De Internationale toestand
IN DE AFGELOOPEN WEEK
I Deze week
IN NEDERLAND I
11
Het Portret
VAN DE WEI
V
Wendell Willkie is in Engeland aange
komen Hij landde in een haven aan de
Westkust en zette vervolgens per vliegtuig
de reis naar Londen voort.
Hij had te Lissabon een onderhoud met
den Portugeeschen minister-president Sa-
lazar. Ook voerde hij een langdurige be
spreking met den Britschen ambassadeur
Campbell.
Den avond voor zijn vertrek uit Lissabon
heeft Willkie nogmaals de vertegenwoordi
gers der binnen- en buitenlandsche pers
ontvangen. Gevraagd naar zijn plannen,
antwoordde Willkie „Ik ben voornemens
een groot aantal vooraanstaande personen
in Engeland te spreken en na te 'gaan,
welke capaciteit de Britsche industrie heeft.
Verder wil ik, voor zoover mogelijk, de
stemming van het Engelsche volk, vooral
Ge van den gewonen man, peilen."
WiJJkie verklaarde twee weken in Enge-
nd te willen blijven. Het staat nog niet
vast of hij daarna onmiddellijk naar de
Vereenigde Staten zal terugkeeren. Op de
vraag, of tusschen hem en Roosevelt ver
schil van meening over de hulp aan Enge
land bestaat, antwoordde Willkie „In be
ginsel zijn wij het eens. Alleen ten aanzien
van kleinere kwesties loopen onze meenin
gen uiteen."
In Japan is men nog steeds niet te spre
ken over de aanvallen van Amerika. In de
Japansche Kamer is de minister van Bui
tenlandsche Zaken, Matsoeoka, Ingegaan op
het verwijt van zijn Amerikaanschen ambt
genoot Huil, volgens wien het optreden van
Japan in Mandsjoerlje de „inleiding tot de
vernietiging van de grondslagen der bo-
Diphterie te Arnhem.
Te Arnhem heerscht sedert eenigen tijd
diphterie, wel is waar nog niet in veront
rustende mate, maar toch ,1comen er sedert
Kerstmis onder de schoolgaande jeugd
zooveel gevallen van deze ziekte voor, dat
men het noodig acht, tot voorbehoedmaat-
regelen over te gaan. De ziekenhuizen zijn
geheel bezet en er moeten reeds barakken
worden bijgebouwd om alle patiënten te
kunnen bergen. Ook kwamen reeds enkele
gevallen met doodelijken afloop voor. Als
voorzorgsmaatregel zullen nu ongeveer
15.000 kinderen tegen diphterie worden
ingeënt. Men hoopt daarmede de ziekte tot
staan te kunnen brengen. Eveneens om
uitbreiding te voorkomen, is een r.k. school,
waar zich zeer vele gevallen voordeden,
eenigen tijd gesloten geweest. De in deze
school aanwezige bacillendragers onder de
kinderen werden geïsoleerd, waarna de
school weer geopend kon worden.
Medewerking verzocht.
Op een der jongste persconferenties te
L-en Haag is de voedselvoorziening van ons
Jand ter sprake gebracht. Van bevoegde
Duitsche zijde werd daar verklaard, dat de
moeilijkheden, die zich bij de voedselvoor
ziening hier en daar nog voordoen (zoo
bijv. bij de disributie van boter en vleesch),
ten deele hun oorzaak hierin vinden, dat
de organisatorische onderbouw nog niet
zoo goed functionneert als in Duitschland
het geval is. Daar kan ieder op zijn bonnen
ook de desbetreffende levensmiddelen vol-
verkrijgen. Voorts heeft men bij den
opbouw van het verzorgingsapparaat in
Duitschland een voorbereiding van vele
jaren en de inmiddels reeds verkregen
ervaringen zich ten nutte kunnen maken,
wat in ons land niet het geval is. Bij de
Om tuinbouwgewassen tegen de koude te
beöchermen worden tegenwoordig proeven
genomen met van glaszijde geweven dek-e
ken. die het zonlicht doorlaten- (Scherl)
schaafde wereld zou zijn geweest."
