ll
Grote keuze
in Zomerschoenen
1
Aan Jhr. Mr. D.de Geer
en het Nederlandse Volk.
Autorijlessen
Autorijschool D. Engel
De Natuur in.
Huidgenezing
Gazelle-Raleigh-Locomotief
fUGERS RIJWIELEN
Meningen van onze lezers.
Aanvang nieuwe cursussen
Instituut Practicum
25-Jarig bestaan Autobedrijf
Gebr. van Kooij.
SOEST.
IN DE HOEK.
Stichtsche
Schoenhuizen
VRIJDAG 14 MEI 1&54.
32e JAARGANG No. 38.
SOESTER (ï)OÜRANT
Verschijnt iedere Dinsdag en Vrijdag.
Abonn. per kwart, 1.85 - per post 2.00
UITGAVE DRUKKERIJ SMIT SOESTDIJK BUREAU VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIEVAN WEEDESTRAAT 35 TELEFOON No. 2566 POSTGIRO No. 126156
II
Men geeft in schijn toe, waarbij moet op
gemerkt, dat Minister König - zoals elders
bleek - met de „Zuiderzee" niet goed op
de hoogte was en dus wel te goeder trouw
geweest zal zijn.
Uit de brief van Lely aan Minister Kö
nig lichten we alleen dit kernpunt:
„De Directeur-Generaal is echter van
mening, dat volledige afsluiting van het
Amsterdiep belangrijke verdieping langs
de oostpunt van Wieringen tengevolge
zal hebben juist ter plaatse waar de slui
zen gebouwd zullen moeten worden en hij
is daarom van oordeel dat aan die volle
dige afsluiting het beschermen (wij
spatieren) van het voor den sluisbouw be
stemde terrein moet voorafgaan".
Hierop slaat dit citaat (van mr Jansma) op
blz. 271
„Een typische bijkomstigheid is nog de
trouvaille van de „beschermingsdijk" ten
Oosten van Wieringen. Men moet weten,
dat het werk. dat na de totstandkoming
van den dijk door het Amsterdiep aan de
beurt kwam, bestond in het aanleggen van
een sluizencomplex in zee ten Oosten van
Wieringen. Het was een „pia fraus" om
aan de hiervoor aan te leggen ringdijk
van de sluisput den naam „beschermings
dijk" te geven. Dank zij Lely's taktiek
kon dus met den aanleg van een nieuw
en belangrijk gedeelte van de afsluiting
voortgang worden gemaakt - zij het in
vertraagd tempo - onder het motto: af
werken en beschermen van het reeds aan-
gevangene".
Hier kan derhalve jhr De Geer lezen hoe
hij be-pia frausd werddoor Lely. Wij
citeren mr Jansma verder
Blijkbaar had Minister König met de
voorgestelde oplossing bij Financiën suc
ces, want enkele dagen later, op 15 Sep
tember, kon hij in de Tweede Kamer
naar aanleiding van een interpellatie-
Teenstra mededelen, dat zou worden uit
gevoerd, wat in Lely's brief was voorge
steld."
Maar van die „pia fraus" heeft mr Jans
ma nog niet genoeg, op blz. 312 staat o.a.:
listigheden of onwaarheidjes be
hoorden niet tot zijn (Lely's) arsenaal. Het
aanduiden van den sluitput beoosten Wie
ringen als „beschermdijk" kan niemand
misleid hebben, die even over de zaak na
dacht en zal practisch ook niemand heb
ben misleid, doch wel was het ongelooflijk
handig".
Op blz. 271 geeft prof ir Thysse een op
merking, die de zaak nog in een erger si-
breng4- We gaan er echter niet op
in. Doch mr Jansma zou men willen vra
gen, wanneer niemand misleid werd,
waarom werd dan die „vrome leugen" ge
geven? Bovendien werd ir K. den Tex
slachtoffer van die misleiding in het Kon.
Inst. van Ingenieurs. En een commissie uit
de Mij. v. Nijverheid, waarin de knapste
koppen van ons volk zitting hadden, liep
er ook in.
Wie meent, dat het onderwerp uitgeput is,
vergist zich. Maar we zouden met één
woord nog dit kunnen zeggen: Alleen
iemand, die geen of weinig respect heeft
voor 's lands millioenen, is in staat een
„plan-Lely" te ontwerpen. En dit is reeds
in 1849 door Ir Van Diggelen - toen Lely
nog geboren moest worden - met zoveel
woorden betoogd. Een eeuw van misken
ning, van de betekenis van lr Van Digge
len, heeft zich gewroken in millioenen èn
mensenlevens èn in een onvolgroeide uit
voering der Zuiderzeewerken
Ten slotte nog iets over misverstand en 't
derailleren: Wat ons trof was de zorg voor
's lands financiën bij jhr De Geer, terwijl
dr Lely evident het juiste gevoel daarvoor
niet bezat. Dan het vonnis, hetwelk deze
hoogst bekwame Minister heeft getroffen:
Hij is nog steeds overtuigd, dat er een
rechterlijke dwaling heeft plaats gehad
Prof dr Hk. de Vries merkte reeds voor
vier decennia op. met betrekking tot
Monge, dat „Politieke hartstocht ten al
len tijde voor 's mensen daden was, een
bedenkelijk richtsnoer; maar de geschie
denis zet gelukkig de dingen altijd weer
recht, en: „der Pfeil fliegt auf den Schüt-
zen selbst zurück".
