Weer een 100-jarige in
Soest.
Heeft de Loonstop
zichzelf overleeft?
SOEST
IN DE HOEK.
DINSDAG 2 OCXOSIi.Il 1251.
27e JAARGANG No. 74.
S0E5TER OURANT
SOESTDIJK BUREAU: VAN WEEDESTRAAT 35 TELEFOON 2566 (KENGETAL K 2955)
Verschijnt iedere Dinsdag en Vrijdag.
UITGAVE DRUKKERIJ SMIT
Loonstop staat een hogere pro
ductiviteit in de weg.
Een Twentse textielfabrikant, de oude heer
Blijdenstein, die in de wandeling Oom Hen
drik wordt genoemd, heeft ter gelegenheid
van het 150-jarig bestaan van de firma,
zijn hart eens gelucht. Het is te begrijpen,
dat iemand die 51 jaar lang directeur van
een fabriek is geweest, en die dus niet be
paald tot de allerjongsten behoort, allesbe
halve enthousiast is voor het regeringsbe
leid van de laatste jaren. Vooral de loon
stop vindt hij een bijzonder ongelukkige
maatregel, want deze belet het de man, die
harder wil of beter kan werken dan een
ander, zijn activiteit of zijn bekwaamheid
beloond te krijgen. Daardoor staat de loon
stop de opvoering van de productiviteit en
de verlaging van de productiekosten in de
weg.
Dat een bejaarde Twentse textielfabrikant
dit standpunt inneemt, is niets bijzonders
en zou dan ook nauwelijks afzonderlijk be
hoeven te worden vermeld, maar wel merk
waardig was het, dat prof. Brouwers, de
directeur van de Prijsbeheersing, die bij het
jubileum de regering vertegenwoordigde,
toegankelijk bleek voor de argumenten van
„oom Hendrik". Hij zei o.m.: ,,U vindt mij
aan uw zijde, wanneer blijkt dat maatrege
len zoals de loonstop hun tijd hebben over
leefd. Dit pleegt met dergelijke maatrege
len nogal eens te gebeuren. Dan worden
zij oorzaak van een verstarring, die wij
moeten voorkomen, anders breken wij aan
de ene kant af wat wij aan de andere kant
opbouwen. De loonstop was bedoeld als een
onderdeel van de prijsbeheersing, teneinde
de exportprijzen in de hand te kunnen hou
den. Mocht echter blijken, dat het hand
haven van de loonstop een verlaging van
de productiviteit veroorzaakt, dan moet
dit ernstig worden bestudeerd."
Zal de regering overstag gaan?
Nu moet men niet denken, dat deze uitla
ting van Prof. Brouwers reeds het einde
van de loonstop aankondigt, maar wel kan
men er uit afleiden, dat men langzamer
hand ook in de kringen van de hoge ambte
naren, die tot nu toe de straffe beheersing
van de economische en sociale verhoudin
gen krachtig hebben ondersteund, begint te
twijfelen of deze politiek nog veel langer
kan worden volgehouden. Vooral nu blijkt,
dat het de regering niet langer mogelijk is
de rentevoet zo laag te houden als zij
wenst, zal zij waarschijnlijk binnen afzien
bare tijd ook op het punt van de lonen
overstag moeten gaan. Dan zal men echter
niet willen overgaan tot een klakkeloze
verhoging van de lonen, doch een loonsver
hoging binden aan een hogere productivi
teit, m.a.w. het principe van loon naar be
hoefte, dat de laatste jaren opgeld deed,
zal meer op de achtergrond treden, terwijl
loon naar prestatie thans eerder aan de
orde komt.
Ook minister Albrechts, die met de opvoe
ring van de productiviteit is belast, heeft
trouwens kort geleden een lans gebroken
voor een ruimere toepassing van de presta
tiepremies. Dit is het toekennen van een
extra beloning voor extra inspanning. In
dit verband is het tekenend te herinneren
aan de benoeming van mr J. A. Berger, de
voorzitter van het College van Rijksbemid
delaars, tot adviseur van Minister Al
brechts. De heer Berger is zowel een ken
ner van de loonstand bij uitnemendheid als
een dergenen, die bij de opvoering van de
productiviteit is geïnteresseerd, omdat hij
van een desbetreffende commissie deel uit
maakt. Wij zijn dus zeer benieuwd wat de
combinatie Albrechts-Berger te voorschijn
zal brengen.
