CANBERRA
De stad met 2*000*000 bomen
Krabbels van Knelis.
Firma VAN DE WUNGAART
Makelaars- en Assurantiekantoor
PLASWE8 63 SOEST TELEFOON 2064
KOOP EN VERKOOP
Zuiver Uw bloed
en bevrijd Uzelf zó
van Rheumatlsche Pijnen.
Pastoor
A. J. fva. wan Meeuwen
zestig jaar priester.
Wilt U niet teleurgesteld
worden
GARAGE „DE SOESTER"
TELEF. BRANDWEER 3333
Taxaties - Hypotheken - Assurantiën - Expertise
derde de verwezenlijking van de plan
nen evenals de wereldcrisis der derti
ger jaren en de Tweede Wereldoorlog.
Nu echter is Canberra op de goede weg
het hart der natie te worden. De iro
nische opmerkingen over de „kunst
matige stad" worden steeds zeldzamer.
Desniettegenstaande kan men zich
Canberra nog moeilijk als een stad,
tintelend van leven, voorstellen. Dat
ligt er nu eenmaal aan, dat het groot
ste deel van zijn bewoners ambtenaren
en overheidsdienaren zijn en aan de
andere kant, dat deze „Parken-Hoofd
stad" het bewogen fluidum ener we
reldstad mist, omdat zoiets zich niet
laat plannen.
Als die ondragelijke pijnen een gevolg
zijn van onzuiver bloed, brengt een
bloedzuiverende kuur uitkomst. Kru-
schen, de beproefde combinatie van zes
minerale zouten, wetenschappelijk sa
mengesteld, is al jaren het reddende
middel voor generaties van lijders aan
Rheumatiek. Neem voortaan ook Kru-
schen. De aansporende werking op
de bloedzuiverende organen doet uw
bloed sneller stromen. Onzuiverheden -
en die veroorzaken de pijn - zetten zich
niet meer vast, maar worden afgevoerd
langs natuurlijke weg.
Emeritus-pastoor A. J. M. van Meeu
wen - die tot zijn volle tevredenheid
nu al 15 iaar in huize Nieuw-Mariën
burg te Soestdijk woont - herdenkt
op 15 augustus de dag dat hij voor
60 jaar door Monseigneur Botteman-
nen, bisschop van Haarlem, tot pries
ter gewijd werd. Het zal dinsdag dan
ook een feestdag zijn.
Om half negen wordt een mis gelezen
door de 85-jarige priester, daarna zal
pastoor Nijs uit Amsterdam, oud-kape
laan van de parochie Heiloo, waar pas
toor Van Meeuwen in 1923 benoemd
werd, een predikatie houden. Dan
volgt een feestelijk ontbijt met 18 fa
milieleden, neven en nichten, en van
11 tot 12 uur is er een receptie in de
serre van Nieuw-Mariënburg. Na een
lange rust voor de bejaarde jubilaris
is er een intiem diner.
Pastoor Van Meeuwen werd op 8 de
cember 1875 in Haarlem geboren. Hij
bezocht het bisschoppelijk college te
Roermond en de seminaries te Hage-
veld en Warmond. Na zijn priesterwij
ding in 1901 werd hij kapelaan te
Nootdorp.
Bespreek dan tijdig voor uw
vakantie een wagen bij
Tevens erkende autorijschool
en alle reparatie-werkzaamheden.
Smitsweg 19 - Telef. 3865
Zestig jaar geleden was t.b.c. een zeer
gevreesde ziekte die men nog tering
noemde en artsen constateerden dat de
jonge kapelaan grote kans had t.b.c.
te krijgen omdat een long aangedaan
was. Aanvankelijk zou hij naar Davos
gaan maar hij vond genezing in Gin-
niken.
Op advies van de dokter werd voor
lopig afgezien van het zware werk in
een parochie en de bisschop van Haar
lem gaf kapelaan Van Meeuwen een
taak bij de Zuster van de Voorzienig
heid te Amsterdam. Deze omvatte de
geestelijke verzorging van verwaar
loosde meisjes, weesjongens en het les
geven aan een normaalschool. Te
vens moest kapelaan Van Meeuwen
de weg banen voor jongens die uit het
weeshuis kwamen door een patroon
en een kosthuis voor hen te zoeken.
Het was mooi en aantrekkelijk werk,
maar na een zestal jaren verlangde
kapelaan Van Meeuwen naar het werk
in een parochie en zijn verzoek werd
door de bisschop ingewilligd. Van
1909 tot 1913 was hij kapelaan in Rot
terdam-Kralingen en van 1913 tot 1917
te Leiden.
