O
MikLnur
MUOmo-
MUcimo"
olitico
ven
PABIO PICASSO
ALS GESHIEDSCHRIJVER
NU IS HET BOEKENWEEK
gratis
bij uw
boeken-
kijkwinkel
er is een boek
voor iedereen bij
vandel
Boekenweek.
MINDER ZITTENRLIJVERS OP
LACERE SCHOOL
voor snoezige
baby-kleding
moet u naar:
25e Ziekendag
voor modieuze
positie-kleding
moet u naar:
DE VOOGDIJ
MET RAAD EN DAAD
vQor stoere
jongens-kleding
moet u naar:
Het geboortekaartje
Drukkerij Smit
voor vlotte, aparte
meisjes-kleding
moet u naar:
WONINGCIJFERS
Guernica, symbool van Baskische strijd
CERTINA
BOEKENWEEKGESCHENK: „Protest per prent"
GRATIS Bil AANKOOP VAN 7,50
VRIJDAG 2 APRIL 1971
©p een warme zomerdag leidde Pablo Picasso een groep mensen rond op een
tentoonstelling van zjjn schilderden. De groep stond stil bjj een groot in grijs,
•wart en wit geschilderd paneel. Een Duitse toerist keek er naar en vroeg toen
aan de schilder: „Is dat ook uw werk?" Picasso dacht een ogenblik na en zei
toen op bitse toon: „Nee het is jullie werk!"
Een experiment was het dus. Een voor
spel van een oorlog, die de wereld en
kele jaren na Guernica met nog groter
ontzetting zou slaan.
Thomas Mann schrijft over die vijftien
jarige jongen uit het boek van Herman
Kesten:
„Hij heeft de Duitse Stuka's in duik
vlucht de troepen vluchtelingen zien be
schieten. Hij was getuige van de bar
baarse vernietiging van een open stad.
Van de laatste dagen van vrijheid en
recht."
Een Duitse stem liet zich in het koor
van sprekers en schrijvers ook horen.
Het was de nazi-minister voor lucht
vaart Hermann Göring. Bij de terugkeer
van het Condor-legioen, dat deze- mis
daad aan Guernica misdaan op het ge
weten had verklaarde hij:
„Het was noodzakelijk de wereld te laten
zien waartoe wij in staat zijn."
Inderdaad heeft de wereld geweten
waartoe zij in staat waren...!
Picasso
In hetzelfde jaar als waarin de heilige
stad van de aardbodem werd gevaagd,
gaf de republikeinse toen de wettige
regering van Spanje aan de 56-jarige
schilder Pablo Picasso de opdracht om
voor het Spaanse paviljoen op de Parijse
wereldtentoonstelling van 1937 een grote
wandschildering te maken. Er is geen
schilderstuk uit de twintigste eeuw zó
beroemd geworden als die wandschilde
ring, die Picasso toen maakte en die wij
nu kennen als zijn „Guernica".
Picasso beeldde de ontzetting en de wan
hopige verbijstering van de inwoners van
Guernica uit op een zeven meter lang
en drie meter hoog doek. Het grote
schilderstuk werd een aangrijpend pro
test tegen onmenselijkheid en tegen zin
loze vernietiging van het leven. Geen
wonder, dat de schilder op de vraag
van die Duitse toerist dat bijtende en
legendarisch geworden antwoord gaf.
Weer staat het Baskenland in het
brandpunt van de wereldbelangstelling.
Burgos is thans de naam, die wereldver
maardheid heeft gekregen door het daar
gevoerde proces.
Ruim dertig jaar geleden was het een
andere Baskische stad, die de voorpa
gina's van de wereldpers haalde. Guer
nica. Door een groep Duitse vliegtuigen
van het Condorlegioen werd deze heilige
plaats van de Basken in de Spaanse
burgeroorlog verwoest. De dood en ver
derf zaaiende vliegtuigen, stonden onder
bevel van generaal Sperrie, die enke
le jaren later hetzelfde vernietigende
werk boven Rotterdam herhaalde.
