Meer
verkeerscontrole zou
gesteld worden
J
van de Gemeentehof
op prijs
Krantenkritiek over onteigening in Klaarwater onjuist
EG v SETTEN
GEMEENTERAADSVERGADERING
Meer
verkeerscontrole
Molenstraat
Agenda
Schriftelijke vragen
Langdurige
onderhandelingen
Haarverzorging
van wortel
tot punt
SALOX kOl'PIL
Voorlichtingsblad
Schrijven onder
invloed
Officiële
mededelingen
Wet Ruimtelijke Ordening
en Woningwet
Wet Ruimtelijke Ordening
^,4-tcU. VvwvWvXxA.
Hinderwet
Soester Courant van donderdag 28 juni 1973
In een twee en een half uur durende vergadering in de bloedhete zaal van de
brandweerkazerne heeft de gemeenteraad de betrekkelijk kleine agenda van 22
punten afgewerkt. Ruim anderhalf uur werd besteed aan de 12 ingekomen
stukken, waarna nog eens ongeveer een half uur gesproken werd naar aan
leiding van schriftelijke vragen over perspublicaties.
Van de raadsleden ontbraken wethouder Dijkstra en de heren G. Oldenboom
(Pr. Chr.), P. Grift en K. Levinga (PAK), M. van Ee (VVD) en P. Storimans
(KVP). De publieke tribune was opvallend goed bezet.
Nadat door een commissie de geloofs
brief van de heer A. J. van Vloten, de
opvolger van de heer P. Pieren (PAK),
die in juli de raad gaat verlaten, was
onderzocht, werden de notulen van de
raadsvergadering van mei vastgesteld.
Hierna ging men over tot de behande
ling van de ingekomen stukken.
a. Brieven d.d. 9 februari 1973 en
maart 1973 van de Werkgroef Kas-
kowoningen, inzake de bouw van kas-
kowoningen, met voorstel te antwoor
den overeenkomstig bijgaande concept
brief.
Conform besloten.
Voor de bouw van 40 kasko-woningen
zal in het plan „Overhees" ruimte ge
reserveerd worden. Met de bouw zal
medio 1974 begonnen kunnen worden.
De heer P. Pieren drong in dit verband
aan het vóór en tegen van in erfpacht
geven van gronden te bespreken.
De heer J. van Poppelen (KVP) sprak
de verwachting uit dat door het ge
reedkomen van deze woningen de door
stroming bevorderd zou worden en dat
bij de toewijzing daarmee rekening ge
houden wordt. Wethouder Walter
merkte op dat bij toewijzing rekeninj
gehouden zal moeten worden met de
zelfwerkzaamheid van toekomstige be
woners, omdat aan afwerking nog on
geveer 300 werkuren per woning be
steed zal moeten worden.
b. Brieven d.d. 5 en 23 maart 1973 van
de Werkgroep Ontwikkeling Eemland,
inzake de door het provinciaal bestuur
voorgenomen plannen tot verbetering
van de Eem, met het voorstel de werk
groep te berichten conform bijgaande
concept-brief.
Conform besloten.
c. Brief d.d. 12 maart 1973 van het
Bewonerscomité O ssendamweg/Vondel-
laan inzake de situatie Ossendamweg/
Vondellaan met voorstel te antwoor
den overeenkomstig bijgaande concept
brief.
Conform besloten.
In de brief wordt gezegd dat bij ge
houden snelheidscontroles het aantal
overtredingen vergeleken met andere
wegen in Soest, meeviel. De heer M. de
Groot (BR) meende daarin een zekere
zelfvoldaanheid te constateren, die lijj
niet deelde. Hij vond het misdadig en
onverantwoordelijk dat er op dat stukje
Ossendamweg (tussen kruispunt Soes-
terbergsestraat en Schoutenkampweg)
nog zo hard gereden werd en hij drong
aan op meer controle. Het antwoord in
deze vorm had daarom niet z\jn in
stemming.
De heer J. van Poppelen (KVP) daar
entegen vond dat het aantal overtre
dingen erg meeviel. Desondanks meen
de hij dat er haast gemaakt moest
worden met de aanleg van de Centrale
ontsluittingsweg en hij hoopte dat de
meetapparatuur voor bromfietslawaai
snel gebruikt zou worden.
