Voor HOEDEN naar HOPPENBROUWERS
To/»
I
thermogene
TWEEDE BLAD
Wat doen de Soestenaren
tijdens de heersende kou?
Autoverhuurbedrijf Wijma
RADIO TELEVISIE
C. DE JONGH
Handen en Lippen
r uw?i
Het A.B.C. van Uw succes
Oe grote drie
WITTE KRUIS
ONTVOERD
Help het dier in nood!
HAMEA
VAN DE „SOESTER COURANT"
VAN VRIJDAG 24 FEBRUARI 1956.
Er is wel niemand, die niets te maken
heeft met de barre kou en de sneeuw,
die decimeters hoog ligt en voorlopig
wel zal blijven liggen, tenzij het warm
water gaat regenen.
Wie er dagelijks uit moet heeft te
tobben met de gladheid, met handen
die verkleumen en oren die willen be
vriezen, en zij die thuis kunnen blijven
zijn in hoofdzaak de bejaarden, die
eigenlijk veel liever eens de straat
opgaan, maar zich veelal niet op de
gladde weg wagen en wachten tot de
temperatuur hoger ligt en de straten
schoon zijn.
A. De aannemer is een van de eersten,
die in het woordenboek genoemd wordt
en hij heeft al heel veel te maken
met deze kou.
Gelukkig is het nog niet zo erg als
vorig jaar, toen er in de bouwvakken
drie maanden lang niet gewerkt is.
Als het straks gaat dooien kan er nog
niet direct begonnen worden, want
vele materialen moeten zich eerst aan
passen aan de temperatuur en het kei
harde cement is niet direct bruikbaar.
De accountant, de adjunct-commies, de
analist en de autogeen-lasser hebben
minder te maken met vorst en kou dan
de asfalteur, die thans niet aan de
wegen kan werken.
De administrateur zit bij de kachel, de
autospuiter en autoschilder bevinden
zich eveneens binnen, maar de arts
moet erop uit en vooral in deze tijd
zijn er veel zieken.
SOESTERBERGSESTRAAT 95
TELEFOON 3316
All risks verzekerd
Radio en verwarming
Niet krabben. De helder vloei
bare D.D.D. kalmeert de Jeuk
in enkele seconden, doodt de
üekteklemen, zuivert en ge
neest tot diep in de huidporiën.
GENEESMIDDEL TEGEN
HUIDAANDOENINGEN
VLOEISTOF - BALSEM
ZEEP
Dan hebben de advocaat en de archaeo-
loog het beter. De architect kan bin
nenshuis wel werk vinden, de auto
monteur eveneens, maar het is geen
pretje nu onder een wagen te kruipen
als de garage niet warm te stoken is.
De apothekersknecht zal moeite heb
ben geen flesje te breken tijdens glij
partijen, maar de ambtenaar heeft wei
nig last, tenzij hij in de buitendienst
zit, en een amanuensis kan er voor
zorgen, dat hij niet te ver van de
kachel af zit.
Assuradeur en autohandelaar moeten
er op uit, maar niemand zal ze kwaad
aankijken als ze een dag bij de haard
blijven zitten.
B. B is de bakker, die bakt ons brood,
hebben we vroeger geleerd, maar brood
bakken valt bij deze temperatuur ook
niet mee, omdat het deeg slecht rijzen
wil en het bezorgen van het manna is
helemaal een probleem.