IJzeren stormvogels
In het aangrijpende boek van Herman
Kesten „De kinderen van Guernica" laat
de schrijver een vijftienjarige jongen
zeggen:
„En toen kwam die blauwe, bloedige
maandag. Hebt u het jaar onthouden?
Het gebeurde negentienhonderdzevenen
dertig jaar na Christus geboorte. Zij
kwamen in de gedaante van ijzeren
stormvogels aanvliegen en streken neer
op het land, waar Guernica op stond. Zij
scherpten hun kromme nagels en zij
hakten op hun slachtoffers in."
Bijna tweeduizend doden vielen in Guer
nica als slachtoffer van deze luchtaanval.
Tweeduizend burgers. Wij zijn aan grote
aantallen gewend geraakt. Maar toen,
nu meer dan dertig jaar gelden, was het
'n onvoorstelbaar groot aantal. Maar wat is
het eigenlijk vergelken bij de duizenden,
die de dood vonden in Warschau, Hiro-
sjima, Coventry, Dresden en Stalingrad?
Gurendica was het eerste stadje in de
krijgsgeschiedenis, dat op een dergelijke
wijze werd aangevallen. Deze daad is
door het wereldgeweten blijven spoken
als een bizarre nachtmerrie. Dat het
door het wereldgeweten niet vergeten
kon worden komt zeker ook, omdat
Pablo Picasso van deze oorlogsdaad een
symbolisch schilderij heeft gemaakt.
Guernica
Vroeger stond op het eeuwenoude
marktplein van Guernica y Luno een
eik, die de stormen van de tijd honder
den jaren had doorstaan. Onder die eik
spraken de" rechters van Guernica de
heilige stad van de Basken hun von
nissen uit tegen de burgers, die gezon
digd hadden tegen de oude riten en
zeden van hun volk.
De bewoners van deze landstreek aan
de voet van de Pyreneeën hebben een
sterk ontwikkeld vrijheidsgevoel. Daar
door is het Baskische probleem in de
wereld onstaan. Het land van de Basken
ligt niet alleen ln Spanje. Ook Frankrijk
kent dit volk. De Spaanse en de Franse
Basken hebben echter een eenheid van
taal en kuituur. Die komt vooral tot
uiting in de volksliederen en dansen. De
dans en muziekgroep „Etorki", die deze
kuituur uitdraagt over de wereld is ook
in Nederland een graag geziene en ge
hoorde groep van mannen en vrouwen
die in hun typische klederdrachten en
met hun 'bijzondere muziekinstrumenten
vele honderden in hun ban kunnen hou
den.
De wereld sprak
Enkele dagen na het bombardement op
Guernica schreef de latere staatsman
George Bideault in het Franse dagblad
„1'Aube":
„Drie uyr lang hebben Duitse vliegtui
gen deze kleine en niet verdedigde plek
gebombardeerd. In de straten en op de
velden werden vrouwen en kinderen
met machinesgeweervuur bestookt".
Waarom werd Guernica gebombardeerd?
Nico Rost, de onlangs overleden schrij
ver en winnaar van de Groningse kul-
tuurpijs, schreef in 1937 in een brochure:
„Guernica was voor de Duitse generale
staf een proefveld. En terwijl de slacht
offers nog niet begraven zijn en de puin
hopen nog roken en smeulen, terwijl
Hitiers' representanten in Londen be
weren „es ist nicht wahr", zijn in alle
landen de militaire specialisten bezig de
strategsche, taktische resultaten van dit
experiment te berekenen."
HORLOGERIE
Koninginnelaan 21, Soest
Telefoon 8319
Internationale horlogemode
van Zwitserse topklasse
|5 boeken weekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweek boekenweekboel*
BOEKHANDEL ~i I
G.J. WESSELS
Soesttrberssenraat 53-tol 2419 SOEST
1 tot en met 10 april
laoq^A^ua^aoqjiaaMua^aoqiiaaMua^aoqjieaMuaijaoqjfaaMuaJieoq^aaMuajiaoq^aaMuaJiaoqjfaaMuaiiaoqjiaaAVuaifaoqjiaaAAuajieoq^aaMuajfaoq^aaMua^aoqjjaaMuaJieoq
De kans om te blijven zitten neemt af naarmate de school groter is. Het per
centage zittenblijvers bljjkt in de sektor openbaar het grootst te zijn. De invloed
van het milieu op het sukses bij het onderwijs is zeer groot.