In 1917 werd kapelaan Van Meeuwen
pastoor en hij kreeg de parochie Anna
Paulowna toegewezen. Deze plaats
had bijzonder veel te lijden gehad van
de watersnood welke in 1916 een groot
deel van ons land teisterde. Bijna twee
meter water hadden ook in de kerk
en in de pastorie gestaan, zodat res
tauratie dringend nodig was.
Vergroting van de kerk was eveneens
noodzakelijk, maar daarvoor was geen
geld en Dastoor Van Meeuwen kreeg
toestemming ervoor te zorgen dat dit
geld in de dekenaten Alkmaar, Schagen
en Hoorn bijeen kwam. De opbrengst
was 25.000,en dat was heel wat
rond de eerste wereldoorlog. Niet al-
Sges heb, maor dak de
loeders die er onger
zitten wel us 'n goed
mitter brommers maor
verrinneweere zoas noeng weer in Soes-
terbarg.
In de kraant van dinsdag hak
eleeze dajje daor in Soesterbarg zo
lekker ken zitte kieke naor de straol-
jaogers en dajje zo lekker ping in je
kop ken kriege van de herrie. Zat ik
me daor naost 'n stokoud baosje, die
schik had veur tien toen die die straol-
jaogers as gekke zag vliege en wel
doof mos worre vant kebaol. Ikke had
watte in me oore estopt, maor hie niet.
Laoter kreeg ik deur dattie dat nie
neudig had omdattie bar doof was.
Ikke daor 'n bietje rondkuujere, 'n
bakkie koffie drinke in dat kesumptie-
tentje en daor kwam ik bie die groote
taofel waarop je mot kenne zien hoe
ut zaokie d'r in de omtrek bieleit. Mit
'n duure naom noemie dat zogezeid 'n
orienjentaosietaofel hebbe ze ming
utteleege.
Toenk d'r bie sting hak meteen de pé
in, waant die rot jonges hebbe die
taofel heulegaor verinneweerd. In brok
ken leitie.
Noeng moste wullie die knaope ok
maor us verinneweere docht ik, maor
die 't edaon hebbe leige netuurlek op
ut karkhof. Maor daor blieve ze neit,
ze komme netuurlek weer veur de dag
en dan siaon ze weer hier of daor wat
kort en klein waor aandere minse ge
mak van hebbe. Zoas van die oriejen-
taosietaofel. Zwaor as lood wastie, maor
kepot mostie.
Wullie waore vreuger niet zukke brao-
ve jonges, maor nie zukke verinneweer-
ders astie jongens van noeng.
Je ken d'r nie an beginne, waant wul
lie hebbe niet genog pelisiemanne, maor
alle jonges moste daor eigeluk as snot-
neuze behaandeld worre en die pelisie
manne moste zeige, hier kenne wullie
gin snotneuze hebbe.
leen de kerk, maar ook de pastorie kon
vergroot worden.
In 1923 ging pastoor Van Meeuwen
naar Heiloo. Daar stond een kleine
kerk op de plaats waar Willibrordus
eeuwen geleden een kerk stichtte. Er
moest een nieuwe kerk komen en daar
voor was nog meer geld nodig dan
voor het vergroten van een kerk.
Er kwam geld, heel veel geld, en het
is begrijpelijk dat pastoor Van Meeu
wen op zijn kamer in Nieuw-Mariën
burg een afbeelding van deze kerk aan
de wand heeft hangen, want de St.
Willibrorduskerk is bijzonder fraai.
Toen pastoor Van Meeuwen bijna 30
jaar geleden naar Heiloo ging waren
er in deze parochie 2500 communi
canten en thans bijna 4500, zodat de
bouw van een grote kerk geen luxe
geweest is.
Op zestigjarige leeftijd begon pastoor
Van Meeuwen met de gezondheid te
sukkelen en het werk werd hem te
zwaar. Een zware operatie en een lang
durig ziekbed werden gevolgd door
een verblijf in het buitenland voor vol
ledig herstel. In 1939 vroeg hij emeri
taat aan, waarbij hij te kennen gaf nog
graag wat te willen doen.
Mgr. Huyberts, de bisschop van Haar
lem, keurde het goed dat pastoor Van
Meeuwen als inwonend geestelijke ge
deeltelijke rust vond in huize St. Ni-
colaas te Lutjebroek. Deze rust was niet
volledig, want pensiongasten en zieken
hadden geestelijke verzorging nodig en
iedere zondag preektei pastoor Van
Meeuwen.
In 1942 besliste een arts dat volle
dige rust nodig was en die zou gevon
den worden bij een schoonzuster in
Overveen. De Duitsers vorderden ech
ter haar huis in de verkeerde ver
onderstelling dat zij daarmee de oor
log zouden winnen en pastoor Van
Meeuwen moest de hongerwinter door
brengen in Amsterdam, waar hij in de
tehuizen St. Jacob en Bernardus woon
de. Tegenover huize St Jacob lag artis
en de emeritus-pastoor werd hier een
dagelijkse bezoeker tot de dieren na
genoeg allemaal verdwenen waren door
gebrek aan voedsel.
