UITGAVE: DRUKKERIJ UIT - SOESTDIJK
De zaak Haver»
Ingezonden stukken.
IN DE HOEK.
Officiële mededelingen.
Burgerlijke stand.
SOESTER COURANT
Verschijnt iedere Dinsdag en Vrijdag
23e JAARGANG - No. 80
Bureau: Van Weedestraat 35 leloon 2566 - Giro 126156
Abonn. p. kwart, f 1-50 - Per post f 1.75.
VRIJDAG 24 OCTOBER 1947
De heer Haver heeft een brochure ver
spreid met de bedoeling zich schoon te
wassen.
Indien alles is zoals- hij zegt, is hij
blank gelijk een engel en Immerzeel de
zwarte schurk.
Het kan zijn, dat de perszuiveringsraad,
welk lichaam de lijst verstrekte met meter
•dan 50 artikelen, waar boven stond: „AR
TIKELEN VAN HAVER'", dat maar ge
fantaseerd heeft.
Het kan zijn, dat de N.S-B.-ers Immer-
zeel, Van Goor den Oosterlingh, Van
Veen e-a., dié in deze zaak TEGEN Ha
ver getuigd hebben, allemaal fantasten,
leugenaars en meimedigen zijn.
Het kan zijn, dat de Duitse brief aan de
rijkscommissaris, geschreven in het ge
stook tegen ons blad, door kabouters is
geschreven. Immerzeel kent n.1. gaen
woord Duits.
Het kan zijn, dat Haver al het mogelij
ke gedaan heeft om alles wat N.S.B.-
geest ademde uit „De Soester'' te hou
den.
Maar tegenover wat kan zijn, stellen
wij alléén het feit, dat de Perszuive-
ringsraad, met de motivering „dat Ha
ver niet meer in de Nederlandse pers
djent terug te keren'', hem voor 10 jaar
heeft uitgesloten en die Raad bestaat
toch waarlijk niet uit een stelletje kwa
jongens!
Wij zien deze zaak dan ook anders.
Het is namelijk de nadrukkelijke wens
van de oude heer Iburg geweest, de
feitelijke eigenaar van „De Soester'', diie
reeds lang vóór de oorlog N.S.B.-
er was dat „De Soester'' na de be
zetting in N.S.B.-geest zou worden ge
redigeerd.
Wie Iburg kent, weet, dat zijn wens een
bevel is en wie niet doet wat hij be
veelt, gaat er uit!
Haver stond toen voor de keus Iburg
en daarmee zijn baan als redacteur te
laten schieten, of zijn baan te behouden
en Iburg's bevel op te volgen.
Voor Haver was, als goed Nederlander,
maar één keus. Hij koos echter verkeerd.
Al het water van de zee kan niet af
wassen, dat hij en niemand anders dan
hij, in de bezettingstijd al het N-S-B.-
vuil van „De Soester'' met zijn naam ge-
11 <jcrU' iieèrt en daarvóór" ais" redacteur
de volüe verantwoordelijkheid aanvaard
en dat hij in ieder geval medegeugeerd
heeft tegen ons blad, dat de volle con
sequenties van goed-Nederlanderschap
wel aanvaard heeft.
De „goiede staat van dienst''» die in de
brochure wordt gepubliceerd, staat daar
volkomen naast, al menen wij te mogen
betwijfelen, of de Commissaris van de
Koningin hetzelfde oordeel zou hebben
gegeven als hij met de beslissing van
de Perszuiveringsraad bekend ware ge
weest!
In andere opzichten kan Haver zich
goed hebben gedragen, maar in zijn
aanblijven bij „De Soester'', met alle
consequenties van dien, was hij volko
men fout.
Bij behandeling voor Tribunalen ziet men
herhaaldelijk, dat personen, die fout
geweest zijn, tóch vaak een aantal goe
de dingen als hulp aan onderduikers,
verbergen van radio's enz. enz. hebben
verricht.
Dit kan de strafmaat verlichten, maar
wat fout was blijft fout en wordt ge
straft.
Voor het overige menen wij, dat het
oordeel van de beroepsinstantie gerust
kan worden afgewacht. Verklaart deze
Haver brandschoon, dan zullen wij de
eersten zijn, om dit met vette le:ters in
ons blad te publiceren.