Deze konklusies kunnen getrokken worden uit een onderzoek, dat aan het einde
van het schooljaar 1968-1969 werd gehouden. Dit onderzoek werd ingesteld op
verzoek van de staatssecretaris van onderwijs en is gebaseerd op een enquête
bjj ruim 8000 schoolhoofden.
Vermoedelijk mede onder de invloed van de heftige discussies over het zitten
blijven, zoals die de laatste jaren zijn gevoerd, loopt bij alle schooltypen het
percentage zittenblijvers terug. Nochtans bleven in 1968 nog 11 van de jongens
en 7.1 van de meisjes zitten in de eerste klas van de lagere school.
BLIJETIJDS BABY EN KINDERKLEDING
G ALLENKAMPPELSWEG11 - SOEST - TEL 6286
Op woensdag 16 juni a.s. wordt voor de
25e maai de jaarlijkse ziekendag ge
houden voor de chronische zieken uit
Amersfoort en omgeving. Venvacht
wordt, dat ongeveer 90 zieken aan deze
ziekendag deelnemen. Het gaat om de
zieken, die anders nooit in de gelegenheid
zijn 'n kerkdienst bij te wonen. De zieken
worden thuis opgehaald per auto of
ziekenauto. De ziekendag begint te 9 uur
met een H. Mis, die door de Kardinaal
wordt opgedragen. De predikatie wordt
tijdens de H. Mis gehouden door de kar
dinaal. De zieken worden verder de ge
hele dag bijzonder aangenaam bezig ge
houden. Er treden artisten op. er wordt
ruimschoots voor de inwendige mens
gezorgd en er zijn zeer vele helpsters
in de kerk aanwezig om dit allemaal
mogelijk te maken. Daarnaast nog vele
tientallen vrijwillgers in en buiten de
kerk. Het ziekendagcomité is er elk jaar
weer ingeslaagd de kosten voor deze
ziekendag uit vrijwillige bijdragen te
dekken. De ziekendag wordt n.1. aan de
zieken kosteloos aangeboden. Dit jaar
zullen deze kosten wat hoger zijn, om-,
dat er wat extra's voor de zieken wordt
gedaan.
Bijdragen voor de aan deze ziekendag
verbonden kosten kunnen worden ge
stort op giro 13004 t.n.v. Penn. Wit Gele
Kruis te Amersfoort met vermelding
„ziekendag" of op giro 43715 t.n.v.
Bondsspaarbank te Amersfoort t.g.v. rek.
•T. 93.70.86.932 t.n.v. ziekendagcomité Wit
G*Je Kruis te Amersfoort.
Het schilderij werd niet gemaakt in felle
brandende kleuren. Picasso"". vermeed het
natuurgetrouw af beelden" van de ver
schrikking. Hij wilde de mensheid ob
jectief confronteren met het verschik-
kelijke feit. Als kleur gebruikte hij het
koele grijs, het objectieve wit en het
droeve zwart. In zijn Parijse atelier aan
de Rue des Augustines gaf de schilder
uiting aan zijn verontwaardiging en als
een partijkiezend waarnemer begon hij
aan het werk, dat in enkele maanden
ontstond. Een criticus schreef:
„Al zou Picasso nooit iets anders hebben
gemaakt dan dit werk, dan nog zou hij
de grootste schilder van deze eeuw zijn."
De schreeuw van een mens in doods
nood, de vertwijfeling over het absurde
en het grote verdriet van de overleven
den kregen in Picasso's „Guernica" ge
stalte.
Het schilderij
Na afloop van de Parijse wereldtentoon
stelling werd het schilderij naar Ameri
ka vervoerd. Spanje's dictator Franco
stelde geen prijs op een tentoonstelling
van dit schilderij in het Prado te Madrid,
noch in het museum voor moderne kunst
in Barcelona. Franco stelde zelfs hele
maal geen prijs meer op de terugkeer
van zijn landgenoot Pablo Picasso!