Na de bevrijding werd Soestdijk de
woonplaats van pastoor Van Meeuwen
en thans geniet hij reeds 15 jaar van
de uitstekende zorg der zusters.
Met de gezondheid is het beter dan 25
jaar geleden, maar pastoor Van Meeu
wen heeft wel de indruk dat de oude
dag zich nadrukkelijk aankondigt. Het
lopen en horen biedt enige moeilijk
heden, die echter gaarne als onver
mijdelijk aanvaard worden, want pas
toor Van Meeuwen is dankbaar dat
hem zo'n mooie levensavond geschon
ken werd.
In deze levensavond zal de vijftiende
augustus 1961 een heel bijzondere dag
zijn, want slechts aan weinig priesters
is het gegeven het feit te herdenken
dat zij zestig jaar priester zijn. Daar
om zal deze vijftiende augustus een
feestdag zijn voor pastoor Van Meeu
wen, zijn familieleden, en voor Nieuw-
Mariënburg.
In de overheidswijk van Canberra ligt temidden van uitgestrekte parken het
sneeuwwitte gebouw van het parlement.
Slechts één hoofdstad ter wereld kan
zich er op beroemen, tegelijkertijd de
hoofdstad van een land en van een
continent te zijn. Canberra. Zou dat
alleen al genoeg zijn om „Australie's
Washington" een bijzondere plaats te
geven, zo zijn er nog een hele rij an
dere eigenschappen, die deze hoofdstad
uit het raam van het algemene lichten,
niet in de laatste plaats die, dat ze door
één man ontworpen werd, die in de
eerste plaats helemaal geen stede-
bouwkundige, maar landschapsarchi
tect was.
Canberra zal volgens de jongste of
ficiële schattingen eerst in 1969 meer
dan 100.000 inwoners hebben. Momen
teel zijn het er nog maar 54.000. In dit
getal weerspiegelt zich Australie's
grootste probleem: dat van het gebrek
aan mensen.
Gezicht op de woonwijken. Karakteristiek voor Canberra zijn de ringwegen.
oorspronkelijk vastgestelde doel zal 5
jaar vroeger bereikt worden, mogelij
kerwijs zelfs nog eerder.
Elke zesde bewoners van de hoofd
stad is tegenwoordig in de bouw werk
zaam. Het geboortecijfer van Canberra
ligt ongeveer 40 °/o hoger dan in geheel
Australië, het sterftecijfer bereikt
slechts de helft van 't gemiddelde voor
de hele natie.
Achter de nuchtere statistische ge
tallen, hoe buitengewoon ze ook mogen
zijn, verbergt zich een vooruitstreven
de stad. Het is nog helemaal niet zo
lang geleden, dat men de naam Can
berra slechts heel zelden hoorde.
Sydney, Melbourne, Adelaide en
Brisbane leverden de slagzinnen. Zelfs
voor de meeste Australiërs geldt Can
berra voornamelijk als „ambtenaren-,
ghetto", als een kunstmatig product,
waarin papieren arbeid wordt gepres
teerd.
Dat alles verandert nu langzaam.
„West Point van Australië". Nog in 't
begin van de Tweede Wereldoorlog ge
loofde in Australië niemand ernstig,
dat het continent ooit aangevallen zou
kunnen worden. Japanse bommenwer
pers verstoorden dit geloof. Thans is
men het er in Canberra over eens, dat
de tijd van isolement een ding uit het
verleden is en dat de landsverdediging
een belangrijke rol speelt. Hun centra
le zenuwstelsel is Canberra.
De laatste zes jaren heeft de rege
ring 400 millioen gulden voor de ont
wikkeling van de hoofdstad uitgegeven
Het grootste deel van de huizen is in
het bezit van de regering en wordt aan
ambtenaren en arbeiders verhuurd. De
laatste tijd roept de regering echter
ook de particuliere bouwers op. Van
de rond 2000 huizen, die in 1959 kon
den worden betrokken, waren reeds de
helft huizen uit de vrije sector.
In het inkoopcentrum der woonwijken
heerst een druk vertier.
De hoofdsteden der aarde hebben
meestal een lange geschiedenis, zelfs
dan, als zij zich alle moeite geven door
te gaan voor modern, voor een stad
van morgen. Canberra daarentegen is
in elk opzicht een jonge stad, zelfs als
men er geen rekening mee houdt, dat
volgens de statistiek niet minder dan
een kwart nog geen tien jaar oud is.
