a$ar~
S. A.
De Internationale toestand
Het Portret
VJ
Deze week
De Wereld
voornemen van de Vereenigde Staten heb
ben bevestigd, voort te gaan met de hulp
verleening aan Groot-Brittannië op de
grootst mogelijke schaal.
Ten slotte gaf Roosevelt uiting aan de
groote bezorgdheid in Amerika ten aanzien
van China, welke bezorgdheid nog was toe
genomen door het geloof, dat het Chinee-
sche en het Europeesche conflict deel gaan
uitmaken van één enkelen strijd.
De vlootcommissie van het Huis van Af-
gevaardigden heeft gevolg gegeven aan een
verzoek van het ministerie van Marine en
400 millioen dollar beschikbaar gesteld voor
de uitbreiding van marine-kuststations.
De commissie van het Huis had te voren
den chef van de vloot, admiraal Stark, in
geheime zitting gehoord en hem de vraag
gesteld, waarom de steunpunten op Samoa
en Guam moesten worden uitgebreid. Van
het goedgekeurde bedrag zullen 40 mil
lioen dollar gebruikt worden voor de op
richting van vliegscholen en oefenkampen
voor de marine-infanterie.
Naar voorts uit Washington wordt ge
meld, heeft het departement van Marine
medegedeeld, dat kapitein Adolf von Pick-
hard tot marine-attaché der Ver. Staten
te Berlijn is benoemd. Kapitein Lawrence
MacNair wordt marine-attaché te Rome.
Krachtens een bevel van den militairen
commandant van Boekarest, generaal Nico-
lescu, zijn de bepalingen van den staat van
beleg, die na de Januari-onlusten zijn in
gevoerd, verzacht. Het verkeer van voet
gangers en voertuigen in de straten van
Boekarest is tot twaalf uur toegestaan in
plaats van, zooals tot dusver, tot tien uur.
Het ministerie van Binnenlandsche Zaken
heeft zijn laatste communiqué over den
binnenlandschen toestand uitgegeven. Tot
14 Februari des avonds, aldus wordt in het
communiqué gemeld, zijn in Boekarest
3545 en in de provincie 4377 personen ge
arresteerd.
Krachtens een regeeringsverordening zijn
opnieuw, tot de definitieve regeling van
de nieuwe binnenlandsche politieke orde
ning in Roemenië, alle politieke betoogin
gen verboden. Tevens is het decreet van
14 September 1940, dat de grondwettelijke
basis van Roemenië vormde, buiten wer
king gesteld. Krachtens dit decreet werd
Roemenië nationale legionnaire staat, de
legionnaire beweging de eenige politieke
organisatie des lands, generaal Antonescu
leider van den staat en chef van het natio
nale legionnaire bewind en Horia Sima
chef van de legionnaire beweging en plaats
vervangend minister-president.
De Argentijnsche bladen publiceeren
voorloopig nóg onbevestigde berichten van
reizigers uit Paraguay, volgens welke al
daar pogingen gedaan zijn voor een mili
tairen putsch. Het is dé regeering echter
gelukt, den opstand meester te worden.
De commandant van het garnizoen van
Clorinda, kolonel Ramos, had gepoogd het
corps officieren van het garizoen tot een
opstand te bewegen. Een officier, die wei
gerde aan den putsch deel te nemen, werd
terstond doodgeschoten. Vervolgens is er
tusschen de officieren een schietpartij ont
staan, waarbij nóg een officier gedood en
eenige anderen gewond wei-den. Kolonel
Ramos is gearresteerd. Van officieele Para-
guaysche zijde zijn deze berichten nog niet
bevestigd.
NIEUWE ORDENING.
In deze dagen zoeken wij allen min of
meer tastend onzen weg op verschillen?
gebied. Er is in de laatste anderhalf 'Jaar
zooveel veranderd, zooveel grondig gewij
zigd, dat wij al ons aanpassingsvermogen
goodig hebben, om althans eCnigszins koers
te kunnen houden. Eandere, "nieuwe
ordening is bezig sieïl baan te breken en
wij moeten deze fileuwe richting inslaan.
Wij zi§Q het verschijnseif dat de verbrui
kers, die thans aan den lijve ondervinden,
wat het zeggen wil om vele van de aller
noodzakelijkste dingen te moeten missen
of slechts mondjesmaat te krijgen toege
meten, in hun hart niets Üevèr zouden
doen dan zelf ingrijpen, om de regeling van
den econorrdschen gang der productie te
wijzigen in den zin, die hun wenschelijk
en puttig voorkomt.
