Moeilijkheden over benoeming schoolhoofd. De Soester Raad bijeen. Dr. Oranje keurt het beleid van B. en W. ten sterkste af. Onderhands of openbaar aanbesteden. Op het monument mag niet gespeeld worden. COMPLETE KEUKENUITRUSTINGEN. DRU - BK - KAT - ALHO BAZAR DE LUXE IN DE HOEK. DINSDAG 16 AUGUSTUS 1955. 33e JAARGANG No. 61. OURANT Verschijnt iedere Dinsdag en Vrijdag. Abonn. per kwart, 1.95 - per post 2.10 UITGAVE: DRUKKERIJ SMIT SOESTDIJK BUREAU VOOR REDACTIE EN ADMINISTRATIE: VAN WEEDESTRAAT 35, SOESTDIJK TELEFOON 2566 POSTGIRO 126156 De Burgemeester opende Vrijdagavond de gemeenteraadsvergadering op de gebruikelijke wijze en deelde unee, dat Mevr. POLET bericht van verhinde ring gezonden had. Punt 1 van de agenda, vaststelling van de notulen van de vergadering van 27 Juni, leverde geen moeilijkheden, maar het eerste ingekomen stuk wel. 2. Ingekomen stukken: a. verzoek van J. J. H. van Tüyl om ontslag uit zijn betrekking van onder wijzer aan de O.L. School Beetzlaan, met voorstel dit eervol te verlenen met ingang van een nader door B. en W. te bepalen datum. Na het voorlezen door de Voorzitter van dit punt vragen drie sprekers te gelijk het woord, dat de heer VAN WELY als eerste krijgt. Spr. wijst er op, dat de gemeente ontslag moet ge ven aan een onderwijzer, die bij het benoemen van een hoofd van de open bare school aan de 'Beetzlaan sterk op de voorgrond trad, maar niet benoemd werd. Er is in die paar maanden veel veranderd. In April achtte men in Soest deze leerkracht niet kundig ge noeg om zelfs maar op een voordracht geplaatst te wo-rden en enige maanden later volgt zijn benoeming in Voor burg. Dit acht de heer Van Wely niet in het belang van het openbaar on derwijs. De VOORITTER verzoekt de heer Van Wely zich te willen houden aan het agendapunt. Niet de benoeming van de heer Van Tuyl in Voorburg is aan de orde, maar zijn verzoek om eervol ont slag. De heer VAN WELY betuigt zijn spijt over deze gang van zaken. Soest had de heer Van Tuyl kunnen behouden als hij op de voordracht geplaatst was. Gouverner c'est prévoir, en B. en W. hebben getoond, dat zij in deze zaak niet vooruitgezien hebben. Dit is jam mer en schadelijk voor het onderwijs. Tijdens de uiteenzetting van de heer Van Wely interrumpeert de heer A. P. HILHORST enkele malen, waarbij hij naar voren laat komen, dat deze zaak niet schadelijk is voor het open baar onderwijs, daar de heer Van Tuyl in Voorburg ook aan een openbare school benoemd is. De heer VAN WELY merkt op, dat ie der wel begrepen zal hebben, dat hij het openbaar onderwijs in Soest be doeld heeft. Een goede onderwijzer zit niet om Soest verlegen, maar Soest wel om een goede onderwijzer. Dit heeft Voorburg beter begrepen. Mevr. LANDWEER-DE VISSER zegt zich te z*llen beperken tot het ontslag, maar zij wil toch kenbaar maken, dat het zeer te betreuren is, dat dit ge geven moet worden. Leerkrachten als de heer Van Tuyl liggen niet voor het opscheppen en het verheugt spr., dat de heer Van Tuyl tenminste in Voor burg de waardering heeft kunnen vin den, die hem in Soest onthouden werd. De onderwijscommissie, die in April de benoeming van de heer Van Tuyl voor stond, was dus kennelijk niet verkeerd, toen zij unaniem verzocht de heer Van Tuyl als eerste op de voordracht te plaatsen en het doet spr. genoegen, dat door de benoeming in Voorburg gebleken is, dat de onderwijscommis sie het bij het rechte eind had. De heer A. P. HILHORST vindt, dat het geen enkele zin heeft deze dingen te zeggen, temeer daar het de indruk wekt, alsof het nieuwbenoemde hoofd niet kundig genoeg zou zijn om zijn functie in de school aan de Beetzlaan te vervullen. Ook de heer VAN ANDEL belooft zich aan het ontslag te zullen houden, maar verklaart gaarne, dat de oorzaak van het niet benoemen van de heer Van Tuyl gezocht moet worden in het ont breken op de raadsvergadering van April van hemzelf door ziekte en spr. meent uit de stemmenverhouding te hebben kunnen opmaken, dat zijn ei gen stem, ten gunste