m.
Dollarimperialisme.
B.D.C. KAMPIOEN.
Ook B.D.C, kampioen.
Ons Openluchttheater.
De werkers
en hun product*
SOEST.
IN DE HOEK.
UITGAVE: DRUKKERIJ SMIT - SOESTD1JK
VRIJDAG 14 APRIL 1950.
26e JAARGANG No. 29.
SOESTER COURANT
Abonn. per kwart, 1.50 - per post 1.75.
i Vu Weedestraat U Telefoon 2566 - Giro 126156
Verschijnt iedere Dinsdag en Vrijdag.
Het koloniale tijdperk schijnt voorbij, en
het zijn vooral de Amerikanen die er zich
op beroemen, daaraan te hebben mede
gewerkt. Maar men vraagt zich nochtans
af, of dat oude imperialisme zich, in
nieuw gewaad, niet opnieuw aandient, in
het teken van de dollar!
Het imperialisme, het streven naar de wereld
heerschappij, is al zo oud als de wereld zelf.
Maar wanneer wij spreken van het imperia
listisch tijdperk, hebben we speciaal op het oog
de spanne tijds die omvat de laatste decen
nia van de negentiende en de eerste van de
twintigste eeuw, toen de grote strijd om kolo
niën in volle gang waseen strijd die zeer
fel, zij het ook niet immer met de wapens,
werd gevoerd.
Strijd om koloniën.
Engeland vestigde zijn bestuur in India en het
was Disraeli die de Engelse koning Keizer van
India maakte, en tegelijk de controle over het
Suez-kanaal voor Groot-Brittannië wist te
verwerven. Koning Leopold van België sticht
te een particulier koloniaal gebied in de Con-
go, dat hij later bij testament vermaakte aan
de Staaten de Belgen, die er thans hun
voorspoed aan danken, waren er toen allesbe
halve mee ingenomen! Frankrijk kibbelde met
Engeland om de suprematie in Afrika, dat het
over de breedte wilde doorsnijden, terwijl En
geland hetzelfde in de lengte wilde doen.
Duitsland wist in het zwarte werelddeel nog
een paar kleine stukjes te bemachtigen. Rus
land avontuurde in Mantsjoerije en in de
richting van de Perzische golf, terwijl het te-
eelijk aan het intrigeren was op de Balkan.
En allen wachtten op de ineenstorting van het
geweldige Ottomaanse Imperium, dat vanuit
Constantinopel door een decadente Sultan en
een corrupt Gouvernement werd bestuurd, om
straks als gieren zich op de buit te storten.
Al die spanningen hebben behalve enkele con
flicten, waaronder de strijd tegen de Mahdi,
de Boerenoorlog, de Russisch-Japanse oorlog
en en kele Balkan-gevechten, uiteindelijk on
getwijfeld bijgedragen tot het ontbranden van
de eerste wereldoorlog. Toen deze was afge
lopen, zag het er naar uit dat men weer op
de oude voet zou doorgaan, waar het zaad
van de onrust was, vooral in het ontwakend
Azië, gestrooid.
De Tweede Wereldoorlog was de grote smelt-
pot. Daarna trok Engeland zich uit India te
rug, kreeg Frankrijk moeilijkheden in Indo-
China, zag Nederland zijn koloniën opgelost
in een souvereine partner-staat.
Amerika en Afrika.
Vooral in Amerika stemde men met deze ont
wikkeling in. Men was daar van mening (en
niet ten onrechte) dat de koloniale gedachte
had afgedaan, en dat men samenwerking zou
moeten zoeken met vrije volkeren, of die vol
keren tot vrijheid opvoeden. Alleen ten aan
zien van Afrika heeft men al te progressieve
methoden laten rusten, en blijft men voorlopig
kalmpjes verder koloniseren.
Maar ook in Afrika broeit het. Engeland ligt
met Egypte overhoop over de Soedan. En nu
de (indertijd pro-Britse) Wafd-partij in het
Nijldal de overwinnig heeft behaald, zal ze,
om aan te tonen dat ze tot-en-mèt nationalis
tisch is, waarschijnlijk zo hard mogelijk op
ontruiming van de Soedan door de Britten
aandringen. Die zitten daar dus niet bepaald
op fluweel.