Ook mevrouw E. Korthuis-Elion (WD)
drong aan op frequentere controle,
waarvan naar haar mening een zekere
preventie uitging. De heer D. Hoekstra
(Pr.Chr.) wilde weten hoeveel er ge
controleerd wordt en de heer A. Smit
(KVP). die het jammer vond dat de
revenuën van de door de gemeente be
taalde apparatuur aan het Rijk toe
vielen, verzocht om speciale controle
op vrijdagmiddagen.
De heer P. Pieren (PAK) vond het juist
dat de meetapparatuur op elle wegen
werd gebruikt zoals ln Soesterberg
waar het aantal overtredingen veel
P. PIEREN (PAK):
„tendentieuze berichtgeving"
hoger lag. Hij deed een beroep op de
automobilisten zich meer te beheersen.
De burgemeester zei begrip te hebben
voor het standpunt van de heer De
Groot en in feite ook iedere overtreding
te betreuren. Desondanks dacht zij dat
de situatie op de Ossendamweg, rela
tief gezien meeviel. Verder wees zij op
de enorme administratie, die volgt op
M. DE GROOT (B.R.):
„gemeente doe je plicht en laat de
krant maar schreven"
de bekeuring. Zij zegde toe een fre
quentere controle te zullen bespreken,
waarmee de heer De Groot genoegen
nam.
d. Brief d.d. 11 maart 1973 van me
vrouw J. H. Braakman-Holsappel in
zake de verkeerssituatie op de Ossen
damweg, met het voorstel te antwoor
den overeenkomstig bijgaande concept
brief.
Conform besloten.
Brief d.d. 18 mei 1973 van de Werk
groep Gemeentepolitiek van D '66 in
zake de planologische ontwikkeling van
de gemeente Soest, met voorstel te
antwoorden overeenkomstig bijgaande
concept-brief.
Conform besloten.
De fractievoorzitter van D '66, de heer
H. Jonker, las een uitvoerig betoog
voor, waarin h\j o.m. zei met genoegen
te hebben kennis genomen van het feit
dat de structuurnota 1976 en het ver-
keeersstructuurplan hun geldigheid zul
len verliezen zodra de thans in voorbe
reiding z\jnde ontwikkelingsschets voor
Soest door de raad is vastgesteld. Ver
der stelde hy vragen over de bebou
wing van Kerckenlandt, waarvan hij in
het partijblad van de Soestcr P.v.d.A.
had gelezen dat er slechts twee be
trekkelijk kleine delen zouden worden
bebouwd. Een en ander was verteld op
een vergadering van de P.v.d.A., door
de Soester wethouder De Haan. Hij be
sloot met een voorstel de concept-ant
woordbrief dusdanig te wijzigen, dat de
ontwikkelingsschets in het najaar, vóór
de begrotingsbehandeling te publiecren.
Hij vroeg daar hoofdelijke stemming
voor.
De heer Jonker kreeg nauwelijks stenen.
Zijn partijgenoot de heer Joosten en de
heer De Groot gingen met hem mee.
Naar mening van de heer Pieren vroeg
de heer Jonker naar de bekende weg,
omdat de hele materie in de commissie
grondbedrijf uitvoerig besproken was.
De heren W. Blaauw (WD) en J. van
Poppelen (KVP) dachten er evenzo over
en spraken hun bewondering uit voor
wat de ambtenaren voor de nieuwe
ontwikkelingsschets deden. Ook zij
meenden dat de heer Jonker van alles
op de hoogte moest zijn. Er werd ge
werkt volgens een duidelijk afgespro
ken werkschema en zij hadden er geen
behoefte aan de zaak te versnellen.
De burgemeester hoopte dat de raad
nog enig vertrouwen in het college had,
dat de zaak niet op de lange baan ge
schoven werd. Toen de heer Jonker
evenwel toch op stemming aandrong,
meende zij (voor eigen rekening) te
moeten constateren dat de heer Jonker
dat vertrouwen blijkbaar niet opbracht,
waarna de stemming volgde met het
bekende resultaat.
f. Brief d.d. 18 april 1973 van de Be
wonerscommissie Molenstraat inzake
het behoud van de woningen aan de
Molenstraat, de Soesterengweg, de St.