Dit is echter een ongewenschte methode.
De producenten van hun kant, die hun pro
ductiemiddelen in gevaar zien gebracht
door een voortdurend toenemend gebruik
van hetgeen zij produceeren, zouden niets
liever doen da;i deze strooming tegengaan,
die onvermijdelijk moet uitloopen op een
langzaam ten doode doemen van het pro
ductie-proces.
Wanneer de wereld eenmaal op dit punt
is aangekomen en wij de reacties gadeslaan
gedurende crisisperioden in alle landen en
in alle tijden, komen wij van vanzelf tot
de conclusie, dat partijen juist in die oogen-
blikken, .waarin men zich bedreigd gevoelt,
tot elkaar kome- om gezamenlijk te over
leggen. Men weet zeer wel aan beide kan
ten dat men offers zal moeten brengen, dat
het een kwestie wordt van geven en nemen
doch men moet ten slotte komen tot een
regeling, waarbij beide partijen gebaat zijn.
Een regeling, die onder zulke omstandig
heden tot stand komt, duidt men aan als
„ordening".
Ook op dit oogenblik weerklinkt weder
de dringende roep om ordening, terwijl
wij ons te midden van het strijdgewoel
bevinden.
Hiertoe hebben wij in de eerste plaats
noodigcijfers. Cijfers, waarop wij ons
kunnen baseeren. Die cijfers zijn er wel
doch wij hebben er niet veel aan. Uit dat
cijfermateriaal blijkt alleen, waartoe wij
vroeger in staat waren, wat wij presteer
den. Doch dit dient nergens meer toe, onder
de gewijzigde omstandigheden. Het brengt
ons geen uitweg uit de impasse, waarin
wij ons bevinden. Wat wij willen weten,
is, waai»ie wij in de naaste toekomst in
staat zullen zijn. En dat is juist de groote
moeilijkheid.
Er bestaat in de laatste jaren een streven
waarvan wij mogen aannemen, dat het
zijn werking zal blijven uitoefenen, onaf
hankelijk van het feit óf en in hoeverre de
huidige toestand zal blijven bestaan, dan
wel of zij plaats zal moeten maken voor
een anderen namelijk de tendens tot
economische ordening. Wanneer Nederland
deel blijft uitmaken van een Europa, dat
door een geordende productie kan voorzien
in zijn belangrijkste behoeften, zal deze
ordening tot in bijzonderheden worden uit
gewerkt.
Doch ook in het andere geval, wanneer
ons land dezelfde positie ten opzichte van
de buiten Europa gelegen landen moet in
nemen, zal men moeten voortgaan met
stabilisatie der prijzen op nog grooter schaal
en met onderlinge coördinatie. Het verschil
lijkt niet zoo groot, als velen schijnen te
IN DE AFGELOOPEN WEEK
VAN DE WEEK
WENDELL L. WILLKEE,
de man, die verleden jaar ernstig
tegencandidaat was van President
Roosevelt voor het presidentschap
van de Vereenigde Staten. Den laat-
sten tijd deed hij van zich spreken
door de reis die hy ondernam naar
Engeland, om zich met eigen oogen
te overtuigen van den werkelijker!
toestand en overleg te plegen met
verschillende leden van de Engelsche
regeering. In Amerika teruggekeerd,
bracht hij opnieuw de Amerikaan-
sche openbare meening in beroering,
door het voorstel in te dienen om
maandelijks 5 of 10 torpedojagers
aan Engeland af te staan een
voorstel, dat van verschillende zijden
heftig wordt bestreden. Willkie is
persoonlijk absolute voorstander van
het verleenen van steun aan Groot-
Brittannië.
meenen. In het eerste geval zal onze hoofd
productie gericht zijn op een complex, da'
wordt gevormd door het geheele Euro
peesche consumptiegebied; in het ander<
geval zal eerst ons eigen land moeten wor
den voorzien en eerst daarna zullen wi.
gaan produceeren voor de overzeesche lan
den, zooals Amerika en Azië. Het resultaa'
zal dus moeten zijn: Rationalisatie over eer
kleiner gebied, of anders verdeeling dei
productiefactoren over verschillende centra
Eén ding staat echter vaster moet eei
nieuwe ordening komen, op welke wijz<
dan ook; en hoe eer deze komt, hoe bete-
het zal blijken te zijn 1
Na afloop van een te Vichy gehouden
ministerraad heeft de secretaris-generaal
van Voorlichting, prof. Portman, medege
deeld, dat de minister van Binnenlandsche
Zaken, Peyrouthon, is afgetreden en tot
ambassadeur te Buenos Aires is benoemd.