van de heer Van Tuyl, doorslaggevend geweest zou zijn. Dit is temeer jammer, omdat het ge meentebestuur zich nu geblameerd heeft. Graag had de heer Van Andel zich toen met een ziekenauto laten brengen, als hij geweten had, dat zijn stem deze hele onaangename gang van zaken had kunnen voorkomen. Spr. hoopt, dat B. en W. zich zullen hou den aan de datum (1 Sept.), welke door de heer Van Tuyl gevraagd is. De heer ORANJE meent, dat de voor zitter inderdaad om beperking mag vragen. Hetgeen gezegd wordt is ech ter een gevolg van het gevoerde be leid van B en W. Twee van de vier betrokken leden van de onderwijscom missie hebben tot nu toe hun misnoe gen te kennen gegeven over het feit, dat de raad zal hebben te besluiten in te stemmen met het vertrek van een onderwijzer, die de gehele commis sie gaarne als schoolhoofd in onze ge meente zou hebben gezien en met de commissie een groot deel van de raad. Voor het benoemen van de heer Over- hoff tot schoolhoofd is de raad verant woordelijk. Ik wil aan die benoeming niet tornen, al was het alleen maar om alle schijn te vermijden, dat be zwaren tegen de heer Overhoff mij zouden bewegen U het woord te vra gen. Maar waarvoor de raad geen verant woordelijkheid draagt, is, dat de raad de mogelijkheid onthouden is zich over de heer Van Tuyl uit te spreken. De raad kan daarvoor geen verantwoorde lijkheid dragen, omdat 't college, tegen het advies van de onderwijscommissie in, geweigerd heeft hem op de voor dracht te plaatsen. En dat, Meneer de Voorzitter, komt voor de verantwoor delijkheid van het college en in de eerste plaats van de wethouder van onderwijs. Door onvoldoende waarde te hechten aan het, ik mag wel zeg gen unanieme oordeel van de ouders, die om zijn benoeming petitionneerden en het positieve oordeel van de on derwijscommissie. Door zijn persoon lijk oordeel hardnekkig te stellen bo ven deze veelstemmige aandrang dwong hij de raad de heer Van Tuyl buiten mededinging te laten en dwong hij de heer Van Tuyl elders de waardering te zoeken, die hem hier door de wethou der van onderwijs en het college werd onthouden. De heer Van Tuyl krijgt nu wat hem toekomt, maar Soest ver liest een door de ouders der leerlin gen en de onderwijscommissie uit de raad hoog geschat onderwijzer. Bovendien wordt de school aan de Beetzlaan - als ik goed gehoord heb - gedesorganiseerd, omdat de oudercom missie en bloc bedankt heeft. Daarmee heeft in mijn ogen het beleid van de Wethouder gefaald. Het ver trouwen in zijn beleid is bij de ouders en bij een belangrijk deel van de raad geschokt. De heer Van Tuyl is tenvolle gerehabiliteerd. Ik zie met belangstel ling uit naar de wijze, waarop onze Wethouder van Onderwijs zich rehabi literen zal. Het spijt me, Meneer de Voorzitter, dat ik het zeggen moet, maar ik moet U ook persoonlijk voor een deel in dit falen betrekken. Ik heb een ernstige poging gedaan, in onze vergadering van 19 April, om de Wethouder en het col lege voor de gemaakte fout te behoe den, door, in de vorm van een motie, een verzoek aan het college ter tafel te brengen, de heer Van Tuyl alsnog op de voordracht te brengen. U hebt toen, in strijd met het recht, gepoogd de raad te beïnvloeden die motie niet aan te nemen, door ze staatsrechtelijk ontoelaatbaar te noemen. Nergens, Me neer de Voorzitter, zult U uit het staatsrecht kunnen bewijzen, dat een verzoek van de raad aan het college ontoelaatbaar is. U hebt zich onrecht matig achter het recht verscholen om aan een beleidskwestie te ontkomen. Want het was geen kwestie van recht, wat U of het college met dit eventueel door de raad overgenomen verzoek zou doen, maar een kwestie van beleid, dus van eigen persoonlijke verantwoor delijkheid. In plaats van te zeggen: ,,Ik wil het niet", hebt U gezegd: „De Wet wel het niet", zonder dat de Wet U daarin steunt o£ dekt. Dat was jammer, Meneer de Voor zitter. De gevolgen leren nu, dat de zaak waar het om gaat beter ver diend had. Maar er was helaas nog meer. Ik heb U in diezelfde