Josephstraat en de Molenweg, met
voorstel te antwoorden conform bij
gaande concept-brief.
De conceptbrief werd teruggenomen
in verband met recente ontwikkelingen.
De bewonerscomissie was daar reeds
van op de hoogte, zo verklaarde de
wethouder De Haan. Men ging ermee
accoord in de hoop dat de afwikkeling
er niet door vertraagd werd. De heer
J. van Poppelen (KVP) drong wel aan
op ruimere informatie aan de bewo
ners.
g. Brieven d.d. 28 april 1973 en 23
maart 1973 van de heren C. J. M. van
Rijthoven en M. Marijnen, alsmede van
de bewonerscommissie van de gemeen
telijke premiewoningen te Soesterberg,
inzake onderhoud en verbeteringen aan
de woningen, met voorstel te antwoor
den conform bijgaande concept-brief.
Aldus besloten.
In de brief wordlt verwezen naar een
enquete die momenteel gehouden wordt
onder de bewoners, waarvan het resul
taat moet worden afgewacht. In de
septembervergadering zal een en ander
aan de orde komen.
h. Brief d.d. 16 mei 1973 van de afde
ling Utrecht van de Algemene Bond
van Ambtenaren betreffende de rechts
positie van de gemeente-ambtenaren
die werkzaamheden verrichten met be
trekking tot het onderhoud en de ad
ministratie van de woningen van het
woningbedrijf en de woningbouwver
eniging, indien deze werkzaamheden
worden overgenomen door één nieuwe
overkoepelende stichting, met voorstel
te antwoorden overeenkomstig bijge
voegde concept-brief.
Conform besloten.
In het antwoord zegt de raad dat bij
het nemen van beslissingen zonder
meer met de rechtspositie van de amb
tenaren rekening gehouden zal worden.
Brief d.d. 14 mei 1973 van de Stich
ting Voorlichtingscentrum Cremato-
riumbouw, inhoudende het verzoek om
geen rechten te heffen wegens lijk
schouwing en verzegeling van de kist
bij crematie, voorstel te antwoorden
conform bijgaande concept-brief.
Conform besloten.
De gemeente is van mening dat de hef
fing van rechten terecht plaats vindt,
j. Brief d.d. 17 april 1973 van J. A.
van Dorresteyn inzake bezwaren tegen
de verleende bouwvergunning voor het
pand Van Weedestraat 76, met voorstel
te antwoorden conform bijgaande con
cept-brief.
Conform besloten.
In de brief zegt de raad dat de be
zwaren van de heer Van Dorrestein
niet gegrond zijn. Er zou geen sprake
zijn van ontoelaatbare belemmering
van de toetreding van zonlicht, dat
slechts gedeeltelijk zal verdwijnen uit
de achtertuin. Verder stelt de raad zich
op het standpunt dat waardedaling on
derzocht zal worden, als een verzoek
om schadevergoeding is ontvangen. De
bouwvergunning is verleend omdat het
bouwplan in overeenstemming is met
het bestemmingsplan. De gemeente
heeft overigens alleen de publiekrech
terlijke kant van de zaak te beoordelen.
Geschillen over de regels van het bur
gerlijk recht, o.m. het burenrecht, zul
len partijen onderling of eventueel door
tussenkomst van de rechter moeten uit
maken.
De KVP-leden, de heren J. van Poppe
len en A. Smit gingen met dit ant
woord niet accoord. Met name de heer
Smit meende dat het volgens de letter
van de wet wel juist was, maar dat in
de menselijke sfeer niet juist werd ge
handeld. Naar zijn mening was er niet
tijdig contact gezocht met de heer Van
Dorresteijn. Hij verweet de betreffende
gemeentedienst niet zorgvuldig gehan
deld te hebben. In overleg zou een an
dere oplossing mogelijk geweest zijn.
In haar antwoord zei mevrouw Walter
dat het geschil een privaatrechterlijke
zaak betrof waarin de gemeente niet
kon treden. De verlening van de ver
gunning was geheel gegaan volgens de
wettelijke eisen.
k. Brief d.d. 2 mei 1973 van de Re
gionale Opleidingscommissie der Cen
trale Commissie Vakopleiding Bouw
bedrijven, inzake de inlichting van
leerlingenbouwplaatsen met voorstel te
antwoorden conform bijgaande concept
brief.
