voor SOEST en BAARN
HET VERKORTE FRONT
THANS GESTABILISEERD.
Sovjet-offensieven verzwakken.
TIJÖELilK GESLOTEN,
Fabrikant, Groothandelaar of
Winkelier
Boekeninzameling.
HET BADHOTEL TE BAARN
InFebruari 567.800 b.r.t.
gekelderd.
!i:
*1
Wie is de hoofdschuldige aan prijsopdrijving
IN ANDERE HANDEN.
NUMMER 18
ABONNEMENTSPRIJS: voor Soest en Baarn
0.90 per drie maanden, daarbuiten 1.05.
Losse nummers 6 cent. Advertentiën worden
ingewacht tot uiterlijk Dinsdags- en Vrijdags
middags te 12 uur.
Verschijnt Woensdags en Zaterdags
Uitgave:
N.V. Eerste SoeSter Electr. Drukkerij, Soestdijk.
TWEEDE JAARGANG
HET NIEUWSBLAD
ZATERDAG 6 MAART 1943
OMROEPERS (bij vooruitbetaling) 1 tot 20
woorden 0.92. Elk woord meer 4 cent.
Rubriek „Betrekkingen gevraagd" en „Betrek
kingen aangeboden": 120 woorden 0 77
Elk woord meer 0.03
Overige advertenties prijs op aanvraag.
Redactie en Adm.: Van Weedestraat 7,
Soestdjjk. Telefoon 2962 Giro 161165
De stabilisatie van het Oostfront
heeft zich thans nagenoeg voltrokken
en wel op een linie, die niet alleen
goede mogelijkheden voor de verdedi
ging biedt, maar tevens met het oog
op de aanvalsoperaties in den a.s. zo
mer gekozen is. Terwijl deze linie in
den noordelijken en centralen sector,
behalve bij het Ladogameer en Weli-
kije Loeki, nauwelijks verschilt van
die in het vorige jaar, verloopt zij in
den zuidelijken sector van Taganrog
langs de rivier de Mioes, in Noordelijke
richting tot Worosjilofgrad, vandaar
tot enkele kilometers bewesten van
Charkow en Koersk, vervolgens naar
Orel, iets ten westen van Rzjev, om
van daar af te buigen naar het Ilmen-
meer, vanwaar het in Noordelijke
richting naar het Ladogameer ver
loopt. De pogingen van sterke Sovjet
troepen om vanuit Isjoem aan den bo
venloop van den Donets in zuidelijke
richting door te Stooten en aldus de
Duitsche troepen in het Donetsbekken
van hun achterwaartsche verbindingen
af te snijden, is thans definitief ver
ijdeld. In tegenaanvallen hebben de
Duitsche troepen over een breed front
den middenloop van de Donets be
reikt. De SS-divisie „Wiking", waarbij
ook vele Nederlandsche vrijwilligers
dienen, had een werkzaam aandeel
aan deze gevechten.
De stad Rzjev werd volgens de in
de plannen voorziene bewegingen ter
verkorting van het front ontruimd,
waarbij de achterhoeden, die de stad
sinds dagen nog slechts bezet hielden,
zich in den nacht van 2 op 3 Maart
ongemerkt van den vijand losmaakten,
nadat de bruggen over de Wolga wa
ren opgeblazen.
Vijandelijke aanvallen op het brug
genhoofd aan den Koeban en op de
stelling aan de Mioes werden onder
bloedige verliezen voor den vijand af
geslagen. Ook op andere frontgedeel-
herbeeldcn'^in b crisgswicten bun
massale stormaanvallen, die echter
wederom dood liepen en den vijand
alleen maar op groote verliezen kwa
men te staan. De^offensieve kracht der
Sovjet-Russische strijdkrachten is
thans overal aan het front merk
baar verminderd, met uitzondering
van het gebied rond Orel.