Hij voegde hieraan toe, dat het ministerie
van Binnenlandsche Zaken overgenomen
wordt door den vice-president, admiraal
Darlan, die reeds de functies van minister
van Buitenlandsche Zaken en van Marine
bekleedt.
Tot secretarissen-generaal van het mi
nisterie van Binnenlandsche Zaken zijn
benoemd de directeur van departementale
en gemeentezaken, Sabatier, en de direc
teur van de Süreté Nationale, Chavan. De
eerste is benoemd voor bestuursaangele
genheden, de tweede voor politiezaken.
Men verwacht voorts te Vichy het af
treden vqn den minister van Arbeid en
Productie, Belin, tot wiens opvolger de fa
brikant Perrin zou zijn uitverkoren.
Over den ministerraad is het volgende
communiqué gepubliceerd
De ministerraad is onder voorzitterschap
maarschalk Pétain bijeengekomen en
westies besproken betreffende do
r-.offen, de productie en voorts werk
te ...zenproblemen en gezinsvraagstukken.
De ministerraad besloot voorts tot wijzi
ging van de wet op de secretarissen-gene-
raai, in overeenstemming met de nieuwe
organisatie der regeering.
Naar verluidt slaat deze wijziging op de
benoeming van twee secretarissen-gene
raal aan het ministerie van Binnenland
sche Zaken. Volgens de tot dusver gel
dende wet was de benoeming van deze
functionarissen beperkt tot bepaalde mi
nisteries en wel tot één voor elk ministerie.
In het staatsblad is verder de samen
stelling gepubliceerd van het kabinet van
den minister vari Binnenlandsche Zaken,
"^'•ecteur van dit kabinet is gezant Rochat
geworden en kabinetschef korvettenkapi-
tein Guichard, specialist in juridische
marinevraagstukken.
De Londensche radio heeft de scheep
vaart gewaarschuwd tegen het bevaren
van de wateren ten Noordoosten van Sin
gapore, aan de Oostkust van de Zuidelijke
punt van het schiereiland Malakka. In deze
met de geografische lengte en breedte aan
gegeven gebieden zullen zonder nadere
kennisgeving mijnen worden gelegd. Sche
pen, welke door dit gebied willen varen,
moeten bij de Britsche marine-autoriteiten
te Singapore een reisroute aanvragen.
De Britsche ambassadeur te Washington,
Lord Halifax, heeft in aansluiting aan zijn
onderhoud met den Amerikaanschen mi
nister van Buitenlandsche Zaken, Huil, en
den Australischen gezant, Casey, waarbij
vraagstukken van den Stillen Oceaan ter
sprake kwamen, aan de pers verklaard, dat
hij over de dreigende crisis in het Zuidelijk
deel van den Stillen Oceaan niets anders
heeft mede te deelen dan dat Engeland
zijn strijdkrachten aldaar sinds geruimen
tijd heeft versterkt.
Domei meldt uit Washington, dat tijdens
het onderhoud tusschen den Japanschen
ambassadeur, admiraal Nomoera, en presi
dent Roosevelt niet speciaal de ontwikke
ling van den toestand in het Verre Oosten
is besproken. Hun gesprek beperkte zich
tot de algemeene lijnen van de Japansch-
Amerikaansche betrekkingen, waarvan
Roosevelt zeide, dat hij deze op vriend-
schappelijken grondslag wenscht te houden.
Roosevelt zeide voorts, te vertrouwen, dat
wanneer de vraagstukken worden behan
deld op grondslag van het wederzij dsch
verlangen de vriendschap te bewaren, teen
conflict tusschen beide landen nog ver
meden kan worden.
Wat Europa betreft, zou Roosevelt het
Óp uitnoodiging van de Rijksarbeidsleider heeft een Finsche delegatie een bezoek
aan Duitschland gebracht om den Arbeidsdienst aldaar te leeren kennen. In een kamp
te Brandenburg. (Scherl).
