O MikLnur MUOmo- MUcimo" olitico ven PABIO PICASSO ALS GESHIEDSCHRIJVER NU IS HET BOEKENWEEK gratis bij uw boeken- kijkwinkel er is een boek voor iedereen bij vandel Boekenweek. MINDER ZITTENRLIJVERS OP LACERE SCHOOL voor snoezige baby-kleding moet u naar: 25e Ziekendag voor modieuze positie-kleding moet u naar: DE VOOGDIJ MET RAAD EN DAAD vQor stoere jongens-kleding moet u naar: Het geboortekaartje Drukkerij Smit voor vlotte, aparte meisjes-kleding moet u naar: WONINGCIJFERS Guernica, symbool van Baskische strijd CERTINA BOEKENWEEKGESCHENK: „Protest per prent" GRATIS Bil AANKOOP VAN 7,50 VRIJDAG 2 APRIL 1971 ©p een warme zomerdag leidde Pablo Picasso een groep mensen rond op een tentoonstelling van zjjn schilderden. De groep stond stil bjj een groot in grijs, •wart en wit geschilderd paneel. Een Duitse toerist keek er naar en vroeg toen aan de schilder: „Is dat ook uw werk?" Picasso dacht een ogenblik na en zei toen op bitse toon: „Nee het is jullie werk!" Een experiment was het dus. Een voor spel van een oorlog, die de wereld en kele jaren na Guernica met nog groter ontzetting zou slaan. Thomas Mann schrijft over die vijftien jarige jongen uit het boek van Herman Kesten: „Hij heeft de Duitse Stuka's in duik vlucht de troepen vluchtelingen zien be schieten. Hij was getuige van de bar baarse vernietiging van een open stad. Van de laatste dagen van vrijheid en recht." Een Duitse stem liet zich in het koor van sprekers en schrijvers ook horen. Het was de nazi-minister voor lucht vaart Hermann Göring. Bij de terugkeer van het Condor-legioen, dat deze- mis daad aan Guernica misdaan op het ge weten had verklaarde hij: „Het was noodzakelijk de wereld te laten zien waartoe wij in staat zijn." Inderdaad heeft de wereld geweten waartoe zij in staat waren...! Picasso In hetzelfde jaar als waarin de heilige stad van de aardbodem werd gevaagd, gaf de republikeinse toen de wettige regering van Spanje aan de 56-jarige schilder Pablo Picasso de opdracht om voor het Spaanse paviljoen op de Parijse wereldtentoonstelling van 1937 een grote wandschildering te maken. Er is geen schilderstuk uit de twintigste eeuw zó beroemd geworden als die wandschilde ring, die Picasso toen maakte en die wij nu kennen als zijn „Guernica". Picasso beeldde de ontzetting en de wan hopige verbijstering van de inwoners van Guernica uit op een zeven meter lang en drie meter hoog doek. Het grote schilderstuk werd een aangrijpend pro test tegen onmenselijkheid en tegen zin loze vernietiging van het leven. Geen wonder, dat de schilder op de vraag van die Duitse toerist dat bijtende en legendarisch geworden antwoord gaf. Weer staat het Baskenland in het brandpunt van de wereldbelangstelling. Burgos is thans de naam, die wereldver maardheid heeft gekregen door het daar gevoerde proces. Ruim dertig jaar geleden was het een andere Baskische stad, die de voorpa gina's van de wereldpers haalde. Guer nica. Door een groep Duitse vliegtuigen van het Condorlegioen werd deze heilige plaats van de Basken in de Spaanse burgeroorlog verwoest. De dood en ver derf zaaiende vliegtuigen, stonden onder bevel van generaal Sperrie, die enke le jaren later hetzelfde vernietigende werk boven Rotterdam herhaalde. IJzeren stormvogels In het aangrijpende boek van Herman Kesten „De kinderen van Guernica" laat de schrijver een vijftienjarige jongen zeggen: „En toen kwam die blauwe, bloedige maandag. Hebt