Indien dit juist is, dan heeft jhr De Geer,
wellicht door de Geschiedenis volledige
rehabiliteit te verwachten. Maar op juri
disch gebied hebben wij ons niet begeven.
Wij schreven, dat ons rechtsgevoel niet in
verzet kwam. Doch dit wil niet zeggen,
dat we nimmer gedacht hebben aan de
verantwoordelijkheid van de andere Mi
nisters, die met jhr De Geer - als Minis
ter-President in een oorlogs-kabinet plaats
namen. Weliswaar was de oorlog nog niet
uitgebroken toen het Ministerie De Geer-
Gedipl. A.N.W.B. Bonds-instructeur.
Nieuweweg 97 Telefoon 2543
De Meizon heeft weer, als van ouds,
Een dag of wat geschenen;
Nu is die nare winterkou
Wellicht voor goed verdwenen.
Je voelt als 't ware in je bloed
De echte lente-kolder,
Je borstrok gaat nu in de kast,
De kachel gaat naar zolder.
We moeten wel zo af en toe
Aan deze warmte wennen
En gaan nog enigszins beschroomd
't Natuurschoon wat verkennen,
Bewonderen het jonge groen
En al die frisse kleuren,
't Is ieder jaar opnieuw een feest
Een feestelijk gebeuren.
Bedenk slechts dit: waar of u ook
In deze lente heen gaat,
Dat alles wat er groeit en bloeit
Er niet voor U alleen staat,
Gedraag U niet als een vandaal,
Maar houdt U aan de orde,
Want anders staan daar volgend jaar
Verboden toegang-borden.
Albarda optrad, maar loslippige nazi-Lei
ders hadden zich al laten ontvallen, dat
Hitier ons zou aanvallen. En nu was jhr
De Geer door zijn afschuw tegen oorlogs
geweld, niet de meerdere of mindere van
de andere leden van het kabinet, doch hij
was anders. Evenwel geen. onbeschreven
„blad papier", men kón wéten, dat hij de
eigenschappen niet bezat, om op te treden
als aanvoerder van een Ministerie in Oor
logsomstandigheden. Maar dit zou ook van
andere leden der Regering gezegd mogen
worden. Intussen ondervonden wij reeds
vóór het uitbreken van de oorlog 'n teleur
stelling:
Onder (mede) de invloed van een Portu-
geesche Jood, begrepen wij al, vóórdat de
Hitler-bende aan het roer kwam, dat het
die kant zou opgaan en dat wij niet veel
goeds te verwachten hadden. Dies trok
ken wij er in ons dooie eentje op uit, om
te speuren of ons land werkelijk zo onver
dedigbaar was, als werd gezegd.
Bovendien lieten wij uit Breda (mil. aca
demie) boeken komen die wij ontvingen
na 'n bezoek van de recherche. Op water
staatkundig gebied waren wij niet geheel
onbekend, het militaire kenden we uit mi
litaire bladen en ook uit onze soldaten-
jaren. De mobilisatie van 1914 leverde een
„geschikt voor opleiding tot officier" op.
Wij aan de slag. Doch toen we voor pl.m.
60 procent gereed waren met een plan tot
generale defensie, hielden we ons bezig
met de vraag „wat doe je met die rom
mel?" Het antwoord was: „zenden aan een
militair auteur, die onze aandacht had ge
trokken". Ons verzoek om 't werk voor
beoordeling in te mogen zenden, werd in
gewilligd. Na 'n maand ontvingen wij een
brief, die ons paf deed staan. Want wij
hadden scherpe critiek verwacht. Het
briefje blijft achterwege, maar de onder
tekening moge volgen:
"Nogmaals zeer veel dank en mijn bewon
dering voor Uw degelijk werk,"
Met Hoogachting, w.g. P. DONK.
De Luit.-Generaal P. Donk bleek de ons
onbekende militaire-auteur te zijn. De
brief was de 17-4-'39 geschreven. Deze
begaafde Opperofficier, de man van het
„stelsel-Donk", de oud-commandant der
derde divisie.was dus de schrijver van
dit briefje. Onze stemmings-barometer
kwam op mooi-weer t Helaas, plotseling
stierf Generaal Donk korte tijd daarna.