Evenmin is dit het geval met de Fransen, die
grote belangen hebben in Noord-Afrika. Ook
daar is het nationalisme zeer sterk en stuurt
men aan op zelfstandigheid. En het zijn de
Amerikanen, die dit streven bevorderen.
Vele van die nationalistische groepen in kolo
niale gebieden zien dan ook hoopvol uit naar
Amerika. Daér toch vinden zij hun vrijheids
kampioenen.
Is die koude oorlog tegen het koloniale sy
steem vanuit Washington gevoerd, nu op zo
idealistische leest geschoeid als men het wel
eens graag wil doen voorkomen?
Allereerst heeft Amerika niets te verliezen.
Het heeft zelf geen koloniën. De Phillippijnen
zijn tijdens de Tweede Wereldoorlog zelfstan
dig gewordenwat toentertijd tactisch ook
de enig juiste zet was, om de Japanse propa
ganda het hoofd te bieden.
Maar daarnaast heeft Amerika wel zeer veel
te winnen.
Amerika über alles.
De landen die koloniale gebieden hebben, en
daarin grote kapitalen investeren, er grote on
kosten maken en grote risico's lopen, zorgen
natuurlijk ook wel, dat hun eigen belangen
daar praevaleren. Dat kan hinderlijk zijn voor
het vestigen van Amerikaanse handelsteun-
punten. Ons kleine landje heeft dat indertijd
al gemerkt, toen de trust van Rockefeller be
slag wilde leggen op de olievelden van
Djambien heeft voor Amerikaanse druk
moeten zwichten. Voor de eerste, niet voor de
laatste keer.
Heeft men te maken met vrije, zelfstandige
gebieden, dan wordt het allemaal veel gemak
kelijker, en de concurrentiemogelijkheid veel
groter. Terwijl Europa een ernstige achter
stand heeft, is Amerika up-to-date. Men heeft
daar trouwens het gevoel, dat men op de top
van de wereld zit en alles kan. Amerika trekt
overal aan de touwtjes, omdat het nu eenmaal
het geld en de spullen heeft. Dat men Europa
helpt door middel van het Marshall-plan, is
dan ook niet zozeer uit collegialiteit met de
Europese concurrenten, dan wel omdat men
vreest dat het anders aan de Grote Concur
rent, Oom Jozef Stalin en zijn kornuiten, ten
offer zal vallen. En dan is men nog verder
van huis. Men heeft Europa liever als eigen
filiaal dan dat van de concurrent. En omdat
de Europeanen nu eenmaal alles liever willen
dan de zegeningen van de heilstaat deelachtig
worden, kiezen ze van de twee kwaden het
beste.
Wanneer de Amerikanen het koloniale sy
steem bestrijden (zoals ze dat nu voor de va
riatie weer eens in Noord-Afrika schijnen te
doen) is het om de deur te openen voor een
geheel nieuw soort imperialisme. Niet de Li-
berator, niet het vliegkampschip of de atoom
bom, maar de harde gouden dollar wordt hier
als wapen gebruikt. Men sticht een commer
cieel imperium, waarin, naar het adagium
van de Oude Fritz, verder ieder op zijn eigen
wijze zalig kan worden.
Het is geen onverstandige politiek. Men ver
mijdt de scherpe kantjes van het koloniale im
perialisme, en wanneer er al incidenten zijn,
leiden ze niet zoo snel tot politieke verwikke
lingen en wellicht tot oorlogen. Truman's plan
tot ontsluiting van de „achterlijke gebieden",
waarbij men vooral Afrika op het oog heeft,
vestigt Amerika's invloed in die gebieden op
een geheel nieuwe basis.
Misschien gaat het goed, misschien komen
ook hier straks verwikkelingen. Want een
volk dat zelfstandigheid eist, wenst ook eco
nomische zelfstandigheid, die trouwens wel
licht de allerbelangrijkste is. Immers, wiens
brood men eet, dienst taal men spreekt.