u het jaar onthouden? Het gebeurde negentienhonderdzevenen dertig jaar na Christus geboorte. Zij kwamen in de gedaante van ijzeren stormvogels aanvliegen en streken neer op het land, waar Guernica op stond. Zij scherpten hun kromme nagels en zij hakten op hun slachtoffers in." Bijna tweeduizend doden vielen in Guer nica als slachtoffer van deze luchtaanval. Tweeduizend burgers. Wij zijn aan grote aantallen gewend geraakt. Maar toen, nu meer dan dertig jaar gelden, was het 'n onvoorstelbaar groot aantal. Maar wat is het eigenlijk vergelken bij de duizenden, die de dood vonden in Warschau, Hiro- sjima, Coventry, Dresden en Stalingrad? Gurendica was het eerste stadje in de krijgsgeschiedenis, dat op een dergelijke wijze werd aangevallen. Deze daad is door het wereldgeweten blijven spoken als een bizarre nachtmerrie. Dat het door het wereldgeweten niet vergeten kon worden komt zeker ook, omdat Pablo Picasso van deze oorlogsdaad een symbolisch schilderij heeft gemaakt. Guernica Vroeger stond op het eeuwenoude marktplein van Guernica y Luno een eik, die de stormen van de tijd honder den jaren had doorstaan. Onder die eik spraken de" rechters van Guernica de heilige stad van de Basken hun von nissen uit tegen de burgers, die gezon digd hadden tegen de oude riten en zeden van hun volk. De bewoners van deze landstreek aan de voet van de Pyreneeën hebben een sterk ontwikkeld vrijheidsgevoel. Daar door is het Baskische probleem in de wereld onstaan. Het land van de Basken ligt niet alleen ln Spanje. Ook Frankrijk kent dit volk. De Spaanse en de Franse Basken hebben echter een eenheid van taal en kuituur. Die komt vooral tot uiting in de volksliederen en dansen. De dans en muziekgroep „Etorki", die deze kuituur uitdraagt over de wereld is ook in Nederland een graag geziene en ge hoorde groep van mannen en vrouwen die in hun typische klederdrachten en met hun 'bijzondere muziekinstrumenten vele honderden in hun ban kunnen hou den. De wereld sprak Enkele dagen na het bombardement op Guernica schreef de latere staatsman George Bideault in het Franse dagblad „1'Aube": „Drie uyr lang hebben Duitse vliegtui gen deze kleine en niet verdedigde plek gebombardeerd. In de straten en op de velden werden vrouwen en kinderen met machinesgeweervuur bestookt". Waarom werd Guernica gebombardeerd? Nico Rost, de onlangs overleden schrij ver en winnaar van de Groningse kul- tuurpijs, schreef in 1937 in een brochure: „Guernica was voor de Duitse generale staf een proefveld. En terwijl de slacht offers nog niet begraven zijn en de puin hopen nog roken en smeulen, terwijl Hitiers' representanten in Londen be weren „es ist nicht wahr", zijn in alle landen de militaire specialisten bezig de strategsche, taktische resultaten van dit experiment te berekenen." HORLOGERIE Koninginnelaan 21, Soest Telefoon 8319 Internationale horlogemode van Zwitserse topklasse |5 boeken weekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweekboekenweek boekenweekboel* BOEKHANDEL ~i I G.J. WESSELS Soesttrberssenraat 53-tol 2419 SOEST 1 tot en met 10 april laoq^A^ua^aoqjiaaMua^aoqiiaaMua^aoqjieaMuaijaoqjfaaMuaJieoq^aaMuajiaoq^aaMuaJiaoqjfaaMuaiiaoqjiaaAVuaifaoqjiaaAAuajieoq^aaMuajfaoq^aaMua^aoqjjaaMuaJieoq De kans om te blijven zitten neemt af naarmate de school groter is. Het per centage zittenblijvers bljjkt in de sektor openbaar het grootst te zijn. De invloed van het milieu op het