Dit jaar viert men voor de 50e maal
de dag, waarop de Amerikaanse tuin
architect Walter Burley Griffin de in
ternationaal uitgeschreven wedstrijd
won, die de plannen voor Australie's
hoofdstad moest leveren. Aanleiding
tot deze uitschrijving was de overtui
ging der Australiërs, dat geen der be
staande" steden voor hoofdstad van de
Commonwealth of Australia in aan
merking kwam.
Deze vooroordelen waren verstandig,
want voor de federatie bestond Au
stralië uit zes zich zelf regerende Brit
se koloniën, die voornamelijk hun ei
gen belangen voor ogen hadden. Na de
aaneensluiting in het jaar 1900 en de
zitting van het eerste bondsparlement
in 1901 nam de vraag over de toekom
stige hoofdstad een steeds grotere
plaats in de controverses in.
Het bleek uiteindelijk, dat slechts 'n
nieuw gestichte stad, die gelijk Was
hington en het District of Columbia
verregaand onafhankelijk van lokale
invloeden was, aan de gestelde eisen
kon voldoen.
De parlementariërs werden het eens
over een 900 vierkante mijl groot terri
torium, dat ongeveer 300 km ten zui
den van Sydney ligt. Het werd tot
bondsdistrict naar Amerikaans voor
beeld verklaard. Tot aan de wedstrijd
voor het bouwplan van de stad vergin
gen nog ettelijke jaren. Zelfs toen de
overwinnaar bekend was, duurde het
nog een hele poos, voordat de bouw
vakarbeiders aan het werk konden.
Officieel gesticht werd Canberra
eerst in 1927.
Griffin kon in 1911 nog niet de mo-
toriseringsgolf voorzien, die ruim een
tiental jaren geleden over de wereld
rolde. Dienovereenkomstig moesten z'n
plannen gewijzigd worden. De grond-
conceptie van een „Parken-hoofdstad"
bleef echter vrijwel onaangetast.
Eigenlijk moest Canberra „buigzaam"
groeien. De commissie, die voor de
planning van de hoofdstad is ingesteld
rekende voor 't jaar 1974 met een in
wonertal van 100.000. Intussen heeft zij
haar schattingen moeten wijzigen. Het
Australië's Nationale Universiteit in
het hart van de stad.
Canberra heeft het voornemen bin
nen afzienbare tijd werkelijk het poli
tieke, bestuurstechnische en zelfs cul
turele middelpunt van Australië te
worden. De aanloop daartoe is niet
meer over het hoofd te zien.
Tegenwoordig rollen elke dag lange
kolonnes vrachtwagens door de straten.
Hun lading is zwarte, vruchtbare grond
uit de vlakte van de naburige Molon-
go River. Door stuwing van deze rivier
moet een groot kunstmatig meer ont
staan. Het zal zowel de watervoorzie
ning van Canberra alsook de behoefte
naar zomerse badgenoegen verzorgen.
In een wedloop met de tijd moet zo
veel mogelijk van de grond voor de
parken en tuinen van de hoofdstad ge
red worden, voordat de sluizen van de
stuwdam zich sluiten.
De wintersportvrienden onder de
burgers van Canberra komen reeds ge
ruime tijd aan hun trek. Ongeveer 250
km van de hoofdstad verwijderd -
voor Australische begrippen is dat
nauwelijks meer dan een luchtsprong -
verheft zich de Mount Kosciusko met
zijn skigebied, waarvan de pistes en
hotels een vergelijking met Zwitser
land kunnen doorstaan.
Mag Canberra momenteel nog niet
zozeer het middelpunt van Australië
zijn, zoals de stedelijke patriotten den
ken, toch is het bijna ongemerkt het
centrum van de verdediging van het
continent geworden. Het is niet alleen
de zetel van het ministerie van defen
sie en het hoofdkwartier van het leger
de luchtmacht en de marine, maar ook
van de Royal Military College, het
Rondom de laatste eeuwwisseling
was Canberra de naam van een be
scheiden inboorlingendorp. Toen in
1927 't gelijkvloerse parlementsgebouw
feestelijk door de latere koning George
VI werd ingewijd, waren er in Canber
ra voor het overige bijna uitsluitend
provisorische gebouwen. Het grootste
deel van de regering verbleef wegens
Het gedenkteken van de „Onbekende
Soldaat" in de Australische hoofdstad.
plaatsgebrek in Melbourne, de vroege
re zetel van de overheid. Ook nu nog
wachten ongeveer 8000 ambtenaren in
Melbourne op het verhuizingsbevel
voor hun instanties.
De „hoofdstad in het bos", zoals Can
berra lange tijd door spotters genoemd
werd, heeft geen gemakkelijke start
gehad. De Eerste Wereldoorlog verhin-