Loon naar prestatie?
Overigens heeft Prof. Brouwers een te be
perkte voorstelling van de loonstop gege
ven, toen hij zeide, dat deze slechts bedoeld
was om de exportprijzen in de hand te hou
den. Dit element zit er natuurlijk wel in,
maar zowel tijdens de bezetting als daarna
maakte en maakt nog de loonstop een deel
uit van de prijsbeheersing over de gehele
lijn. En deze heeft in de eerste plaats de be
doeling het binnenlandse evenwicht te be
waren tussen lonen, prijzen, winsten, huren
en pachten. Enkele jaren heeft dit systeem
redelijk gewerkt, doch de voortdurende te
korten van de handelsbalans en van de
staatshuishouding hebben zo'n hoge druk
op ons geld gelegd, dat onvermijdelijk ho
gere prijzen optreden. Deze kunnen alleen
worden uitgebalanceerd door een snelle ver
hoging van productie en productiviteit.
In deze noodzaak past de loonstop niet
meer. Nu bij prof. Brouwers 't hoge woord
er eenmaal uit is, zal, dunkt ons, de ge
dachte aan loon naar prestatie wel weer
snel aan kracht winnen.
Foto Astra - Soest'
Voor de tweede maal in dit jaar viert een
inwoonster van onze gemeente haar 100e
verjaardag. Het is ditmaal Mevrouw de
weduwe Niesje Klein geboren Geij ten-
beek, die op 5 October 1851 te Soest werd
geboren en er 100 jaar heeft gewoond.
Wij hebben haar opgezocht in het rust
huis „Eikenhorst", waar zij sinds 1 Ja
nuari, toen zij voor het eerst in haar le
ven ernstig ziek werd, is opgenomen.
Het is nog een vitale vrouw, die ons op
haar bed begroet. Nog helder van geest
en goed van gezicht en gehoor tracht zij
voor ons te putten uit het lange tijdvak
van honderd jaar.
Zij werd geboren in een klein huisje op
de Beukenlaan hoek Klaarwaterweg,
waar zij lang woonde met haar 5 zusjes
en 3 broertjes.
In het kleine onaanzienlijke Soest ging
alles zijn rustige landelijke gang. Er wa-
ren slechts woningen voor 2 soorten men
sen: arbeiders en beter gesitueerden. De
kleine man werkte van zon-op tot zon-af
op zijn akker en de grote man bewoonde
zijn villa, zijn landgoed of buitenplaats en
reed in een rijtuig.
De 100-jarige werd geboren in een gezin,
dat met harde arbeid aan het dagelijks
voedsel kwam en de kinderen moesten
dan ook vroeg mee naar het land om me
de te helpen. De lagere schooljaren wer
den doorgebracht i.n de gemeenteschool
achter de Oude Kerk, in de Eemstraat,
welk gebouw thans vier gezinnen tot wo-
nig dient. Zij herinnert zich nog goed,
hoe zij vanaf de Beukenlaan dwars de
Eng kon oversteken en bij Hotel „De
Gouden Ploeg" uitkwam. Er waren maar
weinig wegen en weinig huizen en op de
Eng vond men schaapskooien, alsmede de
oude molen „De Windhond".
Niesje Geijtenbeek moest al spoedig hel
pen de inkomsten te vergroten, doch toen
zij 23 jaar was verliet zij het ouderlijk
huis en trad met de 22-jarige Jan Klein
in het huwelijk. De jonggehuwden gingen
wonen aan de Burg. Grothestraat, in het
huis achter de Fa. Paddenburg en vader
Klein werkte bij Koning Willem III aan
het Paleis Soestdijk als metselaar.