sukses bij het onderwijs is zeer groot. Deze konklusies kunnen getrokken worden uit een onderzoek, dat aan het einde van het schooljaar 1968-1969 werd gehouden. Dit onderzoek werd ingesteld op verzoek van de staatssecretaris van onderwijs en is gebaseerd op een enquête bjj ruim 8000 schoolhoofden. Vermoedelijk mede onder de invloed van de heftige discussies over het zitten blijven, zoals die de laatste jaren zijn gevoerd, loopt bij alle schooltypen het percentage zittenblijvers terug. Nochtans bleven in 1968 nog 11 van de jongens en 7.1 van de meisjes zitten in de eerste klas van de lagere school. BLIJETIJDS BABY EN KINDERKLEDING G ALLENKAMPPELSWEG11 - SOEST - TEL 6286 Op woensdag 16 juni a.s. wordt voor de 25e maai de jaarlijkse ziekendag ge houden voor de chronische zieken uit Amersfoort en omgeving. Venvacht wordt, dat ongeveer 90 zieken aan deze ziekendag deelnemen. Het gaat om de zieken, die anders nooit in de gelegenheid zijn 'n kerkdienst bij te wonen. De zieken worden thuis opgehaald per auto of ziekenauto. De ziekendag begint te 9 uur met een H. Mis, die door de Kardinaal wordt opgedragen. De predikatie wordt tijdens de H. Mis gehouden door de kar dinaal. De zieken worden verder de ge hele dag bijzonder aangenaam bezig ge houden. Er treden artisten op. er wordt ruimschoots voor de inwendige mens gezorgd en er zijn zeer vele helpsters in de kerk aanwezig om dit allemaal mogelijk te maken. Daarnaast nog vele tientallen vrijwillgers in en buiten de kerk. Het ziekendagcomité is er elk jaar weer ingeslaagd de kosten voor deze ziekendag uit vrijwillige bijdragen te dekken. De ziekendag wordt n.1. aan de zieken kosteloos aangeboden. Dit jaar zullen deze kosten wat hoger zijn, om-, dat er wat extra's voor de zieken wordt gedaan. Bijdragen voor de aan deze ziekendag verbonden kosten kunnen worden ge stort op giro 13004 t.n.v. Penn. Wit Gele Kruis te Amersfoort met vermelding „ziekendag" of op giro 43715 t.n.v. Bondsspaarbank te Amersfoort t.g.v. rek. •T. 93.70.86.932 t.n.v. ziekendagcomité Wit G*Je Kruis te Amersfoort. Het schilderij werd niet gemaakt in felle brandende kleuren. Picasso"". vermeed het natuurgetrouw af beelden" van de ver schrikking. Hij wilde de mensheid ob jectief confronteren met het verschik- kelijke feit. Als kleur gebruikte hij het koele grijs, het objectieve wit en het droeve zwart. In zijn Parijse atelier aan de Rue des Augustines gaf de schilder uiting aan zijn verontwaardiging en als een partijkiezend waarnemer begon hij aan het werk, dat in enkele maanden ontstond. Een criticus schreef: „Al zou Picasso nooit iets anders hebben gemaakt dan dit werk, dan nog zou hij de grootste schilder van deze eeuw zijn." De schreeuw van een mens in doods nood, de vertwijfeling over het absurde en het grote verdriet van de overleven den kregen in Picasso's „Guernica" ge stalte. Het schilderij Na afloop van de Parijse wereldtentoon stelling werd het schilderij naar Ameri ka vervoerd. Spanje's dictator Franco stelde geen prijs op een tentoonstelling van dit schilderij in het Prado te Madrid, noch in het museum voor moderne kunst in Barcelona. Franco stelde zelfs hele maal geen prijs meer op de terugkeer van zijn landgenoot Pablo Picasso! Slechts tweemaal is het schilderij de oceaan overgestoken om na de Parijse expositie naar het oude Europa terug te keren. De eerste maal was het in 1956 toen in het Keulse museum een Picasso