éo h-tv/o
OLYMPISCH HOCKEYTOERNOOI
VERLIEST VEEL CLANS
ZONDER INDIA EN PAKISTAN
NEVA'S
ENIGE VROUW
WERKPAARDEN ONDER DE ZEESPIEGEL
DE PLAATS VAN DE
BEJAARDE
D00RSMEREN
GARAGE BOSBOOM
GEVAARLIJKE DANS
OM HET GOLDEN KALF
Grootmeester aan het
woord
In onze collectie
BRILMONTUREN
Fa. D. F. VOIGT
bemoedert de adoptie van
koopvaardijschepen
BAARN
Speciaalzaak
dameskonfektie.
IN ONZE SAMENLEVING
Klaar terwijl u wacht
BEVEROL
SMEERSTATION
Kleurentelevisie-
experiment levert
merkwaardige resultaten op
Meubelexpositie
Politiebureau 4.4.4.4
Telef. Brandweer 3-3-3-3
J
DINSDAG 2 APRIL 1968
EN
as-
al
en*
m-
rs-
net Bromberg is berig aan zy„ laatste jaar als coach van het Nederlandse
hockeyteam. De olympische spelen in Mexico dit najaar moeten een bekroning
worden voor deze coach, die vroeger in de meer succesrijke jaren als middenvoor
van onze nationale hockeytrots heel wat doelpunten heeft gemaakt. Zün opvolger
zal. R- Krulze zijn. We kennen hem nog als Roepie, want zo werd hi.j genoemd
In zijn glorietijd in oranje.
Kruize is nu de assistent van Bromberg. Beiden vinden het jammer, dat India en
Pakistan niet willen deelnemen aan het olympisch hockeytoernooi als de Zuid
afrikanen komen. „Zonder India en Pakistan kan de winnaar van Mexico zich
eigenlijk geen winnaar noemen, want de twee sterkste landen ter wereld horen
voor een goede krachtmeting in zo'n toernooi thuis."
Kruize weet waar hij over praat. In
zijn glorietijd in het Nederlandse
hockeyelftal heeft hij heel wat keren te
gen de hockeygrootmeesters uit India en
Pakistan gespeeld. In Europa was hij
toen één van de zeer weinigen, die het
in techniek tegen hen kon opnemen,
maar zelf betwijfelt hij het of hij ooit
in het nationale elftal van Pakistan of
India zou zijn opgenomen.
„In de finale van het olympische toer
nooi in Helsinki in 1952 verloren we
van India", vertelt Kruize, „met 6-0.
Dat kwam hard aan .terneer omdat we
van Pakistan hadden gewonnen in de
halve finale. We wonnen zilver, maar
wisten daarbij ook, dat we in feite nog
een enorme achterstand hadden op In
dia en eigenlijk ook op Pakistan, dat
helemaal uit vorm was, maar technisch
nog altijd veel beter dan wij.
We hebben toen gewonnen door een
enorm enthousiasme. Dat zie je tegen
woordig ook veel: de technisch beste
Is er zeker een naar uw keus
Burgem. Grothestraat 30
Erkend ziekenfondsleverancier
„De stichting Nederlandse Vereniging
tot adoptie van schepen heeft alleen
maar ten doel de jeugd „seaminded" te
maken. En niet, zoals ten onrechte wel
gedacht wordt, zieltjes te winnen voor
de koopvaardijbemanningen", aldus me
vrouw J. H. Voorwinde-Visser.
Geboren en getogen in Rotterdam is zij
zelfs na twintig jaar nog één en al
geestdrift vo^r haar werk op het kan
toor der stichting. Vanuit haar flat aan
de Statensingel ziet ze uit op het druk
ke Maastunnelverkeer. Sinds augustus
vorig jaar is dat kantoor niet langer
gevestigd in Schiedam maar aan boord
van een echt zeekasteel: het voormalige
passagiersschip Jan Backx, dat perma
nent in de Parkhaven ligt en ook de
Havenvakschool huisvest.
271 schepen
Secretaresse Hanny Voorwinde-Visser
is de enige vrouw temidden van de to
taal eenenvijftig leden van dagelijks
bestuur en raad van toezicht der
N.E.V.A.S. Deze vereniging werd op ini
tiatief van kapitein W. J. Hartenboer in
1946 opgericht door de heren Van Daa-
len en Keuning, beiden uit onderwijs
kringen, en last, but not least
kapitein H. J. Fleurbaay. Bovenaan de
„rol" prijkt de naam van prins Bern-
hard, de beschermheer.
In een tot kantoortje verbouwde passa
giershut doen administrateur Sicco R.
Smit en mevrouw Voorwinde-Visser al
de papieren rompslomp af die kleeft
aan de adoptie van tweehonderdéénen-
zeventig schepen door meer dan twee
honderd scholen, alsmede de uitgave
van het verenigingsorgaan 't Kraaien
nest. In dat blad worden opgenomen de
N.E.V.A.S.-activiteiten en o.m. interes
sante reisbrieven van opvarenden.
