25 jaar Rijksverdedigingsorganisatie
T.N.0.
HOMEE
SirOXkOMX
AUTORIJSCHOOL M, LOS
FIRMA SPIJKER
„Defensieresearch komt ten goede aan civiele wereld'
TRUITJES
Op dc markt van zieke munten komt
maar moeilijk rust
fraaier haar
door
Biosthetische
haarverzorging
EJW SUCCES
IS ONZE RECLAME
Afdeling
verkeersgedrag
Maquette
ha\TenBiionalgebied
Oranje jasjes
Opdrachten
Kerkplein 4 Soest Telefoon 02155-2591
Soesterberg
Afdeling vïsuologie
Afdeling audiologie
Afdeling
experimentele
psychologie
Volksgezondheid
T.N.O.
Nijverheids
organisatie T.N.O.
Voedingsorganisatie
T.N.O.
Rijksverdedigings
organisatie
Waarnemen,
verwerken,
heslissen,
Eaamlelen
Afdeling technische
menskunde
Heren- en
Jongenskleding
Leuke
voor zomerse prijzen.
STEENHOFSTRAAT 66
SOEST
Donderdag 6 juli 1972
soesterbe'rgsestraat44-
telefoon 2045
v/h ENGEL
Van Lenneplaan 47 - Telefoon 6621
Wjj lessen in
OPEL ASCONA - OPEL KADETT - DAF
GedipL V.A.M.OJL - M.L. - F.N.O.P.
HORLOGER JUWELIER v TIEK
Soestcrbergsestraat 26
Soest
Tel. 2982
ving van instrument-panelen. Hieraan
bleek zo'n grote behoefte te bestaan,
dat de studie van aanpassing van de
technische omgeving aan de eigen
schappen van de mens zich een aparte
afdeling ging ontwikkelen. Deze afde
ling houdt zich bezig met o.a. ver
lichting, inrichting van werkruimten en
kleurgeving.
De verkeersproblemen lieten het In
stituut niet onberoerd. Waar vindt men
een sprekender voorbeeld van de cy
clus dan bij de chauffeur. Gezien de
omvang van de vragen en de typisch-
eigen problematiek van deze tak van
van onderzoek werd het Instituut in
1969 uitgebreid met een aparte afde
ling.
Uitgebreidere ondersteuning van de re
search vanuit vakgebieden als elektro-
nika en werkplaatstechnieken, alsmede
de toepassingsmogelijkheden van de
computer, betekende een aanzienlijke
vergroting van het toegankelijke speur-
gebied.
Men werkt in drie wetenschappelijke
diciplines: fysici, voor de zintuigbestu
dering, psychologen voor het verwer
ken en het beslissingsaspect en inge
nieurs voor het handelen.
Het instituut staat nationaal en inter
nationaal goed aangeschreven. Regel
matig vindt uitwisseling van personeel
plaats met andere landen, voor 90 °/o
met Amerika.
De opdrachten komen in eerste instan
tie van de militaire overheid. Langza
merhand komen er echter ook op
drachten uit de civiele sector.
Adviezen worden ondermeer gegeven
voor de vormgeving van de Nieuwe
Waterweg en de Maasvlakte, speciaal
verlichtingsadviezen. Dit was een op
dracht van Rijkswaterstaat.
Deze opdracht strekte zich uit tot het
doen van aanbevelingen met betrek
king tot het visuele beeld van de nieu
we havenmond bij Hoek van Holland
voor de man op de scheepsbrug. Daar
voor werd een maquette gemaakt op
schaal 1:500. Een eerste reactie is dan
te constateren dat er blijkbaar behalve
in de waterloopkundige en scheeps
bouwkundige laboratoria ook dergelijk
werk gebeurt bij het I.Z.F.
Deze laboratoria houden zich echter
bezig met wat er onder het waterop
pervlak gebeurt, terwijl het I.Z.F. zich
richt op alles wat er boven het water
oppervlak te zien is.
Naast alle technische gegevens die „de
man op de brug" te verwerken krijgt,
heeft hij ook een visueel beeld van de
buitenwereld. Dat levert hem vaak
nauwkeuriger informatie op dan in
strumenteel mogelijk is. De besturing
van een schip zal daarop aangepast
moeten worden.
De maquette is zeer geschikt om er in
korte tijdsbestek verschillende tracé's
en vormgevingen in uit te proberen op
hun visueel effect. Naar aanleiding
daarvan werden suggesties gedaan met
betrekking tot de z.g.n. Zuiderdam, de
Splitsingsdam, de verlichting van de
dammen en de plaats van de navi-
gatielichten.