IN NEDERLAND
Haagsche uitbreidingsplannen verworpen.
Ged. Staten van Zuid-Holland hebben
hun goeaaeuring onthouden aan het door
den gemeenteraad van 's-Gravenhage op
11 December 1939 vastgestelde uitbrei
dingsplan o.a. voor het Zuidwestelijk ge
deelte dier gemeente (plan Ockenburg,
Mae- en Escamppolder).
Ged. Staten hebben daarbij ambtshalve
o.m. overwogen: dat tegen het plan ver
schillende belangrijke bezwaren bestaan;
dat uit de adviezen vooreerst blijkt, dat de
toekomstige woningbehoefte der gemeente
tot het jaar 1970 ongeveer gedekt wordt
door de woningcapaciteit der in onderdee-
len uitgewerkte gemeentelijke uitbreidings
plannen, zoodat de woningcapaciteit, welke
onder meer in het onderhavige plan, voor
toover dit de bestemming in hoofdzaak be
paalt, vervat is, tot genoemd jaar 'voor de
volkshuisvesting niet noodzakelijk is.
Voorts bestaat er blijkens de genoemde
adviezen bezwaar tegen het tracé van bij
het plan ontworpen hoofd verkeerswegen
en de plaats, waar zij elkander zullen krui
sen of ontmoeten. De vraag op welke wijze
aan dit bezwaar kan worden tegemoet ge
komen behoort nader onder het oog te
worden gezien in samenhang met de
Btreekbelangen welke bij het plan betrok
ken zijn.
Nog steeds de griep.
Wegens het groote aantal griepgevallen
onder docenten en leerlingen is het ge
meentelijke Lyceum te Enschede voor
eenige dagen gesloten.
Te Delfzijl (Gr.) is wegens het heerschen
van griep de zeevaartschool Abel Tasman
voorloopig gesloten. Ongeveer vijftig leer
lingen worden nu op het internaat ver
pleegd, allen in lichten graad aan griep
lijdende.
Verder zijn ook wegens het heerschen
Duitsche pantserwagen
steile helling.
neemt een
(Scherl)
van de griep alle scholen te Steenderen en
Vragender (gem. Lichterwoude) gesloten.
Minder koffie en thee voor de
restaurants.
Nu met ingang van 1 Februari 1941 het
koffie- en theerantsoen van resp. 250 gram
en 75 gram werd teruggebracht tot resp.
125 gram en 50 gram, wordt met ingang
van dien datum elk hotel-, café-restaurant
enz. slechts voorzien op de basis van 25
pet. van het verbruik over hat overeen
komstige tijdvak van het vorige jaar.
Dit „25 pet. van het gebruik over het
overeenkomstige tijdvak van het vorige
jaar" maakt een ernstiger indruk dan het
feit, waarvan hier sprake is, eigenlijk be
teek ent. De vermindering van de toewij
zing komt n.1. slechts daarop neer, dat de
rantsoenen van café-restaurants verhou
dingsgewijs ongeveer evenveel kleiner zijn
geworden als de koffie- en theerantsoenen
van particulieren.
Nederlandsche kunstenaars naar
Duitschland.
Een aantal Nederlandsche kunstenaars
heeft onlangs gelegenheid gehad, op uit
noodiging van den rijkscommissaris een
studiereis door Duitschland te maken. Na
hun terugkeer drukten de deelnemers hun
geestdrift uit over hun in Duitschland ver
kregen indrukken, zooals ook uit talrijke
brieven aan den rijkscommissaris blijkt.
Alle Duitsche instanties, waarmede de
Nederlandsche reizigers in contact zijn ge
komen, zoo schrijft een van hen, zijn hun
met groote vriendelijkheid tegemoet ge
komen. In het bijzonder zullen de uren,
welke gemeenschappelijk met Duitsche
kunstenaars zijn doorgebracht, onvergete
lijk blijven.
De representatieve bouwwerken van het
Derde Rijk ondervonden de bijzondere be
langstelling van den schrijver, die zelf
architect is. De in Neurenberg in aanbouw
zijnde gebouwen zijn, zoo schrijft hij, sym
bolisch voor de geestelijke krachten, die
in het nieuwe Duitschland overal tot ont
plooiing zijn gekomen.
Vellen van boomen.