Wat nu We wisten het niet. Maanden
bleef het liggen en toen kwam de mobili
satie. We boden het materiaal aan Gene
raal Reynders O.L.Z.
Op 7 September 1939 ontvingen we ant
woord:
„Met waardering nam ik kennis van Uw
aanbod, vervat in Uw schrijven van 29
Augustus j.1. Aangezien bij mijn Hoofd
kwartier mans gelegenheid ontbreekt
voor tijdrovende studiën, geef ik U in
overweging zich tot een ander terzake
kundig orgaan te wenden, bijv. tot de Re
dactie van „De Militaire-Spectotor" al
hier.
De Generaal
Opperbevelh. v. Land- en Zeemacht,
o.l. De Reserve Kolonel
van den Generalen Staf,
Hoofd van het Kabinet,
w.g. L. C. PREIJ.
Een weigering De opperbevelhebber had
immers een beoordeling van ons werk van
een hem bekend Generaal. Bovendien
wist hij niet wat of hij afwees.... Een
strateeg wint soms al veel, al wint hij
niets dan tijd.
Wij schreven een brief aan de 37ste Le
gercommandant van N.I.L., Generaal H. A.
Cramer, Den Haag, die wij van de lagere
'school kenden.
_Jjuidzuiyerheid - Huidgezondheid
KERKSTRAAT 3 -50EST:TEL2030
Antw.: „Ik begrijp het niet. Toen ik als
Lr. aan de Hogere Krijgsschool verbonden
was, ontvingen wij van Gen. Snijders veel
van die stukken (komende uit de burgerij)
ter onderzoek. Schrijf Generaal Reynders
nog eens. Hier is een misverstand in het
spel".
Ofschoon wel wat in strijd met onze aard,
schreven we toch nog een tweede brief
aan Gen. Reynders. Antwoord van 14
September 1939 volgt hier:
No. K ab. R. 65
„In antwoord op Uw tot Zijne Excellentie
Generaal I. H. Reynders gericht schrijven
d.d. 12 September 1939, deel ik U, in op
dracht van Zijne Excellentie mede, dat
het schrijven d.d. 7 September 1939, no. 65,
geenszins (we citeren letterlijk) op een
misverstand berust."
Ondertekening als boven.
Onze stemming daalde beneden een on
gekend laag peil.
Toen, het verhaal wordt eentonig, schre
ven wij naar Minister-President Jhr mr D.
J. de Geer. Het antwoord kwam op 23
September 1939:
„Naar aanleiding van Uw schrijven van
19 dezer heb ik de eer U, in opdracht van
den Minister van Staat, Minister van Al
gemene Zaken, Voorzitter van den Raad
van Ministers mede te delen, dat publica
ties Uwerzijds over defensie-vraagstukken
uiteraard slechts onder Uw eigen verant
woordelijkheid zullen kunnen geschieden."
De Secretaris van
Algemeene Zaken,
w.g. REIJSIGER.
Wij hoopten met onze brief en vooral met
die van Generaal Donk, het ingrijpen van
Jhr. De Geer tegen Gen. Reynders te be
werkstelligen, maar begingen de onhan
digheid tevens op te merken, dat wij an
ders gedwongen zouden zijn onze defen
sie-studies te publiceren. En daarop sloeg
deze brief van jhr De Geer. Toch menen
wij - ook nu nog - dat er voor jhr De Geer
- gezien de dreiging uit het Oosten - aan
leiding geweest zou zijn tot ingrijpen, in
dien hij op militair-technisch terrein niet
zo wereldvreemd geweest zou zijn.
Natuurlijk hebben we aan de Enquête
commissie ons eentonig verhaal en de
brief van Gen. Donk toegezonden. Effect:
0,0. We zijn nóch opgeroepen, nóch ont
vingen wij enig ander bericht.
Eerst nu komen we lot dótgene wat jhr
De Geer tot Oekman meende te moeten
zeggen. Het is óns gegaan als Oekman
wanneer wij het. huis passeerden van jhr
De Geer. En onze dagelijkse „omgeving"
(als wij te Soest verblijven) heeft ons wel
eens toegevoegd. „Jij trekt je van het on
recht, De Geer aangedaan, méér aan dan
jhr De Geer zelf".
We geloven dit niet. De wijze waarop de
Oud-Minister van Staat zich verdedigde,
de hardnekkigheid waarmee hij streed,
deden ons grijpen naar onze hoed, om di*>
diep af te nemen, wanneer wij hem pas
seerden. Ofschoon wij nimmer met heni
in aanraking zijn geweest. Doch toont jhr
De Geer wel juist begrip voor de impres
sies, die Oekman en ook wij in het ver
leden hebben opgedaan. Sterker nog: ziet
jhr De Geer zelf wel in, wat Oekman en
ons diepste wezen tot verzet prikkelt
Daarbij verlieze men niet uit het oog, dat
wij beiden gedwongen onderdoken, dal
geeft gevoeligheid.