Mijnheer de Redacteur.
Naar aanleiding van de brochure Haver
enkele opmerkingen, in het bijzonder met
betrekking tot door mij „beweerde on-
juistheden".
Ik heb mij als VERDEDIGER uitslui
tend bepaald tot de SCHRIFTELIJKE
bescheiden van het dossier en de daarin
vastgelegde feiten en verklaringen.
Uiteraard dit is immers de taak en
de plicht van de verdediger hèb ik de
aandacht gevestigd op de door de ver
dachte ontkende beschuldigingen in het
rapport van Haver en op de daarin voor
komende, van iedere GROND ontblote
insinuaties, die klaarblijkelijk slechts de
bedoeling hadden de verdachte te bezwa
ren.
HOE dat, kennelijk van Haver afkomstig,
rapport in het dossier gekomen is,
interesseerde mij natuurlijk niet en het
lag niet op mijn weg daarnaar een onder
zoek in te stellen. Wat mij wél interes
seerde, was, dat de dagvaarding geheel
op dat rapport was gebaseerd.
Op de brochure zal ik niet ingaan; dit
ligt niet op mijn weg. De heer Haver
zal alle gelegenheid hebben dit verweer
in beroep te voeren en aannemelijk te
maken. Slechts één punt heeft mij zeer
getroffen en daarop wil ik toch even
de aandacht vestigen.
De heer Haver schrijft: „Mijn aanblijven
is steeds in overleg met de commissaris
sen der N.V. geschied, met de bedoeling
de inhoud van het blad zo min mogelijk
nationaal socialistisch te doen zijn".
De commissarissen hebben alle,n ONDER
EDE verklaard:
Ie. Dat zij in de bezettingstijd nooit een
letter van De Soesfer gezien hebben.
2e. Dat zij van de nat. soc. inhoud vol
komen onkundig waren.
3e- Dat zij over die inhoud nooit met
Haver of Immerzeel hebben gesproken.
Als de beer Haver waarheid spreekt, heb
ben de DRIE heren Iburg dus mei,neqd
gepleegd.
Met dank voor de opname,
Mr. J. H. v. DOORNE.
Mijnheer de Redacteur.
De kwestie Haver heeft na de publici
teit in uw blad van 3 Ocfobier jj. vele
gemoederen in beweging gebracht en niet
minst het gemoed van de heer
Haver zielf, getuige het verweerschrift,
dat hij dezer dagen huis aan huis heeft
laten bezorgen.
Het is naar aanleiding van dit verweer
schrift, dat mij enkele opmerkingen van
het hart moeten.
De heer Haver is in het openbaar aange
vallen en dat hij het recht heeft zich
daartegenover te verdedigen, zal nie
mand ontkennen. Zoiets is vanzelfspre
kend in een democratische maatschappij.
Het verweersenrift, waarvan H. zich be
dient, om de openbare mening te zijnejn
gunste te beïnvloeden, 'is echter een
bedriegelijk document, daar het bedoeld
is om de aandacht af te leiden van het
kardinale punt. Dit punt is, dat H., ge
durende de bezettingstijd, op een plaats
m het openbare leven, (op dit laatste
aient die nadruk te worden gelegd), <srove
fouten maakte, zodat H. niet werkte
vólgens de door de Ned. Regering gege
ven richtlijnen en niet meer voldeed aam
de normien, die gesteld moesten worden
aan een goed Nederlander.
Desondanks wist H. zich na de bevrijding
j°i\ "eMjies of handige manier va,n
„dekkenweer naar voren te dringen
niet moent zitten. Dk is hetgeen de heer
Haver verweten wordt en niet, dat hij
nooit iets goeds heeft gedaan.
Deze beschuldiging weet H. ook niet fe
ontzenuwen.
In zijn poging hiertoe volgt H. de me
thode om uit uw artikel losse zinsneden
te lichten en daarop dan zijn argumen
ten los te laten.
Ieder weet, dat men op een ejnkJefki, uit
zijn verband gehaalde zinsnede uit eqn
betoog, vernietigende crifiek kan uitoe
fenen, zonder nochtans de strekking vajn
het gehele betoog te kunnen aantasten.