De bakkers hebben dan ook besloten
twee dagen per week niet te bakken
en niet te bezorgen en niemand kan
het ze kwalijk nemen. Bankwerker,
boorder, boekhouder, bankemployé,
boekdrukker, boekhandelaar, brillenslij-
per, binnenhuisarchitect, boekbinder,
boordenstrijker en biljartmaker, zij zijn
allen niet langer buiten dan nodig is
om de plaats van hun werkzaamhe
den te bereiken en op de terugweg
naar de warme kachel, maar een bad
meester komt daar nu helemaal niet
vandaan, evenmin als een betonwer
ker. De brandstoffenhandelaar zou een
gouden tijd beleven als er niet zoveel
op de lat gekocht werd en als er geen
schaarste aan kolen dreigde. De bloe
mist en de bloemkweker strijden har
der tegen de vorst dan wie ook en de
behanger zal geen tijd van hoogconjunc
tuur beleven, want wie denkt er nu
aan behangen De boerenknecht gaat
door met zijn werk, de brander brandt
voort en warmt zich, de bewaker lijdt
kou als hij buiten moet waken en de
bootsman is gelukkig af als hij toe
vallig in de Rode Zee zit. De bijkok
zit het dichtst bij het vuur dus hij
warmt zich het best, de bouwkundige
zal zich veel met z'n tekeningen bezig
houden, de boomkweker zal er voor zor
gen, dat de bomen niet te lijden heb
ben van de kou en de bosarbeider zal
menigmaal in z'n handen wrijven wan
neer hij aan het werk is. En dan de
besteller van de P.T.T., die geregelde
bezoeker aan onze huisdeur, die nu
een zware taak heeft en die er meer
op uit moet dan de banketbakker, de
bloembollenhandelaar en de betoncon-
structeur.
C. Caféhouders zijn er haast niet meer
in Soest, want het zijn nagenoeg alle
maal restaurant-houders geworden.
Vroeger ging een man even naar de
kroeg of de herberg. Later werd het
't café en nu is het $1 't restaurant
geworden waar hij z'n borrel drinkt en
zich innerlijk kan verwarmen. De men
sen uit 't drooggelegde Hees blijven ook
thuis omdat zij kilometers moeten af
leggen om een borrel te kunnen krij
gen. De correepondent zit lekker warm,
evenals de chemicus, de calculator, de
cantine-beheerder, de candidaat-nota-
ris, de cassière, de chef-kok, de costu-
mière, maar van de crasseur weet ik
het echt niet, omdat ik geen notie heb
wat dat is. De colporteur zal er op uit
moeten en de controleur en de contro-
leuse eveneens, tenzij ze het in een be
drijf zijn. De carosseriebekleder zal waar
schijnlijk niet in de sneeuw zitten, even
min als de carosseriebouwer, maar de
commies kan tot beide kategorieën be
horen. De corveër zal het zoveel mo
gelijk binnenshuis moeten zoeken, even
als de consulent, maar de chauffeur
kan binnen niet veel beginnen en er
wordt veel van zijn kunde gevraagd
door de gladde wegen.
KONINGINNELAAN 74 - SOESTDIJK
TELEFOON 3467
D. Een drukker, een dienstbode, een
drogist en een directeur kunnen het
met de vorst nog wel uithouden, maar
de dierenarts zal menigmaal de kou
in moeten om voor de dierenwereld
te zorgen. Dansleraren en deurwaarders
schijnen er in Soest niet te wonen,
evenmin als diamantbewerkers. Diplo
maten komen hier evenmin voor en
niemand heeft als beroep doodgraver
opgegeven. Dierentemmers, duikers,
duikbootcommandanten en dwangarbei
ders zoekt men hier eveneens tever
geefs. Draaiers zijn er wel en zij zul
len hun werk in hoofdzaak in goed-
verwarmde fabrieken verrichten.
E. De electriciën heeft veel te doen
met storingen door overbelasting en
elk ogenblik wordt zijn hulp ingeroepen.
Van aanleg in nieuwbouw komt met
deze vorst niets terecht.
De etaleur kan het nog wel houden,
maar de expediteur moet er op uit.
De econoom zal veelal binnenskamers
economie bedrijven, de emaille-brander
en de emaillemaker gaan ook niet bui
ten zitten, maar of men emulsie binnen
maakt weet ik niet, want ik heb nog
nooit van een emulsiemaker gehoord.