Als 'n Jonkheer zonder vrees of blaar.1
heeft hij gezeten op de plaats eens ingeno
men door Johan de Witt, een Jacob Cafcs
en een Oldenbarneveldt. En nu mogen
„afgronden" hem scheiden van Oldenbar
neveldt en De Witt - naar De Geer's
woord - we moeten echter niet generali
seren, de diepten van die afgronden (die
ook wel eens negatieve waarden aanne
men) tellen ook mee. En wat Cats be
treft? Potgieter zou een nieuwe frons
trekken
Hoe scherpzinnig jurist ook, jhr De Geer
kan zich niet verdedigen op hem onbeken
de gebieden, van Zuiderzee-, Waterstaat
en militair-technisch gebied.
Het is niet alleen dat we jhr De Geer zien
als een nauwgezet financier van groot
formaat, en dr Lely, die zijn aanmerkin
gen van mr Regout niet ten onrechte
kreeg, maar tevens het verschil in be
handeling: De één werden zijn ridderor
den afgenomen en de ander ontving....
een standbeeld, het grootste in Nederland.
Die tegenstelling bestaat ook tussen de
verdiensten van lr B. P. G. van Diggelen
en dr C. Lely. Van Diggelen's arbeid gede
natureerd.door Lely. Ir. Van Digge
len waarschuwde tegen het gevaar, dat de
Zuiderzeedijken opleverden; Lely die in
zijn 5e nota zegt:
„In verband hiermede en met hetgeen
omtrent den toestand der Zuiderzeedijker
is gezegd, ben ik dan ook van meenirir
dat een afsluiting der Zuiderzee niet no<~SE
zakelijk kan worden geacht om de Zuidër-
zeeprovinciën op den duur tegen het ge
weld der zee te beveiligen".
In 1916 bezweek de Waterlandsedijk: 20
doden en 300 millioen schade; veel vee
verdronkJhr De Muralt was razend
van toorn.
En schakelen we over op De Geer en an
deren, dan menen we, dat jhr De Geer
Nederlandse belangen heeft benadeeld,
maar die werden nog meer geschaad door
de tam-tam, die „Londen" maakte tegen
over onze bevolking, die zeer geprikkeld
werd.
En dan ook dit: jhr De Geer was de enige
niet in zijn kabinet, die Nederlandse be
langen heeft benadeeld. Een analyse kan
aantonen, door datgene wat de bedoelde
figuur naliet, en door wat hij deed, Neder
land er niet goed afkwam. Maar wie er
dan bij vergelijking wel goed afkomt, dat
isDe Geer Doch beider gezindheid
was goed. Maar De Geer's ridderorden
gingen van zijn borst. Terwijl een hoge
onderscheiding en een lucratieve baan het
deel werd van de andere figuur.
(Wordt vervolgd.)
W. H. VAN ZUTPHEN.
Oliver, B.C., 7 Mei 1954.
Geachte Heer Oekman.
Met belangstelling las ik in de Soester
Courant van 2 April j.1. uw „hoekje" be
treffende „het snelheidsmonster", dat met
150 kilometer per uur door Soest vloog.
Ik, die enige duizenden kilometers van
Soest woon, volg altijd met grote belang
stelling het wel en wee van mijn vroegere
wopnplaats.
Zo vaak vraag ik mij af, moet gemotori
seerd Holland nog steeds onderwezen
worden hoe zij in een dichtbevolkt land
als Holland als heer in het verkeer moet
rijden? Misschien, èn dat is wel ze
ker, kunnen ze van hun Canadese colle
ga's heel wat leren.
Om enige voorbeelden te noemen: le. Het
stoppen bij elke hoek. 2e. Het stoppen
voor overstekende voetgangers. 3e. Maxi
male snelheid in de bebouwde kom 20-30
mijn per uur. 4e Het absolute voorrang
verlenen.
In Oliver, waar ik dan woon, zijn de mees
te auto's per gezin in Canada en het op
vallende is, dat de maximum verkeerson
gelukken het aantal 5 niet overschrijdt en
de meeste van deze vijf worden nog ver
oorzaakt door lekke banden of dronken
chauffeur.
Steekt Holland dan werkelijk niet een
beetje af in „het slechte daglicht"?
Hoogachtend,
H. VAN ENGELEN.
Sproeien? SPRUTOL
Bii weerbarstige: Sprutol-Sterk.
15 Mei a.s.
voor
Stenografie en machlneschrijven
Vooropleiding
Middenstandsexamen 1954
Aanmelding dagelijks.
Torenstraat 2D Telefoon 2100
Woensdag herdacht de firma Gebr. van
Kooij alhier het 25-jarig bestaan van de
zaak, welke op 11 Mei 1929 door de heer
Henk van Kooij werd gesticht.