vergadering dadelijk op dit punt bestreden. Desondanks hebt U de vergadering voorgehouden, dat ik het met U eens was, dat het verzoek staatsrechtelijk onaanvaardbaar was. Ik wees U er nog op in onze vorige ver gadering bij het arresteren van de no tulen (blz. 62 onderaan). Ik twijfel niet aan Uw goede trouw, maar zolang U een ander standpunt inneemt dan ik, mag ik niet aanvaar den, dat U de raad voorhoudt, dat ik Uw standpunt zou delen en daarmee het mijne verzwakken. Uw uiteenzettingen hebben in de raad een groot gezag en zij verdienen dat in het algemeen ook. Maar juist daar om is de verantwoordelijkheid voor wat U zegt groot. Ik betreur het, dat U ditmaal de raad met bepaaldelijk onjuiste argumenten beïnvloed hebt, of althans gepoogd hrbt dat te doen. Dat de gemeentebelangen door het be leid van de Wethouder van Onderwijs en door de wijze, waarop U dat beleid gesteund hebt, ten opzichte van de school in de Beetzlaan meer geschaad dan gebaat zijn, c'aarvan houd ik mij met de raadscommissie van onderwijs overtuigd. Het verzoek om ontslag van de heer Van Tuyl kan naar redelijkheid niet worden geweigerd. Het is daarom juist, dat het college voorstelt het te ver lenen. De toezegging, die ik op de stukken vond, dal het college de in gangsdatum denkt vast te stellen over eenkomstig dit verzoek, kan ik waar deren. in emaille >n aluminium. VAN WEEDES1R. 32 - TEL. 2239 SOESTDIJK Wethouder DE H \AN meent in zijn antwoord aan de jieer Van Wely, dat deze voor de puimeke tribune schijnt te spreken, daarbij in herhalingen ver vallend. Het getuigenis van Mevrouw Landweer kan spr. waarderen, maar in het algemeen is het verstandig geen oude koeien uit de sloot te halen en daar deze zaak afgedaan is, lijkt het spr. onjuist hierover nog eens te be ginnen. De heer Van Wely heeft zo mooi buitenlands gesproken en spr. wil dit ook doen, door te zeggen, dat men een good looser (verliezer) moet zijn. Men kan de gang van zaken betreu ren, het is anders gegaan dan vele raadsleden gewenst hadden, maar na kaarten heeft geen zin. De wethouder ontlast graag het ge weten van de heer Van Andel, als deze zich bezwaard voelt door het feit, dat de heer Van Tuyl benoemd zou zijn, wanneer hij aanwezig geweest was. Dit is n.1. niet zo, daar het hier om een precedure ging, waarbij het al of niet aanwezig zijn van een raads lid geen invloed had. Verder verzoekt spr. de heer Oranje voortaan dergelijke uitvoerige uiteen zettingen bij de algemene beschouwin gen te houden en niet bij één of ander willekeurig punt. Volgens de heer Oranje zou de school gedesorganiseerd zijn door het aftreden van de ouder commissie, maar de school drijft op de leerkrachten en belangrijk is hoe zij hun werk doen. In September zal blijken, dat de school niet gedes organiseerd is en de ouders zullen in zien, dat een nieuwe oudercommissie gewenst is om de school weer volledig op gang te helpen. Spr. vindt rehabilitatie van zichzelf niet nodig, omdat hij zich niet gebla meerd voelt. De VOORZITTER merkt op, dat thans het ontslag van de heer Van Tuyl aan de orde is en dat men dit ontslag als kapstok gebruikt om er iets aan op te hangen. De heer Oranje gaat hierin wel heel ver, door de gehele procedure van April ter tafel te brengen, daar mee trachtend spr. uit z'n tent te lokken. Deze zal hier niet op ingaan, daar hij verschillende sprekers er op gewezen heeft, dat ze buiten de orde gingen en de kans loopt te horen te krijgen, dat de pot de ketel verwijten doet. Een opmerking van Wethouder DE HAAN, waarom in de onderwijscommis sie niet over deze zaak gesproken is, wordt door Mevr. LANDWEER aange grepen om er op te wijzen, dat de Wet houder als voorzitter van deze com missie de ontslagaanvrage van de heer Van Tuyl niet ter tafel gebracht heeft, zodat er niet over gesproken kon wor den. De Wethouder geeft ten antwoord, dat hij deze bal graag terugkaatst door op te merken, dat Mevr. Landweer dit ontslag wel aangeroerd heeft in de onderwijscommissie, maar er verder