Wat de verlichting van de dammen
betreft werd oorspronkelijk gedacht
aan twee mogelijkheden: a. een nor
male straatverlichting met natrium-
lampen en b. een soort bermverlich
ting, waarbij schijnwerpers de taluds
van de dam aanstralen. I.Z.F. kwam
met een derde mogelijkheid. Aan één
zijde van de kruin van de dam om de
ca. 50 meter palen plaatsen van onge
veer 3m hoogte, waar bovenop onder
putsglas een gloeilamp is gemonteerd.
Een bijkomend voordeel van de gloei
lampen t.o.v. de natriumverlichting is,
dat de gloeilampen zeer makkelijk
dimbaar zijn. Brandend op een onder
spanning is de levensduur evenhoog
als die van natriumlampen. Slechts bij
mist behoeft de volle spanning op de
lampen te worden gezet. Een en ander
bleek zeer kostenbesparend te zijn.
Verkeersveiligheid behoort tot de grote
zorgen van deze tijd. Ook het I.Z.F. is
de laatste jaren vele malen met pro
blemen op dit gebied benaderd.
Een koördinator voor het verkeerson-
derzoek werd aangewezen; een auto
werd ingericht als rijdend laborato
rium, waarin de akties en reakties van
een autobestuurder in verschillende
situaties in de praktijk kunnen worden
gezien en gemeten.
Op voorstel van het I.Z.F. wint thans
oranje jasjes voor o.m. de „klaarover-
tjes" steeds meer veld.
In opdracht van eenAmerikaanse fa
briek werd nagegaan wat de beste bol
ling en wat de beste plaats van de zij
spiegel bij een auto is. (Ongeveer in
het midden, tussen koplamp en voor
ruit).
Bij de behandeling van verkeersdelic
ten voor de rechter, worden meermalen
experts van het I.Z.F. als getuigen ge
raadpleegd.
T.N.O. heeft geen winstoogmerk. Op
drachten worden uitgevoerd nadat tus
sen opdrachtgever en T.N.O. overeen
stemming is bereikt over de voorwaar
den die daarbij zullen gelden. Civiele
opdrachtgevers wenden zich tot de di-
rekteur van het Instituut.
Opdrachten van de industrie kunnen
zonder meer aangenomen worden.
Een onderzoek naar de geluidshinder
van de weg-over-de-Eng zou zeker ook
gedaan kunnen worden. „Het is niet
gevraagd", zegt de heer Walraven,
„maar we staan er wel voor open. Wj|
zjjn altijd bereid adviezen te geven".
Overigens bestaan vaste normen voor
geluidshinder, zover hjj weet, nog niet.
Daar wordt wel aan gewerkt.
De nieuwe havenmond b\j Hoek van Holland op schaal 1500
RUIME PARKEERGELEGENHEID
RESERVEREN MOGELIJK
In 1949 werd opgericht de werkgroep
„waarneming", een éénmansbedrijf, dat
werd ondergebracht in de Rijksuniver
siteit te Utrecht. Van Utrecht verhuis
de men, in verband met huisvestings
problemen, naar Soesterberg, waar
men jarenlang gastvrijheid genoot in
het Geneeskundig Centrum. Daarna
kreeg men een eigen onderkomen dat
gebouwd werd aan de Kampweg.
Het instituut houdt zich bezig met de
waarneming via ogen en oren; hoe
veel kan iemand onthouden, hoeveel is
de belasting van iemand, kun je in
formatie gelijktijdig opnemen met ogen
en oren. Hiervoor zijn vijf afdelingen
opgezet.
Links Dr. Ir. P. L. Walraven, directeur van het I.Z.F. Naast hem de staffunc
tionaris voor externe relaties, de heer P. J. Houtzagers.
12 juli 1947 vond de officiële installatie plaats van het bestuur van de Centrale
Organisatie T.N.O. (Toegepast Natuurwetenschappelijk Onderzoek) ten behoeve
van de rijksverdediging. De organisatie bestaat derhalve nu 25 jaar.
Een wat merkwaardig jubileum, als we bedenken dat op 30 oktober 1930 reeds
de T.N.O.-wet werd aangenomen. Deze wet had de bedoeling „te bevorderen
dat dit natuurwetenschappelijk onderzoek op de doelmatigste wijze dienstbaar
wordt gemaakt aan het algemeen belang".
„Men had toen", aldus Dr. Ir. P. L.
Walraven, directeur van het Instituut
voor Zintuigfysiologie T.N.O. te Soes
terberg, „eigenlijk de gedachte dat de
kleinere industrieën research nodig
hadden om in de economische groei
mee te kunnen doen.
Deze kleine ondernemingen hadden net
te weinig „power", zoals bijvoorbeeld
wél Philips of Umlever, om er een
eigen reseach-laboratorium op na te
houden. Als je dus deze behoefte sa
menbrengt in een centrale organisatie,
dan hebben zij een behoorlijke re-
searchcapaciteit en kunnen zij concur
reren tegen de groten."