Het imperialistische tijdperk is, ondanks alle
schone woorden nog niet voorbijveeleer
is het een nieuwe phase ingetreden.
fiek uitzicht. Hoe waar!
De kwestie is echter, dat 't terrein, waar
van uw zoon een pracht speelplek maakt,
daar allerminst voor geschikt is en 't al
tijd veel en veel geld kost de vernielingen
te laten „oplappen". Herstellen is niet al
tijd doenlijk, omdat soms te veel wordt
vernield.
Mogen wij een beroep doen op U allen,
om Uw kinderen te wijzen op de verant
woordelijkheid, welke ook zij ten aan
zien van iets hebben, dat uiteindelijk het
eigendom is van de gemeenschap Soest?
DE DIRECTEUR VAN V.V.V.
Op 23 Maart werd te Subang Bat. Pas. II
overgedragen aan de TRIS, bij welke
plechtigheid o.m. aanwezig waren Kol. J.
H.N.U.L.E. Ohl, Kol. De Vries, Maj. Kor-
tinth (de vroegere Bat. Cdt.) en van Indo
nesische zijde de militaire gouverneur van
West-Java, Kol. Sadikin en lt.kol. Sude-
wo.
Het bataljon wordt geïnspecteerd door lt.
kol. Dom en lt.-kol. Sambas van de TRIS.
Maandagmiddag, ondanks regen,
Ondanks stormen en ruw weer,
Trok de Soester „B.D.C." weer
Wat je noemt geducht van leer.
't Was gewoon niet om te harden
Aan de Laan Ferdinand Huyck,
Maar de B.D.C.-ers speelden
Desondanks weer meer dan puik.
't Was de allerlaatste wedstrijd,
Die het elftal spelen moest;
Door de 20 zege kwam dus
't Kampioenschap hier in Soest!
Op Paas „twee" twee dure punten
Op de ranglijst er weer bij,
Want twee goaltjes kraakten jullie
Als op Pasen het Paas-ei.
B.D.C. is Kampioen nu
le Klas U.P.V.B.
En zij hoopt dus op promotie
Straks naar de K.N.V.B.
Op Paas twee werd door twee „eitjes"
Daar de grondslag voor gelegd,
Ondanks storm en regenvlagen,
In een fel sportief gevecht.
B.D.C.'ers leg veel „eitjes",
Wees er als de kippen bij!
Maar blijf voor je tegenstanders
'n Hard en niet te kraken ei!
„Be Quick-Dios-Combinatie
Kom op je promotiepad
Enkel zachte eitjes tegen!
B.D.C. - Proficiat!
E. VAN EEDEN.
Er wordt zoveel gesproken over export, dat
we haast zouden vergeten, dat ieder volk toch
in de eerste plaats en in de hoofdzaak voor
zichzelf werkt. De Nederlandse industrie bij
voorbeeld verkoopt in het binnenland vier
maal zoveel als naar het buitenland. Wij kun
nen dat duidelijk laten zien aan een aantal
cijfers van.het Centraal Bureau voor de Sta
tistiek over de personeelssterkte en de om
zetten in de industrie in het laatste .kwartaal
van 1949.
In die drie maanden leverde de Nederlandse
nijverheid in totaal voor een waarde van 3400
millioen gulden af, waarvan ruim 2700 mil-
lioen gekocht werd door het binnenland en
bijna 700 millioen zijn weg over de grenzen
vond. Dit zijn nogal behoorlijke bedragen en
het is belangwekkend om na te gaan hoe een
dergelijk groot bedrag bij elkaar gebracht
wordt en hoeveel mensen daaraan deel ne
men. Laten wij in de eerste plaats nagaan
wat men onder de industrie verstaat; er zijn
immers zoveel bedrijven, waarvan we niet
weten of het kleine fabrieken zijn, danwel
middenstandsondernemingen. De grens is ook
moeilijk te trekken en we moeten ons dus
maar houden aan de indeling, die men bij
de Statistiek maakt. Tot de industrie rekent
men dan de volgende groepen, die wij ge
rangschikt hebben naar het aantal mensen,
dat in ieder van die groepen werkt. Hier zijn
ze:
Metaalnijverheid 242.800, voedings- en genot
middelenindustrie 124.600, textiel 114.000,
kleding 57.000, delfstoffen (steenkool, zout en
turf) 50.000, baksteen, kalk, aardewerk en
glas 40.000, chemische industrie 40.000, hout
bewerking 36.000, leer en rubber 32.000, gra
fische bedrijven 25.000, papierindustrie 25.000,
wasserijen 13.000 en diamantnijverheid 888.