Het was op 11 Mei 1929, dat de heer Henk
van Kooij in een houten schuurtje aan de
Birkstraat een eigen zaak begon in rijwie
len en motoren. Behalve de reparatie en
handel in rijwielen en motoren, schaft hij
zich ook een taxi aan, n.1. een oude Re
nault, afkomstig van het Paleis Soestdijk.
Deze wagen werd de basis van de auto
handel, welke hierna ontstond en welke
tot ver in ons land bekendheid geniet.
Hard werken, veel doorzettingsvermogen
en enthousiasme werd beloond met een
groeiende omzet, waarin de handel in 2e
hands auto's een belangrijke factor werd.
In 1931 werd een grotere ruimte gebouwd
en kreeg de heer Van Kooij 200 vierkante
meter ruimte ter beschikking. Met zijn
knecht Jan Huigen, die in 1929 als 14-ja-
rige jongen in dienst kwam, bouwde de
heer Van Kooij steeds verder aan de uit
breiding van 2ijn bedrijf, zodat in 1938 'n
omzet werd bereikt van 250 auto's oftewel
5 wagens per week.
Het elan, waarmede Van Kooij de zaak
aanpakte was dermate, dat hij zelfs in
1937 de strijd enkele maanden moest sta
ken, doordat hij totaal overwerkt was.
Weer terug in zijn bedrijf voerde hij de
omzet tot een nieuwe hoogte op, een om
zet, die voor een dergelijk bedrijf als fan
tastisch werd beschouwd.
Toen brak de oorlog uit en de Duitsers
vorderden de bedrijfsruimte, waardoor de
heer Van Kooij tot tuinieren werd ge
dwongen.
Na de oorlog werd een noodgebouw achter
het toenmalige pand aangebouwd, waar
door de bedrijfsruimte groeide tot 300 M2.
In 1946 bleek deze uitbreiding een drup
pel op een gloeiende plaat, het werk sta
pelde zich dermate op en het aantal wa
gens voor de verkoop nam zo toe, dat er
meer activiteit buiten dan binnen het ge
bouw te bespeuren viel.
Toen deed zijn broer, de heer Aart van
Kooij, zijn intrede in de firma, waardoor
een technische leiding werd verkregen,
waarover maar weinig bedrijven beschik
ken. Twee jaar later, in 1948, trad een
tweede broer, de heer Gerrit van Kooij,
als medefirmant toe.
De firma werd dealer van de Volkswagen,
Mercedes, Hudson en Porche en daardoor
groeide de firma nog verder uit, zover, dat
een nieuwe ruimte broodnodig werd.
In 6 maanden tijds verrees op de Soester-
bergsestraat, op de grond, waarop Henk
van Kooij in oorlogstijd zijn aardappelen
pootte, het nieuwe pand, waarin de ju
bilerende firma thans is gevestigd.
Op 19 Mei 1951 opende Burgemeester mr
S. P. Baron Bentjnck dit moderne auto
mobielbedrijf, waardoor men over een
bedrijfsoppervlakte van 1200 vierkante
meter de beschikking kreeg.
Een jaar later, in Juni 1952, werd ook een
bedrijf te Baam geopend, terwijl het be
drijf in Soest nog een kleine uitbreiding
en diverse verbeteringen onderging.
In totaal is thans 2000 vierkante meter be
drijfsruimte in gebruik, van waaruit
600 cliënten worden bediend. 28 Man ge
schoold personeel werkt in deze bedrij
ven en de verkoopomzet in auto's be
draagt thans 400 per jaar of acht wagens
per week. Een prestatie, welke maar wei
nig autobedrijven in Nederland leveren.
Veel nieuwe plannen liggen al weer op
verwezenlijking te wachten.
Woensdagmorgen werd dit jubileum ge
vierd met des morgens een bijeenkomst
van het personeel. Hierbij richtte de heer
H. van Kooij zich tot de heer J. Huigen,
die 25 jaar in dienst van de zaak is en
van leerjongen tot chef is opgeklommen.
Hij herinnerde aan de tijd, dat Huigen in
de korte broek zijn intrede deed in de
zaak en zich, dank zij zijn toewijding en
werkkracht, tot chef heeft opgewerkt.
Vele hartelijke woorden van dank werden
tot de heer Huigen geuit en de wens werd
uitgesproken, dat de jubilaris zou blijven
meebouwen aan het bedrijf. Een gouden
polshorloge met inscriptie vergezelden
de hartelijke woorden van de heer Van
Kooij.
De mede-firmant A. van Kooij huldigde
zijn broer Henk, mede namens zijn broer
Gerrit en zijn woorden van lof en hulde
gingen eveneens vergezeld van een gou
den polshorloge met inscriptie, waarvoor
de oudste firmant zijn jongere broers ont
roerd dank zegde.