Slechts tweemaal is het schilderij de
oceaan overgestoken om na de Parijse
expositie naar het oude Europa terug
te keren. De eerste maal was het in
1956 toen in het Keulse museum een
Picasso expositie werd gehouden. De
tweede maal kwam het naar Amsterdam
om in het Stedelijk Museum het wereld
geweten wakken te houden. In 196!
werd bekend, dat de Spaanse regering
zich toch met Picasso in verbinding had
gesteld om het schilderij naar Spanje te
krijgen.
Florentino Perez Embid, direkteur van
schone kunsten in Madrid, voerde toen
met persoonlijke goedkeuring van Fran
co de besprekingen. Na de doodvonnissen
in Burgos werd in Parijs bekend
maakt, dat Picasso zijn toestemming pas
zal geven zodra de publieke vrijheden in
Picasso's geboorteland Spanje zullen zijn
hersteld. Tot zolang zal zijn „Guernica"
als een zwijgende aanklacht in New
York blijven. Als een waarschuwing.
In de Spaanse burgeroorlog zijn ontel
bare slachtoffers gevallen. Geen slacht
offer spreekt echter zo tot de verbeel
ding als de dood van Federico Carcia
Lorca. Geen bombardement, is zo gaan
kwellen als dat op Guernica.
Is er een beter bewijs denkbaar voor de
stelling, dat een werkelijke kunstenaar
een waarschuwend profeet is?
Verband tussen milieu en
zitten blijven
In 1967, zo blijkt uit het recent versche
nen onderwijsverslag over 1969, moest
6.1% van alle leerlingen van het basis
onderwijs doubleren. Voor 1968 was dit
5.2%. De cijfers over 1968 vertonen het
volgende beeld: leerjaar 1, jongens 11.0%,
meisjes 7.1%; 2, 6.88 en 5.7; 3, 5.4 en 4.1;
4, 5.4 en 4.3; 5, 4.1 en 3.1; 6, 2.3 en 1.5.
Het percentage zittenblijvers loopt in de
hogere leerjaren dus vrij sterk terug.
Het hoogste percentage zittenblijvers ge
durende alle zes leerjaren werd gescoord
bij het openbaar lager onderwijs (4.3%).
Twee faktoren spelen hier een rol. In de
eerste plaats wordt het openbaar onder
wijs gedraineerd door het neutraal bij
zonder onderwijs, dat zijn leerlingen
vooral betrekt uit de bevoorrechte ho
gere mileus en in de tweede plaats be
hoort een zeer hoog - percentage van de
scholen met leerlingen uit een achter
blijvend milieu tot het openbaar onder
wijs. Het percentage zittenblijvers bij de
r.k.- en protestants-christelijke scholen
bedroeg respektièvelijk 4.1 en 3.4%. Het
neutraal bijzonder onderwijs noteerde
het laagste percentage, t.w. 2.8%.
Maatregelen nodig
Uit het onderzoek blijkt duidelijk, dat er
een verband bestaat tussen de invloed
van het sociaal milieu en het zittenblij
ven. Onder de scholieren- uit de bevoor
rechte milieus bedroeg het percentage
zittenblijvers tijdens het eerste leerjaar
4.4%, bij leerlingen uit het middenmilieu
7.2% en bij leerlingen uit de: achterblij
vende milieus liefst 12.3%.
BLIJETIJDS BABY EN KINDERKLEDING
GALLENKAMPPELSWEG11 - SOEST -TEL.6288
bleem van de streektaal een grotere rol
speelt speciaal gedurende de eerste leer
jaren. De Nederlandse taal wordt dan al
gauw voor vele leerlingen een onover
komelijk struikelblok.
Taal en rekenen zijn voor de meeste
leerlingen de moeilijkste vakken. Uit het
onderzoek bleek dat een leerling in 94%
van de scholen blijkt te moeten doubleren
bij een „echte onvoldoende" voor reke
nen én taal (in 91.7% van deze scholen),
voor rekenen in 15% van deze scholen
en voor taal in 6.8% van deze scholen.