Animeermeisje
„Ik onderhoud het contact met de rede
rijen en animeer de vriendschap tus
sen schoolkinderen en scheepsbeman
ningen door middel van een uitgebreide
correspondentie" Een animeermeisje
dus, in de beste betekenis van het
woord, begrijpen we.
Ze vervolgt „Voorts behoort bij mijn
taak het organiseren van schoolbezoek
aan de binnenliggende geadopteerde
schepen. Zelf ging ik ook wel eens het
zeegat uit o.a. als gast bij de jeugdrei
zen met het m.s. Borneo van de Mij.
Nederland indertijd. Met vijfhonderd
meisjes naar Noorwegen en Zweden.
Leuk was dat
Nagenietend bladert zij in haar foto
album.
Bü de marine
ploeg wint lang niet altijd als de te
genstander daar enthousiasme tegenover
stelt. Jammer genoeg blijft het niet al
tijd bij enthousiasme en wordt er ooi-
te hard gespeeld".
Harder
Bromberg en Kruize hebben voor het
Nederlandse hockey-elftal 'n pittig trai
ningsprogramma opgesteld. Ze weten,
dat in het olympisch toernooi hard en
met een enorme inzet wordt gespeeld
vooral door de landen die technisch niet
zo'n begaafde ploeg kunnen afvaardigen.
De conditietraining neemt een belang
rijke plaats in op het oefenschema. Ook
wordt er aandacht gegeven aan de men
tale training. De jongens mogen zich
niet laten imponeren door een ploeg,
die hard speelt, of eerder een doelpunt
maakt.
Het maken van doelpunten is bij hockey
niet zo eenvoudig als bij voetbal. „De
internationale top van het hockey is
enorm breed geworden. Vroeger konden
India en Pakistan rustig aan doen en
behoefden ze zich eigenlijk alleen tegen
elkaar tot het uiterste in te spannen",
zegt Kruize. „Nu staan die twee landen
nog boven aan, maar het verschil met
landen als Australië, Kenya, Oost- en
West-Duitsland, Nieuw-Zeland en ons
land is niet groot. Bovendien zijn lan
den als Spanje. Maleisië en Engeland
ook niet uit te vlakken."
Oefenwedstrijden
„Kessler, de coach van het Nederlands
voetbalelftal vertelde mij eens wat ja
loers te zijn op de hockey-ers, omdat
die veel meer interlandwedstrijden kun
nen spelen. Komen er dit seizoen extra
veel wedstrijden?"
Roepie antwoordt: „Het Nederlandse
voetbalelftal heeft niet zoveel moge
lijkheden interlandwedstrijden te spe
len, omdat ten eerste de competitie te
lang is en ten tweede clubs veel inter
nationaal contact hebben. De clubs heb
ben in bonden als dc K.N.V.B. en de
K.N.H.B. vrij veel macht en die zullen
in de betaalde sector van de K.N.V.B.
ook niet zo'n behoefte hebben aan inter
lands van het Nederlands elftal. Een
international is voor zo'n club finan
cieel veel waard, maar hoe meer hij in
het Nederlands elftal speelt, des te min
der doet hij dat voor zijn club.
Bij ons is dat niet zo'n probleem, om
dat de competities kort zijn. In de wes
telijkeeerste klasse, de grootste afde
ling, spelen de clubs achttien wedstrij
den. Op enkele restantjes na is de com
petitie afgewerkt, dus nu kunnen we
ons met de selectieploeg helemaal gaan
wijden aan het opwerken naar het
hoogtepunt in oktober bij de olympische
wedstrijden. De toernooien en inter
lands, die we in de komende maanden
gaan spelen moeten worden gezien als
oefenwedstrijden."
Poolshoogte
„Bromberg en ik hechten er enorm veel
LAANSTRAAT 71 - 81A
waar de mode op de voet
gevolgd wordt
waar u zo gezellig winkelt
waar de pr^s altijd weer
meevalt.
waarde aan, dat we met een stel vrien
den naar Mexico gaan. Kijk, deze gese
lecteerde spelers kunnen we niet veel
meer bijbrengen op het gc-bied van de
techniek. Maar de taktiek kan voor
iedere wedstrijd anders zijn. Omdat we
voor iedere wedstrijd de juiste spelers
naast elkaar moeten opstellen is de se
lectieploeg vrij groot, hoewel ik hem
nog wel wat groter had willen hebben.
Er lopen nog heel wat hockey-ers op
onze velden rond, die nauwelijks min
der hoog zijn aan te slaan dan de jon
gens van de selectieploeg. En met dat
stel vrienden zit het wel goed dacht ik,
dat zou u eens moeten zien tijdens en
na een centrale training."