Alleen in het gevechtsgebied van
Grêl verloren de Sovjettroepen in den
sector van één Duitsch legercorps
meer dan 30.000 dooden in de maand
Februari.
Bij een luchtaanval op Berlijn in
den nacht van Maandag op Dinsdag
zijn 191 dooden te betreuren en 268
gewonden; onder meer werden drie
ziekenhuizen getroffen en zwaar be
schadigd, terwijl de historische, oude en
eerbiedwaardige Hedwigs-kathedraal,
de voornaamste kerk der roomsch-
katholieken in Berlijn, zware schade
leed en vrijwel geheel uitbrandde; ook
vier andere kerken leden zeer groote
schade, terwijl twee tehuizen voor
ouden van dagen aan den aanval ten
offer vielen.
Het aantal neergeschoten vijandelij
ke vliegtuigen bedraagt volgens de
voorloopige berichten 21.
MILLIOENEN DOODEN,
GEWONDEN EN GEVAN
GENEN.
Sedert het uitbreken van den strijd
tegen de Sovjet-Unie verloor het roo-
de leger volgeris een Duitsche opgave
5.4 millioen man aan krijgsgevange
nen, voorts 12.8 millioen dooden en
gewonden, zoodat de totale verliezen
ruim 18 millioen man bedragen. Aan
oorlogstuig gingen 48.000 stukken ge
schut en 34.000 tanks verloren, waar
uit blijkt in welken omvang de Sovjet-
Unie zich op den oorlog had voorbe
reid en hoe groot het bolsjewistische
gevaar voor ons werelddeel was ge
worden.
VON RIBBENTROP IN
ITALIë.
De Duitsche Minister van Buiten-
landsche Zaken Von Ribbentrop heeft
in opdracht van den Führer enkele
dagen met een uitgebreide staf van
medewerkers in Italië verfbefd en al
daar vele besprekingen gevoerd. Von
Ribbentrop werd ook door Mussolini
ontvangen en overhandigde hetr. een
persoonlijke boodschap van den
Führer. Tijdens de besprekingen wer
den alle vraagstukken betreffende de
Europeesche politiek en de gemeen
schappelijke oorlogsvoering der mo
gendheden van het pact van drie be
sproken. De Duitsche pers schonk zeer
veel aandacht aan deze ontmoeting en
vergeleek het Duitsch-Italiaansch
communiqué met dat van de gealli
eerde conferentie te Casablanca, dat
eveneens van volledige overeenstem
ming sprak, maar in werkelijkheid de
geschillen tusschen de geallieerde
„bondgenooten" nauwelijks voor het
oog der wereld kon verbergen.
IN FEBRUARI 567.800 TON
TOT ZINKEN GEBRACHT.
De strijd der duikbooten van de
spil tegen de geallieerde scheepvaart
gaat in stilte, maar met onverminder
de hevigheid voort. In Februari werd
door Duitsche strijdkrachten 567.800
ton scheepsruimte tot zinken gebracht,
waarvan 543.300 ton door duikbooten.
Voorts werden een kruiser, enkele
duikbooten en een aantal kleinere
eenheden naar den bodem der zee ge
jaagd.
TURKIJE IN DE BRANDING.
In de speculatie omtrent een even
tueel geallieerd offensief tegen Euro
pa blijft Turkije een belangrijke plaats
innemen. Zoo wordt in Turksche krin
gen de mogelijkheid besproken, dat
Engeland en de Ver. Staten Syrië en
den Libanon zullen gebruiken als ba
sis voor een actie in het oostelijk bek
ken van de Middellandsche Zee. Het
grootste gedeelte der Amerikaansche
Luchtstrijdkrachten in Palestina en
Syrië is naar Cyprus overgebracht.
Naar thans blijkt, heeft voorts op de
conferentie te Adana een uitbreiding
van het Turksche verkeersnet een
punt van bespreking uitgemaakt. De
door de Engelsche gewenschte uit
breiding bleek vooral de verbindingen
van Oost naar West te betreffen.