Door deze bewering, aldus zeide Mat
soeoka worden de feiten omgedraaid. De
Mandsjoerijsche kwestie is niet de oorzaak,
maar het gevolg geweest van een inter
nationale ontwikkeling onder den voor-
durenden druk der Angelsaksische staten,
die geen verandering van den status quo
wenschen, ofschoon de Angelsaksers steeds
wanneer het tegen Japan gaat, den dooï
hen verdedigden status quo trachten om
ver të werpen. Van „consequent zijn" kan
men dus niet spreken. Indien Japan ver
weten wordt, dat het een overheerschende
positie in het Westen van den Stillen Oce
aan tracht te veroveren, dan kan men ant
woorden, dat het doel van Japan is: „de
stichting van een vreedzaam en bloeiend
groot-Oost-Azië, waarin geen plaats meer
is voor verovering, onderdrukking en uit
buiting."
Voorts zeide Matsoeoka dat de V.S. een
overheerschenden invloed hebben op het
Westelijk halfrond; en het zou beter zijn,
indien zij zich niet bekommerden om
andere streken, zooals Oost-Azië, waar
Japan een positie inneemt^ die vrede en
orde waarborgt. Indien zij dieper naden
ken, moet het den Amerikanen duidelijk
worden, dat de-eigenlijke oorzaak van het
conflict tusschen Japan en de V.S. in de
inmengingspolitiek van Amerika schuilt.
Op de bewering, dat de Amerikaansche
regeering Japan heeft gewezen op het be
lang, dat het heeft bij een vreedzame ont
wikkeling zijner betrekkingen met de V.S.,
kan geantwoord worden, aldus vervolgde
Matsoeoka, dat Japan steeds bezield is ge
weest door een oprecht verlangen naar
vriendschappelijke betrekkingen. Maar het
doorvoering van de distributiemaatregelen
is evenwel een goede houding van de be
volking onontbeerlijk. Ieder moet mede
werken, om alles zoo vlot mogelijk te laten
verloopen. De Duitsche autoriteiten zijn
van oordeel, dat hieraan nog wel het een
en ander hapert en daarom werd nogmaals
een dringend beroep gedaan op het publiek
om rekening te houden met de door den
oorlog veroorzaakte omstandigheden.
Meer schuilkelders in Groningen.
Bij den gemeenteraad van Groningen is
een voorstel van B. en W. ingediend om tot
uitbreiding van het aantal openbare schuil
plaatsen over te gaan. Voorgesteld wordt
een type, dat plaats biedt aan 25 personen.
Dertig dergelijke schuilplaatsen met staal-
platenwand kunnen van een leverancier
worden betrokken. De overige 26 zullen
waarschijnlijk van gewapend beton worden
gemaakt. De kosten van het geheele plan
worden op een kleine 55.000 geraamd.
Dit bedrag zal waarschijnlijk door het Rijk
worden gerestitueerd. In verband met de
urgentie en in afwachting van de goed
keuring van den Algemeen Gemachtigde
voor ote Bouwnijverheid, is reeds het
noodige gedaan voor het aanschaffen der
materialen.
De kolendistributie.
De secretaris-generaal van het departe
ment van Handel, Nijverheid en Scheep
vaart heeft bekend gemaakt, dat ten ge
volge van de plotseling ingetreden vorst
in de afgeloopen weken moeilijkheden zijn
ontstaan bij den aanvoer van vaste brand
stoffen. Aangezien echter onder de be
staande weersgesteldheid weder een nor
male aanvoer mag worden verwacht, zal de
brandstoffenvoorziening waarschijnlijk bin
nenkort een beter verloop hebben. Uiter
aard kan echter, indien onverhoopt de
voi"st opnieuw mocht intreden, in den aan
voer eenige stagnatie ontstaan, met als ge
volg, dat «plaatselijk een tijdelijk gebrek
aan brandstoffen 'zou optreden. In dat ge
val zal echter worden getracht hierin met
den grootsten spoed te voorzien.
In verband met het bovenstaande is be
paald, dat gedurende het tijdvak van Zater
dag 25 Januari tot en met Vrijdag 28
Februari de met „11" „12" en „13' ge
merkte bonnen van de „bonkaart distri
butie vaste brandstoffen ehaarden,
kachels", alsmede de met „25", „26",
„27", „28", ;,29", „30", „31", en „32" ge
merkte bonnen van de „bonkaart distribu
tie vaste brandstoffen centrale verwar
ming" elk recht geven op het koopen van
een eenheid vaste brandstoffen.
De nieuwe staatsleening.