De resultaten voor de overige vakken
geeft slechts zelden de doorslag. Hun
invloed is volgens bijna de helft van de
8000 geënqueteered schoolhoofden zeer
gering.
Afschaffing?
Hoe denken de schoolhoofden zelf over
eventuele afschaffing van het zittenblij
ven? Liefst 46.9% meende dat het zitten
blijven grotendeels moet worden opgehe
ven, 12.5% wilde het zittenblijven zelfs
geheel afschaffen. Slechts 10% van de
hoofden meende, dat we het zittenblijven
niet moesten verminderen.
De voornaamste oorzaken van het zitten
blijven zijn te vinden in tekorten in het
kind, tekorten in het milieu en tekorten
in het schoolsysteem. Tekorten in het
kind worden genoemd door 62.7% van de
schoolhoofden, tekorten in het milieu
door 34%, tekorten in het schoolsysteem
door liefst 48.6%. Uit het laatste percen
tage blijkt, dat ongeveer de helft van alle
schoolhoofden voor verbetering van het
onderwijs aan zijn school zou zijn. Dat is
ongetwijfeld een opmerkelijk gegeven.
Ook over de klassegrootte konden de
schoolhoofden zich uitspreken. Ruim 80%
kiest voor een klas met leerlingenaantal
tussen 25 en 30. Ruim 2.5% van de hoof
den vindt 25 leerlingen nog een te groot
aantal.
Gevraagd naar de verschillen in ontwik
keling van de leerlingen bij het begin
van het eerste leerjaar meent 70% van
de schoolhoofden dat deze verschillen
aanzienlijk zijn. Vrijwel alle scholen, die
grote verschillen in ontwikkeling konsta
teren, treffen maatregelen voor de pro
blemen die een gevolg zijn van het eer
ste leerstofjaarklassens.ysteem. Tot de
belangrijkste maatregelen behoren de
speelleerklas (9.1%), hulpprogramma
(11.5%) en vooral individuele hulp bui
ten schooltijd (31.2%).
Over (minderjarige) onwettige kinderen is alleen voogdij mogelijk en geen ouder
lijke macht, omdat de ouders niet met elkaar gehuwd zijn. Indien het huwelijk
van ouders van (minderjarige) wettige kinderen wordt ontbonden of beide ouders
zyn ontzet uit of ontheven van de ouderlijke macht, dan ontstaat er ook voogdij.
We onderscheiden drie soorten
van voogdij
1. De WETTELIJKE VOOGDIJ: deze
berust van rechtswege bij de langstle
vende van de ouders. Indien een van de
echtgenoten overlijdt, is daardoor het
huwelijk ontbonden. De ouderlijke macht
is geëindigd en er ontstaat voogdij. De
langstlevende wordt voogd zonder be
noeming. Voogdij van rechtswege is ook
mogelijk over natuurlijke kinderen. Als
de moeder bevoegd is tot voogdij, wordt
zij bij de geboorte van het kind van
rechtswege voogdes.
2. De TESTAMENTAIRE VOOGDIJ: de
ouder, die het gezag over mijn kinderen
uitoefent, kan een opvolger benoemen
bij testament (of andere notariële akte).
Op deze wijze kan geen rechtspersoon
als voogd worden aangewezen. De be
noeming zal geen gevolg hebben, indien
de benoemde ouder bij zijn overlijden
niét meer het gezag over zijn kinderen
uitoefent en evenmin (of niet meer) in
dien de andere ouder na het overlijden
van rechtswege (of krachtens rechterlijke
beschikking) voogd wordt.