GANDHI'S VASTEN
GEëINDIGD.
Ondanks de pessimistische verwach
tingen heeft Gandhi, de 73-jarige lei
der der Indische onafhankelijkheids
beweging, zijn hongerstaking goed
doorstaan en thans voor het eerst
weer wat sinaasappelsap gebruikt.
Na een ernstige verslechtering van
zijn toestand trad een verbetering in,
zoodat hij tijdens de laatste dagen van
zijn hongerstaking in staat was be
zoek te ontvangen. In het Britsche La
gerhuis verklaarde Amery, de Minis
ter voor Br.-Indië, dat Gandhi met zijn
vasten een onvoorwaardelijke invrij-
heidsstelling wilde bereiken. Amery
achtte zich echter niet gerechtigd tot
het vrijlaten van mannen, die zich te
gen de geallieerde oorlogsvoering
keeren.
In de komende dagen en weken zul
len verschillende maatregelen door
gevoerd worden, welke allen ten doel
hfhh» 'Je eece.o™.::che fcrscmSn van
ons land te mobiliseeren in den strijd
tegen het bolsjewisme. Luxe winkels
en bedrijven, die in deze tijden van
minder belang zijn^ zullen gesloten
moeten worden en het personeel zal
op andere plaatsen te werk worden
gesteld. Voor de betrokken personen
zal dit hard zijn en de offers, die in
de komende dagen gebracht moeten
worden, zijn niet gering. Van veel zal
in deze dagen afstand moeten worden
gedaan. Alle lafheid, alle schijn zal
verdwijnen, de grimmige werkelijk
heid zal door iederen Nederlander
onder de oogen moeten worden ge
zien. Het bolsjewisme beukt op de
poorten van Europa, en de strijd
wordt thahs niet alleen aan het oost
front gevoerd, neen, de oorlog^ eischt
thans overal in Europa offérs van
ieder individu, staat voor elke huis
deur en voor elk bedrijf. En wie een
maal de grootere lijnen heeft er
kend, wie het gevaar heeft ingezien,
dat iédere menschelijke en vooral
iedere economische existentie be
dreigt, die zal moeten toegeven, dat de
sluiting van zijn bedrijf of de weg
naar de fabriek minder hard is dan
aanvankelijk wel leek. Liever een tij
delijk gesloten winkel, dan de puin-
hoopen van een zaak, die door de
bolsjewistische batterijen met den
grond gelijk zijn gemaakt.
De oorlog klopt thans aan iedere
deur. Ieder bedrijf in Nederland,
iedere familie, elk bezit wordt be
dreigd door de gemechaniseerde ro
bots uit het Oosten, door de onmen-
schelijke horden van Stalin. Het zou
misdadig zijn om nog langer met de
handen in de schoot af te wachten.
Wie zich paait met de hoop, dat ook
dit gevaar wel voorbij zal gaan, is bij
voorbaat verloren.
In dit licht bezien, zijn de offers,
welke thans door duizenden in ons
land gebracht moeten worden, niet
zoo zwaar als het aanvankelijk wel
lijkt. Van millioenen andere Europea
nen worden thans offers verlangd,
waarbij de sluiting van een winkel of
bedrijf, de gedwongen verandering
van beroep of de tewerkstelling buiten
de grehzeh van ons land slechts k'n-
derspel is. Duizenden zijn gevallen in
den strijd tegen den rooden moloch,
duizenden zijn vermist of voor hun le
ven verminkt. Zij streden voor Euro
pa, voor de geestelijke en materieele
waarden van het Avondland. Hoe wei
nig beteekent dan het offer van een
gesloten zaak? De gevallenen keeren
niet terug, de vermisteh waarschijn
lijk evenmin, maar de winkelier, de
zakenman hoeft niet voor altijd af
scheid te nemen van zijn winkel of
bedrijf. Voor hem geldt het troostvol
le woord, dat thans achter de leege
winkelramen van zijn gesloten win
kel is opgehangentijdelijk
Te Roermond Is een vormingsbijeenkomst der N S.D.A.P. en de N.S.B.
gehouden. De Leider van de Nationaal Socialistische Beweging der
Nederlanden, Ir. Mussert, inspecteert de aangetreden eereformaties Links
Hauptdienstleiter Schmidc Arbeitsber. NSDAP-Stapi-Pax m
(Van een onzer redacteuren).