De Nederlandsche Bank heeft in een
brief aan den effectenhandel er aan her
innerd, dat de nieuwe 4 pet Nederlandsche
staatsleening van 500 millioen*wordt uit
geschreven onder conditie, dat, in geval de
leening niet wordt volteekend, een gedwon
gen leening zal volgen. Daar velen in dezen
moeilijken financieelen tijd niet over vol
doende liquide middelen zullen beschikken
om in te teekenen, is'de gelegenheid open
gesteld, op de nieuwe obligaties als onder
pand geld op te nemen. Ook zal menigeen
waarschijnlijk geld bij een bank willen
leenen, om een of meer obligaties te kun
nen koopen. De Nederlandsche Bank nu
heeft den effectenhandel -met nadruk ver
zocht, dit laatste slechts in zeer beperkte
begrip voor de positie van den ander blijft
voorwaarde voor een dergelijke ontwikke
ling. Helaas toont Amerika geen begrip
voor deze positie. Zoolang de V.S. in China
hun eerste verdedigingslinie zien, zal een
vriendschappelijke verhouding tusschen
Japan en Amerika een illusie blijven.
In dit verband wees Matsoeoka de ver
dachtmaking van de hand, dat de partijen
van het driemogendhedèn-verdrag een
programma Van ongelimiteerde veroverin
gen zouden hebben opgesteld. Het is er
haar slechts om te doen, een rechtvaardi
ger en meer rechtschapen wereld tot stand
te brengen. Voor den wereldvrede zou het
nuttiger zijn, Indien het Amerikaansche
volk een andere houding aannam en niet
den Internationalen toestand die zonder
dat reeds ernstig is, trachtte te verergeren
door bekrompenheid en „kruistochten-
geest".
Het voornemen der V.S., ook Australië
en Nieuw-Zeeland als hun voorste linie te
beschouwen, noemde Matsoeoka een ver-
valsching van de Monroe-leer. Japan moet
van de V.S verlangen, dat zij hun stand
punt herzien. Anders is er maar weinig
kans op vriendschappelijke betrekkingen
tusschen beide mogendheden. Opbloei of
verval van de wereldbeschaving is in laat
ste instantie afhankelijk van de houding
der V.S.
Ten slotte verklaarde Matsoeoka, dat
Japan zich niet zal onttrekken aan zijn
verplichtingen krachtens artikel 3 van het
driemogendheden-verdrag.
De Italiaanen laten weer iets van zich
hooren, al is het dan ook weinig positiefs.
Volgens berichten uit Bitolj (Monastir)
zijn sedert Zaterdagochtend aan het
Grieksch-Italiaansche front hevige ge
vechten aan den gang, die „met een con
centrisch trommelvuur der Italiaansche
artillerie op de vijandelijke stellingen zijn
geopend."
De Italiaansche luchtmacht moet In den
loop van den dag met sterke strijdkrachten
de Grieksche verbindingswegen, troepen
concentraties en munitiedepots in het
Grieksche achterland „met goed gevolg
gebombardeerd hebben." In Bitolj hoorde
men den geheelen dag tot omstreeks 17
uur het dreunen van het geschut en de
doffe knallen van uiteenspringende gra-
•naten.
Er loopen hardnekkige geruchten in de
Engelsche en de Amerikaansche pers over
onlusten en incidenten in Noord-Italiaan-
sche steden en vooral ook te Milaan, waar
bij onlusten zelfs enkele personen zouden
zijn gedood.
Derge-
lljke geruchten worden van bevoegde zijde
categorisch tegengesproken. Het zijn, zoo
verklaart men, „kwaadwillige, doch vol
komen ongefundeerde verzinsels, waar
mede de Engelsche propaganda den voor
haar politiek gewenschten invloed wil
uitoefenen op de openbare meening in het
eigen land en vooral ook op de openbare
meening in de Vereenigde Staten."
BALDADIGE KINDEREN.
Is de jeugd in Nederland baldadiger dan
in andere landen Volgens het getuigenis
van vreemdelingen, die ons land hebben
bezocht, moet deze vraag ten volle beves
tigend worden beantwoord. Er schijnt iets
in den Nederlandschen straatjongen te zit
ten, dat de straatjongens in andere landen
in veel mindere mate aan den dag leggen
de pure baldadigheid, de lust om te ver
nielen alleen omderwille van het genoegen,
andermans eigendom te beschadigen of de
menschen te ergeren.
Een schoone karaktertrek is dit aller
minst. En het is jammer, dit te moeten
zeggen, maar de vreemdelingen, die den
Nederlandschen straatjongen dit testimo
nium toekenden, hebben het bij het rechte
eind.