expositie werd gehouden. De tweede maal kwam het naar Amsterdam om in het Stedelijk Museum het wereld geweten wakken te houden. In 196! werd bekend, dat de Spaanse regering zich toch met Picasso in verbinding had gesteld om het schilderij naar Spanje te krijgen. Florentino Perez Embid, direkteur van schone kunsten in Madrid, voerde toen met persoonlijke goedkeuring van Fran co de besprekingen. Na de doodvonnissen in Burgos werd in Parijs bekend maakt, dat Picasso zijn toestemming pas zal geven zodra de publieke vrijheden in Picasso's geboorteland Spanje zullen zijn hersteld. Tot zolang zal zijn „Guernica" als een zwijgende aanklacht in New York blijven. Als een waarschuwing. In de Spaanse burgeroorlog zijn ontel bare slachtoffers gevallen. Geen slacht offer spreekt echter zo tot de verbeel ding als de dood van Federico Carcia Lorca. Geen bombardement, is zo gaan kwellen als dat op Guernica. Is er een beter bewijs denkbaar voor de stelling, dat een werkelijke kunstenaar een waarschuwend profeet is? Verband tussen milieu en zitten blijven In 1967, zo blijkt uit het recent versche nen onderwijsverslag over 1969, moest 6.1% van alle leerlingen van het basis onderwijs doubleren. Voor 1968 was dit 5.2%. De cijfers over 1968 vertonen het volgende beeld: leerjaar 1, jongens 11.0%, meisjes 7.1%; 2, 6.88 en 5.7; 3, 5.4 en 4.1; 4, 5.4 en 4.3; 5, 4.1 en 3.1; 6, 2.3 en 1.5. Het percentage zittenblijvers loopt in de hogere leerjaren dus vrij sterk terug. Het hoogste percentage zittenblijvers ge durende alle zes leerjaren werd gescoord bij het openbaar lager onderwijs (4.3%). Twee faktoren spelen hier een rol. In de eerste plaats wordt het openbaar onder wijs gedraineerd door het neutraal bij zonder onderwijs, dat zijn leerlingen vooral betrekt uit de bevoorrechte ho gere mileus en in de tweede plaats be hoort een zeer hoog - percentage van de scholen met leerlingen uit een achter blijvend milieu tot het openbaar onder wijs. Het percentage zittenblijvers bij de r.k.- en protestants-christelijke scholen bedroeg respektièvelijk 4.1 en 3.4%. Het neutraal bijzonder onderwijs noteerde het laagste percentage, t.w. 2.8%. Maatregelen nodig Uit het onderzoek blijkt duidelijk, dat er een verband bestaat tussen de invloed van het sociaal milieu en het zittenblij ven. Onder de scholieren- uit de bevoor rechte milieus bedroeg het percentage zittenblijvers tijdens het eerste leerjaar 4.4%, bij leerlingen uit het middenmilieu 7.2% en bij leerlingen uit de: achterblij vende milieus liefst 12.3%. BLIJETIJDS BABY EN KINDERKLEDING GALLENKAMPPELSWEG11 - SOEST -TEL.6288 bleem van de streektaal een grotere rol speelt speciaal gedurende de eerste leer jaren. De Nederlandse taal wordt dan al gauw voor vele leerlingen een onover komelijk struikelblok. Taal en rekenen zijn voor de meeste leerlingen de moeilijkste vakken. Uit het onderzoek bleek dat een leerling in 94% van de scholen blijkt te moeten doubleren bij een „echte onvoldoende" voor reke nen én taal (in 91.7% van deze scholen), voor rekenen in 15% van deze scholen en voor taal in 6.8% van deze scholen. De resultaten voor de overige vakken geeft slechts zelden de doorslag. Hun invloed is volgens bijna de helft van de 8000 geënqueteered schoolhoofden zeer gering. Afschaffing? Hoe denken de schoolhoofden zelf over eventuele afschaffing van het zittenblij ven? Liefst 46.9% meende dat het zitten blijven grotendeels moet