„Wat vindt u er van, dat India en Pa
kistan niet naar de olympische spelen
willen als Zuid-Afrika meedoet
„Ik zou het heel jammer vinden als die
twee toplanden niet zouden zijn verte
genwoordigd in het hockeytoernooi. Het
verhoogt natuurlijk onze kansen op een
finaleplaats, maar ik heb de indruk, dat
de winnaar van het olympische hockey
toernooi zich geen echte winnaar zal
voelen als India en Pakistan en ook
Kenya niet van de partij waren. Sinds
1928 heeft India het toernooi steeds ge
wonnen, totdat zij in Tokio in de finale
overigens verdiend verloren van Paki
stan. Laten we hopen, dat die soep niet
zo heet wordt gegeten als zij is opge
diend."
En Nederland
„Wat denkt u van de kansen voor Ne
derland in Mexico?"
„Heel erg van harte hoop ik, dat onze
jongens goud zullen winnen, ook als
India en Pakistan erbij zijn, maar dat is
een hoop", glimlacht Kruize. „U weet
wel hoe het in Tokio is gegaan met het
favoriete Nederland, dat althans zich
zelf hoog aansloeg. Wij kwamen niet
verder dan de zevende plaats. Er zal
niet alleen heel goed hockey moeten
worden gespeeld, maar bovendien ook
mei een geweldige inzet in elke wed
strijd weer. Daarom vind ik het prettig,
dat het programma van Mexico al be
kend is. Nu al kunnen we ons daar naar
richten."
En dat programma waar Roepie Kruize
en Piet Bromberg zich met hun oranje
team op kunnen werpen ziet er als volgt
uit: zondag 13 oktober NederlandPa
kistan: maandag 14 NederlandArgen
tinië; woensdag 16 NederlandEnge
land; donderdag 17 NederlandKenya;
zaterdag 19 NederlandMaleisë; zondag
20 NederlandFrankrijk en maandag 21
NederlandAustralië.
In de andere groep van het toernooi
spelen India, Oost-Duitsland, West-
Duitsland, België, Spanje, Japan, Mexi
co en Nieuw-Zeeland. Als Kenya even
tueel niet deelneemt zal het worden
vervangen door Rhodesië of Ghana (dat
ook gezegd heeft niet naar Mexico te
zullen gaan). Als andere landen niet
meedoen, zijn de reserves Singapore,
Trinidad en Canada. In de halve fina
les speelt de winnaar van groep A te
gen nummer 2 van groep B en nummer
1 van groep B tegen nummer 2 van
groep A op donderdag 24 oktober en
op zaterdag 26 oktober zijn de finale
en de wedstrijd om de derde plaats.
andelijke onderzeestrijdkrachten. Het
bureau wijst op de door de wetenschap
voor mogelijk gehouden vis- en algen-
kwekerijen, die de mens op de zee
bodem kan beginnen om voedsel voor
de groeiende bevolking te winnen. Ook
hierbij kunnen de nieuwe hulpwerk
tuigen nuttige diensten verrichten.
In 1963 was ze met twee andere dames
uitgenodigd voor de jaarvergadering
van de N.E.V.A.S. aan boord van h.m.s.
Karei Doorman. De commandant van
het vliegdekschip begroette het drietal
als de eerste vrouwen die ooit in de ge
schiedenis van de Koninklijke Marine
met een oorlogsschip zee kozen.
Het doornemen van veel interessante
brieven, gepost in verre landen, wekte
ook haar reislust op. „Op de h.b.s. vond
ik Frans al een prachtige taal en ik heb
al tien jaar conversatieles. Ze vervangt
in haar vrije tijd het stenobloc vaak
door een schetsboek en legt met een te-
kenstift in de hand haar indrukken
vast. Want tekenen en schilderen zijn
voor haar serieuze liefhebberijen. Ze
volgt zelfs al vele jaren schilderlessen
aan de Academie voor Beeldende Kun
sten in de Maasstad.
Hanny Voorwinde-Visser vindt de
N.E.V.A.S. een nuttige instelling. Niet
alleen omdat die haar een prettige
werkkring verschaft maar vooral ook
om het feit dat de Nederlandse jeugd
«eer interesse voor de scheepvaart, in
licht en begrip voor het leven van de
zeeman wordt bijgebracht.
Zeemonsters van metaal
De wereld heeft enige dagen gespan
nen de speurtochten gevolgd naar twee
spoorloos verdwenen onderzeeboten. In
beide gevallen zijn het drama's gewor
den. Noch van de Franse, noch van de
Israëlische onderzeeboot is een levens
teken gevonden. Schepen en beman
ningen moeten als verloren worden
beschouwd, aldus de trieste mededelin
gen, die na enkele dagen door beide
landen werden gegeven.