Wanneer wij teruggaan tot de grondoor
zaken van dit kwaad zullen wij den mees
ten tijd tot de conclusie komen, dat het
ligt aan het milieu, waaruit het kind af
komstig is en waarin het verkeert. Dit
komt «gewoonlijk aan het licht uit rappor
ten van de politie, van de onderwijzers en
anderen, die met de jeugd omgaan en tot
taak hebben, de verkeerde neigingen van
deze opgroeiende menschen te onderdruk
ken en hen te wijzen op het verkeerde van
hun handelwijze.
Een belangrijke stap in de goede rich
ting was reeds het instituut van den kin
derrechter. De kinderrechter heeft be
wezen, ten volle op zijn plaats te zijn in
onze maatschappij. Men heeft begrepen,
dat er een groot onderscheid bestaat tus
schen het kind, welles baldadigheid over
gaat in misdrijf en den misdadiger. Vroe
ger werden zij over één kam geschoren;
en de gevolgen stonden vaak in wanver
houding tot het begane misdrijf. Jonge
levens werden voorgoed verwoest door een
rechterlijk vonnis.
Wij hebben eerbied voor den rechter,
die kinderzaken te berechten krijgt en zich
alle moeite geeft om door te dringen tot
de motieven, welke hebben geleid tot het
begaan van het gewraakte feit. Maar of hij
er in slaagt, den „verdachte" te overtuigen
van den ernst daarvan en hem zoo ver
te brengen, dat hij de laakbaarheid er van
inzietdat is een andere kwestie.
Hiermede raken wij den psychologischen
kant van de zaak. Onze kinderrechtspraak
moet zoodanig zijn wij herhalen het
dat het kind niet alleen moet erkennen,
dat de berisping of de straf verdiend is,
doch ook, dat het feit op zichzelf verkeerd
is. Vele kinderen zien dit volstrekt niet
in. Zij willen nog wel toegeven, dat zij niet
ten onrechte gestraft of berispt zijn; doch
meestal zullen zij vinden, dat het ten slotte
„toch zoo erg niet was".
Tegen deze verkeerde opvatting moeten
wij strijden, want wanneer deze gedachte
blijft voortbestaan zal het kind baldadig
blijven en wellicht van kwaad tot erger
vervallen. Deze taak om het kind te over
tuigen van het verkeerde van zijn handel
wijze is buitengewoon moeilijk, dat geven
wij toe. Wij willen van ons volk geert natie
van Brave Hendrikken maken, geen ver
zameling van Jan Salies; maar het éénige
middel, om de baldadigheid te beperken
is, het kind werkelijk van zijn kwaad te
overtuigen. Daarop moet het geheele stel
sel van het kinderstrafrecht zijn gebaseerd;
en zoo lang wij daarin niet slagen, zal ons
land de treurige reputatie blijven behou
den van het land met de baldadigste jeugd
van Europa te zijn.
RUDOLFO GRAZIANL
In de huidige oorlogsomstandig
heden rust wel een buitengewoon
zware en verantwoordelijke taak op
de schouders van Graziani, den
onderkoning van Italië's Afrikaan-
sche gewesten.
Rodolfo Graziani werd op 11
Augustus 1882 te Filettino geboren.
Voor hij de militaire loopbaan koos,
studeerde hij rechten. In 1911 nam
hij aan den veldtocht in Lybië deel
en in den wereldoorlog onderscheid
de hij zich reeds door zijn stalen
energie.
Later, in zijn koloniaal bestuur,
kenmerkte hem deze zelfde eigen
schap. Als ondergouverneur van
Cyrenaica regelde hij in 1926 de
kwesties met de Bedouïnenstammen.
Op groote schaal werd kolonisatie
van nomadenstammen uit het bin
nenland naar de kuststreken uitge
voerd en eindelijk, na 30 jaren van
onrust, wist Graziani de laatste res
ten van verzet te onderdrukken.
Daarna maakte Graziani snel car
rière. In Juli 1934 werd hij comman
dant van een legerkorps in Udine,
het jaar daarop volgde zijn benoe
ming tot gouverneur van Somaliland
en opperbevelhebber van de aldaar
gelegerde troepen.
In deze hoedanigheid nam hij deel
aan den veldtocht tegen Abessinië,
welke op 5 Mei 1936 met den zege
vierenden intocht van maarschalk
Badoglio in Addis Abbeba werd be
kroond. Toen deze na een bewind
van enkele weken als onderkoning
van Abessinië aftrad, volgde maar
schalk Graziani hem als zoodanig op.