3. De DATIEVE VOOGDIJ: indien er
geen wettelijke of testamentaire voogd
Deze verschillen komen niet alleen m j jS> benoemt de rechter een voogd. Mees-
het eerste leerjaar voor, maar blijven tal geschiedt zulks door de kartonrechter
bestaan gedurende de gehele gang door en soms door de rechtbank. De recht_
KNIPPERLICHT. Kunt u mij enige
inlichtingen geven over de werking van
een knipperlicht van een spoorwegover
gang
AntwoordHet witte knipperlicht, bij
een spoorwegovergang wordt veroor
zaakt door een constante stroomkring,
die door een aankomende trein verbro
ken wordt, waarna het. rode knipperlicht
in werking treedt.. Bij een storing van
welke aard ook valt de bovenbedoelde
stroomkring ook uit, zodat ook--dan het
rode knipperlicht gaat werken. Die
stroomkring berust op het _zgn. rust-
stroom-principe. Het enige nadeel is dus
dat het verkeer in geval van storing
voor niets wacht. Tenslotte merken wij
nog op dat er twee rode lampen bran
den. zodat er heel wat moet gebeuren tot
ze beide tegelijk kapot. zijn. Valt het
hele systeem uit, dan staat de overgang
gelijk ftiet een onbeveiligde.
het basisonderwijs. Om dat nog eens met
een cijfer te illustreren: in de tweede
klas bedroeg het percentage zittenblij
vers onder leerlingen uit de bevoorrechte
milieus 2.9, dat onder leerlingen uit de
achterblijvende milieus 7.4%!
Wel leert de ervaring dat het percentage
zittenblijvers in scholen met leerlingen
uit een achterblijvend milieu ook lang
zamerhand daalt. Maar dit betekent niet
dat het onderwijs als zodanig zoveel is
verbeterd. De eisen worden gewoon lager
gesteld.
In elk geval toont het onderzoek nog
weer eens de noodzaak aan van maat
regelen ten behoeve van kinderen uit het
achterblijvend milieu. Maatregelen, die
zowel het kleuteronderwijs als de eerste
leerjaren van de basisschool zullen moe
ten betreffen. Invoering van een speel
leerklas en de mogelijkheid van compen
satieprogramma's kunnen mogelijk de
gewenste verbeteringen stimuleren.
Kleine school kwetsbaar
Uit het onderzoek blijkt ook, dat de kans
om te blijven zitten afneemt, naarmate
de school groter is. Het percentage zit
tenblijvers in de kleine scholen (1 t.m. 3
leerkrachten) is het hoogst (4.3% gere
kend over alle zes leerjaren) en hetzelfde
percentage is in de grootste scholen
(meer dan 12 leerkrachten) het laagst,
t.w. 3.8%.
Een verklaring voor dit feit lijkt te zijn,
dat tijdens de opleiding te weinig aan
dacht wordt besteed aan het onderwijs
op de kleine school. Met name in de
pedagogielessen. op de kweekscholen
wordt te weinig aandacht geschonken
aan de bijzondere eisen die de kleine
school aan de onderwijzer stelt. De klei
ne scholen zijn praktisch alle gevestigd
op het platteland, waar vooral het pro-
bank benoemt een voogd, indien ten ge
volge van een vonnis van de rechtbank
in de voogdij moet worden voorzien, b.v.:
de rechtbank spreekt de echtscheiding
uit, daardoor wordt het huwelijk ont
bonden, de ouderlijke macht eindigt, de
rechtbank zal dan een van de ouders tot
voogd benoemen. Heeft de rechtbank de
beide ouders uit de ouderlijke macht
ontzet of daarvan ontheven, dan zal
eveneens de rechtbank iemand tot voogd
benoemen.
BLIJETIJDS BABY- EN KINDERKLEDING
GALLENKAMPPELSWEG 11 - SOEST - TEL 8288
De rechter die een voogd benoemt, kan
daartoe aanstellen een natuurlijk persoon
(een mens), doch ook een rechtspersoon,
b.v. een instelling die rechtspersoonlijk
heid heeft en de duurzame verzorging
van minderjarigen ten doel heeft. De
instelling wordt dan voogd, terwijl het
bestuur de voogdij zal uitoefenen.
Toeziende voogdij
In elke voogdij is een toeziend voogd,
dus ook wanneer een van de ouders
voogd is. De toeziende voogd wordt
meestal benoemd door de kantonrechter.
Indien iemand voogd is en er is geen
toeziend voogd, dan moet de voogd de
benoeming van een toeziend voogd aan
de rechter verzoeken en indien er een
vacature van voogd ontstaat, moet de
toeziende voogd de benoeming van een
voogd vragen.