Toen gedurende de bezettingstijd de Duit
sers zich steeds van deze methode be
dienden in hun crïtïek op de geallieer
de berichtgeving, verfoeide een ïedeir
van ons deze tactiek.
Desondanks kan H. nog geen overtuigen
de argumenten aanvoeren. Enige malen
brengt hij de Perszuivering ter sprake,
maar waarom vermeldt hij niets over
het naast bet gewraakte artikel afgedruk
te besluit van de Commissie voor de
Perszuivering? Natuurlijk niet, omdat dit
met één slag al zijn beweringen op dit
punt te niet doet.
We kunnen veilig aannemep, dat al de
door H. aangevoerde argumenten bij de
behandeling van zijn zaak naar voren
zijn gebracht, doch blijkbaar toch niief
steekhoudend zijn bevonden!
De heer Haver had meer gezond ver
stand bij het Soester publiek moeten
veron der stellen.
Voor een opmerkelijk lezer vergeet H.
bovendien bij het „uitlichten"' van zijn
zinsneden wel eens iets, b.v. als hij in
pt. 7 zegt, dat de verdediger een lijst
overlegt van meer dan 50 artikelen van
100 °o nat. soc. inhoud, terwijl in de
Soester Courant staat, dat de verdediger
een lijst overlegt van de Perszuiverijngs-
raad, die, enz.
De glans van het groot gedrukte NOOIT
verbleekt dan wel' erg als ik weer de
uitspraak van de Comm. Perszuivering
overlees.
Heeft overigens de heer Haver bij zijn
nauwkeurig© opgave aan deze commissie
ook niet vergeten het levensgrote schan
delijke artikel in. zijn krant, naar aan
leiding van de unanieme weigering vam
de gemeente-ambtenaren om voor Win
terhulp te collecteren?
Dit artikel kon alleen geschreven zijn
door iemand, die in ambtenaarskringen
te Soest bekend was, en de plaatsing1
hiervan werd niet door de Duitse in
stanties opgedrongen. Het artikel was
een rechtstreekse bedreiging voor all©
ambtenaren.
Waarom zegt H. NIMMER, als hij in
de volgende zin toegeeft de conferenties
Utrecht te hebben bijgewoond? H.
jt heel goed, dat deze conferenties,
Ier auspiciën van de Beauftragte, be-
>ld waren voor de redactionele inhoud
de kranten- Eveneens weeft H. heel
d, dat bij een door de bezettingsau-
iteiten uitgevaardigd besluit, de hoofd
acteur, met uitsluiting van ieder an*
verantwoordelijk was voor de ïn-
|d en hij alleen de beslissing had
jr hetgeen in het blad werd opgeino-
zal ook wel weten, dat er een een-
ïdige manier is om anonimiteit te
jrkomen, n.1. zijin naam onder het
jk te zetten. Da;t hij dit niet heeft .ge-
jm, wordt niet door zijn misselijk ge-
lai ongedaan gemaakt. Wat de rol van
heer Dullaart hierbij is geweest, dient
worden uitgemaakt door de R.O-I.W.»
ch acte dient te worden genomen van
t feit, dat deze geen deiel mieer uit
hakt van het biestuur van genoemde
£d en dat hetgeen door iemand per-
pnlijk wordt verricht, niet op het con-
kan worden geschreven van eejn ver-
oging, waarvan hij deel uitmaakt.
J °weet ook nog wel, dat hij reeds in
peg er dagen zich zeer bedreven heeft
ftoond in hiet verzamelen van hand-
leningen (als er stukken ip de gem
eenteraad gekelderd moesten worden)»
4t hij vele brieven heeft geschreven,
iar uiteindelijk zijn jiaam niet onder
Vam» waardoor hij de „werkelijke ver
atwoordelijkheid'' verre van zich kon
lïrpen.
Ondanks het feit, dat „ondergetekende
ich gedrongen gevoelen'' wil de heer
Iaver ons toch ook niet wijsmaken, dat
Jij niet de opsteller is van de door
Verschillende gemeentenaren onderteken-
Je, aan zijn verweer toegevoegde verkia-
Dat deze ook een 'bedriegelijk© afl.ei-
Jingsmanoeuvre is weet H. ook wel.