Ja, zij weet het nog goed, hoe de Koning,
in een boze bui, alle werklieden ontsloeg,
omdat zij in de houding sprongen bij zijn
komst. De volgende dag werden zij weer
aangenomen en toen de Koning weer langs
hen kwam, werkten zij door.
„Ik zie mijn man nog thuiskomen 's
avonds", zegt de 100-jarige, „met een ham
over zijn schouder". Alle werklieden had
den een ham van de Koning gekregen, ter
bij legging van dit incident.
De tijd stond toen ook al niet stil. Toen
o.m. de Waldeck Pyrmontlaan Turfstraat
heette, de Koninginnelaan Veenhuizer-
straat en de Prins Bernhardlaan de Holle-
weg, vormde het echtpaar Klein-Geijten-
beek een gezin, dat met 10 kinderen ver
reikt werd, waarvan er 2 op jeugdige leef
tijd stierven. Toen ook haar man op 42-ja-
rige leeftijd stierf, bleef moeder Klein
achter met acht kinderen. Een harde le
vensstrijd bond zij aan en zij ziet er op
terug met de woorden: „Heel hard heb ik
moeten werken, mannenwerk heb ik ge
daan....". Zij ging uit bakeren en wer
ken. Zij spitte het land en zaaide en oogst
te in grote volharding. „Ik liep naar
Baarn en verdiende daar 60 cent per dag
en liep des avonds weer terug op mijn
klompen, want alleen Zondags droegen
wij schoenen," zo zeide de jubilaresse ons
en deze enkele zinnen verborgen de har
de strijd om het naakte bestaan, hetwelk
een weduwe met 8 kinderen toen moest
voeren.
In haar memorie zijn deze harde jaren
diep gegrift, doch haar gezicht klaart op,
als zei zegt: „Na mijn 57e jaar heb ik het
echter goed gekregen en nu heb ik het
nog best".
Vanaf haar 57ste jaar heeft zij ingewoond
bij haar kinderen. Zij zag haar kinderen
gezinnen stichten en kleinkinderen gebo
ren worden, want oma was dan baker.
De kleinkinderen werden ook volwassen
en oma bakerde ook de achterkleinkinde
ren. Haar geslacht breidde zich steeds
verder uit en zij bezit thans ook al twee
achter-achterkleinkinderen.
Helaas zag zij ook drie van haar kinderen
sterven, zodat zij thans nog bezit: 5 kinde
ren, 43 kleinkinderen, 67 achterkleinkin
deren en 2 achter-achterkleinkinderen.
Honderd twee en twintig nakomelingen
zullen Vrijdag de feestelijke verjaardag
meevieren en 5 geslachten zullen dan bij
een zijn, Zij kent haar nakomelingen al
len. Haar gezicht in niet slechter dan 40
jaar geleden, zodat zij haar krant en haar
bijbel nog iedere dag kan lezen. Haar
hobby is bloemen kweken en verzorgen,
hetgeen eigenlijk geen wonder is, daar zij
afstamt uit een bloemisten-familie. Toen
zij 95 jaar was, verzorgde zij nog iedere
dag de bloementuin bij haar dochter.
Haar broers en zusters heeft zij overleefd,
doch ook dezen zijn allen op hoge leeftijd
gestorven. De 100-jarige was de jongste
van het gezin Klein.
Het zal Opoe Klein a.s. Vrijdag niet aan
belangstelling ontbreken. Het zal feest
zijn op „Eikenhorst", groot feest.
Mede namens onze gehele lezerskring,
namens geheel Soest, feliciteren wij Opoe
Klein reeds thans met haar grote feest
en wensen haar nog vele jaren toe onder
de goede zorgen van de directrice en de
zusters van „Eikenhorst".
HONDEN-SHOW.
Zaterdagmiddag vierde vele Soester hon
den de triomph van hun hondenleven,
toen zij op het schoolplein aan de Steen-
hoffstraat voor een jury werden geleid,
die hen keurde. Deze keuring gold niet de
kenmerken, welke eigen zijn aan ras, doch
hier waren de criteria goede verzorging
en goede gezondheid.