Conform besloten.
1. Controlerapporten van het Centraal
Bureau voor Verificatie en Financiële
Adviezen van de Vereniging van Ne
derlandse Gemeenten met voorstel deze
voor kennisgeving aan te nemen.
Conform besloten.
4. Voorstel tot het verlenen van ont
heffing als bedoeld in artikel 1 van de
.Zoneverordening Hinderwet", zulks
ten behoeve van:
een Inrichting tot het bakken van
voedingsmiddelen in oliën en vetten
op/in het perceel Nieuwerhoekplein 7
te Soest.
Conform besloten.
b. een geragebedrijf annex benzine- en
gasolieverkooppunt op/in het perceel
Nieuwerhoekplein 1 te Soest.
Conform besloten.
c. een verkooppunt voor benzine, auto-
gasolie en L.P.G. aan de Rijksstraat
weg te Soesterberg.
Conform besloten.
5. Voorstel tot het opheffen van de
onbewoonbaarverklaring van het pand
Korte Brinkweg 47a, alhier.
Conform besloten.
6. Voorstel tot het onbewoonbaar ver
klaren van de woningen Eigendomweg
54 en 56, alhier.
Conform besloten.
7. Voorstel tot vaststelling van de
„Verordening Commissie Woonruimte-
beleid".
Conform besloten.
8. Voorstel tot aankoop van grond met
opstallen gelegen aan:
de Nieuweweg van de heer A.
Kooyman.
Conform besloten.
b. de Eigendomweg van de heer N. S.
Bouwhuis.
Conform besloten.
9. Voorstel tot het verlenen van mede
werking als bedoeld in artikel 72 van
de Lageronderwijswet 1920 aan het Be
stuur van de Vereniging „De School
met den Bijbel" te Soest voor het ver
beteren van de toiletten van de Insin-
gerschool voor g.l.o.
Conform besloten.
10. Voorstel tot het beschikbaar stellen
van een extra krediet voor het aan
schaffen van een nieuwe leesmethode
ten behoeve van de openbare lagere
school te Soesterberg.
Conform besloten.
11. Voorstel tot overdracht van grond,
gelegen nabij de Van Hamelstraat te
Soest, aan de Stichting vooi^ Katholiek
Onderwijs te Soest.
Conform besloten.
12. Voorstel tot uitbreiding van de
huistelefooninstallatie.
Conform besloten.
13. Voorstel tot uitname van grond uit
het grondbedrijf ten behoeve van de
openbare kleuter- en basisschool in het
complex „Klaarwater".
Conform besloten.
14. Voorstel tot wijziging van de ge
meentebegroting 1972.
Conform besloten.
15. Voorstel tot het verlenen van sub
sidie aan de Vrouwen Advies Commis
sie en de Federatie Vrouwelijke Vrij
willige Hulpverlening in de provincie
Utrecht, afdeling Soest.
Conform besloten.
16. Voorstel tot aankoop van de be
graafplaats aan de Veldweg en van
agrarische gronden gelegen op de Soes
ter Eng van de Hervormde Gemeente
Soest.
Conform besloten.
17. Voorstel tot het verlenen van me
dewerking als bedoeld in artikel 72 van
de Lager-onderwijswet 1920 aan het
bestuur van de vereniging „De School
met den Bijbel" te Soest voor het aan
schaffen en plaatsen van een rijwiel
stalling bij de Savornin Lohmanschool
voor g.l.o.
Conform besloten.
18. Voorstel tot het beschikbaar stel
len van een krediet voor het maken
van een zolderkamer in het gemeente
huis.
Conform besloten.
19. Voorste] tot het aangaan van een
overeenkomst inzake uitbetaling van
rente inverband met een gesloten koop
overeenkomst met de heer N. S. Bouw
huis.
Conform besloten.
20. Voorstel tot wijziging van de ge
meenschappelijke regeling betreffende
de regionale werkverbanden voor
Amersfoort en omgeving.