De speurtochten hebben nog eens angst
wekkend duidelijk gemaakt, dat de
mens zich onder de oppervlakte van
de zee nog maar zeer weinig kan ver
oorloven. Hoewel de wetenschap al fo
to's heeft genomen van de nog nooit
door mensenogen aanschouwde achter
kant van de maan en robotmechanis
men naar Venus stuurt, staat zij nog
vrijwel machteloos als zich naast de
deur, op de zeebodem, calamiteiten
voordoen.
Vooral voor de Fransen was het een
pijnlijke ervaring, dat men wel enig
idee had waar de zoek geraakte onder
zeeboot zich moest bevinden - op ge
ringe afstand van de marinehaven Tou-
louse - maar ondanks het beperkte ter
rein, waar gezocht moest worden, geen
spoor kon ontdekken. De Fransen heb
ben altijd een goede naam gehad op
het gebied van (diep)zee-onderzoekin-
gen, maar ook hun geleerden hebben
nog geen goede mechanische of elec-
tronische vervanging kunnen leveren
voor de onder water volledig uitgescha
kelde zintuigen van de mens. Welis
waar heeft men al enkele tientallen
jaren de beschikking over sonar - een
soort radar voor onder water - maar
deze is nog steeds niet in staat een
helder en volledig beeld te geven van
wat er onder het zee-oppervlak aan de
hand is.
Langzamerhand komt echter toch het
eind in zicht van een periode, waarin
de mens zich dapper onder water begaf
met een uitrusting, die, gezien de om
standigheden, alleen maar primitief kan
worden genoemd. Vooral in de Verenig
de Staten is het speurwerk naar een
betere apparatuur voor het werk op
de zeebodem de laatste tijd sterk uit
gebreid. Enkele grote industriële con
cerns, met een groot arsenaal aan tech
nische kennis en ervaring, hebben zich
nu geworpen op de vervaardiging van
mechanische werkpaarden, die de mens
onder water kan gebruiken. Deze re
search is niet in de oerste plaats op
gang gezet om onderzeeboten, die in
moeilijke omstandigheden zijn geraakt,
sneller en beter te hulp komen, hoewel
dit natuurlijk wel een gelukkig neven
resultaat zal zijn. De Amerikanen wil
len hun onderwater-activiteiten sterk
uitbreiden omdat ook zij inmiddels heb
ben ontdekt dat de zeebodem een on
gelooflijke rijke schatkist is, die ex
ploitatie bijzonder lonend kan maken.
Onder de zeebodem, vlak bij Ameri-
ka's kunst, moeten zich voorraden van
miljarden kubieke meters aardolie be
vinden. Onlangs is ook door onderzoe
kers een uitgebreid veld ontdekt van
vele honderden vierkante kilometers
zeebodem, die bedekt zijn met kost
baar mangaanerts.
De eerste prototypen van de door de
mens uit metaal vervaardigde zeemon
sters zijn al beproefd. Hun mogelijkhe
den zijn veel groter dan die van het
onderzeevaartuigje, waarmee de Franse
oceanograaf Cousteau naar de verloren
duikboot zocht. Een model, dat al ge
ruime tijd wordt beproefd is de „Alu-
minaut". Deze ziet er uit als een dik
buikige robot met stalen, drie meter
lange grijparmen en een dozijn schijn
werperogen. In de „buik", die is uitge
voerd als een drukcabine, kunnen ge
leerden of technici de reds naar de
zeebodem meemaken. De Aluminautkan
een diepte bereiken van duizend meter.
Het is deze „robot" geweest, die het
veld mangaanerts vond.
Nieuwer is de „Diepduiker", de wei
nig originele naam voor een voertuig,
dat duikers naar een diepte van vijf
honderd meter kan brengen. Het grote
voordeel van dit apparaat is zijn
wendbaarheid. Ook de „diepduiker"
heeft grijparmen en kan tegelijk die
nen als redelijk-gerieflijk tehuis voor
duikers, die ver onder de waterspiegel
moeten werken. De „Diepduiker" heeft
namelijk een installatie om binnen het
voertuig dezelfde druk te handhaven
als die van het water buiten. De dui
kers zijn dan niet gedwongen telkens
de tijdrovende decompres9ie-procedure
te volgen.
Nieuwe aanwinst in de reeks van on
derwater-werkpaarden is de „Deep-
Quest", ontworpen door een vliegtuig
fabriek. Hetgeen goed te merken is,
want deze mechanische duiker is uit
gerust met - straalmotoren. Voor de be
sturing maakt men namelijk gebruik
van straalpijpen, waarmee water onder
hoge druk wordt weggestoten. De Deep
Quest meet vijftig ton en kan een diep
te bereiken van liefst 2500 meter. Aan
boord is plaats voor vier bemannings
leden en nog eens vier extra duikers.