De toeziende voogd heeft drie functies:
1. hij moet, de voogd controleren en
desnoods diens afzetting verzoeken bij
wanbeheer;
2. hij moet de minderjarige vertegen
woordigen, indien de belangen van de
voogd met die van de minderjarige in
strijd zijn, b.v. de voogd wil zijn huis
aan de minderjarige verkopen. In dat
geval is er strijd van belangen, want
de voogd wil voor zich een zo hoog
mogelijke prijs bedingen, terwijl voor de
minderjarige een zo laag mogelijke prijs
móet worden bedongen. De toeziende
voogd moét hier als vertegenwoordiger
van de minderjarige het koopcontract
met de voogd in privé (niet als voogd!)
sluiten;
3. in sommige gevallen treedt de toe
ziende voogd met de voogd samen op,
b.v. bij een openbare verkoping van on
roerend goed, waarbij de minderjarige
geïnteresseerd is, bij een inventaris en
boedelscheiding waarbij de minderjarige
betrokken is.
Bewind van de voogd
De voogd zorgt voor de opvoeding van
de minderjarige, hij vertegenwoordigt
hem bij rechtshandelingen en voert het
bewind over diens vermogen. De voogd
moet zekerheid stellen voor zijn bewind,
indien de kantonrechter dat beveelt.
Het bewind van de voogd zal beginnen
met een beschrijving van het vermogen
van de minderjarige (een z.g. boedelbe
schrijving). Deze (of een afschrift daar
van) moet binnen acht weken na de aan
vang van de voogdij bij de kantonrechter
worden ingeleverd. Deze boedelbeschrij
ving (inventaris) vormt het uitgangs
punt van de rekening en verantwoor
ding, die de voogd bij het einde van
zijn beheer moet afleggen.
Voor een aantal handelingen die tijdens
de voogdij nodig kunnen zijn, heeft de
voogd machtiging van de kantonrechter
nodig, zoals: vervreemden en bezwaren
van onroerende goederen; verwerpen van
een erfenis, die aan de minderjarige op
komt, aangaan van een dading; proce
deren. Zonder machiging van de kan
tonrechter is de voogd ook gebonden
aan bepaalde beleggingswijzen (Rijks
postspaarbank e.d.) Belegt de voogd de
gelden op andere wijze, dan loopt de
voogd het risico.
Een aan de minderjarige opgekomen er
fenis mag door de voogd niet anders
worden aanvaard dan onder het voor
recht van boedelbeschrijving. Het ge
volg daarvan is dat de minderjarige voor
niet meer schulden van de nalatenschap
aansprakelijk is dan uit het aktief van
de nalatenschap kunnen worden voldaan.
Verantwoording
De formele voorschriften omtrent de
verlening ener machtiging door de kan
tonrechter zijn te vinden in het Wetboek
van Burgerlijke Rechtsvordering.
In het verzoekschrift moeten o.a. ver
meld worden de namen van vier bloed
en aanverwanten, zo mogelijk de naas
ten en zowel van vaders- als van moe
derszijde, alsmede getuigen. De kanton
rechter is namelijk bevoegd om behalve
de raad voor de kinderbescherming ook
bloed- en aanverwanten en getuigen te
horen. De voogd en de toeziende voogd
moeten steeds worden gehoord.
De voorwaarden die de kantonrechter
aan zijn machtiging wil verbinden (b.v.
bij vervreemding overlegging van taxa
tierapporten) staan geheel te zijner be
oordeling.
Tijdens de voogdij moet de voogd pe
riodiek (in beginsel jaarlijks) rekening
en verantwoording afleggen aan de toe
ziende voogd ten overstaan van de kan
tonrechter.
Einde van de voogdij
De voogdij kan eindigen door meerder
jarigheid, door het overlijden van de
minderjarige, door het aftreden van de
voogd of door diens overlijden.
De voogd treedt af b.v. door diens cu
ratele of door diens ontheffing of ont
zetting. Indien in deze laatste gevallen
de pupil nog minderjarig is, zal een
nieuwe voogd worden benoemd.