De secretaris-generaal van Landbouw
en Visscherij heeft bepaald, dat art. 7 der
Bodemproduotiebeschikking 1939 wordt ge
wijzigd en gelezen als volgt
Bosschen en andere houtopstanden,
waaronder in deze beschikking mede wor
den verstaan enkele boomen, mogen
slechts worden geveild of gerooid krach
tens vergunning.
De gebruiksgerechtigde van den grond,
waarop krachtens een vergunning een
bosch of andere houtopstand geheel of ge
deeltelijk is geveld of gerooid, is verplicht
een gelijke oppervlakte als werd ontbloot
overeenkomstig de hem door den Produc
tiecommissaris voor den boschbouw en de
houtteelt te geven aanwijzingen binnen een
door dezen te stellen termijn na het vellen
of rooien te bebosschen of te beplanten.
Van deze verplichting kan de Productie
commissaris voor den boschbouw en de
houtteelt ontheffing verleenen.
Heerlen beboet.
Naar wij van bevoegde zijde vernemen,
hebben de Duitsche autoriteiten de stad
Heerlen een boete opgelegd van 100.000.
De redenen voor dezen strafmaatregel
moeten worden gezocht in de ongediscipli
neerde verhoudingen en gedragingen van
bepaalde kringen van de bevolking, als
mede in anti-Duitsche demonstraties en
provocaties, welke in Januari zijn voorge
vallen. Dit is mede aanleiding geweest voor
de Duitsche autoriteiten om den hoofd-
commisaris van politie van Heerlen van
zijn functie te ontheffen.
Middelburg staat er slecht voor.
De begrooting voor 1941 van Middelburg
wijst een tekort aan van 355.104. Dit
tekort ontstond hoofdzakelijk, omdat voor
dit jaar geen enkele extra uitkeering van
het Rijk mag worden geraamd, welke
raming 106.800 zou hebben bedragen.
Omtrent de verdere oorzaken van het te
kort deelen B. en W. mede, dat als gevolg
van het feit, dat een groot aantal perceelen
te Middelburg is verwoest, de verschillen
de gemeentelijke belastingen en heffingen
lager moesten worden geraamd, hetgeen
bij vergelijking met de raming voor 1940
een nadeelig verschil van 34.600 op
leverde. De lagere raming der belastinguit-
keeringen van het rijk bedraagt om dezelf
de reden 39.200; de uitkeering uit het
gemeentefonds moest in totaal 33.000
lager worden geschat. Ten slotte geven de
geraamde bedrijfswinstenals recht-
streeksch gevolg van den oorlogstoestand
een lager cijfer aan van ƒ41.000.
Slachten door gestichten en instellingen.
Het Rijksbureau voor de Voedselvoor
ziening in Oorlogstijd maakt bekend, dat
voor gestichten en instellingen, die de ge
woonte hadden om in de eigen vleeschbe-
hoefte te voorzien door zelf runderen (en
varkens) te slachten en daarbij over een op
grond van de Vleeschkeuringswet goedge
keurde slachterij beschikken, thans de ge
legenheid is opengesteld om van de plaat
selijke toewijzingscommissie voor vee en
vleesch, in welke ressort zij gelegen zijn,
runderen en kalveren te ontvangen, nadat
tevoren bij het distributiekantoor ter
plaatse een voldoend aantal bonnen is
ingeleverd en een ontvangbewijs daarvoor
is verkregen.
Dit ontvangstbewijs moet aan de plaat
selijke toewijzingscommissie voor vee en
vleesch worden overgelegd.
Gestichten en instellingen kunnen dus
voortaan slechts runderen slachten, welke
hun door de plaatselijke toewijzingscom
missie zijn toegewezen.
DE SPAANSCHE OORLOGSINVALIDEN.
Als leden van den Spaanschen Bond van
Oorlogsinvaliden die persoonlijk den
titel dragen van „Caballero Mutilado"
waren einde 1940 ingeschreven 40.432 per
sonen. Daaronder bevonden zich 421 zwaar
gewonden (hiertoe behooren o.a. blinden
en merischen, die zoowel hun armen als
hun beenen hebben verloren, ongeneeslijk
verwonde bedlegerigen) 758, zwaar tot
lichtgewonden 168 en voor verschillende
werkzaamheden geschikten 39.083. In' het
afgeloopen jaar zijn 50.000 aanvragen be
handeld. Hiervan is op 36.230 gunstig be
slist, terwijl 8180 werden afgewezen. In
bèhandeling zijn nog 13.396 aanvragen.