Twee machtige metalen armen kunnen
brokken van de zeebodem optillen en
in speciale ruimten opbergen. T.V.-ca
mera's zorgen ervoor, dat de beman
ning alles kan volgen.
Het Oceanografisch bureau van de
Amerikaanse marine, dat de initiatief
nemer is geweest voor de industriële
bezigheden op dit gebied, is er vast
van overtuigd, dat deze nieuwe werk
tuigen van groot belang zullen zijn
voor verder onderzoek en exploitatie
van de oceaanbodem - en tegelijk hun
nut kunnen bewijzen voor hulp aan
onderzeeboten en bestrijding van vij-
De gunstige gevolgen van de vooruit
gang der medische wetenschap, van de
veranderde levenswijze, de ontwikkeling
van de sociale hygiëne en dergelijke,
hebben een belangrijke verlenging van
de gemiddelde levensduur van de mens
in West-Europa bewerkstelligd. In ver
gelijking met de periode 1840-1851 pas
seren thans ruim 2,5 maal zoveel man
nen de leeftijd van 60 jaar, 3,3 keer zo
veel de leeftijd van 70 jaar, en 5,5 keer
zoveel de^ leeftijd van 80 jaar. Opmerke
lijk is, dat deze cijfers voor de vrouwen
minder gunstig blijken te zijn, namelijk
2,3, 2,8 en 4,4.
Sommige Amerikaanse auteurs (o.a. Bo-
gomoletz) toveren ons al voor, dat
schrikt u niet de normale levens
duur nog eens tussen 120 en 150 jaar
zal zijn.
De onderzoekers kunnen er helaas niet
bij vertellen, in welk jaar we aan deze
Methusalem-achtige leeftijd toe zullen
zijn.
We vergrijzen
De toenemende gemiddelde levensduur
van de mens heeft tot gevolg dat de
bezetting der oudere leeftijdsgroepen in
ons land stijgende is. Nederland is
om het zo maar eens te noemen aan
het vergrijzen. De groep bejaarden wordt
steeds groter. Op zichzelf is dit een ge
lukkig verschijnsel, zij het ook, dat mét
dit verschijnsel een groot aantal proble
men zich aandient.
Maar wie zijn die bejaarden? Wanneer
worden we werkelijk oud Wie even
nadenkt, komt voor zichzelf al spoedig
tot de conclusie, dat het uiterst moeilijk,
ja misschien wel ondoenlijk is, op deze
vraag een bevredigend antwoord te ge
ven.
In het algemeen wordt aangenomen, dat
iemand bij het bereiken der vijfenzes
tig jaren te oud is geworden om nog te
werken. Dit komt, omdat men, gelet op
de gemiddelde levensduur, meent dat de
mens dan dermate „versleten" is, dat
nog slechts een minimale prestatie van
hem verwacht kan worden.
Maar is iemand dan ook versleten?
Geen langdurige wachttijd daar er 2
smeerbruggen ten dienste staan.
Vakkundig personeel.
Eerste klas smeermiddelen.
Birkstraat 105 - Soest - Telef. 3256
Ander aanzien
Ieder kent uit zijn eigen omgeving wel
gepensioneerden die op hoge leeftijd nog
een zeer vitale indruk maken, en nog
allerlei werkzaamheden verrichten waar
tegenover anderen staan die op 55-jarige
leeftijd al volkomen „uitgeblust" zijn.
Gelukkig komt steeds sterker tot uiting,
dat „ouderdom" zeer relatief is. Ook al
door het feit, dat we tegenwoordig meer
en meer vitale bejaarden aantreffen.
Voor deze mensen is de voorwaarde voor
het instandhouden van levensvreugde:
het kunnen verrichten van een zinvolle,
liefst produktieve arbeid.
De armenhuizen uit vroeger tijden,
waarin de minder draagkrachtige be
jaarden werden „opgeborgen" en zo goed
en zo kwaad als het ging verzorgd, ge
tuigen dat er ook vroeger reeds van
een bejaardenprobleem sprake was. Ge
lukkig is er sedertdien wel iets veran
derd. niet in het minst door het feit,
dat allerlei sociale maatregelen de hele
maatschappij een ander aanzien hebben
gegeven, waardoor een meer en beter
georganiseerde vorm van naastenliefde
tot stand is gekomen.
Huisvesting
Met name het vraagstuk van de huisves
ting der bejaarden is thans om verschil
lende redenen actueel. Met de opvatting
„armenzorg" is gebroken.
Door de veranderde sociale inzichten in
de twintigste eeuw heeft de overtuiging
zich baan gebroken, dat de bevolking
van een land een eenheid is en dat het
werkende deel verplicht is te zorgen
voor het deel dat nog niet, of niet meer
tot werken in staat is.