F. De fabrikant heeft vele problemen
door vorst en sneeuw. Slechte aanvoer
van materiaal, onbruikbaarheid voor
lange tijd van het materiaal dat buiten
ligt, terwijl vertegenwoordigers veel
minder kunnen doen dan anders.
De fruitteler zal zich aan z'n kas moe
ten houden, de fotograaf zal het zoveel
mogelijk binnenshuis zoeken, maar de
foto-journalist zal met verkleumde vin
gers voor foto's moeten zorgen. Een
filmgietmeester komt nu niet buiten
als hij aan het werk is, een fitter kan
buiten weinig beginnen, de firmant moet
het op kantoor zoeken, maar de fruit-
irecteur
Hij zou er geen gat
meer In zien met
zo n lapwerk.
Gelukkig is er
egelijk
onzichtbaar stoppen I
Hilversum - Langestr. 99 - Tel, 8889
Laren - Veldweg 1 - Tel. 3025
Soest - Molenstraat 16 - Tel. 3258
Oud Loosdrecht - C 144 - Tel. 216
handelaar is voortdurend in gevecht
met de vorst, de prijzen en de huis
vrouw, die nu meer geld voor kolen
dan voor fruit nodig heeft. Fietsenma
kers plakken de banden niet op straat
en trekken zich terug in de werkplaats,
niet te ver van de kachel.
G. De groentehandelaar is goed af als
hij ook een winkel heeft, want de
vorst bedreigt de waren van hem die
langs de deuren gaat. De grondwerker
laat de grond maar zitten tot beter
tijden, maar de gymnastiekleraar moet
naar school. De garagehouder krijgt
menige auto onderhanden, die in kon-
flikt met de vorst kwam en de glas
in-lood-zetter kan alleen binnenshuis
terecht, evenals de glasbewerker. De
gezinsverzorgster heeft het extra zwaar
door het uitvallen van sommige mid
delen van comfort als waterleiding en
bad, de grossier kan niet altijd thuis
blijven zitten en de granietwerker moet
proberen de kost binnenshuis te ver
dienen. Glazenwassers zie je niet aan
het werk, gereedschapsmakers verwij
deren zich niet al te ver van de ver
warming en gezagvoerders kunnen veel
kou lijden, tenzij ze zich tijdig naar
warmer streken konden terug trekken.
H. Hotelhouders zullen weinig mensen
zien, die komen om de schoonheid van
de Soester omgeving te bewonderen.
Huisschilders wagen zich niet op de
ladder, hout- en handelsagenten zullen
er op uit moeten, vorst of geen vorst,
maar horlogemakers, huisknechten,
houtbewerkers, houtzagers, hulpen in
de huishouding, huishoudsters en hand
wevers kunnen het veelal binnen af.
Als huisvrouw een beroep is, dan is het
vooral in deze tijd een heel slecht be
roep. De kachel krijgt nooit genoeg,
de kinderen komen vaak huilend van
de kou thuis of likken aan brugleu
ningen om te zien of hun tong er aan
vast vriest; vuile voeten, niet te vullen
magen, bevroren dit en bevroren dat
en de meeste kamers steenkoud. Han
delaren moeten er op uit.
I. Imkers kruipen maar bij de kachel,
evenals instrumentmakers en illustra
tors. Industrieëlen hebben vele moei
lijkheden op het gebied van materiaal
voorziening en personeelsverzuim, in-
stalleurs kunnen weinig in de nieuw
bouw beginnen, doch inspecteurs kun
nen niet thuis blijven. Zeker niet de
inspecteur van de dierenbescherming,
die in deze tijd een zware taak heeft,
om de dierenwereld zoveel mogelijk te
gen de vorst te beschermen.
J. Journalisten zijn altijd al arme stak
kers, die werken als een ander zich
ontspant, maar in deze tijden zijn het
helemaal beklagenswaardige lieden,
want alle mogelijke dingen die moeten
gebeuren gebeuren niet en je kunt niet
altijd schaatsuitslagen geven.