Uit dit laatste cijfer blijkt wel heel duidelijk
hoe zwaar deze tak van industrie is getrof
fen, waarin voor de oorlog enkele duizenden
mensen een bestaan vonden.
Opvallend is, dat men er de bouwnijverheid
buiten laat. Deze cijfers hebben dus alleen
betrekking op het werk in fabrieken en soort
gelijke ondernemingen. Alles bij elkaar tellen
deze industrieën een personeel van 804.000
mensen, waaronder 154.000 vrouwen, dit is
ruim 19 pet. De voornaamste vrouwelijke be
roepen vindt men in kleding en textiel en bij
het administratief personeel, welke groepen
resp. 41.000, 31.000 en 28.000 personen om
vatten. Een andere grote groep is nog de voe
dings- en genotmiddelenindustrie, waar ruim
18.000 vrouwen werken.
De statistiek maakt verder onderscheid tus
sen „arbeiders" en „overig personeel". Wij
kunnen deze splitsing niet bewonderen, want
zij draagt ertoe bij, dat er een ongezond
standverschil blijft bestaan tussen verschil
lende personeelsgroepen, waarvoor in feite
niet de minste grond aanwezig is. Wij zouden
dan ook liever een Indeling maken in pro
ductief, administratief en hulppersoneel. Dit
zou een veel beter inzicht geven in de wer
kelijke taak der verschillende groepen.
In vergelijking met 1947 was de personeels
sterkte 16 pet. groter geworden, terwijl de
toeneming sinds eind 1948 3 pet. had bedra
gen. Hierbij valt het op, dat het aantal arbei
ders steeg met 17 pet. en het aantal „overig
personeel met 15 pet. Hieruit kunnen wij af
leiden, dat naar verhouding meer mensen in
de fabrieken en wat minder op de kantoren
werden aangesteld, wat zijn oorzaak hoofdza
kelijk vindt in een vermindering van de
werkzaamheden, die verbonden zijn aan het
verkrijgen van grondstoffentoewijzingen, enz.
De bureaucratie is, zij het in lichte graad,
iets afgenomen.
Als we tenslotte nagaan voor welke bedragen
de verschillende takken van nijverheid pro
ducten hebben afgeleverd, dan valt het op,
dat de hoogste omzet niet werd bereikt door
de industrie met het meeste persoreeel. De
metaalnijverheid werkt bijv. met bijna 250.000
mensen en produceerde voor een waarde van
bijna 800 millioen gulden, maar de voadings-
en genotmiddelenindustrieën bereikten met
een maar half zo talrijk personeel, nl. 125.000
man, een omzet van 1088 millioen gulden.
Maar dit wil helemaal niet zeggen, dat de
metaalnijverheid niet voldoende productief is,
want men moet van de omzet natuurlijk af
trekken wat men heeft moeten -uitgeven voor
de aankoop van grondstoffen, e.d. Eerst dan
kan men nagaan hoeveel waarde er door de
arbeid van de ondernemingen aan het mate
riaal is toegevoegd. Maar de<ze „toegevoegde
waarde" is een vraagstuk op zichzelf, dat wij
hier beter buiten beschouwing kunnen laten.
Zondag is ook B.D.C. er in geslaagd kam
pioen van haar afdeling te worden. Hoe
wel de wedstrijd tegen H.D.S. met over
tuigende cijfers werd gewonnen, was het
voor wat het weer betrof, wel de slecht
ste wedstrijd van de competitie. De regen
viel soms bij stromen neer en menig be
zoeker moest zich een nat pak laten wel
gevallen om B.D.C. als kampioen te zien
eindigen.