Zo is dus de zorg voor de huisvesting
van de bejaarden niet langer een uiting
van filantropie maar een onderdeel van
de sociale zorg, die zich tot het volk in
al zijn geledingen uitstrekt. Bij de uit
te voeren bouwplannen zal een steeds
belangrijker plaats moeten worden in
geruimd voor bejaardentehuizen die ge
riefelijk en betaalbaar zijn
Geen zalen
Opmerkelijk is, dat de zgn. verzorgings
tehuizen de laatste jaren een belangrijke
achteruitgang van hun bezetting moeten
constateren. Dat komt doordat de be
jaarden over het algemeen niet meer in
een verzorgingshuis willen, waar op
slaapzalen geslapen wordt en alle ken
merken van een „thuis" ontbreken. Vele
verzorgingstehuizen zijn dan ook tot
verbouwing overgegaan, om de inrich
ting meer aan de eisen van de tegen
woordige generatie van bejaarden te
doen verantwoorden.
Een deel van de bejaarden doet een
beroep op de normale woningmarkt. In
de eerste plaats zijn dit de beter gesi
tueerden. de tweede groep wordt ge
vormd door die bejaarden, die nog an
dere gezinsleden hebben (zoals b.v. on
gehuwde kinderen). Beide groepen zul
len een woning vragen welke niet af
wijkt van een woning voor een normaal
gezin.
Het milieu
Er zijn kleine pensiontehuizen (25 tot
30 personen) die het karakter van een
groot gezin behouden en grote (200 of
meer bewoners), waar het intieme ka
rakter van het grote gezin verloren gaat.
Bij de laatste wordt de exploitatie meer
zakelijk, terwijl de sociale taak van de
leiding een geheel ander karakter krijgt.
In een groter tehuis kan ieder wél het
milieu vinden dat het meest aansluit
bij zijn aard en aanleg. Bovendien zijn
er in de regel ook medische hulp, een
geestelijke verzorger, een bibliotheek en
recreatiemogelijkheden aanwezig. Niet
elk tehuis neemt echter hulpbehoeven
den, zieken en invaliden op
Zijn inkomen
Aan particuliere rusthuizen kleven grote
bezwaren. Het allergrootste bezwaar is
wel dat het inkomen van de exploitant
bestaat uit het verschil tussen de betaal
de pensionprijzen en de kosten van de
exploitatie. Elke verlaging van de laat
ste, waarvan de kosten van de voeding
een belangrijk deel uitmaken, komt
rechtstreeks aan de exploitant ten goede»
Het is zeker van uitermate groot belang
dat van overheidswege krachtig en af
doend toezicht op particuliere rusthui
zen wordt uitgeoefend, temeer omdat
deze vorm van huisvesting van bejaar
den voorlopig nog wel een belangrijke
plaats zal blijven innemen.
Nog beter zou het zijn, indien aan de
exploitant van een particulier huis be
paalde eisen werden opgelegd, zoals b.v.
het bezit van een diploma. Uitwassen
moeten niet meer mogelijk zijn: de be
jaarden dienen verzekerd te zijn van
een goede verzorging, gepaard gaande
aan een gezonde exploitatie.
Een op 10 maart tijdens de uitzending
in kleur op de televisie van de voet
balwedstrijd Ajax-Feijenoord gehouden
experiment heeft een aantal belang
wekkende en ook merkwaardige resul
taten opgeleverd. Zo is uit het onder
zoek gebleken, dat de uitzending van
de wedstrijd in kleur leidde tot grotere
kijkbevrediging, tot een enigszins emo
tionelere beleving en tot een op ver
schillende punten anders gerichte waar
neming van de uitzending. De uitzen
ding in kleur heeft niet geleid tot een
sterker gevoel van bij het gebeuren
aanwezig zijn.
Aan het onderzoek nam een groep van
ca. 80 leerlingen deel uit de hoogste
klassen van een middelbare school te
Hilversum. De ene helft van de groep
volgde de wedstrijd in kleur, de an
dere helft in zwart-wit. De groepen
hadden gedurende het experiment geen
contact met elkaar. Aangezien het niet
de bedoeling was om een indruk te
krijgen van reacties, die representatief
zijn voor het gehele kijkerspubliek,
maar alleen werd getracht, vast te stel
len of er sprake zou zijn van verschil
len in effect, was het niet nodig een
representatief proefpubliek te kiezen.
Na afloop van de wedstrijd vertoonden
de kijkers, die de kleurenuitzending
hadden gezien, een grotere kijkvoldoe-
ning, in die zin, dat zij de uitzending
beter hadden gevonden en zich ook In
andere opzichten positiever uitspraken
dan de kijkers naar de zwart-wit uit
zending. Met name hadden zij de uit
zending sfeervoller, afwisselender en le
vendiger gevonden. Anderzijds vonden
zij het beeld onscherper dan de zwart
wit kijkers.