worden opgehe ven, 12.5% wilde het zittenblijven zelfs geheel afschaffen. Slechts 10% van de hoofden meende, dat we het zittenblijven niet moesten verminderen. De voornaamste oorzaken van het zitten blijven zijn te vinden in tekorten in het kind, tekorten in het milieu en tekorten in het schoolsysteem. Tekorten in het kind worden genoemd door 62.7% van de schoolhoofden, tekorten in het milieu door 34%, tekorten in het schoolsysteem door liefst 48.6%. Uit het laatste percen tage blijkt, dat ongeveer de helft van alle schoolhoofden voor verbetering van het onderwijs aan zijn school zou zijn. Dat is ongetwijfeld een opmerkelijk gegeven. Ook over de klassegrootte konden de schoolhoofden zich uitspreken. Ruim 80% kiest voor een klas met leerlingenaantal tussen 25 en 30. Ruim 2.5% van de hoof den vindt 25 leerlingen nog een te groot aantal. Gevraagd naar de verschillen in ontwik keling van de leerlingen bij het begin van het eerste leerjaar meent 70% van de schoolhoofden dat deze verschillen aanzienlijk zijn. Vrijwel alle scholen, die grote verschillen in ontwikkeling konsta teren, treffen maatregelen voor de pro blemen die een gevolg zijn van het eer ste leerstofjaarklassens.ysteem. Tot de belangrijkste maatregelen behoren de speelleerklas (9.1%), hulpprogramma (11.5%) en vooral individuele hulp bui ten schooltijd (31.2%). Over (minderjarige) onwettige kinderen is alleen voogdij mogelijk en geen ouder lijke macht, omdat de ouders niet met elkaar gehuwd zijn. Indien het huwelijk van ouders van (minderjarige) wettige kinderen wordt ontbonden of beide ouders zyn ontzet uit of ontheven van de ouderlijke macht, dan ontstaat er ook voogdij. We onderscheiden drie soorten van voogdij 1. De WETTELIJKE VOOGDIJ: deze berust van rechtswege bij de langstle vende van de ouders. Indien een van de echtgenoten overlijdt, is daardoor het huwelijk ontbonden. De ouderlijke macht is geëindigd en er ontstaat voogdij. De langstlevende wordt voogd zonder be noeming. Voogdij van rechtswege is ook mogelijk over natuurlijke kinderen. Als de moeder bevoegd is tot voogdij, wordt zij bij de geboorte van het kind van rechtswege voogdes. 2. De TESTAMENTAIRE VOOGDIJ: de ouder, die het gezag over mijn kinderen uitoefent, kan een opvolger benoemen bij testament (of andere notariële akte). Op deze wijze kan geen rechtspersoon als voogd worden aangewezen. De be noeming zal geen gevolg hebben, indien de benoemde ouder bij zijn overlijden niét meer het gezag over zijn kinderen uitoefent en evenmin (of niet meer) in dien de andere ouder na het overlijden van rechtswege (of krachtens rechterlijke beschikking) voogd wordt. 3. De DATIEVE VOOGDIJ: indien er geen wettelijke of testamentaire voogd Deze verschillen komen niet alleen m j jS> benoemt de rechter een voogd. Mees- het eerste leerjaar voor, maar blijven tal geschiedt zulks door de kartonrechter bestaan gedurende de gehele gang door en soms door de rechtbank. De recht_ KNIPPERLICHT. Kunt u mij enige inlichtingen geven over de werking van een knipperlicht van een spoorwegover gang AntwoordHet witte knipperlicht, bij een spoorwegovergang wordt veroor zaakt door een constante stroomkring, die door een aankomende trein verbro ken wordt, waarna het. rode knipperlicht in werking treedt.. Bij een storing van welke aard ook valt de bovenbedoelde stroomkring ook uit, zodat ook--dan het rode knipperlicht gaat werken. Die stroomkring