Zondagavond werd het behaalde kampi
oenschap feestelijk in eigen kring ge
vierd in de grote zaal van „De Gouden
Ploeg", alwaar het bestuur en de spelers
al reeds talrijke felicitaties in ontvangst
moesten nemen. Vanzelfsprekend fe
liciteren ook wij de kampioenen en wen
sen hen toe, dat de komende promotie
wedstrijden datgene zal brengen, waar
naar zo verlangend wordt uitgezien.
Direct na de bevrijding werd B.D.C. op
gericht uit een combinatie van de twee
Soester R.K. Voetoalverenigingen Be
Quick en D.I.O.S.
Ingedeeld in de eerste klasse van de afd.
Utrecht werd in het eerste seizoen 1945-
1946 de 5e plaats op de ranglijst bereikt.
In het volgende seizoen 1946-1947 ging 't
minder gunstig en na een beslissingswed
strijd op het F.A.K.-terrein te Bilthoven
tegen het Hilversumse D.O.S.V. kon men
nog maar juist aan de laatste plaats ont
komen.
In de seizoenen 1947-1948 en 1948-1949
g.ng het weer beter en beide keren be
zette B.D.C. de 3e plaats. Na intensieve
training onder leiding van de Utrechtse
oefenmeester Stofmeel is men er thans,
na een zeer zwaar en tevens spannend
seizoen met up and downs, in geslaagd
de kroon op het werk te zetten.
Met vertrouwen worden de zware promo
tiewedstrijden, om het voetbalwalhalla,
de K.N.V.B. binnen te treden, tegemoet
gezien.
B.D.C. is 'n gezonde vereniging met ruim
200 leden. Met 5 elftallen werd deelge
nomen aan de competitie van de K.N.V.B.
afdeling Utrecht, terwijl 7 jeugdelftallen
uitkomen in de jeugdcompetitie.
Zowel B.D.C. 2 als B.D.C. 3 zijn eveneens
kampioen, resp. van de Res. 3e en 4e klas
se van de afdeling Utrecht.
Het comité tot oprichting enz. enz. wordt
hartelijk bedankt voor het licht, dat zij
liet schijnen in de Soester Courant van
Vrijdag 8 April.
De „kop" van het artikel was ietwat mis
leidend, daar het net leek of het over een
Monument voor H. Oekman ging, waar
door onder mijn naaste familieleden lich-
telijke consternatie is ontstaan
Zoals gezegd, ik dank het comité ten
zeerste. We weten nu wat meer. We we
ten waar het monument komt te staan,
dat het in het voornemen ligt het te
plaatsen vóór 4 Mei 1951, terwijl we ook
kennis namen van het feit, dat het ont
werp reeds verschillende commissies ge
passeerd is en nog andere commissies
passeren moet.
Dank ook voor de vriendelijke uitnodi
ging om kennis te nemen van de feiten,
waaronder ook het ontwerp.
Voor deze uitnodiging meen ik echter
feestelijk te moeten bedanken. Mij niet
gezien.
Natuurlijk wil ik het ontwerp gaarne be
kijken, maar dan, zoals ik het in Octo-
ber 1949 voorstelde.
Het ontwerp ter bezichtiging leggen voor
alle dorpsgenoten en uit hun oordeel de
conclusie trekken, welke weg U met het
ontwerp op moet.
Dat klinkt natuurlijk erg revolutionair,
maar per slot van rekening moeten juist
de Soesters er het meest tegenaan kijken
en brachten ook de Soester het geld er
voor op.
Nu weet ik wel, dat het comité zal zeg
gen, dat niet alle kijkers deskundigen zijn,
dus hun oordeel slechts van betrekke
lijke waarde is, maar we moeten toch zien
te voorkomen, dat we iets krijgen, waar
bij je je als „niet-kenner" gaat afvragen,
wie er nu eigenlijk gek is.
Zonder naar bepaalde gemeenten te wil
len wijzen, hoop ik hiermede duidelijk ge
noeg te zijn geweest. Alle monumenten
welke ik op het oog heb zijn door deskun
dige commissies goedgekeurd, maar een
niet-deskundige staat er bij te huiveren.