Het is dan ook niet voor hem, maar
Vel terwille van de Soester ingezetenen
en misschien zelfs ter meerdere voor
lichting van diegenen, die zich lieten
verleiden hun handtekening te le|nie|n
aan Haver's verdraaide werkelijkheid,
dat ik de in punt 25 aangehaalde beslis
sing van de Commissaris der Koningin
nog even wil vervolgen- Hier is wat
„VJverwegCiicio. rïnf Hru>*-
kranten» welker inhoud ongetwijfeld pro-
Duits» pro-Nationaal-Socialistisch, anti
geallieerd en anti-Ned. Regiering was ©n
welke onder verantwoordelijkheid van
appelant als hoofdredacteur werden uit
gegeven, de inwoners d!qr gemeente, Soest,
die niet algemeen met de 'niervonen aan
gegeven activiteit van appellant bekend
waren en dat ook nu nog niet zijn
het vertrouwen in hem hebben veriorien;
dat derhalve op grond van de positief
gestelde eis, dat; slechts lid van de tijde-
lijken gemeenteraad kan zijn hij, die
geacht wordt tijdens de vijandelijke be
zetting het vertrouwen der inwoners der
gemeente te hebben gehouden of ver
kregen, van oordeel is, dat B. en W. te
recht tot niet toelating van appellant
hebben besloten, besluit het in de aan
hef bedoelde beroep ongegrond te ver
klaren*'.
En toen daarna H. bij de Kroon van
deze beslissing in beroep ging, kreeg hij
het volgende te horen:
„dat al moge Haver in zijn naaste om
geving (lees: de sociëteit, waarvan ook
de ondertekenaren van de aan Haver's
verweerschrift toegevoegde verklaring,
met uitzondering van de heer Groart
(Brandweer-Commandant) en Mevr.
Beins-Blaauw (buurdame van Haver) lid
zijn) als goed Nederlander hebben be
kend gestaan» uit de stukken blijkt, dat
op grond van, zijn gedragingen tijdens de
vijandelijke bezetting, geenszins geacht
kan worden het vereiste vertrouwen van
de inwoners te hebben behoude|n of ver
kregen''.
Dit alles weet de heer Haver hele! goie/d,
ook, dat hij helemaal geen N.S.B.-ers ac
tief uit de brandweer weerde- Was Im
merzeel soms geen lid van de brandweer?
En Tabois en Van Sonsbeek? Zij zijn
er nooit uitgezet!
H. wil ons een rad voor de ogen draai
en en trachten) ons af te dringen van het
hoofdmotief. Als we de bedriegel'ijke en
slappe kost, die Haver ons voorzet,
zouden slikken, dan zou hij minstens
gedecoreerd moeten worden voor zijn
goede daden. Mijn conclusie is echter,
dat onze medeburger Haver minstens
een internering had verdiend, gelijk aan
die van zovele „goede'' N.S-B.-ers.
Het zovele malen herhaalde NOOIT en
NIMMER in zijn verweer doet mij sterk
denken aan: „Es ist nicht wahr!'' en
het „Nicht schuldig!" van de nazi-
grootheden, maar bewijst niets.
De hieer Haver mag zich verdedigen,
maar moet ons niets trachten wijs te
maken met halve of hele leugens.
Daarom hoop ik, dat elke Soester in
gezetene zich verenigt met de conclusie
Hij en zij wonen ergens in het Zuid Oos
ten van ons land.
In heel wat jaren had ik ze niet gezien.
De laatste keer was vér voor de oorlog
en ik herinner me nog hun huis, zo'n
huis, waar u en ik altijd van hebben)
gedroomd liet nog eens te mogen be
wonen. Niet te groot, maar een heerlijk
practisch huis. Met een uizicht over de
Maas; om je leven niet te vergeten»
Ze waren een dagje over, om er qens uit
te zijn. Altijd thuis ïs ook niet alles.
Daar hoorde ik van op, maar toen, in
stukken en brokken kregen wij he,t
het verhaal te horen. Het verhaal, dat
zovelen u kunnen doen»
Alles wieg, alles kapot. Niets en niets
meer van te maken. Ja, over een poos
misschien, maar weet u boe lang een
„poos"' duurt?
Gelukkig hadden ze een behoorlijke wo
ning getroffen. Het was maar één kamer»
met nog een paar families in hetzqlfd©
huis, maar ze hadden het niet slecht
getroffen.
