PRUIKEN ZUN HOOFDZAKEN VOOR DE VROUW
Intelligente vrouwen
hebben mooie benen
j PERZIKEN-
j KOFFIETAART
GEZINSVERHEERLIJKING
Ifev s
Dan kom je nooit
de deur meer uit
Ondanks zelf beslissingsrechtwordt het toch
Met deze perziken-koffietaart
brengt u ook in de winter
de zomer in huis. U hebt er de
volgende ingrediënten voor no-
dig:
1 taartbodem (doorsnede 23 cm), 1 kopje perzikenstroop, 1 blik Califor-
1 nische perziken, 2 eetlepels maisbloem, IV2 theelepel amandelessence,
theelepel citroensap, 1 pakje vanillepudding (geen instant pudding),
12 kopje geëvaporeerde melk (bij de melkboer verkrijgbaar), 2 thee-
lepels oploskoffie, 1 kopje slagroom, 2 eetl. poedersuiker, 1 eetl. koffie-
likeur en water.
De taartbodem kan kant en klaar worden gekocht. Giet de perziken af
maar bewaar 1 kopje van de siroop. Voeg daaraan met 2 eetl. water aan-
gemaakte maisbloem toe. Breng het geheel aan de kook en laat het, onder
af en toe roeren indikken en helder worden. Neem de pan van het vuur,
voeg aan de ingedikte siroop 1 theelepel amandelessence en een halve
theelepel citroensap toe. Reserveer 6 schijven perzik voor garnering. Breng
de resterende schijven in het mengsel van de perzikensiroop, amandelessen-
ce en citroensap over. Alles goed afdekken en laten afkoelen. Volgens ge-
bruiksaanwijzing op het pakje vanillepudding met circa 1 kopje water en
de geëvaporeerde melk aanmaken. Oploskoffie toevoegen plus resterende
Va theelepel amandelessence. Laat pudding goed afkoelen. Vul taartbodem
ermee en bedek de pudding met het perzikenmengsel. Kort voor het op-
dienen de geklopte, met poedersuiker en koffielikeur vermengde slagroom
in bergjes op de taart aanbrengen. Garneer de bergjes met een schijfje
perzik. Voor een extra kleurrijk effect de rand van de perzikschijfjes even
in wat oploskoffie dopen.
Men beweert wel eens dat wij Ne
derlanders door de goede sociale voor
zieningen .verzorgd zijn van de wieg
tot het graf". Er schuilt de nodige
overdrijving in dat gezegde, ofschoon
we wel mogen vaststellen dat we
vergeleken by vele andere, óók Eu
ropese landen niet mogen mopperen
over onze .sociale zekerheid". Het kan
altjjd nog beter, ofschoon we niet uit
het oog mogen verliezen dat teveel
zorg de mens te afhankelyk maakt.
Bovendien zal het geld dat aan ande
ren of aan onszelf wordt uitbetaald
toch „ergens" vandaan moeten komen:
het moet niet alleen opgebracht wor
den, maar in de eerste plaats opge
bracht .kunnen' worden. Blyft nu onze
Staat m..ar met royale hand strooien
dan zou het Cr tenslotte op uit lopen
dat de onafhankelijke werkende mens
de te betalen premies niet meer kan
opbrengen en als enige heil gaat zien
zo gauw mogelijk in de een of andere
„toestand" (ziektewet, ongevallenwet
en gaat u maar door) te gaan „lopen".
Waarom deze zwaarwichtige re
gels, terwijl de kop van dit artiekeltje
aankondigde dat we het over „hoofd
zaken" zouden hebben? Als u verder
leest, zal dat u spoedig duidelijk wor
den. In Engeland is de gezondheids
zorg nog een flink stapje verder gegaan
dan bij ons tè ver, mogen we wel
zeggen, zodat er logischerwijs niets
anders opzit dan een stapje terug te
zetten. Leest u maar verder en oor
del zelf. Oudere dames met dunne
haar kosten de Britse belastingbetalers
jaarlijks een miljoen pond, dat is ruim
8,5 miljoen gulden aan pruiken. De
ze „hoofdzaken" worden namelijk al
jaren door de nationale gezondheids
zorg betaald, net als bij ons de huis
arts. Ieder die geld verdient moet er
dus premie voor betalen, zoals by ons
de AOW.
Volgens een hoofdartikel in het Brit
se tijdschrift voor geneeskunde ver
strekt de staat niet alleen pruiken van
ongeveer 285 gulden, maar zorgt ook
kosteloos voor het onderhoud. Als de
artsen zich niet beperken tot de ge
vallen die volgens de bepalingen zijn
toegestaan, moeten er steeds meer
pruiken worden verstrekt. Met 'n staat
die een miljoen pond per jaar aan
pruiken besteedt, is iets niet in orde,
aldus het tijdschrift. Dat lijkt ons ge
zonde taal, hoe graag we elke Britse
vrouw ook een mooie (desnoods valse)
haartooi gunnen.