K. De kappers zien veel mannen in
lange tijd niet, want al dat knippen
is niets waard met dit weer, maar het
permanenten en watergolven gaat na
tuurlijk door, zodat de kapsters even
min bij de haard zitten. Kolensjouwers
hebben niet te klagen over gebrek aan
werk, maar kunstschilders zullen moe
ten ervaren, dat antraciet en eierkolen
meer betekenen dan landschappen en
zelfportretten. Kassiers, kleermakers,
keukenknechten, kachelsmeden, kunst-
nijveraars, kelners en koks kunnen het
veelal binnen af, maar de kruidenier
moet de gladde weg op om te horen
en te bezorgen. De kuiper kuipt over
dekt, de kinderverzorgster en de kinder
leidster hebben het druk met het warm
wrijven van verkleumde kindervuist
jes, de korporaal is afhankelijk van het
dienstrooster, de keurmeester moet er
op uit, maar de kerkorgelpijpenmaker
zal z'n pijpen wel binnen fabriceren,
terwijl de kippenfokker het kalm aan
doet tot warmer tijden. Kantoorbe
dienden kunnen het wel uithouden.
L. De lompenkoopman kan z'n plezier
wel op wanneer hij zich met handkar
en geroep op straat begeeft en als de
linnenjuffrouw bij het aanraken van
lakens hetzelfde gevoel heeft als hij
of zij, die 's avonds tussen dat koude
textiel schuift, dan is dat evenmin een
benijdenswaardig beroep in de vorst
periode. De loodgieter is een veelge
vraagde vakman in deze tijd, maar als
het gaat dooien zal er nog harder om
hem geroepen worden. Laboranten, le
raren en leraressen blijven binnen,
evenals lakspuiters, maar liefdezusters
kunnen dat niet. Landmeetkundigen
zullen nu waarschijnlijk aardappelen
schillen voor hun vrouw. Landbouwers
bebouwen thans niets, voor hen is er
bij huis nog genoeg te doen.
M. Melkhandelaren hebben een weinig
benijdenswaardig beroep en als het nog
wat harder gaat vriezen kunnen ze de
melk wel per kilo of brok verkopen.
Matrozen kunnen rustig doorgaan met
varen, want de zee vriest niet dicht,
maar metselaars zitten thuis. Matten
makers, metaalslijpers, montagewerkers,
monteurs, musici, makelaars, molenaars
en metereologen zullen meestal niet te
veel in de buitenlucht hoeven te wer
ken, meubelfabrikanten evenmin als ma
chinisten en de melkveehouders doen
hun werk op stal.
N. Naaisters zitten bij de kachel en net-
tenbouwers in de fabriek, tenminste
bij dit weer.
O. Organisten hebben wel eens last met
hun orgel, maar de ovenist zal met
genoegen de warmte van z'n oven voe
len. Oliehandelaren hebben het niet
best als ze met een petroleumwagen
langs de huizen moeten, doch een op
perman zit bij moeder de vrouw. Or
gelbouwers zijn binnenshuis, onderwij
zers op school en de operateur werkt in
deze periode evenmin in de openlucht.
Orgedraaiers, collega's van Willem Pa
rel, kent onze gemeente niet, dus die
behoeven geen kou te lijden bij het
dienen van de kunst.
P. Politiemannen kunnen hun suveil-
lance moeilijk op de fiets doen, zodat
motorisch vervoer een belangrijke plaats
inneemt.
Het heilzame Witte Kruis-ge-
neesmiddel in 3 vormen.
Naast poeders ook cachets en
tabletten.
Witte Kruis helpt direct tegen
Uw pijnen.
Brengt geen maag
stoornissen teweeg.