Het oudste personeelslid, de heer A. Dirk-
sen, sprak namens het personeel en bracht
dank aan hun patroons voor de prettige
werkkring, om zich daarna tot de heer
J. Huigen te richten. Spr. bewonderde zijn
kameraadschap en goede omgang met het
personeel en sprak de wens uit, dat de
heer Huijgen ook nog het 50-jarig bestaan
van de firma zou moge meevieren. Na
mens het personeel werd hem een rook-
stoel aangeboden.
De heer Huijgen dankte hiervoor en gaf
een overzicht van de 25 jaren, die achter
hem lagen, waarin een klein bedrijfje
groot werd.
Namens het personeel bood de heer Hui
gen de firma een gebrandschilderd raam
aan.
Des middags was er een drukbezochte re
ceptie in hotel Van den Brink. Onder de
vele zakenrelaties en vrienden merkten
wij o.m. op de Burgemeester; de heer C.
van Es, hoofdinspecteur van Politie; de
heer H. Scholtmeijer, inspecteur van Po
litie, namens de Soester Politie Sport Ver
eniging; de gebroeders Pon uit Amers
foort; de importeur van de Mercedes, de
heer Holman; afgevaardigden van de Mo
tor- en Automobielclub „Soest" e.a.
De jubilerende firma moest ook hartelijke
gelukwensen in ontvangst nemen van de
cliënten en namens hen sprak de heer G.
Kruyff. Deze dankte ook de heer Huijgen
voor diens toewijding en bood hem na
mens de cliënten een envelop met inhoud
aan.
DENK OM DE ARBEIDSWET.
Wegens overtreding van de bepalingen van
de Arbeidswet is tegen 3 Soestenaren pro
cesverbaal opgemaakt.
ORGELS
PIANO's|
STEMMEN
OMBOUWEN
Wl/AAI Tfïl nieuweweg 103 E
VHIl IUL TELEFOON 2968 C
OPENBARE AANBESTEDING.
Door de architecten H. A. en ir G. Potho
ven werd Woensdag, in hotel „De Gouden
Ploeg", namens het bestuur der Koningin
Emma Huishoudschool alhier, in 't open
baar aanbesteed het bouwen van de Ko
ningin Emma Huishoudschool met daarbij
komende werken, op een terrein aan de
Talmalaan alhier.
De volgende 26 inschrijvingen kwamen
binnen:
Fa. C. Kok Zn., Amsterdam 197.700.-
Fa. J. Bontenbal, Zevenhuizen 195.700.-
T. Terlouw, Soest 193.700.-
V. de Vries, Haarlem 187.400.-
Fa. G. Gruson, Amsterdam 187.200.-
Bouwbedr. Munsterdam, A'dam 182.300.-
A. van Duin, Noordwijk 182.200.-
H. E. Bröring, Apeldoorn 180.200.-
Fa. J. Peysener, Hillegom 179.400.-
H. Ribberink, Soest 177.660.-
Fa. Gebr. Bornebroek, A'doorn 177.200.-
B. de Groot Zn., Arkel 174.000.-
T. G. J. Hofstee, Hilversum 173.000.-
Fa. J. v. d. Wal, Amsterdam 178.200.-
J. ter Voor, Hilversum 172.500.-
Bouwb. G. v. d. Broek, Baarn 171.553.-
H. 't Lam, Soest 169.200.-
G. J. Bornebroek, A'doorn 168.100.-
W. v. Breukelen Zn., Soest 163.619.-
Fa. J. S. Rasch, Soest160.000.-
G. Koelink, Hilversum 159.000.-
Fa. v. d. Wal Steeds, Utrecht 158.000.-
D. Chr. Stam, Soest 157.000.-
Fa. E. C. Higler, Soest 148.800.-
W. en J. Heyligers, A'foort 145.464.-
J. van Bekkum, Hoogl.veen 141.200.-
De begroting bedroeg 140.518.
De gunning wordt later bekend gemaakt.
R.K. VROUWENGEMEENSCHAP.
Voor de R.K. Vrouwengemeenschap te
Soestdijk droeg Mej. Miep de Leeuw, voor
drachtskunstenares te Culemborg, op zeer
verdienstelijke wijze de middeleeuwse
legende „Zuster Beatrijs" voor.
Deze legende werd in modern Nederlands
gezegd en door de aanwezigen met ont
roering aangehoord. Mimiek en voor
dracht maakten de uitgebeelde personen
tot levende mensen. Van het begin tot het
einde wist Miep de Leeuw haar gehoor te
boeien.
Deze avond, die de laatste was in dit sei
zoen, was een groot succes.
VERKEERD GELADEN.
Twee vrachtauto-bestuurders werden, be
keurd wegens een te hoge en te lange
lading.