Conform besloten.
21. Voorstel tot het beschikbaar stel
len voor een pompgemaaltje en pers
leiding ten behoeve van de kantine en
kleedgebouw op het sportpark aan de
Eemweg.
Conform besloten.
22. Voorstel tot het beschikbaar stellen
van een krediet ten behoeve van de
viering van het 25-jarig regerings
jubileum van H.M. de Koningin.
Conform besloten.
Tot slot werden de schriftelijke vra
gen beantwoord welke waren binnen
gekomen van de heer C. Verheus, na
mens de fracties van de KVP en de
Protestant Christelykcn, en van de
heer P. C. Pieren. Zij betroffen beiden
publicaties in de Gooi en Eemlander
over een onteigeningskwestie in het
plan Klaarwater, met name aan de
Ringweg. De heer Verheus vroeg of de
daarin geschetste gang van zaken juist
was en zo neen of dan een duidelijke
uiteenzetting van de werkelijke feiten
gegeven kon worden.
De heer Pieren vroeg welke stappen
b. en w. bU de hoofdredactie van de
krant ondernomen had, teneinde te
voorkomen dat dergelijke onjuiste ten
dentieuze berichten in deze krant wor
den gepubliceerd. Ook wilde hij weten
of het college met hem van mening
was, dat een dergelijke verkeerde voor
lichting door die krant een nog zwaar
dere geestelijke druk op de door deze
onteigening getroffen gezinnen legt; of
het juist was dat aan één der betrok
kenen een woning aan de Staringlaan
was aangeboden, doch dat betrokkene
alleen dan deze woning wenste te be
trekken, indien hem toestemming werd
verleend tot het houden van varkens;
en of het college alsnog bereid was een
zeer duidelijk persbericht samen te
stellen over de gehele gang van zaken
met betrekking tot die kwestie.
Een uitgebreide documentatie werd aan
de raadsleden uitgereikt. De burge
meester beantwoordde de beide brieven
en merkte op dat in de krant niet de
juiste gang van zaken was weergege
ven. Het had het college verwonderd
dat dergelijke artikelen waren ver
schenen, die niet de indruk gaven van
enige kennis van de wet op de ruim
telijke ordening, van enige kennis van
de onteigeningswet en van enige ken
nis van de wijze waarop in Soest ge
tracht wordt tot aankoop van gronden
te komen.
Het zou haarsinziens nuttig zijn voor
de schrijver van de artikelen kennis
te nemen van het voorlichtingsblad
van de gemeente Soest, waarin in het
februari nummer van dit jaar nog-
eens duidelijk uiteen gezet was, hoe
men in Soest tot verwerving van gron
den pleegt te komen.
„De verhalen zijn onjuist", aldus de
burgemeester die met graagte de woor
den van de heer Pieren „tendentieus"
wilde overnemen.
Zij zette daarna de feitelijke gang van
zaken uiteen.
Het eerste contact met de aan de
Ringweg wonende familie Maat da
teerde van omstreeks februari 1966. In
dat gesprek was de heer Maat niet ge
negen zjjn woning te verkopen; wel
verkocht hjj kort daarop 1.47 ha grond
aan de gemeente voor het bestem
mingsplan Klaarwater.
De aankoop van de gemeente werd
door G.S. goedgekeurd op 27 maart
1968. Dat had even geduurd in verband
met financieringsmogelijkheden.
Op 1 mei van dat jaar was het eerste
serieuze contact geweest met het oog
op de verwerving van de woning, om
dat toen ook meer bekend was over
de verkaveling van het plan Klaar
water en vast stond dat de woning
niet gehandhaafd kon worden.
Op 14 mei 1970 werd dat gevolgd door
een taxatie.
Tijdens de onderhandelingen had de
heer Maat medegedeeld dat hij bereid
was alle medewerking aan de eigen
domsoverdracht te verlenen, zodra de
gemeente met het plan Klaarwater een
aanvang zou nemen.
Mevrouw Maat deelde daarna telefo
nisch mee dat de taxatie te laag werd
gevonden en dat het gemeentelijk bod
verhoogd moest worden omdat men
anders liever de onteigeningsprocedure
wilde afwachten.