berust op het _zgn. rust- stroom-principe. Het enige nadeel is dus dat het verkeer in geval van storing voor niets wacht. Tenslotte merken wij nog op dat er twee rode lampen bran den. zodat er heel wat moet gebeuren tot ze beide tegelijk kapot. zijn. Valt het hele systeem uit, dan staat de overgang gelijk ftiet een onbeveiligde. het basisonderwijs. Om dat nog eens met een cijfer te illustreren: in de tweede klas bedroeg het percentage zittenblij vers onder leerlingen uit de bevoorrechte milieus 2.9, dat onder leerlingen uit de achterblijvende milieus 7.4%! Wel leert de ervaring dat het percentage zittenblijvers in scholen met leerlingen uit een achterblijvend milieu ook lang zamerhand daalt. Maar dit betekent niet dat het onderwijs als zodanig zoveel is verbeterd. De eisen worden gewoon lager gesteld. In elk geval toont het onderzoek nog weer eens de noodzaak aan van maat regelen ten behoeve van kinderen uit het achterblijvend milieu. Maatregelen, die zowel het kleuteronderwijs als de eerste leerjaren van de basisschool zullen moe ten betreffen. Invoering van een speel leerklas en de mogelijkheid van compen satieprogramma's kunnen mogelijk de gewenste verbeteringen stimuleren. Kleine school kwetsbaar Uit het onderzoek blijkt ook, dat de kans om te blijven zitten afneemt, naarmate de school groter is. Het percentage zit tenblijvers in de kleine scholen (1 t.m. 3 leerkrachten) is het hoogst (4.3% gere kend over alle zes leerjaren) en hetzelfde percentage is in de grootste scholen (meer dan 12 leerkrachten) het laagst, t.w. 3.8%. Een verklaring voor dit feit lijkt te zijn, dat tijdens de opleiding te weinig aan dacht wordt besteed aan het onderwijs op de kleine school. Met name in de pedagogielessen. op de kweekscholen wordt te weinig aandacht geschonken aan de bijzondere eisen die de kleine school aan de onderwijzer stelt. De klei ne scholen zijn praktisch alle gevestigd op het platteland, waar vooral het pro- bank benoemt een voogd, indien ten ge volge van een vonnis van de rechtbank in de voogdij moet worden voorzien, b.v.: de rechtbank spreekt de echtscheiding uit, daardoor wordt het huwelijk ont bonden, de ouderlijke macht eindigt, de rechtbank zal dan een van de ouders tot voogd benoemen. Heeft de rechtbank de beide ouders uit de ouderlijke macht ontzet of daarvan ontheven, dan zal eveneens de rechtbank iemand tot voogd benoemen. BLIJETIJDS BABY- EN KINDERKLEDING GALLENKAMPPELSWEG 11 - SOEST - TEL 8288 De rechter die een voogd benoemt, kan daartoe aanstellen een natuurlijk persoon (een mens), doch ook een rechtspersoon, b.v. een instelling die rechtspersoonlijk heid heeft en de duurzame verzorging van minderjarigen ten doel heeft. De instelling wordt dan voogd, terwijl het bestuur de voogdij zal uitoefenen. Toeziende voogdij In elke voogdij is een toeziend voogd, dus ook wanneer een van de ouders voogd is. De toeziende voogd wordt meestal benoemd door de kantonrechter. Indien iemand voogd is en er is geen toeziend voogd, dan moet de voogd de benoeming van een toeziend voogd aan de rechter verzoeken en indien er een vacature van voogd ontstaat, moet de toeziende voogd de benoeming van een voogd vragen. De toeziende voogd heeft drie functies: 1. hij moet, de voogd controleren en desnoods diens afzetting verzoeken bij wanbeheer; 2. hij moet de minderjarige vertegen woordigen, indien de belangen van de voogd met die van de minderjarige