In de twee vorige artikelen hebben
wij gepoogd aan te toonen, aan de
hand van verschillende voorvallen uit
de practijk, dat er nog wel het een
en ander mankeert aan de prijsbe-
heersching hoe goed dit instituut ook
bedoeld is. Dat is ons trouwens, op
onzen ééndaagschen tocht met een
ambtenaar van de prijsbeheersching,
wel gebleken. En heel dikwijls is het
moeilijk om uit te zoeken wie nu
eigenlijk schuldig is: de winkelier, of
de grossier. En er zijn ook gevallen,
waarin het staat te bezien, of één
van beide handelaren schuldig zijn,
omdat er aanwijzingen zijn t.a.v. de
schuld in de richting van den fabri
kant. Alleen, lever maar eens het be
wijs! En dat is in zoovele gevallen
de groote moeilijkheid.
Neemt U bijvoorbeeld de groente
boer. Wij be-
~i_~u hoeven elkaar
Met de Priis- I niet te verl?lc£-
ïviei ae rrijs j men_ ,lat dezen
tciice/suuug i "ma uèei wat
I 0 moeilijkheden
op stap. leeft te over-"
winnen op de
veilingen. Want
dat een groot aantal grossiers in
groenten en fruit knoeien en alleen
maar bepaalde soorten groenten kün-<
nen leveren ysr* boven den vastge
steld vli maximum prijs. Wij weten
van gevallen, waarin een grossier
zeide tot een kleinhandelaar: „Ik kan
je helpen aan een paar kisten bloem
kool, maar die kooltjes kosten je dan
35 cent het stuk (14 ct. boven den
vastgestelden prijs). En als ze je soms
vragen, wat je er voor betaald heb,
moet je zeggen: 21 cent, want ik wil
er geen last mee hebben en als ik er
door jou stuk mee raak, behoef je
bij mij niet meer terug +e komen."
Wat moet de groenteboer doen?
Geeft hij den grossier aan. dan krijgt
hij ongetwijfeld een zware straf, maar
zooiets lekt spoedig bij andere gros
siers uit en de winkelier kan zijn bie
zen wel pakken. Hij zal alleen datge
ne kunnen koopen op de veiling, wat
er voor iedereen is en de anderen, die
het minder nauw nemen, zullen kist
jes bloemkool voor 35 cent, en zoo
voorts kunnen ki-ijgen. De aanbrenger
natuurlijk niet.
Zoo zagen wij op onzen tocht in een
dorp in het midden des lands iemand
uit een groentenwinkel komen met
een bloemkool. We stapten den groen
tewinkel in en vroegen een bloem
kool. De groenteman, die ons blijk
baar al niet vertrouwde (welke man
komt er nu bloemkool halen; dat is
immers vrouwenwerk!) verklaarde
„tot zijn grooten spijt!" geen bloem
kool te hebben. „Ik heb er al in we
ken geen één in huis gehad, heeren!"
Dat was natuurlijk een leugen, want
wc hadden zelf een klant uif den
winkel zien komen.
We vertrokken, stapten in ons wa
gentje en reden het dorp uit. In het
spiegeltje zagen wij, dat de groente
boer ons omzichtig stond na te kij
ken. Ja, we reden het dorp uit, heel
ver, maar via een anderen weg keer
den wij er aan den anderen kant weer
'i«, parkeerden het wagentje in een
garage, zoodat het nummer niet te
z en was, en wandelden opnieuw in de
rehting van den groentenwinkel. In
dé buurt stelden we ons verdekt op.
