of meer obligaties te kunnen koopen. De Neder landsche Bank nu heeft den effectenhandel met nadruk verzocht, dit laatste slechts in zeer -beperkte matete doen. Wamieer iemand voor dit doel geld wil leenen, moet eerst worden onderzocht, of hij inderdaad niet over voldoende liquide middelen be schikt, om zelf de storting te verrichten. Voor zoover de betreffende persoon inder daad hiertoe niet in staat is, kunnen de noodige gelden worden gefourneerd. In het andere geval wordt den banken ver zocht, geen crediet te verleenen. Verplegend personeel moet diploma hebben. De directeur van het Rijksarbeidsbureau heeft aan de .directeuren van de disricts- arbeidsbeurzen medegedeeld, dat de orga nen der opehbare arbeidsbemiddeling in het vervolg voor beroepeh betreffende ziekenverpleging en kraamverzorglng kslechts personen als werkzoekenden mogen inschrijven, die in het bezit zijn van de voorgeschreven diploma's Dit geldt voor ziekenverplegers en -verpleegsters, voor kraamverzorgsters en voor zenuwzieken en krankzinnigenverplegers en -verpleeg sters. Melden zich personen om werk, die aan deze elschen niet voldoen, dan mogen de directeuren wel bemiddelen, doch niet in een van de in deze mededeeling ver melde beroepen. Wel kan dan bijv. be middeling als „verzorger van hulpbehoe venden" „plaats vinden. DE WEICHSEL HERLEEFT. Duitschland heeft een plan ontworpen om de Weichsel tot een grooten scheep vaartweg voor het Oosten van Europa te maekn. Van de monding van de Dunaje tot aan de Oostzee,'over een-lengte van onge veer 900 kilometer, wordt de stroom uit gebaggerd en door middel van strekdam men bevaarbaar gemaakt. Talrijke groote stuwdamn en in de, Karpathen, waarmede voor een deel reeds een begin is gemaakt, moet vo'->r een regelmatige watervoorzie ning zorgen. Van de monding van de Dunaje zal de rivier tot Krakau bevaarbaar worden ge maakt door middel van sluizen, waarvan er een 15-tal wordt aangebracht. In Kra kau, Sandomir en Warschau worden grooto moderne haveninrichtingen ge bouwd; ook kleinere havenplaatsen zullen in het leven worden geroepen, bijvoorbeeld Szczucin en Deblin. Verder zullen aan de DE ZUID-OOSTELIJKE SPIL. Met de toetreding van Hongarije, Roemenië en Slowakije tot het Drie- mogendhedenpact heeft de Duitsch- Italiaansche spil, die reeds een groot deel van Europa beheerschte, een belangrijke uitbreiding in Zuid-Oos telijke richting ondergaan. De as Berlijn-Rome kreeg daarmede een zijtak, die over Pressburg, Boedapest en Boekarest loopt. In deze politieke aaneensluiting manifesteert zich eenerzijds het over wicht, dat de spilmogendheden sedert de lange reeks van overwinningen in West-Europa heeft verworven, terwijl men er anderzijds een nieuw bewijs in mag zien van de herorde ning van Europa, zooals de spil mogendheden zich deze voorstellen en waarmede zij reeds een aanvang hebben gemaakt. De driehoek Berlijn-Rome-Boeda- rest vormt een factor van groote militaire, politieke en economische beteekenis en zulks nog te meer, daar hij geflankeerd wordt door groote mogendheden als de Sovjet-Unie en Spanje, die uitstekende betrekkingen met dit blok onderhouden. Engeland heeft door dit groote diplomatieke spel practisch geen stem meer in het Europeesche kapittel. cohsimaze Zmrte Zee b, Hjpe VTiiRKtjf wj: ':0!b SOU.OEn ♦sim Et IJAUMB •MA JWRD8 - - atexftNcwt -nh.r IRAK DE ASMOGENPHEOcN NIET OORLOGVOERENDE In„ I STATEN 6B3S BI 1 DE ASM0GÊ1HDHEDEN AANGESLOTEN STATEN ENGEL5CH STATEN DIE HET DE AS "ANDAATBOEBIcD MOGENDHEDEN BEVRIEND ZlJN AARDOUELEIDING Weichsel werven verrijzen, die sleepbooten en sleeplichtess kunnen bouwen. Door middel van een kanaal van Krakau naar het Westen zal een verbinding tot stand komen met het Oder-Donaukanaal, waar door aansluiting verkregen wordt op het Duitsche net van waterwegen. Van den be nedenloop van de Weichsel leidt reeds een kanaalverbinding naar de Warthe en de Oder, terwijl aansluiting aan de water wegen van de Sovjet-Unie mogelijk wordt via de Boeg naar het Oosten. Op deze wijze zal de Weichsel tot nieuw leven worden geroepen. DE AANSLAG OP IBN SAOED. Koning Ibn Saoed, in 1914 nog een on bekende sjeik in Nedsjd, heeft in de vijf en twintig jaar, die sindsdien achter ons liggen, met heel wat tegenstand te kampen gehad. Op de overblijfselen van de Turk- sche opperheerschappij heeft hij een nieu wen staat weten op te bouwen, hij is de opperpriester der streng geloovige Waha- bieten, heer over de heilige steden Mekka en Medina, over het vereenigde koninkrijk van Nedjd en de Hedzjas, over de vorsten dommen Asir en Nedsjran. Het rijk van Koning Ibn Saoed telt 7 millioen inwoners, hoewel het bijna geheel uit woestijngebied bestaat. Een man als Ibn Saoed moet noodzake lijkerwijze veel vijanden hebben. In 1935 werd er een aanslag op zijn leven gepleegd, die kon worden verhinderd. Deze was voor bereid d^o' i-r-" o tegenstanders. De omstandigheden, waaronder echter kort geleden het bestaan van een tegen hem ge smeed complot aan het licht kwam, dragen een geheel ander karakter. De aanvoerder van het complot is een bloedverwant van Emir Abdoellah van Transjordanië, wiens afhankelijkheid van Engeland vaststaat. ENGELANDS INVLOED BROKKELT AF. Naar hier bekend wordt, zijn de petro- leumbronnen op de Bahrein-eilanden van eigenaar verwisseld. De Londensche regee ring heeft de meerderheid der aandeelen in de „Texas Co.", welke belast is met de exploitatie van petroleumbronnen, thans aan de Vereenigde Staten afgestaan. De petroleumbronnen op de Bahrein-eilanden staan dus voortaan uitsluitend onder Ame rikaansche controle. Dit beteekent nieuwe stap in de richting van de dracht van Engelsche belangen aa> Vereenigde Staten. Dat de petroleumbronnen, die niet zon der zekere beteekenis zijn voor Engeland, thans zonder slag of stoot aan Amerikr. zijn overgedragen, is ongetwijfeld zoowe op financieele als op militaire gronden ge schied. Engeland ziet zich ongetwijfeld ge dwongen om verschillende deelen van zijn rijk af te staan, tijdelijk of voorgoed, bij wijze van tegenprestatie voor de levering van ooriogsmaterieei,

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1941 | | pagina 4