in strijd zijn, b.v. de voogd wil zijn huis aan de minderjarige verkopen. In dat geval is er strijd van belangen, want de voogd wil voor zich een zo hoog mogelijke prijs bedingen, terwijl voor de minderjarige een zo laag mogelijke prijs móet worden bedongen. De toeziende voogd moét hier als vertegenwoordiger van de minderjarige het koopcontract met de voogd in privé (niet als voogd!) sluiten; 3. in sommige gevallen treedt de toe ziende voogd met de voogd samen op, b.v. bij een openbare verkoping van on roerend goed, waarbij de minderjarige geïnteresseerd is, bij een inventaris en boedelscheiding waarbij de minderjarige betrokken is. Bewind van de voogd De voogd zorgt voor de opvoeding van de minderjarige, hij vertegenwoordigt hem bij rechtshandelingen en voert het bewind over diens vermogen. De voogd moet zekerheid stellen voor zijn bewind, indien de kantonrechter dat beveelt. Het bewind van de voogd zal beginnen met een beschrijving van het vermogen van de minderjarige (een z.g. boedelbe schrijving). Deze (of een afschrift daar van) moet binnen acht weken na de aan vang van de voogdij bij de kantonrechter worden ingeleverd. Deze boedelbeschrij ving (inventaris) vormt het uitgangs punt van de rekening en verantwoor ding, die de voogd bij het einde van zijn beheer moet afleggen. Voor een aantal handelingen die tijdens de voogdij nodig kunnen zijn, heeft de voogd machtiging van de kantonrechter nodig, zoals: vervreemden en bezwaren van onroerende goederen; verwerpen van een erfenis, die aan de minderjarige op komt, aangaan van een dading; proce deren. Zonder machiging van de kan tonrechter is de voogd ook gebonden aan bepaalde beleggingswijzen (Rijks postspaarbank e.d.) Belegt de voogd de gelden op andere wijze, dan loopt de voogd het risico. Een aan de minderjarige opgekomen er fenis mag door de voogd niet anders worden aanvaard dan onder het voor recht van boedelbeschrijving. Het ge volg daarvan is dat de minderjarige voor niet meer schulden van de nalatenschap aansprakelijk is dan uit het aktief van de nalatenschap kunnen worden voldaan. Verantwoording De formele voorschriften omtrent de verlening ener machtiging door de kan tonrechter zijn te vinden in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. In het verzoekschrift moeten o.a. ver meld worden de namen van vier bloed en aanverwanten, zo mogelijk de naas ten en zowel van vaders- als van moe derszijde, alsmede getuigen. De kanton rechter is namelijk bevoegd om behalve de raad voor de kinderbescherming ook bloed- en aanverwanten en getuigen te horen. De voogd en de toeziende voogd moeten steeds worden gehoord. De voorwaarden die de kantonrechter aan zijn machtiging wil verbinden (b.v. bij vervreemding overlegging van taxa tierapporten) staan geheel te zijner be oordeling. Tijdens de voogdij moet de voogd pe riodiek (in beginsel jaarlijks) rekening en verantwoording afleggen aan de toe ziende voogd ten overstaan van de kan tonrechter. Einde van de voogdij De voogdij kan eindigen door meerder jarigheid, door het overlijden van de minderjarige, door het aftreden van de voogd of door diens overlijden. De voogd treedt af b.v. door diens cu ratele of door diens ontheffing of ont zetting. Indien in deze laatste gevallen de pupil nog minderjarig is, zal een nieuwe voogd worden benoemd. Bij het einde van de voogdij zal de voogd rekening en verantwoording moe ten afleggen. Is de pupil