Zijn de agenten anders fel op fietsers
die geen licht hebben, in deze kou en
met de vele sneeuw wordt eerst ge-
kontroleerd of er sprake is van een
slippende dynamo en is dat het geval
dan wordt nog wel een oogje dicht
geknepen. Heb je helemaal geen lamp
op je fiets, dan ben je natuurlijk de
sigaar al vriest het 44 graden. De po
litie beijvert zich ook de dierenwereld
van voedsel te voorzien en rekent hier
in op de medewerking van het publiek.
Priesters doen hun werk of het vriest
of niet, evenals predikanten.
Papierpersers zitten natuurlijk binnen,
evenals papierbewerkers, pottenbakkers,
plaatwerkers, procuratiehouders, pen
sionhouders, pedicures. Pannendekkers
wagen zich natuurijk niet op het dak
en poeliers en pluimveehuoders hopen
op beter tijden met minder vorst.
Q. Quaestoren waren er wel bij de Ro
meinen, maar in Soest zijn ze niet
te vinden en een quatremainspeler moet
er iets anders bijdoen om in het leven te
blijven. Querulanten zijn er natuurlijk
ook in onze geemente wel, maar daar
is weinig mee te verdienen, terwijl je
quibus beter als kwibus kunt schrij
ven. Maar dat is ook al geen beroep.
R. Reizigers heten tegenwoordig verte
genwoordigers en zij moeten de felle
26. Zij zouden op de Schotse kust aan
land gezet worden en het leek wel,
dat dit een gevaarlijk karwei zou wor
den. De kapitein had geen betrouw
bare kaart en zijn eerste officier, de
enige die deze wateren kende, was
gedood.
De zee stootte hier en daar op halve
en geheel verborgen klippen en de
kapitein stond mat sombere blik aan
dek.
Eindelijk dacht hij in veilig water te
zijn gekomen, maar plotseling greep
een verraderlijke stroming de bark. Als
een tol draaide het schip rond en even
later liep het schip met heftig gekraak
op een verborgen rif.
David, die naast Alan stond, viel met
een schok over boord in zee toen het
schip onvarhoeds over stag ging. On
ophoudelijk werd hij heen en weer ge
slingerd en kreeg veel water binnen,
waarna hij in een kolk wegzonk.
Plotseling voelde hij echter houvast.
Een ra, die in zee gestort was, kon
hij grijpen en er aan blijven drijven.
Langzaam kwam hij weer in rustig
water en ook kwam hij weer wat tot
zich zelf. Waar hij op dreef was een
resarve-ra.
kou in. Een rector alleen maar om naar
school en naar huis te gaan, dus dat
is nog wel te doen. Reclameschilders
zitten in een verwarmd atelier en rij
wielhandelaren gaan evenmin de hui
zen langs. De rangeerder kan z'n werk
echter niet thuis doen en menigmaal
zal hij verkleumd raken. Ik weet niet
of een revolverdraaier revolvers draait,
maar dat doet hij in ieder geval binnen.
Rietdekkers zullen beslist niet op het
dak kruipen zolang het vriest, rijtuig
makers maken de rijuigen tussen vier
muren, maar rechercheurs moeten de
buitenlucht in als er dieven te vangen
zijn. Radiohandelaren, rijknechten en
rentmeesters kunnen veel binnen af,
maar ze zullen toch wel eens moeten
ervaren, dat oren de neiging hebben
snel te bevriezen.
S. Slagers worden op vele manieren in
de uitoefening van hun beroep belem
merd. Kou in de winkel, kou in het
slachthuis en er was een slager, die
me zei, dat er in de winter geen beroer
der beroep is dan slager. Overigens
wordt er toch flink gegeten.