Er is een tijd gexoeest dat het hoog
ste ideaal toas dat een vrouio „op
ging" in haar gezin. En ze kreeg daar
bij het gevoel dat ze zichzelf geheel
wegcijferde en zich door deze opof
feringbijzonder verdienstelijk maak
te. Maar al te vaak leidde dit gevoel
tot de overtuiging dat de kinderen dan
ook de „plicht" tot xoederliefde hadden.
Zo ontstond dan in schijn, maar soms
ook wel wezenlijk die hechte familie
band, die op het eerste gezicht zo be-
gerensxoaardig lijkt, maar die toch aan
de andere kant zoveel gevaren in zich
kan dragen. Het is natuurlijk dat een
kind van de eigen moeder meer houdt
dan van anderemoeders, maar het
is niet eerlijk en niet goed als we ze
langzaam maar zeker de overtuiging
ingieten dat wij, als eigen ouders, ook
beter zijn dan anderen. Al kan ons
standpunt verschillen met dat van an
dere opvoeders, al zijn de meeste ou
ders overtuigd van eigen gelijk, al
leen dit laatste feit al bewijst voldoen
de hoe moeilijk dit „gelijk" is uit te
makenBeter dan de kinderhoofdjes te
overgieten met. al onze kritische op
merkingen over anderen kunnen we ze
aanmoedigen vrijmoedig ook in andere
gezinnen binnen te treden en er even-
dueel het goede, het ongeioende dat
juist zo boeiend kan zijn op te pikken.
Dit verrijkt niet alleen de gezichts
kring van de kinderen, maar ook onze
eigene. Het is niet voldoende als we in
het gezin veel voor elkaar over hebben,
maar oxis als één geheel, als een ge
sloten front tegenover een tamelijk
vijandige buitenwereld voelen staan.
Dan kweken we dat kritische gezins-
egoisme dat pas goed z'n ivrange
vruchten gaat afwerpen als de op
groeiende jongeren hun levenspartners
gaan zoeken. Als een nagel steekt dat
gevoel van beter, juister, liefdevoller
te zijn in hun hersenen, en dan begint
de ellende tegenover de schoonfamilie,
die altijd te kort zal schieten. En wie
zich onverdiend achteruit geduwd
voelt, zal maar in enkele gevallen zo
veel zelfbeheersing en wijsheid bezit
ten veel te „slikken" in de hoop en de
overtuiging dat op den duur alles wel
beter zal gaan. Zeker zal een goede
huisvrouw de sfeer in haar gezin met
liefde weten te behoeden. Ze kan zich
geven en toch haar plaats, haar eigen
persoon laten eerbiedigen. Deze grens
moeten de kinderen kennen. Exi het is
juist deze grens die ze in elk ander
moeten leren onderkennen, rijk of arm,
geleerd of minder begaafd.
JETTY
Ook in tijden van „blijde ver-
vmchting" kan de moderne vrouw
jeugdig en charmant gekleed f
gaan. Dat laten deze drie Préna-
tal-voorjaars- en zomerjurkjes /f
dxiidelijk zien. Duurt Oordeelt n
zelf maar. Links: dit model sluit (f
met een lange rits en is gemaakt ft
van 100katoen in de kleuren /f
rood-xoit, groen-wit en blauw-wit
prijs 29.75); midden: dit model
heeft een gespgarnering midden- ft
voor en is verkrijgbaar in de kleu- 1
reti marinelichtblauw en zee-
groen. Het materiaal is Trevlra ft
prijs 39.75); rechts: de witte nop-
jes op marine fond blijven klas-
siek en de belijning van dit char- f
mante japonnetje is lang niet al- ft
ij ledaags. Materiaal: katoen-satijn
prijs 37.50). ModellenPrénatal-
mode voorjaar '70) f
Intelligente vrouwen en meisjes heb
ben mooie benen, aldus dr. Martin
Cole van de Amerikaanse universiteit
van Aston in Alabama. En dr. Cole
kan het weten, want hij is zeker niet
de eerste de beste. Bovendien is hij
niet over één nacht ys gegaan bij zijn
langdurig onderzoek naar vorm en leng
te van „vrouwen-onderdanen".
Als Martin Cole gelijk heeft en
waarom zouden we aan de woorden
van deze bekende arts-psycholoog twij
felen kunnen we met recht zeggen,
dat „een geluk nooit alleen komt".
Het feit dat een meisje of vrouw mooie
benen heeft is op zich al een voor
recht. Niet alleen wordt er (zowel door
vrouwen als mannen) graag en met be
wondering naar lange, goedgevormde
benen gekeken, maar de bezitster er
van is zelf ook rijk met zo'n bezit. Je
kunt met mooie benen, zelfs al heb je
de eerste jeugd al achter de rug mee
doen met grappige modetendensen, zo
als de mini-rokken, en vrijwel alle kle
ren staan goed.
Uit dat oogpunt bezien is het dus
al een „zege" en een voorrecht slan
ke, lange onderdanen te hebben. Als
nu nog wetenschappelijk is vastgesteld,
dat zo'n bevoorrecht wezen ook nog
intelligent is, is dat wat men noemt
,,dubbel-op".