AANRIJDING.
Op de Amersfoortsestraat, nabij „Ons Be
lang" naderde uit de richting Amersfoort
een grote vrachtauto en achter deze kwam
een truck met oplegger, die de voor haar
rijdende auto wilde passeren, hetgeen
door het drukke verkeer uit tegenoverge
stelde richting niet mogelijk was. Het ge
volg was, dat eerstgenoemde vrachtauto
van de weg werd gedrukt, een lichtmast
omver reed en tenslotte kantelde.
De chauffeur kwam met de schrik vrij.
De politie moest enige uren lang het ver
keer regelen.
GESLAAGD.
Voor het Unie Practijk-examen stenogra
fie en machlneschrijven te Utrecht slaag
den de volgende plaatsgenoten.
Typen: C. A. M. Damen, H. A. de Gans,
J. M. M. Geerders, J. C. de Jagt, A. P. H.
van Klooster, T. P. van Kooy, B. E. Mul
der, G. Snoek, G. H. Veluw, C. P. Vos, M.
Waardenburg, E. C. van Zoghel.
Steno Nederlands: A. Wijnen.
Alle geslaagden werden opgeleid door In
stituut Practicum, alhier.
ZEEPOST.
Met de volgende schepen kan zeepost ver
zonden worden. De data, waarop de cor
respondentie ter post moet zijn bezorgd,
staan achter de naam van het schip ver
meld.
Indonesië: s.s. „Maron", 15 Mei. m.s. „Mod-
jokerto", 20 Mei. Ned. Nw. Guinea: s.s.
„Maron", 15 Mei. m.s. „Modjokerto", 20
Mei. Ned. Antillen: m.s. „Artemis", 20
Mei. Suriname: m.s. „Nestor", 22 Mei. Unie
van Zuid en Zuid-West Afrika: m.s. „Pre
toria Castle", 15 Mei. m.s. Blitar", 19 Mei.
Canada: m.s. Prins Willem George Frede-
rik", 17 Mei. m.s. „Westerdam", 20 Mei.
Zuid-Amerika: s.s. „Eva Peron", 17 Mei.
Australië: s.s. „Strathmore", 14 Mei. Nw.
Zeeland: via Engeland, 15 Mei.
Inlichtingen betreffende de verzendings
data van postpakketten verstrekken de
postkantoren.
NED. BIJBELGENOOTSCHAP.
De aandacht wordt gevestigd op een ad
vertentie in dit nummer, waarin de jaar
lijkse ledenvergadering wordt aangekon
digd van de afdeling Soest van het Ned.
Bijbelgenootschap. Ds. Rullmann, geref.
predikant van Soest-Zuid, hoopt te spre
ken over: „De Bijbelverspreiding in In
donesië". Ook alle belangstellenden zijn
hartelijk welkom.
P.V. „DE ZWALUW".
Zondag nam de Vereniging „De Zwaluw"
deel aan een wedvlucht vanaf Vilvoorde.
Afstand 152 kilometer. In concours waren
376 duiven, die te 8.15 uur met Oosten
wind werden gelost.
De eerste duif arriveerde te 10 uur, 45
min., 0 sec., de laatste prijsduif te 11 uur,
8 min., 33 sec. De uitslag was:
E. v. d. Broek 1 65. W. Krijt 2 40 58 88.
J. v. d. Brink 3 41. H. Gorissen 4 21 25 33
59 67 69 72 83, C. v. d. Veen 5. J. Rauch
6 11 18 38. C. van Soest 7 52 63 71 74 76.
G. Visser 8 22 68. G. Haks 9. C. Coerman
10 91 92. H. Kriek 12. N. v. d. Veen 13. J.
Ottens 14 36. F. Limburg 15 24 94. J. de
Bree 16. A. van Kooy 17 40. P. de Bes 10
34 56 70. R. J. de Schiffart 20 93. A. Snij-
De bekendmaking, dat de zo heldhaftig
door Generaal De Castries en zijn mannen
verdedigde vesting Dien Bien Phoe was
gevallen, was nog niet uit de lucht of de
telegrammen met lofuitingen kwamen van
verschillende Westerse staatshoofden in
Parijs binnen.
„Zij waren een lichtend voorbeeld voor de
democratische wereld"; „Zij lieten zien
wat een volk, dat voor de vrijheid vecht,
in zijn mars heeft" en Minister Luns
zag in het verlies der vesting winst".
Ik vraag me af wat de Minister zou heb
ben gezien wanneer Generaal de Castries
de vesting had kunnen behouden
Generaal De Castries zal, wanneer hij de
ze blijken van waardering ooit onder zijn
ogen krijgt, er maar zeer schamper om la
chen.
Wanneer ooit vrienden elkaar in de steek
hebben gelaten en pas een vinger voor
hulp uitstaken toen een blinde kon zien
dat 't nutteloos was geworden, dan is dit
wel bij de belegering van Dien Bien Phoe.