weinig over gezegd heeft. Blijkbaar is dit als prettige verrassing voor de raad bewaard. Mevr. LANDWEER meent, dat bespre king van dit punt van de Wethouder had moeten uitgaan. De heer VAN ANDEL vindt de opmer king van de Wethouder, dat de heer Van Wely blijkbaar voor de publieke tribune sprak op z'n zachtst uitgedrukt weinig gelukkig. Wat in de raad ge zegd wordt is voor de raad bestemd en niet voor het publiek. De heer ORANJE zegt, dat hij aan vankelijk het plan had een en ander naar voren te brengen bij de begroting, maar dat hij de zaak van te groot be lang achtte, zodat hij het om die reden niet heeft uitgesteld. Nadat de VOORZITTER de heer Van Andel gezegd heeft, dat in het prae- advies van B. en W. inderdaad voor gesteld wordt het eervol ontslag per 1 Sept. te doen ingaan, wordt aan de heer Van Tuyl dit eervol ontslag ver leend. b. Besluit van de raad der gemeente Bolsward d.d. 13 Juli 1955, inhoudende een plechtige boodschap, met voorstel hiervan met belangstelling kennis te nemen. Aldus besloten. c. Schrijven van E. L'hoëst te Soest, verzoekende hem in aanmerking te doen komen voor aankoop door de gemeen te van schilderstukken, met voorstel van B. en W. hem te berichten, dat hij zich zonodig tot Maatschappelijk Hulpbetoon kan wenden. Conform besloten. d. Verzoek van J. de Jong, Eemstraat 4, Soest, om ontheffing van het bepaal de in de verordening ex art 4, le lid, 2e der Hinderwet voor het oprichten van een pottenbakkerij in de kom der gemeente, met voorstel dit in handen te stellen van B. en W. om prae-ad- vies. Conform besloten. e. Aanbieding Jaarverslag van de in stelling voor Maatschappelijk Hulpbe toon over 1954 met voorstel dit voor kennisgeving aan te nemen. De heer PIEREN wijst er op, dat aan vankelijk iedere drie maanden een rap port uitgebracht werd over de werk plaats voor onvolwaardigen, maar dit rapport is nog slechts tweemaal ver schenen. Spr. stelt voor het jaarver slag van de Instelling voor Maatschap pelijk Hulpbetoon te bespreken in de Sociale commissie. De heer SCHAAFSMA betreurt het, dat B. en W. dit jaarverslag willen afdoen met het voor kennisgeving aan te nemen. Spr. vindt het verslag bij zonder interessant. Bij het bestuderen krijgt men een goede kijk op de maat schappelijke noden en de vraagstukken, die hiermee samenhangen. Verheugend is de samenwerking tussen gemeente en kerk. Men is grote dank verschul digd aan de voorzitter, het bestuur en de leden van de instelling. De heer VAN WELY zou gaarne zien, dat het rijk hulp verleende aan woon wagenbewoners, die hieraan behoefte hebben, maar wethouder DE HAAN deelt mede, dat de gemeente waar deze woonwagenbewoners toevallig verblij ven voor de kosten moet opkomen. Dit is voor Soest wat ongunstig, omdat veel woonwagenbewoners hierheen trekken, daar er een goede gelegenheid is hun wagens hier te plaatsen, zulks in tegen stelling tot vele andere gemeenten. Binnenkort zal er echter van rijkswege een regeling getroffen worden, waar door een gemeente als Soest, met vele woonwagenbewoners, minder zwaar be last zal worden. Spr. deelt de heer Schaafsma mee, dat het helemaal niet nodig is dit ver slag voor kennisgeving aan te nemen en B. en W. wensen met dit voorstel niets dood te zwijgen. Bij de begroting kan er altijd over gesproken worden. De heren SCHAAFSMA en VAN WELY vragen nog inlichtingen over z.g. dub bele bedeling, waarop de wethouder zegt, dat het hier gaat om hulp van gemeente en kerk, waarbij de kerk het heft in handen heeft, maar de gemeen te een oogje in het zeil houdt. De heer VAN ANDEL zou graag zien, dat de Sociale Commissie wat vaker bijeen kwam. Conform het voorstel wordt besloten. f. Rapporten van het Centraal Bureau voor Verificatie en Financiële Advie zen der Vereniging van Nederlandse Gemeenten betreffende controle admini straties met voorstel van B. en W. om dit voor kennisgeving aan te nemen. Conform besloten. g. Schrijven van H. Donker inzake grondruiling nabij de Soesterbergse- straat met voorstel