De kleurkijkers ervoeren de uitzending
bovendien op iets emotionelere wijze
dan de zwart-wit kijkers. Behalve dat
zij de uitzending sfeervoller en leven
diger vonden, werd hij ook als meer
opwindend, vlotter en enigszins uitbun
diger gekwalificeerd. Ondanks deze ver
schillen in beleving van de uitzending
bleken de kleurkijkers zich niet duide
lijk méér betrokken bij het spel te heb
ben gevoeld of de illusie van „er bij te
zijn" te hebben gehad.
Daarnaast waardeerden de kleurkijkers
het commentaar iets positiever dan de
zwart-wit kijkers. Zij vonden het com
mentaar met name deskundiger. Ander
zijds zijn er aanwijzingen, dat de kleur
kijkers minder goed naar het commen
taar hadden geluisterd. Zo konden zij
achteraf minder vaak de namen noe
men van de scheidsrechter c~i van de
maker van het doelpunt.
Het kleuraspect van de uitzending be-
invloedde ook de feitelijke waarneming
van de situatie en van gebeurtenissen
gedurende de wedstrijd. Zo vonden de
kleurkijkers de uitzending wat zonniger.
Ook bleek, dat zij de spelers van beide
elftallen beter uit elkaar konden hou
den. Heel opmerkelijk was het verschil
in goed waargenomen en onthouden re
clameborden rond het veld en de tri
bunes. In de kleurconditie werden veel
meer reclames onthouden en bovendien
geheel andere.
Het onderzoek is ingesteld door de af
deling Studie en Onderzoek van de
N.R.U./N.T.S. Bij een en ander moet
wel rekening worden gehouden met het
feit, dat kleurentelevisie voor het pu
bliek nog een betrekkelijek nieuwig
heid is. De meeste van de ondervraag
den hadden pas eenmaal of nog nooit
een kleurenuitzending gezien. Men zal
zich moeten afvragen, in hoeverre de
hier geconstateerde verschillen bij een
grotere gewenning aan dit nieuwe me
dium zullen blijven bestaan. Nader on
derzoek zal dan ook moeten uitwijzen,
in hoeverre de bij dit experiment ge
vonden verschillen ook voor andere
programmasoorten gelden.
Geld vormt de zenuw van het econo
mische leven, tn het kader van deze
beeldspraak mogen wij dan wel zeggen
dat op dit moment een zenuwcrisis
heerst in dat economische leven. Er is
een ware wedloop begonnen om goud
en goudwaarden in handen te krijgen
sinds het vertrouwen in de dollar is
geschokt. Deze vertrouwenscrisis zal nog
lang voortduren.
Waarom wil nu iedereen plotseling goud
beziten in plaats van dollars? Wij moe
ten dan eerst bedenken dat de in de
kluizen van de nationale banken opge
hoopte goudvoorraden de basis vormen
voor de geldcirculatie. Het geld is in
de geschiedenis sterk verbonden geweest
met de goudwaarde omdat goud goed
is dat praktisch door iedereen fel be
geerd is, een grote duurzaamheid ver
toont, zeer schaars is en grote waarde
vertegenwoordigt bij klein volume.
Daarom heeft men het goud in vroeger
tijd als geld gebruikt en later als ver
trouwensbasis gehanteerd onder de
steeds dikker wordende papieren laag
van de bankbiljetten.
Fort Knox
Na de laatste wereldoorlog waren de
meeste landen in de wereld erg arm.
Het meeste goud lag opgestapeld in de
kluizen van fort Knox in Amerika,
waar het als ondergrond diende voor
de uitgegeven dollars. De dollar in die
eerste na-oorlogse jaren een symbool
voor goud en iedereen pakte hem graag
aan. Men gebruikte de dollarrekening
bij de Bank voor Internationale t -ta
lingen al spoedig als internationaal
vereffeningsmiddel. Dat ging goed zo
lang die dollar schaars was.
De dollar is echter niet meer schaars.
Amerika is na de oorlog begonnen de
dollar uit te lenen en weg te schen
ken via het Marshall-plan. Daarmee
konden tal van landen hun handel en
industrie weer op gang brengen. Er
waren al spoedig landen die dollars
over hielden en die wilden daarvoor
goud hebben om een reserve te vormen.
Zo is dat goud aan het schuiven ge
gaan uit Amerika naar de centrale ban
ken in Europa.
De goudmarkt
Nu moeten wij dat ndet zo zien dat
iedereen maar goud kon kopen. Alle
bankgoud werd praktisch verhandeld
door de goudmarkt in Londen. Via die
markt hebben de meeste landen zich
weer met goud bevoorraad. Vooral
Frankrijk, dat zoveel dollars heeft ge
beurd door de legering van Amerikaan
se troepen, die nu ten einde is.
De particuliere handel in goud was be
perkt. Zij breidde zich wel uit voor
sieraden en industriële doeleinden maar
daar bleef het meestal bij.