Sinds 12 Juni 1936 bekleedt de
„Witte Leeuw" van Abessinië deze
hooge functie.
Op een overlaadstation in het Westen zijn in de laatste weken
zware en lichte pantserwagens verladen. (Scherl)
mate te doen. Wanneer iemand voor dit
doei geld wil leenen, moet eerst worden
onderzocht, of hij inderdaad niet over vol
doende liquide middelen beschikt, om zelf
de storting te verrichten. Voor zoover de
betreffende persoon inderdaad hiertoe niet
in staat is, kunnen de noodige gelden wor
den gefourneerd. In het andere geval wordt
den banken verzocht, geen crediet te ver-
leenen.
De nieuwe staatsleening.
De Nederlandsche Bank heeft in een
brief den effectenhandel er aan herinnerd,
dat de nieuwe 4 pet Nederlandsche staats
leening van 500 millioen wordt uitge
schreven onder conditie, dat, in geval de
leening niet wordt volteekend, een ge
dwongen leening zal volgen. Daar velen in
dezen moeilijken financieelen tijd niet
over voldoende liquide middelen zullen
beschikken om in te teekenen, is de ge
legenheid opengesteld, op de nieuwe obli
gaties als onderpand geld op te nemen.
Ook zal menigeen waarschijnlijk geld bij
een bank willen leenen, om een of meer
obligaties te kunnen koopen. De Neder
landsche Bank nu heeft den effectenhandel
met nadruk verzocht, dit laatste slechts in
zeer -beperkte matete doen. Wamieer
iemand voor dit doel geld wil leenen, moet
eerst worden onderzocht, of hij inderdaad
niet over voldoende liquide middelen be
schikt, om zelf de storting te verrichten.
Voor zoover de betreffende persoon inder
daad hiertoe niet in staat is, kunnen de
noodige gelden worden gefourneerd. In
het andere geval wordt den banken ver
zocht, geen crediet te verleenen.
Verplegend personeel moet diploma
hebben.
De directeur van het Rijksarbeidsbureau
heeft aan de .directeuren van de disricts-
arbeidsbeurzen medegedeeld, dat de orga
nen der opehbare arbeidsbemiddeling in
het vervolg voor beroepeh betreffende
ziekenverpleging en kraamverzorglng
kslechts personen als werkzoekenden mogen
inschrijven, die in het bezit zijn van de
voorgeschreven diploma's Dit geldt voor
ziekenverplegers en -verpleegsters, voor
kraamverzorgsters en voor zenuwzieken
en krankzinnigenverplegers en -verpleeg
sters. Melden zich personen om werk, die
aan deze elschen niet voldoen, dan mogen
de directeuren wel bemiddelen, doch niet
in een van de in deze mededeeling ver
melde beroepen. Wel kan dan bijv. be
middeling als „verzorger van hulpbehoe
venden" „plaats vinden.
DE WEICHSEL HERLEEFT.
Duitschland heeft een plan ontworpen
om de Weichsel tot een grooten scheep
vaartweg voor het Oosten van Europa te
maekn. Van de monding van de Dunaje tot
aan de Oostzee,'over een-lengte van onge
veer 900 kilometer, wordt de stroom uit
gebaggerd en door middel van strekdam
men bevaarbaar gemaakt. Talrijke groote
stuwdamn en in de, Karpathen, waarmede
voor een deel reeds een begin is gemaakt,
moet vo'->r een regelmatige watervoorzie
ning zorgen.
Van de monding van de Dunaje zal de
rivier tot Krakau bevaarbaar worden ge
maakt door middel van sluizen, waarvan
er een 15-tal wordt aangebracht. In Kra
kau, Sandomir en Warschau worden
grooto moderne haveninrichtingen ge
bouwd; ook kleinere havenplaatsen zullen
in het leven worden geroepen, bijvoorbeeld
Szczucin en Deblin. Verder zullen aan de
DE ZUID-OOSTELIJKE SPIL.
Met de toetreding van Hongarije,
Roemenië en Slowakije tot het Drie-
mogendhedenpact heeft de Duitsch-
Italiaansche spil, die reeds een groot
deel van Europa beheerschte, een
belangrijke uitbreiding in Zuid-Oos
telijke richting ondergaan. De as
Berlijn-Rome kreeg daarmede een
zijtak, die over Pressburg, Boedapest
en Boekarest loopt.