De invaliden, die tot de eerstgenoemde
categorie behooren, zijn voor allen arbeid
ongeschikt, evenals die van de tweede. Zij
krijgen van den Spaanschen staat een pen
sioen, dat hun veroorlooft rond te komen.
De invaliden, die tot de derde categorie
behooren wier wonden nog niet genezen
IN KAART
CANADA'S ECONOMISCHE
MOGELIJKHEDEN.
Canada heeft, wanneer men zijn natuur
lijke rijkdommen per hoofd der bevolking
omslaat, meer grondstoffen dan eenig ander
land ter wereld. Thans heeft het reeds den
grootsten uitvoer van tarwe, papier, nikkel
en asbest, doch er schuilen nog geweldige
mogelijkheden in dit land.
Het grondgebied van Canada beslaat een
oppervlakte van 3.694.863 vierk. mijl; het
land is dus iets grooter dan de Ver. Staten.
Daarentegen telt het slechts 10.376.786 in
woners, van wie 2.747.419 van Engelsche
en 2.937.990 van Fransche afkomst zijn.
Bijna de helft der bevolking is van andere
dan Engelsche nationaliteit. Het aantal
zijn, staan nog steeds onder geneeskundig
toezicht.
De bond belast zich met het Verschaffen
van werk aan hen, die nog tot werken in
staat zijn, de opleiding van lichamelijk voor
hun eigen beroep ongeschikt gewordenen
tot een ander beroep, verzorging van de
blinden, het onderbrengen van onvoldoend
geestelijk onderlegden in speciale scholen,
het stichten van scholen voor analphabeten
in de provincie, enz. Eind 1940 waren door
de zorgen van den bond 15.629 oorlogs
invaliden weder aan werk geholpen.
NEWFOUNDLAND STEUNPUNT
Zooals men weet zijn de Vereenigde
Staten begonnen met de bezetting van de
steunpunten voor leger, vloot en lucht
macht die Engeland hun heefi afgestaan
Duitschers in Canada bedraagt ongevee
600.000.
Voor Engeland beteekent Canada nie
alleen het dichtstbijgelegen toevluchtsoorr
voor geëvacueerde kinderen, doch het is
vooral van belang als aanvullingsbron vooi
de Engelsche bewapeningsindustrie. Wan
neer evenwel de nog in wording zijndt
Canadeesche wapenindustrie in staat za
zijn aan de stijgende eischen van het moe
derland te voldoen, is nog een open vraag
De nauwe handelsbetrekkingen tusschei
Canada en de Vereenigde Staten Canada
drijft op grooter schaal handel met dit land
dan met Engeland wijst reeds op Cana
da's natuurlijke verbondenheid met het na
buurland. Mocht Engeland niet als over
winnaar uit dezen oorlog te voorschijn
treden, dan is het niet moeilijk te voor
spellen, dat de vereeniging Vvan Canada
met de Vereenigde Staten in den zin van
de Amerikaansche opvatting van de Wes
telijke hemisfeer een feit zal worden.
voor de monding van de St. Laurentius-
rivier. Newfoundland, het groote Engelsclu
eiland, dat voor de St. Laurentiusrivier ligt
Newfoundland ligt vlak voor de rivier,
die nog steeds de economische slagader vat
Canada vormt. Men zou het ook aldus kun
nen uitdrukken: tusschen het Engelsclu
eiland en den staat Canada, die deel uit
maakt van het Britsche gemeenebest,
schuift 2ich het eiland Newfoundland, dal
van dit oogenblik af behoort tot het Ame
rikaansche verdedigingssysteem. New
foundland op zichzelf heeft nooit veel ta
beteelcenen gehad. In weerwil van zijn
grootte wordt het bewoond door niet meer
dan 250.000 menschen, die hoofdzakelijk
van de visscherij leven. Ook de boschbouw
speelt nog een zekere rol, terwijl de bodera
bepaalde ertsen bevat. De omstreken vat»
Newfoundland zijn bekend door hun rijk
dom aan visch vooral aan kabeliouw
8|NÖSW ftV
Q Nikkel ÉS Zilver
'ik Goud Asbest
X Ijzer O Steenkool
Spoorwegen iischvangst
Tdrwe-dreadl Bosch
BevolkingIndustrie
rIEWAN
MANITOBA.--
VpTuaR'?
BRUN5WIJK