Wij weten uit ervaring met Ned. Indië hoe
onverklaarbaar vrienden kunnen hande
len. Ook in Frankrijk zullen velen zich af
vragen of zij misschien in Indo-China een
of andere grote „vriend" in de weg zitten
en dat daarom dit offer gebracht moest
worden of dat dit misschien de straf voor
de Franse houding in het Europa-vraag
stuk is. Een houding, die vooral door Ame
rika, omdat zij nu eenmaal geen Europea
nen zijn, niet wordt begrepen.
En waar bleef de andere vriend van
Frankrijk, Engeland, die toch waarlijk op
haar eentje in Malakka ook niet zo benij
denswaardig zit
Voor ons gewone mensen staat vast, dat
hier geholpen had moeten worden, temeer,
daar dit geen strijd was tegen plaatselijke
opstandelingen, doch tegen een openlijk
door China en indirect door Rusland ge
steund leger.
De Westerse wereld liet zijn helden zit
ten. Er werd gepraat over luchtbruggen
e.d., maar verder dan een schamel pogen
kwam het niet en nog veel te laat.
Met de val van Dien Bien Phoe heeft de
Westerse wereld de zoveelste niet te her
stellen deuk gekregen.
De staatsman, die het zo wil kronkelen,
dat door deze nederlaag de Westerse po
sitie op de conferentie te Genève is ver
sterkt, kletst tegen beter weten in en
wanneer hij inderdaad meent wat hij zegt,
is de situatie zoveel te jammerlijken
Hij geeft daarmee blijk niet de flauwste
notie van de Oosterse mentaliteit te heb
ben en van hoeveel waarde het is in de
ogen der Oosterlingen niet zijn gezicht te
verliezen
H. OEKMAN.
en
beneden de stadsprijzen.
Soesterbergsestraat 30 Tel. 2454
ders 23 29 73. H. Onwezen 27 30 48. V.
Reijerse 28. K. Keja 31 39 81 86. J. van
Maurik 32 82. A. van Donselaar 26 50 85.
N. van Fulpen 35. P. Wolfsen 37. O. L.
Zimmerman 42 57. A. Rijksen 43 80. J.
Leek 44 64. H. Smit 45 62 66. J. v. d. Belt
46 51. Sj. Rijksen 47 54 55 75 77 84 87 90.
J. v. d. Brakel 53. A. v. d. Pol 60. W. Pu-
reveen 61. L. van Klooster 78 89. C. de
Goede 79.
VELUWE-TOERRIT.
Zondag j.1. hield de Utrechtse toer- en
renvereniging „De Volharding" bovenge
noemde tocht over een afstand van 135
kilometer. Start en finish te Utrecht.
Deze prestatierit met 150 deelnemers
werd mede ondernomen door een drietal
inwoners uit onze gemeente: de „Tempo"-
veteraan P. van Wijkvliet te Soestdijk en
de leden van ons politiecorps P. Bergman
te Soestduinen en G. v. d. Weerd te Soes-
terberg.
Genoemde deelnemers wisten de tocht,
waarvan de duur op 10 uur was gesteld, te
volbrengen in 7 uur en kwamen 10 minu
ten na de eerstbinnenkomende aan de fi
nish te Utrecht aan.
MEISJESSLAAPZAAL.
Op een deftig meisjesinternaat komt de
directrice op een morgen tot de ontdek
king, dat één der jonge, aan haar toever
trouwde meisjes gewurgd en vastgebon
den op haar bed ligt. De voorlopige onder
vraging van personeel en leerlingen levert
geen resultaat op, waarna inspecteur Mar-
co voor e enlang niet eenvoudige taak ge
steld wordt het raadsel op te lossen.
Ziehier het gegeven, waarmee regisseur
Henri Decoin alleen reeds gelegenheid te
over had tot het maken van een boeiende 1
en spannende film, maar waarvan hij meer I
heeft weten te maken dan een rolprent I
van louter beklemming, door op verdien-"
stelijke wijze het element spanning samen^
te brengen met de aantrekkelijke en vaak
amusante sfeer der kostschool.
De toeschouwer volgt hier niet de gebruik
kelijke zakelijke ontwarring van een misf
daad, maar voelt zich opgenomen in d£
handeling. Door de met veel humor
flair neergezette typeringen maken w|
intiem kennis met allerlei bizarre
wikkelingen rond het geval.
Deze film, welke de gewone thriller verj
overtreft, gaat van heden tot e
Zondag in het City-Theater.
BRAND.
De brandweer moest kort na elkaar tw
maal uitrukken voor een brand in de
meentelijke vuilnisbelt. Ook de bra
weer van Soest was met de nevelspuit
wezig, terwijl militairen assistentie
leenden.