Dr. Marin Cole nu heeft duizenden
paren meisjes benen gemeten en gecata
logiseerd voordat hij zijn conclusie op
schrift stelde. Zijn collega dr. B. Shel-
don gaat nog verder en zegt, dat hij
het karakter van de bezitster van
fraaie benen uit de vorm daarvan kan
aflezen. Lange en slanke benen wijzen
volgens hem op creativiteit en een
gevoelvolle natuur. De bezitsters van
lange doch welgeronde onderdanen zijn
psychologisch stabiel en zullen dus wei
nig last hebben van depressies en
zwaarmoedigheid.
Toch is er voor meisjes en vrouwen
met een iets te fors onderstel nog
wel oen troost: zij zijn (alweer volgens
dr. Sheldon) meestal vrolijk van aard
en houden van grapjes en spel. Door
hun humor leiden ze op natuurlijke wij
ze de aandacht af van de tekortkomin
gen van hun fysieke charmes. Voorts
is voor alle minder bedeelde vrouwen
een groote troost, dat de man over
het algemeen gauw is uitgekeken op de
benen van zijn vrouw en op den duur
meer waarde hecht aan haar inner
lijk.
Zo tussen 1975 en 1980 zullen de
vrouwei. er niet meer op uit hoeven
te gaan om te winkelen: ze kunnen
dan gaan „winkelen" per gesloten tv-
circuit. In verscheidene plaatsen van
Amerika is het winkelen per televi
sie al een feit. De consument draait
het nummer van de supermarkt, kiest
een bepaald kanaal op het televisietoe
stel en als zowel de woord- als de beeld
verbinding in orde zijn, kan de camera
man van de supermarkt de gevraagde
artikelen aan de consument tonen.
James Gulliver, chef van het Brit
se filiaalbedrijf Fina Fare is er zo
van overtuigd dat het winkelen per te
levisie er binnen enkele jaren óók voor
de Britse huisvrouwen is, dat hij nu
reeds oezig is hen aan het idee te
wennen. Gemakzuchtige vrouwen en
vrouwen die slecht ter been zijn zullen
geen moeite hebben aan deze hypermo
derne manier van winkelen te wennen.
Maar of het over de hele linie een
succes zal worden? Er zullen een hele
boel vrouwen verzuchten: ,Dan kom
je nooit de deur meer uit!"
maxi
Een mouwloos tailleur in witte en blauwe ruiten.
Onder het jasje wordt een blauwe blouse gedra
gen: hoed en sjaal zijn van dezelfde kleur.
Insiders beweren dat de mini-rok het heeft
verloren van de maxi. Als dat waar is, heb
ben we ons er alleen maar bij neer te leg
gen. ondanks alle grote successen die we
op het gebied van de .zelfbeslissing" de
laatste jaren toch echt wel hebben ge
boekt. De modekoningen blijken toch ster
ker te zijn dan alle vrouwen bij elkaar, dat
wil zeggen, op zaken betreffende de mo
de. Rest ons alleen nog de vraag, waar
om nu juist de lange rok zo nodig in het
voorjaar moest worden ingevoerd. Maar
experts op het gebied van de mode heb
ben óók daar een uitleg voor. Juist in de
zomer kan men de maxi-mode invoeren,
zeggen zij, omdat je in dat jaargetijde ge
bruik kunt maken van fleurige dunne stof
fen. die dus, ondanks de lange rok tóch
de zo noodzakelijke en begeerde bewe
gingsvrijheid garanderen. We stellen ons
niet voor dat nu ineens alle vrouwen van
het voorjaar in het lang gekleed gaan,
maar ze kunnen in ieder geval alvast aan
het gezicht wennen en zullen dan, naar
men aanneemt, overstag zijn gegaan voor
dat de nieuwe herfst- en wintermode in
oktober wordt gelanceerd. Want is ieder
een eenmaal aan dat „lang" gewend, dan
zal de vrouw in mini er plotseling ouder
wets gaan uitzien. Zoals we dus al zeiden,
het zal allemaal langs de weg van de ge
leidelijkheid gaan. Yves Saint-Laurent,
Lanvin en Ricci hebben in dat opzicht trou
wens weinig geduld getoond. Zij hebben
geprobeerd met één penestreek de korte
rok tot de ondergang te doemen. Als het
aan hen had gelegen, konden we nu al
lemaal, mannen incluis, gaan rondwande
len in jurken en jassen tot op de kuit.
Maar die ramp is afgewend door Cardin,
Courrèges, Ungaro en Feraud. Zij hebben
ervoor gezorgd dat we de komende zo
mer nog mogen kiezen: of ultra kort of
razend lang. We hebben dus nog even
respijt gekregen wat de maxi betreft; we
mogen nog even aan het „zelfbeslissings-
recht" blijven geloven.
Een cocktailjapon van wit katoen met tulen circels. Kraagje, mou
wen, ceintuur en rokzoom zijn van zwarte tule. Hef ontwerp staat
op naam van Heinz Riva.