Deze organisatie is pas goed van de
grond gekomen na de 2e wereldoor
log en men heeft toen, dat was reeds
in de wet vastgelegd, een aantal bij
zondere organisaties opgericht die ver
schillende stukken van het maatschap
pelijk belang bestrijken: Volksgezond
heid, Nijverheid, Voeding en Rijksver
dediging.
het instituut voor graan, meel en
brood, het instituut voor visserijpro-
dukten en de researchgroep voor vlees
en vleeswaren. Aan de voedingsorga
nisatie zijn gelieerd het nationaal in
stituut voor brouwgerst, mout en bier
en het instituut voor landbouwkundig
het chemisch laboratorium, het tech
nologisch laboratorium en het instituut
voor zintuigfysiologie in Soesterberg.
De taken van het instituut in Soester
berg zijn: het verrichten van weten
schappelijke onderzoek ten behoeve
van de krijgsmacht; het verstrekken
van adviezen en het verlenen van bij
stand in zaken van wetenschap en
techniek aan de Minister van Defensie
en Militaire autoriteiten.
De krijgsmacht monopoliseert de
R.V.O.-instituten niet. Daardoor kun
nen op basis van opdrachten, civiele
instanties eveneens research laten uit
voeren en adviezen inwinnen. Defen-
sieresearch komt daarmede eveneens
ten goede aan de civiele wereld.
Een twintigtal jaren geleden begon een
kleine werkgroep zich bezig te houden
met de vragen van militaire zijde over
waarnemen in het donker en over de
selektie van mensen met een beperkt
kleuronderscheidingsvermogen.
Het werk dat hieruit verder groeide
omvat thans ook elektrofysiologisch
onderzoek.
In 1952 kwam voor het eerst een hoor-
probleem aan de orde. Nauwelijks kon
toen vermoed worden, hoe het hier
aan de orde zijnde vraagstuk van ge-
hoorbeschadiging door lawaai, steeds
klemmender zou worden. Onderzoek
van de spraak is een logische pendant
van de studie van het gehoor.
In 1956 deed met een studie over
Hieronder vallen o.m. het instituut
voor gezondheidstechniek, het medisch-
fysisch instituut, het radiobiologisch
instituut, het Nederlands instituut voor
praeventieve geneeskunde, het insti
tuut voor experimenele Gerontologie,
de werkgroep tuberculine-onderzoek,
de werkgroep tand- en mondziekten
en het centraal proefdierenbedrijf.
Ook hier vele afdelingen zoals centrum
voor brandbeveiliging, centrum voor
metaalbewerking, houtinstituut, me
taalinstituut, kunststoffen- en rubber-
instituut, Nederlands Scheepstudiecen-
trum, verfinstituut, vezelinstituut, in
stituut voor verpakking en het insti
tuut voor wegtransportmiddelen.
Aan de nijverheidsopganisatie zijn ge
lieerd o.m. het proefstation voor aard
appelverwerking, het instituut voor
grafische techniek, het Nederlands
Scheepsbouwkundig Proefstation en het
instituut voor textielreiniging.
Hier zijn de onderafdelingen het cen
traal instituut voor Voedingsonderzoek,
„doodstil" kamertje. Alle geluid wordt geabsorbeerd door schuimplastic
wanden, plafond en bodem.
onderzoek van industriële, biologische,
biochemische en chemische producten.
Hiertoe behoren het physisch labora
torium, de Prins Maurits laboratoria,
het medisch biologisch laboratorium,
„Er is wel eens gezegd, dat de mens
de technische ontwikkeling niet kan
bijhouden. Dat is overdreven. Wel doen
moeilijkheden bij het seinen en lezen
van morsesignalen de eerste psycho
loog zijn intrede in het Instituut. De
studie van verwerken en beslissen
kwam aan de orde.
In 1954 werd gestart met de vormge-
zich in toenemende mate spanningen
voor. Hij voelt zich vervreemd van zijn
hulpmiddelen en is toch gedwongen er
mee om te gaan. In plaats van zo hard
te hollen als zijn benen hem dragen
kunnen, rijdt hij nu zo hard als zijn
ogen het kunnen volgen. Hij moet wel
steeds meer beheersen, meer kontro-
leren, sneller bevatten en sneller be
slissen. De beperkingen van het men
selijk kunnen worden meer en meer
bepaald door zijn tempo van informa
tieverwerking."
Het Instituut voor Zintuigfysiologie,
I.Z.F., heeft deze sturende, reagerende
mens als voorwerp van studie. De
mens neemt waar met de zintuigen,
verwerkt de opgenomen informatie uit
de buitenwereld, beslist op grond daar
van wat te doen en handelt dan. Er is
sprake van een cyclus, waarnemen,
verwerken, beslissen en handelen. Het
hoofdthema van het werk van het
I.Z.F. is het bestuderen van deze cy
clus.