Kijkt U slechts naar de, door een deskun
dige commissie goedgekeurde muurschil
dering in de cantine van het Gemeente
huis in Amsterdam. Geen ambtenaar
kreeg in zijn schafttijd nog een brok door
zijn keel.
Geacht comité. In Uw artikel wijst U naar
Uw collectezakje onder nummer 134908 bij
de Middenstandsbank. Ik geloof niet, dat
U veel op Uw giro gestort zult hebben ge
kregen. In Soest zijn we niet zo erg giro-
minded. Maar wel zijn we erg nieuws
gierig. Buit dat uit.
Stel ergens, b.v. op de a.s. winkelbeurs of
op het gemeentehuis, het ontwerp tegen 'n
kleine betaling ten toon en peil de opinie
over het ontwerp.
Door de entree ontvangt U de begeerde
ping-ping en met het opinie-onderzoek een
onschatbare wenk in welke richting U
moet gaan. H. OEKMAN.
Een Openluchttheater is een kostelijk en
kostbaar bezit voor een gemeente.
Kostelijk, omdat hier een unieke gelegen
heid geschapen is om, in een natuurlijke
omgeving, mede te werken aan culturele
manifestaties.
Te betreuren is het echter, dat -z.eer velen
de charme en het nut van een openlucht-
voorstelling niet inzien voor i>n aleer zij
er een medegemaakt hebben.
Zij, die geregeld komen, zullen dit vol
mondig beamen.
Het is juist voor hen, die nog nooit eens
in het openluchttheater geweest zijn, zaak
om eens te komen kijken.
Een kostbare geschiedenis kan het ook
zijn zo'n bezit enis het helaas ook.
Niet zo zeer door de soms geringe belang
stelling bij voorstellingen, alswel door de
overgrote belangstelling va». de jeugd
en wel op de uren, dat er niet gespeeld
wordt, maar, wanneer onze stamhouders
het rijk daar alleen hebben.
We moeten toegeven, dat zo'n leeg thea
ter een eldorado is orn te ravotten. Maar
daarvoor is het niet tot stand gekomen!
Elk jaar weer moet het opgeknapt wor
den, de houten kleedkamers zien er vaak
uit alsof ze gestaan hebben op het slag
veld. De taluds zijn idee.al om rovertje en
krijgertje te spelen, forten te bouwen enz.
Vanuit de lichtmasten heb je een magni-
HALLO MET WIE?
In het City-Theater draait tot en met
Woensdag de Italiaanse filmcomedie
„Hallo.... met wie?" Een origineel en
grappig verhaaltje van persoonsverwis
selingen, waarnaar men met genoegen
kijkt en luistert.
De beroemde bariton Fadio Morani is
uitgenodigd om bij de gravin Louise Dia
na te komen kennismaken. Bij deze ont
moeting voeren zij beide dezelfde grap
op. De huisknecht van Morani moet de
rol van zijn mèester spelen, terwijl het
kamermeisje van de gravin in haar
plaats treedt. Zelf gaan zij door voor huis
knecht en kamermeisje, hetgeen natuur
lijk de koddigste verwikkelingen geeft.
Het hoogtepunt van de grap komt, als on
verwacht een oom en een tante vah de
gravin op bezoek komen en deze haar
ware gedaante weer aan moet nemen.
CJ ziet, een simpel, maar alleraardigst ge
geven en zo verdienstelijk gefilmd, dat
het de aandacht geen ogenblik doet ver-
slaDoen. Men amuseert zich van de eer
ste tot de laatste meter. Humor en goe
de zang van Gino Bechi (Morani) wisse
len elkaar voortdurend af in deze rol
prent, die geen enkele pretentie heeft
dan gezellig amusement.
KAMPIOENS-RECEPTIE S.E.C.
De receptie, welke S.E.C. Zaterdag hield
in het Oranje-Hotel, ter gelegenheid van
het behaalde kampioenschap, mocht zich
in een grote belangstelling verheugen.
Namens de K.N.V.B., afd. Utrecht, kwam
de heer A. Mosterd zijn opwachting ma
ken, terwijl van het bestuur van de K.N.
V.B. te 's Gravenhage en van de heer A.