Eén kamer .en ze waren waarachtig nog
tevreden ook. Omdat er zoveel anderen
bij hun in de buurt het heel wat slech
ter hebben.
Wij zijn natuurlijk bij het bekijken van
ons dorp ook voor Braamhage terecht
gekomen. Na de verhalen, die ik te ho
ren had gekregen, stond ik me eigenlijk
een beetje te generen. Collemzo zagen
wij ook.
Weet je, zei hij, dat wij daarin bij ons
minstens 6 families een woning in ver
schaffen?
Ik heb nog geprobeerd zijn mening een
beetje te kleineren. Nou ja, zei ik, 6 fa-
milies, zeg nou maar eens 4.
Ik heb hem ook gewezen op het ma
teriaalgebrek en zo, want materiaal is er
immers alleen voor bars e.d.
En, zo vroeg hij, wat gaan jullie*nou
doen met die huizen?
Ja, wat? Weet ik niet! Onze Gemeente
is, wat Braamhage betreft, eigenaar. Mis
schien bewaren ze het om er later eer*
tehuis voor gepensioneerde distributie
ambtenaren van te maken. Misschien
dat ze ook wel niks doen. Zo maar he
lemaal niks. Alleen maar laten staan.
We zijn nu eenmaal in Soest niet vam
Hi> h-,rHlnpere, dï Hoen we.-gtsag alsóf-
H. OEKMAN.
van die andere inzender in uw blad,
die eiste, dat deze figuur kort en goed
uit het openbare leven worde verwij
derd.
EEN ANDERE
SOESTER INWONER.
Burgemeester en Wethouders van Soest
maken bekend, dat van de lijst, ingevol
ge artikel 4 van de armenwet is ge
schrapt de afdeling Soest van de ver
eniging het Wit-Gele Kruis, zitlks met
ingang van 24 Juli 1947.
GEBOREN. Hans, zoon van W. Jamoel
en A. J. Grim, Amersfoortsestraat 124.
Tonia, dochter van J. Gijsbertse en W.
v. d. Heuvel, Paltz 1. Geert, zoon van
G. Bruggink en A. W. Hartjens, Kerkpad
Z.Z. 78. Willem Johannes, zoon van W-
G. Kok en; J. G. v. d. Hoed, Ringweg 11.
Astrid Theresïa Maria, dochter van G.
van Woudenberg en E. Grummels, Stad
houderslaan 28. Petrus Johannes Gerar-
dus, zoon van M. G. Tammer en J. We-
rensfeijn, Andriessestraat 1- Wilhelmus
Jacobus, zoon van A. J- Verkerk en J.
v. d- Broek, Van Weedestraat 1. Hen
drik Jan Marcelïs, zoon van J. H. Vee-
nendaal en G. Hoonhorst, Kerkdwarsstr.
2. Johannes Theodorus, zoon van J. v.
Fulpen en J. v. d. Heuvel, Verl- Ko-
lonieweg 2. Catharina Dirkje, dochter v.
N. J. Muis en M. H. Kamphorsf, Becke-
rïnghstraat 30.
ONDERTROUWD. N. Schouten, 50 jr.,
z.b., Amsterdam en H. Verhulst, 61 jr-,
Julianalaan 33. D. Pureveen, 58 jr., tuin
man en C. J. Vroonland, 55 jr., Kerk
pad Z.Z. 17a.
GEHUWD. F. Hartsteen, 41 jr., ass-re-
sident en A. M. W. Radder, 45 jr-,
Haarlem. W. Willemse, 33 jr., graanhan
delaar en J. A. de Bruin, 28 jr., Nieu-
weweg 30- H. de Jong, 31 jr., afd.-chef
Ievensmiddelenbedrijf en J. R- Leertou
wer, 24 jr., Jutphaas. C. Klomp, 23
jr., rijwielhersteller en C. Ravenhorst»
22 jr., Nieuwerhoekplein 8 bis.
OVERLEDEN. Hendrik Vóórhaar, 74 jr-,
gehuwd met W. Nales, Beetzleien 84. Wil
lem de Kruijff, 78 jr., geh. m. G. En
dendijk, Kerkstraat 23. Piefer T. v. d.
End, 62 jr., gehuwd met N. Vermeer,-
Prins Bernhardlaan 6.