In de geldwereld heerst weer eens een
chaos, eigenlijk wel een beetje vlug,
want nog pas in december is na lang en
breed onderhandelen in Washington van
alles besloten om uit de misère te ko
men die ontstond door de dollarkrisis.
Dit keer is het een sterling-krisis,
maar niet een van het soor waaraan
we zo langzamenhand gewend zijn ge-
reekt. Hoe de Britse minister Barber
het ook wenst te noemen, het is een
soort devaluatie. Net als die van 1967,
zij het met het grote verschil dat toen
terstond een percentage werd genoemd
waarmee dan ieder wist waar hij voor
taan aan toe was. Ditmaal besloot de
kanselier van de schatkist tamelijk
verrassend om bet pond „zwevend" te
maken, wat wil zeggen dat op de
makrt van vraag en aanbod maar
vastgesteld moest worden hoeveel dol
lars, of marken, of guldens men het
pand waard achtte.
de rekening van de bij hen nog harder
dan elders hollende inflatie gepresen
teerd krijgen.
De devaluatie van 1967 had o.m. tot
doel de Britse export door de prijs
alleen al aantrekkelijker te maken en
dit is tot op grote hoogte gelukt. Ech
ter, dit voordeel in de konkurrentie-
strijd is intussen al weer opgesoupeerd
doordat met name de loonkosten in
Engenland aardig uit de hand zijn ge
lopen wat weer in regelrecht verband
staat met de gestegen prijzen. Bij de
voornaamste konkurrenten was overi
gens iets dergelijks aan de hand en
daaraan danken de Britten het dat al
niet veel eerder deze moeilijkheid ont
stond. Maar omdat de andere landen
met dezelfde euvelen kampen als de
Britten kómt het voor hen ook hoogst
ongelegen dat een stroom uit het pond
gevlucht geldt nu vooral over het vas
te land van Europa stroomt.
Nu zweeft de koers van het pond net
als die van andere muntsoorten altijd
wel een beetje, maar er is een af
spraak dat centrale banken door op te
kopen of te verkopen - al naar nodig
is - ervoor zorgen dat de afwijkingen I
niet bepaalde afgesproken grenzen
overschrijden. Die grenzen liggen nauw
genoeg om voor het internationaal
handelsverkeer met tamelijk vertrou
wen vaste koersen te hanteren. Wat
de Britten nu deden - en zo nieuw is
het niet want de devaluaties in de
jaren dertig werden wel volgens dit
procédé uitgevoerd en vorig jaar be
gon de mark ermee, gevolgd door an
dere munten - is te verklaren dat ze
die verplichting om door aan- en ver
koop de koers stabiel te houden even
tjes opschortten.
Oorzaak
Hoe komt het nu tot een sterling-kri
sis? Eigenlijk zou er in het geheel geen
reden voor moeten zijn. Londen is bij
zonder goed bij kas, zoals Barber nog
maar onlangs trots kon verklaren.
Maar in die kas zit vrij wat geld dat
snel opgevraagd kan worden om te
verhuizen naar andere landen met naar
men aanneemt sterkere munten, wat
ook prompt is gebeurd toen het wan
trouwen ging groeien dat het pond wel
eens niet op de been zou kunnen blij
ven.
Waardoor dit wantrouwen is ontstaan
valt moeilijk na te gaan. De dreiging
van een ontwrichting van de ekonomie
door een dreigende staking in de ha
vens kan de doorslag hebben gegeven.
Maar erbij komt dat de Britten nu ook
Gevolgen
Vandaar de ijlings bankpresident en
ministers van financiën moesten be
raadslagen hoe men het minst pijn
lijk herstel van de rust kon bewerken.
Uiteindelijk komt die rust er wel,
maar dan zal hier en daar een veer
gelaten moeten worden, dat is duide
lijk.
De Britse ekonomie is niet de enige
die een beetje verziekt is en niet alle
munten zijn zo gezond als de bezitters
ze eruit willen laten zien.
Voorhands kunnen we aannemen dat
minister Barber wel kan zeggen dat
het „zweven" maar tijdelijk is, maar
dat het nieuwe evenwicht alleen ge
vonden wordt door voor diverse mun
ten. de dollar, de yen plus zo ongeveer
vast te stellen.
En dan is het wachten weer op de
volgende krisis, want in wezen is dan
niets veranderd een goed en degelijk
en vooral stabiel geldwezen over de
hele wereld is in theorie al moeilijk te
formuleren maar nog moeilijker in
praktijk te brengen.