Ons geduld werd lang op de proef ge-
s.eld, want eerst na anderhalf uur
zagen wij een vrouw, den winkel uit
komen, ook weer met bloemkool! Op
dan hoek hielden we haar aan. „Wat
hebt U voor dat bloemkooltje be
taald?" „O", was het antwoord, toëh
de controleur zich behoorlijk had ge
legitimeerd, „18 cent". Dat kon nooit
kloppen, want de maximumprijs was
o^) dezen dag 23 cent, dus de prijs zou
nog lager zijn! We gingen met de
vrouw en het kooltje naar den win
kel; vooraf was de vrouw gewaar
schuwd, dat ze geen woord zou mo-
gJn zeggen over den prijs.
De winkelier verschoot van kleur,
teen hij ons ten tweeden male zag,
ditmaal met Ccix klant, die bloemkool
bid gekocht. „Wat heeft die vrouw
Uit bloemkooltje bij U betaald?"
vroeg de controleur. „Eh", antwoord
de de groenteboer, „eens even naden
ken, o ja, 23 cent!" De officieele prijs
wilde hem natuurlijk niet terstond te
binnen schieten en de controleur was
handig vóór de prijslijst, die in den
winkel hing, gaan staan. „Eigenaar
dig", meesmuilde de controleur, „de
vrouw verklaart 18 cent betaald te
hebben." „Ik heb me vergist", ant
woordde de klant snel, het was inder
daad. 23 cent."
„Maar", zoo vervolgde de contro
leur, „ik dacht, dat U geen bloem
kool had."
„Had", antwoordde de sluwe groen
teboer, „dat klopt. Ik heb ze nog geen
tien minuten in huis. Zoo juist van
de veiling uit Uontvangen."
Laten we U het verdere relaas be
sparen, lezer en lezeres. U begrij'pt
wel, dat den groenteboer niets ten
laste gelegd kon worden. Het «preekt
natuurlijk vanzelf, dat de klant in
kwestie zoo goed als alle andere
klanten minstens 35 of 40 cent voor
het bloemkooltje betaald heeft, maar
de klant zwijgt uit angst voor den
winkelier en de winkelier moet wel
een hoogeren prijs aan den grossier
betalen, want anders heeft hij niets
anders dan kool, kool en nog eens
kool in zijn winkel.
Uit hetgeen wij dan ook ervaren
hebben op onzen tocht, durven wij ge
rust te verklaren, dat in heel veel ge
vallen. de winkelier niet de hoofd
schuldige is, maar de grossier. En
voor wat betreft goederen, vaak in
nog meerdere mate de fabrikant. De
controle bij den bron schijnt nog niet
zoo afdoende te zijn als wel ge-
wenscht is. Anders zouden de fabri
kanten niet goederen in den handel
brengen tegen prijzen, die zoo fantas
tisch hoog zijn, dat men van stomme
verbazing de handen in elkaar slaat.
Want wat bijvoorbeeld te denken van
een speelgoedpaardje, een simpel
stukje slecht afgewerkt en slordig
geschilderd hout, dat vóór den
oorlog hoogstens 3 dubbeltjes zou
kunnen opbrengen, nu in de etalage
prijkend voor twee gulden vijf en
twintig? De speelgoedwinkels liggen
overstroomd met dit pruHige spul
tegen prijzen, waarvan men schrikt.
En men kan er ongestoord mee door
gaan, want het schijnt te mogen. Nu
mag de prijs van het hout en de prijs
van de verf gestegen zijn, maar toch
niet in die mate, dat een stukje
speelgoed van 30 cent nu ineens 2.25
kost!