Zodoende maakte de vuilnisbakhond en
de straatterrier eenzelfde kans als een
kostbare rashond.
Er was grote belangstelling toen de 50
honden door hun respectievelijke „bazen"
en „vrouwtjes", die niet ouder dan 17
jaar mochten zijn, werden voorgeleid.
Stuk voor stuk werden zij gekeurd door
de jury, bestaande uit de heer Th. v. d.
Kooi, dierenarts te Baarn, de heer A.
Lankamp en de heer M. Maris, inspecteur
van de Dierenbescherming.
De blaffende en keffende honden gingen
hierna in optocht met hun jeugdige bege
leiders, voorafgegaan door de Soester
Harmonie, 'n rondwandeling maken over
de Steenhoffstraat, Van Weedestraat, B.
Grothestraat, Julianalaan en Pr. Bern
hardlaan. In de stoet werden spandoeken
meegedragen, waarmede aandacht werd
gevraagd voor de bescherming van dieren.
Een praalwagentje met een sprekende in
casu blaffende reclame voor het die-
ren-asyl werd door jeugdige dierenbe
schermers meegevoerd.
Na de rondwandeling reikte de heer A.
van Asselt de prijzen uit onder woorden
van dank aan de deelnemers en de Har
monie.
De prijzen werden als volgt toegekend:
1. Richard Grift, Nieuwstraat 44, met
Tommy, 483 punten. 2. Trix de Bruyne,
Nieuwstraat 38, 467 punten. 3. Willy Tol
boom, Plasweg 61, met Foxy, 463 punten.
4. Marie v. d. Veer, Noorderweg 20, met
Beertje, 453 punten. 5. Tom v. Mil, Klaar
waterweg 74, met Black, 448 punten. 6.
Frans Sprangers, Waldeck Pyrmontlaan
38, met Caesar, 447 punten. 7. Kees Drost,
Van Weedestraat 18, met Beertje, 446 pnt.
8. Tine van Breukelen, Burg. Grothestr.
5, met Sonja, 443 pnt. 9. Jaap Groene-
stein, Schoutenkampweg 43, met Kees,
434 punten. 10. W: van Doorm, Beetzlaan
63, met Trix, 429 punten. 11. Ellen Ten-
sen, Birkstraat 45, met Tommy, 428 pun
ten. 12. M. Buffart, Heideweg 43, met Du-
lee, 425 punten. 13. Jeantje Koudijs, Soes-
terbergsestraat 52, met Hertha, 423 pnt.
14. Pim Smit, De Kooy, met Polly, 420 pnt.
15. Adri van Breukelen, Burg. Grothestr.
5, met Asta, 408 pnt.
De prijzen bestonden uit waardebonnen
en gebruiksvoorwerpen.
BENOEMD.
Met ingang van heden is de heer Maris,
inspecteur van de Dierenbescherming, al
hier, benoemd tot leider van het Ambon-
nese kamp te Woerden.
Abonn. per kwart, 1.75 - per post 1.95
POSTGIRO 126156
Vorige week wees ons raadslid, de Heer
J. A. Schaafsma, in „Meningen van onze
Lezers", mij er op, dat ik mijn hoekje
over Sociale Rechten een gemakkelijk
aan te wijzen denkfout maakte.
Nu is een denkfout aanwijzen in redene
ringen van een ander steeds iets riskants.
Men kan het met de opvatting van een
ander niet eens zijn, wat nog niet behoeft
in te houden, dat die redenering „fout" is.
Het verschil in opvatting van ons geacht
raadslid en mij zit m.i. in het feit, dat ons
raadslid de zaken door een politieke bril
bekijkt en ik mijn mening zeg zonder mij
door enige politiek bezwaard te voelen.
Daarom is, ondanks het ingezonden stuk
van de heer Schaafsma, mijn mening nog
steeds, dat wij met onze Sociale Rechten
op de verkeerde weg zijn, wanneer wij
iedereen met iedereen gelijkschakelen.