In deze politieke aaneensluiting
manifesteert zich eenerzijds het over
wicht, dat de spilmogendheden sedert
de lange reeks van overwinningen
in West-Europa heeft verworven,
terwijl men er anderzijds een nieuw
bewijs in mag zien van de herorde
ning van Europa, zooals de spil
mogendheden zich deze voorstellen
en waarmede zij reeds een aanvang
hebben gemaakt.
De driehoek Berlijn-Rome-Boeda-
rest vormt een factor van groote
militaire, politieke en economische
beteekenis en zulks nog te meer, daar
hij geflankeerd wordt door groote
mogendheden als de Sovjet-Unie en
Spanje, die uitstekende betrekkingen
met dit blok onderhouden. Engeland
heeft door dit groote diplomatieke
spel practisch geen stem meer in het
Europeesche kapittel.
cohsimaze
Zmrte Zee
b,
Hjpe
VTiiRKtjf
wj:
':0!b
SOU.OEn
♦sim Et
IJAUMB
•MA
JWRD8
- -
atexftNcwt -nh.r
IRAK
DE ASMOGENPHEOcN
NIET OORLOGVOERENDE
In„ I STATEN
6B3S BI 1 DE ASM0GÊ1HDHEDEN
AANGESLOTEN STATEN ENGEL5CH
STATEN DIE HET DE AS "ANDAATBOEBIcD
MOGENDHEDEN BEVRIEND ZlJN
AARDOUELEIDING
Weichsel werven verrijzen, die sleepbooten
en sleeplichtess kunnen bouwen. Door
middel van een kanaal van Krakau naar
het Westen zal een verbinding tot stand
komen met het Oder-Donaukanaal, waar
door aansluiting verkregen wordt op het
Duitsche net van waterwegen. Van den be
nedenloop van de Weichsel leidt reeds een
kanaalverbinding naar de Warthe en de
Oder, terwijl aansluiting aan de water
wegen van de Sovjet-Unie mogelijk wordt
via de Boeg naar het Oosten. Op deze
wijze zal de Weichsel tot nieuw leven
worden geroepen.
DE AANSLAG OP IBN SAOED.
Koning Ibn Saoed, in 1914 nog een on
bekende sjeik in Nedsjd, heeft in de vijf
en twintig jaar, die sindsdien achter ons
liggen, met heel wat tegenstand te kampen
gehad. Op de overblijfselen van de Turk-
sche opperheerschappij heeft hij een nieu
wen staat weten op te bouwen, hij is de
opperpriester der streng geloovige Waha-
bieten, heer over de heilige steden Mekka
en Medina, over het vereenigde koninkrijk
van Nedjd en de Hedzjas, over de vorsten
dommen Asir en Nedsjran. Het rijk van
Koning Ibn Saoed telt 7 millioen inwoners,
hoewel het bijna geheel uit woestijngebied
bestaat.
Een man als Ibn Saoed moet noodzake
lijkerwijze veel vijanden hebben. In 1935
werd er een aanslag op zijn leven gepleegd,
die kon worden verhinderd. Deze was voor
bereid d^o' i-r-" o tegenstanders. De
omstandigheden, waaronder echter kort
geleden het bestaan van een tegen hem ge
smeed complot aan het licht kwam, dragen
een geheel ander karakter. De aanvoerder
van het complot is een bloedverwant van
Emir Abdoellah van Transjordanië, wiens
afhankelijkheid van Engeland vaststaat.
ENGELANDS INVLOED BROKKELT AF.
Naar hier bekend wordt, zijn de petro-
leumbronnen op de Bahrein-eilanden van
eigenaar verwisseld. De Londensche regee
ring heeft de meerderheid der aandeelen
in de „Texas Co.", welke belast is met de
exploitatie van petroleumbronnen, thans
aan de Vereenigde Staten afgestaan. De
petroleumbronnen op de Bahrein-eilanden
staan dus voortaan uitsluitend onder Ame
rikaansche controle. Dit beteekent
nieuwe stap in de richting van de
dracht van Engelsche belangen aa>
Vereenigde Staten.
Dat de petroleumbronnen, die niet zon
der zekere beteekenis zijn voor Engeland,
thans zonder slag of stoot aan Amerikr.
zijn overgedragen, is ongetwijfeld zoowe
op financieele als op militaire gronden ge
schied. Engeland ziet zich ongetwijfeld ge
dwongen om verschillende deelen van zijn
rijk af te staan, tijdelijk of voorgoed, bij
wijze van tegenprestatie voor de levering
van ooriogsmaterieei,