Daarom: er klopt iets niet bij de
prijsbeheersching. Bekijk de zaak hóe
men wil, maar steeds zal men tot
deze slotsom komen. Met alle waar
deering voor het werk, dat het insti
tuut voor de prijsbeheersching in al
die maandeh van zijn bestaan voor de
gemeenschap heeft gedaan, moet ge
constateerd worden: het is nog maar
een druppel op de gloeiende plaat.
Men zwendelt vroolijk verder, men
pleegt prijsopdrijving tot vaak meer
dan lüü °/o, men oefent pressie uit op
bange klanten en gewetenlooze win
keliers, grossiers, groothandelaars en
fabrikanten spekken hun bankreke
ningen en portefeuilles ten koste van
den kleinen man, die als altijd het ge
lag moet betalen.
Ir. een volgend artikel zullen wij
eens de bevindingen van enkele win
keliers laten hooren, zoodat deze
kwestie ook eens van den anderen
kant belicht kan worden.
voor 'arbeiders in Duitschland.
Deze maand wordt er voor de in
Duitschland te werk gestelde Neder
landsche arbeiders in het geheele land
een inzameling gehouden van boeken,
teneinde deze arbeiders, die ver van
huis en gezin arbeiden, in staat te
stellen hun vrijen tijd op aangename
wijze door goede .1 interessante lec
tuur door te brengen. Wij allen we
ten, hoezeer verveling geestdoodend
is en aanleiding kan geven tot aller
lei ongewenschte toestanden en han
delingen. Lectuur is daarom altijd in
dergelijke gevallen van het grootste
belang en degenen, die dan ook boe
ken en tijdschriften van huis ontvan
gen, zijn er zeer blijde mede.
De boekeninzameling wordt ook in
de gemeenten Soest en Baarn gehou
den en gepoogd zal worden de boeken
vóór 15 Maart in te zamelen zoodat
zij spoedig naar Duitschland kunnen
worden opgezonden ten bate der Ne
derlandsche arbeiders.
Er zijn eenige centrale punten aan
gewezen, waar deze boeken in ont
vangst kunnen worden genomen voor
het gemelde doel. Deze zijn:
VOOR SOEST: Noorderweg 27; Bunt-
weg 20.
VOOR BAARNDistributiekantoor;
Laanstraat 68; Bosstr. 9; School
straat 22; Heemskerklaan 18.
Degenen die daar spoedig de boe
ken, die zij voor het vermelde doel
kunnen missen, doen bezorgen, ver
richten daarmede een goed werk.
NIEUWE KRINGLEIDER.
Met ingang van 1 Sprokkelmaand/
Februari 1943 is benoemd tot Kring
leider van den Kring Geldersche Val
lei der N.S.B., de heer J. Kramer,
Spaarnestraat 47 te Amersfoort.
Met ingang van dien zelfden datum
is eervol ontslag als zoodanig verleend
aan den heer H. Froonhof, Emmastr.
12, te Baarn.
PETROLEUM VOOR
VERLICHTING.
Tot en met 31 Maart 1943 geven de
met „11 verlichting" der bonkaar S
108 en de met „29 verlichting" der
bonkaart S 208 gemerkte bonnen elk
recht pp het koopén van een liter pe
troleum. De te verkrijgen hoeveelheid
bedraagt dit wordt uitdrukkelijk
onder de aandacht gebracht thans
één liter per bon in plaats van de tot
nu toe gebruikelijke twee liter.
PETROLEUM VOOR KOKEN.
Tot en met 21 April 1943 geven de
met „05" genummerde bonnen van de
bonkaart „EA" voor kookdoeleinden
elk recht op het koopen van een liter
petroleum.
EUROPA
.Ah Je kans riet om binnen te
komen, kun je wat mij betreft
met hen doen wat je wilt
Ttckeolofl Erik-Felhnga-Pak m
Iets over de historie ervan.
Naar wij vernemen is het Badhotel,
alhier, in andere handen overgegaan
en thans in het bezit gekomen van de
combinatie, welke o.a. ook het Carl-
ton Hotel, „Trianon", „Savoy", „Asto-
ria", allen te Amsterdam exploiteert.