Daarvoor verkeert, in de eerste plaats,
ons land in een te deplorabele toestand en
tweedens, wanneer wij deze sociale rech
ten consequent gaan doorvoeren, komen
we tot zaken, die ik, U neemt me niet
kwalijk, onzinnig vind.
Ik haalde in mijn stukje van 21 Septem
ber het voorbeeld aan, dat 'een directeur,
mits in loondienst, ondanks zijn salaris
van 10 mille per jaar, evengoed kinderbij
slag krijgt als de man, die nog geen drie
duizend per jaar verdient.
Een paralel is te trekken met betrekking
tot de ziektetoeslagen voor onze ambte
naren.
Wanneer we in een gemeenteraad of wel
ke raad ook, niet kunnen bepalen waar
de grenzen voor toeslagen zus en toesla
gen zo moeten en kunnen liggen, ben ik
nog steeds van mening, dat we de tent be
ter dicht kunnen doen.
Wanneer de heer Schaafsma vindt, dat ik
een denkfout maak, wanneer ik zeg geen
liefhebber te zijn van sociale-rechten-
eenheidsworst, welnu, het zij zo.
Ik ben mij niet bewust enig kwaad te-
hebben gesteund of ook maar iets ten na
dele van een ambtenarenorganisatie te
hebben gezegd.
Met Uw permissie vond ik hetgeen U
schreef over organisaties enz. er een bee
tje met de haren bijgesleept. Ik had het
over sociale rechten, die door onze ge
meenteraad gelijkgeschakeld werden zon
der te zien naar een loongrens, die onze
sociale wetgeving wel degelijk op ver
schillend gebied kent.
Van mij kan niet worden gezegd, dat ik
mij heb „voorbijgespurt", omdat door
mijn „Hoekje" niemand voor- of nadeel
heeft genoten, hetgeen van de meerder
heid van de raad niet kan worden gezegd.
H. OEKMAN.
MULTI-VOICE IN „EEMLAND".
Na een bouw- en experimenteertijd van
ruim 2Vz jaar heeft de heer T. Verwey te
Utrecht een muziek-instrument gereed
gekregen, hetwelk onder de naam Multi-
voice, zijn weg zal vinden in de wereld.
Vrijdagavond heeft de bouwer dit instu-
ment in Café-Restaurant „Eemland" ge
demonstreerd, voor een gezelschap geno
digden.
Onder hen waren muziek-mensen bij uit
stek, zoals Johan Jong, de organist van
de VARA; Pierre Palla, zijn collega van
de A.V.R.O.; Herman Thole, pianist; Jean
Antoinetti, Ype Höweler, hoofd van de
afd. ernstige muziek van de A.V.R.O.;
Maarten Kooy, organist alhier en zij zagen
en hoorden belangstellend naar de demon
stratie, welke door de pianist Wim Rip-
ken werd gegeven.
De heer Ripken bespeelde dit instrument
met zijn rechterhand, zichzelf begeleidend
op de vleugel, overeenkomstig de bedoe
ling van de ontwerper van dit toestel.
Vele instrumenten bracht dit instrument
voort, zoals orgel, cello, viool, fagotte, doe
delzak, cither, Eng. hoorn, saxofoon, ha-
waiian-guitaar en trompet.
Dit voor Nederland nieuwe Instrument
werkt niet volgens het orgelsysteem, doch
put de geluidstonen uit het genereren met
16 lampen, zoals men in de begintijd van
de radio dit hoorde (mexikaanse hond).
Het geluid, langs electronische weg voort
gebracht heeft een zeer groot antal tim
bres en c.a. 60 nuances en de ontwerper
heeft door het klavier op te hangen, be
werkstelligd, dat de geluiden eventueel
gevibreerd kunnen worden, hetwelk een
goed effect sorteert. Het klavier is slechts
drie octaven groot, doch men kan het door
omschakeling „vergroten".
Na afloop van de demonstratie heeft de
directie van „Eemland" dit instrument
gekocht en de heer Ripken zal dit in het
restaurant blijven bespelen.