H. W. Geurtz, competitieleider van West
I, schriftelijke gelukwensen waren bin
nengekomen.
Wethouder W. G. van Zadelhoff bracht
namens het gemeentebestuur de felicita
ties over, terwijl de directeur van gemeen
tewerken, de heer J. Th. A. van Noesel, 't
S.E.C.-elftal aanspoorde Soest nu eens 'n
derde klasser te brengen. Voor het ge
meentebestuur zou dit ongetwijfeld een
stimulans zijn voor het, aanleggen van
meer sportvelden en om de plannen tot
de stichting van een flink sportpark tot
uitvoering te brengen.
De heer J. G. A. Batenburg, voorzitter van
de V.V.V. „Soest-Vooruit", sprak vele har
telijke woorden en wees op de goede sa
menwerking, die er tussen de V.V.V. en
S.E.C. bestaat. Successen bij de sportbe
oefening behaald zijn voor de V.V.V. een
goede propaganda.
Vervolgens werden gelukwensen aangebo
den door afgevaardigden van L.T.C.
„Soest", de ere-leden van S.E.C., Perso
neelsvereniging „Zonnegloren", Motor- en
Automobielclub „Soest", Politiecorps, K.-
P.S., S.P.S.V., Apollo, B.D.C., Ren- en
Toeristenver. „Tempo", Postduivenvereni
ging „De Zwaluw", C.v.O. van de afde
ling Utrecht, 3e elftal van S.E.C., Woning-
bouwver. „Goed wonen", V.V. „Baarn".
Amsvorde (Amersfoort), Amersfoortse
scheidsrechtersvereniging, Amersf. Boys,
L.V.V. (Laren), Jeugdcomm. van S.E.C.,
Voorwaarts (Utrecht) en nog vele particu
lieren. De gebruikelijke bloemen en ge
schenken bleven niet achterwege, zodat
het Oranje-Hotel al spoedig een gezelli
ge en fleurige aanblik kreeg. Een enthou
siast supporter schonk de spelers van het
kampioenselftal elk een paar voetbal
schoenen en een ander een bal voor de
te spelen promotiewedstrijden.
De voorzitter van S.E.C., de heer C. van
Wijngaarden, beantwoordde de sprekers
op vlotte en innemende wijze.
Schriftelijke en telegrafische gelukwensen
kwamen binnen van: 't Gooi (Hilversum),
Quick (Amersfoort), Kampong (Utrecht),
T.O.V. (Baarn), V.V.O.G. (Harderwijk),
J.S.V. (Jutphaas), Maarssen, Huizen, Zeist,
Soester Boys, Soester Turnclub en E.H.-
B.O., afdeling Soest.
Tijdens de receptie kwam de Soester Har
monie een serenade brengen.
De bloemstukken werden geschonken aan
het Sanatorium „Zonnegloren".
GEVONDEN VOORWERPEN.
Loonzakje met geld, gele lederen hand
schoen, bruine hond, 2 pakken tabak, bril
met montuur, verchroomde wieldop, gr.
lames beursje met inhoud, springtouw,
blauwe dameshandschoen, zak turf, huis
sleutel, groene bal, ring met 3 Lipssleu-
tels, vulpenhouder, glacé dameshand
schoen, blauw-grijze boodschappentas,
wit-bruin gevlekte hond, actetas met in
houd, twee aan elkaar bevestigde huis
sleutels, stok van kampeertent en aanko
men lopen bruine jachthond.
Inlichtingen 's< Woensdags en 's Zater
dags, van 2 tot 4 uur, aan het bureau
van politie.
ZONDAGSDIENST APOTHEKEN.
Zondag is geopend Apotheek „Soestdijk",
Van Weedestraat 46.
CONCERT TE AMSTERDAM.
Het laatste concert in het Concertgebouw
te Amsterdam, voor bezoekers uit buiten
gemeenten, zal worden gehouden Zondag
7 Mei a.s. Uitgevoerd wordt de Negende
Syphonie van Beethoven.
Zij, die dit concert wensen te bezoeken,
worden verzocht hiervan opgave te doen
aan het Verkeershuis vóór 19 April a.s.