meerderjarig dan geschiedt de verantwoording aan de meerderjarig gewordene; is de voogd overleden of afgetreden dan geschiedt de verantwoording aan de opvolgende voogd. Is de pupil overleden dan ge schiedt de verantwoording aan diens erf genamen. De rekening wordt, zo moge lijk in het bijzijn van de toeziende voogd, afgelegd ten overstaan van de kanton rechter, die daarbij rijzende geschillen beslist. De Kinderwet.ten-1901, die herhaaldelijk zijn gewijzigd, hebben belangrijke wij zigingen gebracht in de wettelijke rege ling van de voogdij en van de ouderlijke macht. Door die Kinderwetten zijn de belangen van de kinderen beter behar tigd. Een door die Kinderwetten in het leven geroepen en is de voordijraad, thans raad voor de kinderbescherming geheten, waarvan deleden door de Kroon wor den benoemd. De raad voor de kinder bescherming heeft een toezichthoudende en adviserende taak. Ook kan de raad voor de kinderbescherming soms de ont zetting van of ontheffing uit de ouder lijke macht of voogdij vorderen. trk* En naam voor uw Kind behooveo wij niet te bedenken I verzorgen wij wel, ienel I Uitgebreide en moderne collectie ter tnzaga Van Weedestraat 29a - Soesi Telefoon 03155-2566-5154 1 BLIJETIJDS BABY EN KINDERKLEDING GALLENKAMPPELSWEG 11 - SOEST TEL6286 Hoe scheef het loopt met de huisves tingspolitiek van de regering blijkt dui delijk uit de cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Dit bureau pleegt na te gaan hoe het prijsverloop is van onroerend goed. Uit de verstrekte gegevens blijkt dat een vrij te aanvaar den huis in 1967 gemiddeld 32.200 kost te en in 1970 40.700. Het 'gaat hier om gemiddelde koopprijzen, die dus een flinke stijging vertonen. Richten wij nu de blik naar de huizen die niet vrij te aanvaarden zijn en die ook wel eens ver kocht worden dan blijkt in de eerste plaats dat de gemiddelde prijs daarvan veel lager is. In 1967 betaalde men voor bewoonde huizen gemiddeld ƒ23.800, in 1969 was dit bedrag ƒ19.700. Het bedrag vertoont een dalend beeld in een tijd dat alles duurder wordt. Uit de verstrekte cijfers wordt duidelijk dat de aankoop van een door een ander bewoond huis niet aantrekkelijk is. Het verhuren van een huis is niet rendabel. Naarmate echter de tijd verstrijkt wordt die verhuur nog steeds onaangenamer voor de eigenaren. De onderhoudskosten overtreffen duide lijk de opbrengst of men moet een pand laten verwaarlozen. Dit gebeurt in een markt, waar reeds schaarste bestaat, want. wij kunnen toch niet zeggen dat wij ruim in onze woningvoorraad zit ten. Met het getekende verschijnsel neemt dus de verkrotting ln ons land toe. In dit. licht, moet men de extra huurronde zien die per 1 juli zal wor den toegestaan en waar zoveel tegen ge scholden wordt. Wij hopen dat de nieuwe reEering een eerlijk huisvestingsbeleid voert. Wij ho- pen dat overheid en volksvertegenwoor diging zullen zien dat zij de investeer- moeten bieden. Niet om rijke huiseige- ders in huizen een redelijk rendement naren tp kweken, maar om de Neder landers in goede woningen te laten wo nen. De meeste landgenoten willen een goed huis. Dan zal men hen de ogen moeten openen en duidelijk moeten ma ken dat daarvoor betaald _moet_ worden. Bij het voeren van een gezond" beleid zal na enige jaren ieder daar voorstan der van zijn. Het is een kwestie van goede voorlichting.

Historische kranten - Archief Eemland

Soester Courant | 1971 | | pagina 9