Het is wel zo dat de goudproduktie
achter blijft bij de toenemende vraag.
Er zijn daarnaast een aantal landen,
waarvan de bewoners goud in baar
sparen. Dat zijn bv. inwoners van
Frankrijk en Zwitserland. Daartoe be
horen ook de schatrijke olie-shedks uit
Arabie. In de Angelsaksische landen,
in Nederland en Scandinavië was de ge
wone goudhandel in baren verboden.
Ook in Italië bestonden er tal van be
perkingen. Pas op 19 maart jl. is een
vrije markt ingesteld maar daar kunnen
particulieren het goud alleen tegen de
dubbele prijs verkrijgen.
Risico
Het is merkwaardig dat in tijden van
wantrouwen in het geld men zich zo
aan goud gaat vastklemmen. Want zelfs
de waarde van dat goud zelf is niet
vast. Die schommelt op en neer, de
laatste weken bijna uitsluitend naar bo
ven. Het kopen van goud is dus een risi
co dragende zaak en zeer speculatief.
Ln tijden van rust is er zeer beperkte
vraag en dan daalt de prijs weer snel.
Het bezit van goud, als dat geoorloofd
is, brengt ook nogal zorgen met zich.
In de eerste plaats brengt het geen
rente op. Alleen zij, die zich het genot
van deze rente kunnen ontzeggen, zijn
economische in staat zach op het pad der
goudspeculatie te begeven. Vervolgens
moet men ook nog de kosten van as
surantie en opslag voor zijn rekening
nemen. Bij verplaatsing komen daar
nog hoge transportkosten bij met het
risico daarvan.
De totale bezitskosten bedragen zo on
geveer 10 van de waarde. Het goud
blinkt dus wel maar het heeft een ver
raderlijke schittering, die slechts zo nu
en dan door speculatiewinst wordt
overtroffen.
Aandelen
Om deze reden trachten velen een goe
de dubbelspeler te vinden in de effec
ten van goudmijnen. Deze zijn gemak
kelijker te bewaren, zij geven een divi
dend en stijgen met de opbrengst van
het produkt goud in waarde. Wij heb
ben in de laatste tijd gezien hoezeer de
goudwaarden in trek zijn en de koersen
van de beste goudmijnen zijn al zoveel
gestegen dat men zich moet afvragen in
hoeverre er al op een stijging van de
goudprijs is geanticipeerd.
Hoe de uitkomst van de thans in gang
gezette manipulaties met het goud en
de dollars zal zijn kan niemand exact
voorspellen. De instelling van twee
prijzen voor een zelfde waar kan zeker
geen oplossing brengen. Verhoging van
de goudprijs over de gehele linie ver
oorzaakt inflatie en verdere daling van
de geldswaarde in veel landen. Een der
gelijke oplossing zou het wrange loon
zijn van enkele decennia muntverkrach-
ting, die meer dan eens onverantwoord
is geweest. Evenmin zal het loslaten
van het goud als basis voor de dollar
dekking ons de nodige monetaire rust
brengen. Devaluatie van het Ameri
kaanse betaalmiddel, renteverhoging in
de V.S. of welke koers men ook gaat
varen, zeker is het dat de Amerikaanse
betalingsbalans verbetering behoeft.
Daar zal de Amerikaanse import voor
moeten worden beperkt en de export
opgevoerd.
Offers
Voor Europa betekent dat een verzwa
ring van de economische offers en een
grotere concurrentie, die bepaalde ver
moedelijk deflatoire effecten zal ver
oorzaken.
Zo dansen wij nu nog rondom het gou
den kalf met kreten van welvaart. On
der het gezang en de dans van de wes
terse volken dreigt het gouden kalf van
zijn voestuk te storten. Zal het ons
meeslepen in zijn val? Zijn wij instaat
het goud te regeren of blijft het ons in
zijn macht van begeerte gebannen hou
den. Dan zullen wij moeten offeren met
internationale economische tegenstellin
gen en wellicht nieuwe breuken in de
overeenkomst binnen en buiten de
E.E.G. De onafgebroken economische
groei waarvan velen dromen is nog
lang geen werkelijkheid. De komende
tijd zal het ons leren.
Op a.s. vrijdagavond wordt in de toon
zaal van Goed Wonen aan de Amers-
foortsestraat 76 een expositie geopend
door Mathilde Jurrisen met behulp van
een klankbeeld en dia's.
Het betreft werken van leden van de
kunstenaarsgroep de Ploegh, waarop bij
aankoop 25 procent rijkssubsidie wordt
verleend.
Er zijn experimentele meubelen te zien
van Dick Lookman en Bert Siegers,
Lichtornamenten van Frank Blink en
C. J. M. Laam en experimentele klok
ken van Hans Esseveld. De tentoon
stelling duurt tot 8 mei en is dagelijks
te bezichtigen van 10 tot 17 uur.