Bij het einde van de voogdij zal de
voogd rekening en verantwoording moe
ten afleggen. Is de pupil meerderjarig
dan geschiedt de verantwoording aan de
meerderjarig gewordene; is de voogd
overleden of afgetreden dan geschiedt
de verantwoording aan de opvolgende
voogd. Is de pupil overleden dan ge
schiedt de verantwoording aan diens erf
genamen. De rekening wordt, zo moge
lijk in het bijzijn van de toeziende voogd,
afgelegd ten overstaan van de kanton
rechter, die daarbij rijzende geschillen
beslist.
De Kinderwet.ten-1901, die herhaaldelijk
zijn gewijzigd, hebben belangrijke wij
zigingen gebracht in de wettelijke rege
ling van de voogdij en van de ouderlijke
macht. Door die Kinderwetten zijn de
belangen van de kinderen beter behar
tigd.
Een door die Kinderwetten in het leven
geroepen en is de voordijraad, thans raad
voor de kinderbescherming geheten,
waarvan deleden door de Kroon wor
den benoemd. De raad voor de kinder
bescherming heeft een toezichthoudende
en adviserende taak. Ook kan de raad
voor de kinderbescherming soms de ont
zetting van of ontheffing uit de ouder
lijke macht of voogdij vorderen.
trk*
En naam voor uw Kind
behooveo wij niet te bedenken I
verzorgen wij wel,
ienel I
Uitgebreide en moderne collectie
ter tnzaga
Van Weedestraat 29a - Soesi
Telefoon 03155-2566-5154
1
BLIJETIJDS BABY EN KINDERKLEDING
GALLENKAMPPELSWEG 11 - SOEST TEL6286
Hoe scheef het loopt met de huisves
tingspolitiek van de regering blijkt dui
delijk uit de cijfers van het Centraal
Bureau voor de Statistiek. Dit bureau
pleegt na te gaan hoe het prijsverloop
is van onroerend goed. Uit de verstrekte
gegevens blijkt dat een vrij te aanvaar
den huis in 1967 gemiddeld 32.200 kost
te en in 1970 40.700. Het 'gaat hier om
gemiddelde koopprijzen, die dus een
flinke stijging vertonen. Richten wij nu
de blik naar de huizen die niet vrij te
aanvaarden zijn en die ook wel eens ver
kocht worden dan blijkt in de eerste
plaats dat de gemiddelde prijs daarvan
veel lager is. In 1967 betaalde men voor
bewoonde huizen gemiddeld ƒ23.800, in
1969 was dit bedrag ƒ19.700. Het bedrag
vertoont een dalend beeld in een tijd
dat alles duurder wordt.
Uit de verstrekte cijfers wordt duidelijk
dat de aankoop van een door een ander
bewoond huis niet aantrekkelijk is. Het
verhuren van een huis is niet rendabel.
Naarmate echter de tijd verstrijkt wordt
die verhuur nog steeds onaangenamer
voor de eigenaren.
De onderhoudskosten overtreffen duide
lijk de opbrengst of men moet een pand
laten verwaarlozen. Dit gebeurt in een
markt, waar reeds schaarste bestaat,
want. wij kunnen toch niet zeggen dat
wij ruim in onze woningvoorraad zit
ten. Met het getekende verschijnsel
neemt dus de verkrotting ln ons land
toe. In dit. licht, moet men de extra
huurronde zien die per 1 juli zal wor
den toegestaan en waar zoveel tegen ge
scholden wordt.
Wij hopen dat de nieuwe reEering een
eerlijk huisvestingsbeleid voert. Wij ho-
pen dat overheid en volksvertegenwoor
diging zullen zien dat zij de investeer-
moeten bieden. Niet om rijke huiseige-
ders in huizen een redelijk rendement
naren tp kweken, maar om de Neder
landers in goede woningen te laten wo
nen. De meeste landgenoten willen een
goed huis. Dan zal men hen de ogen
moeten openen en duidelijk moeten ma
ken dat daarvoor betaald _moet_ worden.
Bij het voeren van een gezond" beleid
zal na enige jaren ieder daar voorstan
der van zijn. Het is een kwestie van
goede voorlichting.