van B. en W. Conform besloten. h. Verzoek van E. C. v. d. Kley om Onze Wethouder van Onderwijs kan zich dan niet geblameerd voelen in zake het in feite afwijzen van de Heer Van Tuyl als schoolhoofd in Soest, of hij zich niet geblameerd heeft is een andere zaak. De Wethouder kan mogelijk het for mele recht aan zijn zijde weten, maar dat hij de wensen der ouders in deze kwestie zo weinig serieus nam en aan zijn wethouderslaars lapte, wordt hem door vele gemeentenaren vrij zwaar aangemeten. Het advies, dat onze Wethouder de raadsleden gaf: „wees een goed ver liezer, er is toch niets meer aan te doen" en „laten we geen oude koeien uit de sloot halen, want er is geen enkel belang mee gediend nog langer over de afwijzing van de heer Van Tuyl te praten", was misschien het eerste commentaar, dat hem zo gauw te binnen schoot, maar zo simpel is de zaak toch niet. Het had wel degelijk zin voor onze raad om op de kwestie terug te komen, al zou het alleen maar zijn, om lering uit dit geval te trekken. Voornamelijk wel, omdat de kiezers met een dergelijke gang van zaken in het geheel niet ingenomen zijn en graag een beetje zekerheid hebben, dat bij een volgende aangelegenheid hun naar voren gebrachte mening meer effect heeft, dan de stem van de man, die in de woestijn stond te roepen. Wanneer een raadslid zegt, dat het vertrouwen in de Wethouder bij vele ouders en een belangrijk deel van de raad is geschokt, vind ik dat netjes uit gedrukt. De benoeming van de heer Van Tuyl in Voorburg met 25-0 stemmen is slecht mis te verstaan. En wanneer ik nu nog zou vertellen wat de oudere, (gelukkig) minderjarige leerlingen zeggen, zou dit Hoekje niet worden opgenomen. H. OEKMAN. ontslag uit zijn betrekking van onder wijzer aan de O.L. School te Soester- berg met voorstel dit eervol te verlenen met ingang van een nader door B. en W. te bepalen datum. Conform besloten, nadat de heer SCHAAFSMA opgemerkt heeft, dat het jammer is, dat deze leerkracht ver trekt. i. Vaststelling van de gemeente- en be- drijfsrekening over 1952 door Gedepu teerde Staten met het voorstel dit voor kennisgeving aan te nemen. Conform besloten. j. Verzoek van het bestuur van de Utrechtse Chr. Boeren- en Tuinders- bond om een subsidie over 1954 met voorstel van B. en W. In handen gesteld van B. en W. voor prae-advies. k. Verzoek van enige bewoners van de Duinweg om maatregelen te treffen, waardoor het veroorzaken van hinder naar buiten door het in werking hou den van een lakspuiterij met moffel- oven in het bedrijf „Artimeta", Braam- weg 43A, Soest, wordt voorkomen met voorstel dit verzoek ter afdoening in handen van B. en W. te stellen en onder mededeling, dat reeds maatregelen zijn getroffen om de uitoefening van het bedrijf te doen staken. Mevr. LANDWEER-DE VISSER deelt mee, dat Artimeta een apparaat van ongeveer 3000 gulden wil kopen om een eind aan de hinder te maken. Zij waardeert dit, maar vraagt zich af, of de bewoners van de Duinweg dan van de overlast af zijn. Spr. verzoekt het college niet zonder meer vergun ning te verlenen, maar eerst goed te onderzoeken. De VOORZITTER wijst op de fout van bedoelde firma, die zonder vergunning begonnen is en nu met moeilijkheden zit. De raad moet ontheffing verlenen voor de moffeloven en B. en W. voor de lakspuiterij. B. en W. hebben Arti meta aangezegd het bedrijf te sluiten, maar thans gelegenheid gegeven voor zieningen te treffen, waardoor de om wonenden geen last van het bedrijf hebben. Dit moet dus afgewacht wor den. De heer VAN ANDEL vraagt of er niets meer gedaan kan worden, wan neer ontheffing van de bepalingen in de hinderwet verleend is en achteraf blijkt, dat omwonenden toch hinder ondervinden. Wethouder VAN ZADELHOFF deelt mee, dat de voorwaarden dan gewijzigd kunnen worden en dat tenslotte tot sluiting overgegaan wordt, indien de betrokkene niet in staat is te voor komen, dat omwonenden gehinderd worden. (Vervolg pag, 2).

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1955 | | pagina 1