De heer de Graaf, die het hotel sedert
1921 exploiteerde, zal zich voorloopig
te Soest vestigen.
Het Badhotel, dat thans bijna 56
jaren telt, geniet de laatste jaren ook
al eenige bekendheid als „Het Kur-
haus in de bosschen."
Is het tegenwoordig uitsluitend ho-
telbedrijf, de oprichters beoogden niet
zoozeer de exploitatie van een hotel
dan wel van een koudwatergeneesin-
richting, naar buitenlandsch voor
beeld.
In de vorige eeuw bracht n.1. Vin-
cenz Priessnitz, een boer uit Oosten-
rij ksch Silezië, met energie en volhar
ding de hydrotherapie tot aanzien,
vond nieuwe methoden uit, genas'dui
zenden patiënten en opende een nieuw
tijdperk voor de koud water-genees
wijze.
Hoewel Priessnitz' opvoeding niet
uitging boven die van andere boeren
jongens, bezat hij een bewonderens
waardige opmerkingsgave. Hij ont
dekte, dat wonden en kneuzingen bij
paarden'en koeien spoediger genazen
als hij die met koud water verbond,
hetgeen hem een zekere vermaard
heid bezorgde in het genezen van
veeziekten. Een ongeluk, dat hem zelf
op 17-jarigen leeftijd overkwam,
waarbij hij twee ribben brak, maakte
evenwel van hem den man, wiens
naam beroemd werd: Priessnitz ge
nas zijn gebroken ribben zelf! Met de
borst op een stoelleuning steunende,
bracht hij de afgeweken breukeinden
der ribben weer op hun plaats, legde
koude, natte omslagen en was na 10
dagen in staat op te staan, niettegen-
staanden de dorpsdokter hem had
voorspeld, dat hij zijn leven lang ge
brekkig zou blijven!
Deze genezing was oorzaak, dat hij
een praktijk begon te krijgen, eerst
van patiënten uit zijn dorp, later ook
van verder afgelegen plaatsen. Hij
besloot een Wasserheilanstalt te stich
ten, waarvoor hij na veel moeite, toe
stemming van de regeering kreeg en
welke gevestigd werd te Grafenberg
in Oostenrijksch Silezië.
Maar niet alleen bewondering, ook
navolging vond Priessnitz. In 1840 be
zat Duitschland reeds meer dan 30,
Polen 1 en Rusland 3 watergeneesin-
richtingen! De oorspronkelijke koud-
watergenees-inrichtingen veranderden
evenwel geleidelijk aan van aard;
naast deze behandeling, die niet in al
le gpvallen dienstbaar bleek, werden
electriciteit, massage, heilgymnastiek
enz. als medehelpsters aangewend.
Het koudwaterverband is nog steeds
als Priessnitzsche omslagen bekend!
In ons land bestond eveneens reeds
vroeg een koudwatergeneesinrichting,
n.1. „Bethesda" te Laag-Soeren, doch
hier bleef men zich langer dan in het
buitenland aan deze eenige geneeswijs
ze vasthouden, met uitsluiting van an
dere.
Het groot aantal landgenooten, dat
jaarlijks naar het buitenland ging om
herstel te zoeken, deed de gedachte
rijzen of in ons land geen plaats was
voor een tweede geneeskundige in
richting en hiermede komen wij dan
eindelijk op de geschiedenis van het
Badhotel.
Op 7 Januari 1885 kwamen ten hui
ze van den heer J. Ed. Teixeira de
Mattos te Amsterdam, de heeren mr.
P. J. Teding van Berkhout, burge
meester van Baarn; jhr. J. Hartsen,
directeur der Baarnsche gasfabriek;
G. Elink Schuurman, lid van den
Baarnschen Raad; J. Nienhuis, parti
culier en J. C. F. Baron d'Aulnis de
Bourouill, gemeente-archivaris te
Baarn, bijeen en werd, na bespreking,
besloten tot oprichting van de N.V.