De schoenmaker kan nu wel naar buiten
gaan, want er wordt niet gelopen, dus
slijten de schoenen niet. Spoorwegar-
arbeiders kunnen hun lol ook wel op,
want zij kunnen niet binnen zitten zo
als de sigarenmakers, de strijksters, de
schrijvers, soldeerders, stempelmakers,
scheikundigen, stempelzetters en salon
bedienden. Stukadoors, stratenmakers
en sjouwerlieden, voorzover ze in de
bouw zitten, wachten bij de kachel op
dooi en vorstverletuitkering. De stof
feerder stoffeert binnen, de schoolreini-
ger doet de buitenboel wel als het dooit,
de stuurman kiest de zoute open zee,
de schadecommissaris heeft het even
druk als anders, maar de sneeuwruimer
heeft meer te doen dan in Augustus.
T. Tandartsen gaan door, maar tuin
bazen hebben weinig te doen, evenals
vele timmerlieden en terrazowerkers,
die bij de bouw betrokken zijn. Ter
reinwachters waken ook bij vorst, maar
de telefonisten behoeven geen kou te
lijden. Transporteurs vaak wel, want
voor transporten moet je de straat op.
Om niet eens te spreken van tijdschrir-
tenbezorgers en telegrambestellers.
Taxi-ondernemers hebben het bij deze
weersgestelheid ook niet iedeaal, maar
technologen, typografen en tegelpersers
komen nauwelijks buiten.
U. Uitsmijters wonen er niet in Soest.
Wel uitbeners en uitgevers, die ook bij
vorst werken. Uitvoerders voeren bij
dit weer weinig uit en hebben nu tijd
voor schaatsenrijden.
V. Voerlieden kunnen zich thans niet,
zoals het mannetje, dat langs de zand
weg reed, in slaap laten wiegen,
want dan vriezen ze dood. Verpleegsters
moeten door weer en wind, evenals
verzekeringsagenten. Verf mengers men
gen binnen, verkopers in een waren
huis zijn binnen al is het soms ver
van de kachel, vertinners staan ook
niet in de kou, maar vishandelaren en
varensgezellen moeten het veelal van
de buitenlucht hebben, evenals vracht
rijders.
Geneest ruwheid en schraalheid
SPIERPIJN, SPIT...
't Loert overal. De weldadige warmte
van de pijnstillende Thermogène ver
drijft de snerpende pijn.
W. Wijnhandelaren kunnen het thuis af
als er genoeg loop is en winkelbedienden
staan achter de toonbank, maar wijk
verpleegsters zie je vaak op de brom
fiets langs de straten rijden. Waarne
mers nemen in de kou waar, maar was-
bazen spelen binnen de baas over de
was. Werksters kunnen ook veel bin
nen doen, maar het water kan soms
gemeen koud zijn. Wagenmakers wa
gen zich niet op straat met hun beroep,
maar wegwerkers kunnen het moeilijk
thuis uitoefenen, dus die wachten de
dooi maar af. De wachtmeester kent
geen vorst of dooi, maar doet zijn plicht.
Winkelieres stoken zich arm.
X. De grote onbekende, de naamloze,
die hoopt op het eind van de kou en
verlangt naar de lente.
IJ. IJsbereiders zitten niet geheel op
nonactief, want ook nu wordt er nog ijs
gegeten, ijsdranken worden ook nu
gedronken en ijstaarten ook nu genut
tigd. Maar de ijsventer kan wel thuis
blijven en de meeste ijsverkopers heb
ben nu papates frites, worstjes, gehakt
en ander warme dingen op het menu
staan. IJzerzagers zagen natuurlijk bin
nen vier muren.
Z. Zandstralers, zouters, zakkenmakers
en zadelmakers werken in de buurt van
de kachel. De zaadhandelaar staat ach
ter zijn toonbank, maar de ziekenver-
zorgster moet de kou in. Zetters wer
ken binnen, maar wie ongelukkigerwijs
het beroep van zakkenroller gekozen
heeft zal de straat op moeten, waar
hij zal ervaren, dat hij met zijn hand
in geen enkele zak kan komen, omdat
die gevuld is met de handen van de
eigenaar.