Koudwatergeneesinrichting te Baarn.
In het Prins Hendrik Park, met zijn
geurende dennenbosschen, waar men
meende den noodigen waarborg voof
rust een eerste vereischte voor een
dergelijke inrichting gevonden te
hebben, kocht de Vennootschap een
geschikt terrein van circa 4 H.A. op
pervlakte. Op 20 Mei 1886 legde het
4-jarig zoontje van Baarn's burge
meester, jhr. B. Ph. de Beaufort, (bur
gemeester Teding van Berkhout was
inmiddels overleden) den eersten steen
van het gebouw, dat de architecten
Th. Sanders en H. P. Berlage hadden
ontworden en dat gebouwd werd door
de heeren J. Bijlaard en N. van Veers-
sen, aannemers te Hilversum. Het
groote park, dat naast het gebouw is
gelegen, werd aangelegd door den be
kenden Baarnschen tuinarchitect, den
heer A. van der Helden, dezelfde die
ook den Spoorboulevard had ontwor
pen.
Het gebouw, welks hoogen toren
reeds van ver de aandacht trok, werd
in rustieken stij1 opgetrokken, zoodat
het volkomen in de landelijke omge
ving paste. De drie onderdeelen van
het bedrijf, hotel, keuken en badin
richting waren streng gescheiden; ze
vormden de drie zijden van een vier
kant; de vierde zijde, nog geheel open,
was voor eventueele uitbreiding be
stemd.
De Raad van Beheer der N.V., wel
ke zijn eerste vergadering in het ge
bouw „Eensgezindheid" aan het Spui
te Amsterdam, hield, bestond uit de
reeds eerder genoemde personen, met
vervanging van den heer Teding van
Berkhout door den inmiddels tot bur
gemeester van Baarn benoemden heer
jhr. mr. B. Ph. t.e Beaufort en met
toevoeging van dr. G. Waller, arts te
Amsterdam. Tot geneesheer-directeur
werd benoemd dr. H. Ph. Baudet, te
Utrecht, en tot directrice mej. J. Tide-
man, voordien in gelijken functie
werkzaam op „Trompenberg", het te
genwoordige Palace-hotel aan den
's-Gravelandschen weg te Hilversum.
In Juli 1886 werd op het terrein de
Melkhal geopend, een gelegenheid, die
eenige jaren bij de bevolking uit de
omgeving in trek is geweest vanwege
de militaire muziekcorpsen, die daar
regelmatig optraden. Exploitant van
deze melkhal was de heer Meermink,
een bekend Baarnsch ingezetene; de
heer W. van Doornik te Baarn was
de bouwer van deze hal. Deze melk
hal is later verbouwd tot stal en thans
reeds geruimen tijd afgebroken.
Op 1 Mei 1887 werd de geneesin-
richting geopend, bij welke gelegen
heid de heer jhr. B. Ph. de Beaufort
te zijnen huize „Peking" een diner
aanbood. Als verdienstelijke leden van
den raad van beheer vinden wij later
nog vermeld de heeren J. van der Aa,
A. toe Laer, J. Harbrink Numan en J.
Basquin. Omtrent de kapitalisatie dei-
vennootschap is niets bekend, wel, dat
in 1894 een tweetal leeningen aflosbaar
werd gesteld.
Ondanks het advies van prof. Kneip,
Pasteurs en Metzger, bleek Nederland
evenwel geen land voor een dergelij
ke, breedopgezette, geneesinrichting
te zijn, het was er blijkbaar nog niet
rijp voor. Reeds spoedig werd het ho
tel als Sanatorium gebruikt en in 1894
werd besloten een algeheele wijziging
in de exploitatie te brengen. Het
(Vervolg pag. 2).