Daarop volgde een brief van de heer
Maat, dat hij pogingen gedaan had een
andere woning te zoeken, maar dat het
uitermate moeilijk was een huis te vin
den met een dergelijke grote tuin als
hij had.
De zaak was toen even gestagneerd.
Op 14 december werd het overleg ge
staakt in verband met de gezondheids
toestand van de heer Maat en op 25
mei 1971 had de gemeente een brief
geschreven dat men niet verder zou
aandringen op overeenstemming als dat
bij de heer Maat op bezwaren zou
stuiten.
SOESTERBERGSESTRAAT 44
SOEST-ZUID - TEL. 02155-12045
Met onteigening was beslist niet ge
dreigd. Natuurlijk wordt men in der
gelijke gevallen er opmerkzaam op ge
maakt, dat als onderhandelingen niet
lukken, onteigening overblijft. Echter
niet als dreigement, maar als noodzake
lijke voorlichting, waar dikwijls ook
om gevraagd wordt.
Op 28 februari 1972 is er vervolgens
door de gemeente weer geïnformeerd
of de onderhandelingen weer heropend
konden worden en op 8 maart werd
van mevrouw Maat bericht ontvangen
dat dat nog niet mogelijk was.
In juni 1970 had de raad het voorlo
pige onteigeningsplan goedgekeurd, dat
ter visie was gelegd en waartegen geen
bezwaren waren ingediend. Het ont-
eigendngsplan werd bij Koninklijk Be
sluit van oktober 1971 goedgekeurd.
Op 16 maart 1972 nam de raad het
besluit om een rechtsvordering in te
stellen tot onteigening en een voorlo
pige in bezitneming te vragen. Op 10
augustus volgde nog een laatste bod
van de gemeente, vóór de onteigening
op 21 augustus kwam bericht dat men
dat bod te laag vond en dat de ge
meente dan maar vervangende woon
ruimte beschikbaar moest stellen.
14 september volgde weer een bespre
king. Toen was er een hoge vraagprijs
geweest waarop mevrouw Maat zou
terugkomen. Dat was niet gebeurd,
waarop de familie Maat op 1 novem
ber werd gedagvaard in de onteige
ningsprocedure.
Op 13 december volgde een tussenvon
nis van de rechtbank over de onteige
ningsprocedure. Op 16 maart 1973 wa
ren de rechtercommissaris en de des
kundige in Soest geweest; op 15 maart
bleek dat mevrouw Maat een brief
geschreven had aan de Koningin en op
24 april was door de president van de
rechtbank het verzoek tot voorlopige
in bezitneming ingewilligd.
De beschikking luidde dat de gemeen
te het recht verleend werd om, des
noods met behulp van de sterke arm.
zich in feitelijk bezit te stellen van en
verandering aan te brengen in de staat
van het te onteigene perceel en te be
letten dat gebruik wordt gemaakt van
de door onteigening vervallende rech
ten.
De burgemeester merkte daarbij op dat
vanaf die datum de familie Maat de
wettelijke rente ontvangt over de door
de onpartijdige rechtbank vast te stel
len schadeloosstelling.
Zij beteurde het dat ten gevolge van
bestemmings- en onteigeningsplannen
personen zo diep moesten worden ge
troffen, zoals nu de familie Maat.
Voor hen werd een huis beschikbaar
gehouden, maar zij dacht dat men de
familie Maat geen goed deed hen op
een wijze zoals gebeurd was, in de be
langstelling te zetten. Zij zouden door
koppen in de kranten ten onrechte in
de mening kunnen komen dat zij nog
langer konden blijven wonen.
De rechter had geen beslissing uitge
steld, zoals de krant vermeld had. Dat
was een sprookje waarmee men de
familie Maat geen goed deed.
Het college had en was ook niet van
plan, stappen te ondernemen bij de
hoofdredactie.
„Ik meen dat een verantwoordelijke
hoofdredactie toch ook weieens kennis
zal nemen van de inhoud van andere
bladen, die in dezelfde regio verschij
nen. En wanneer het dan zovaak ge
beurd dat de feitelijke inhoud van al
lerlei artikelen zo afwijken van de
feitelijke inhoud van de artikelen in
hun eigen krant, dat moet de hoofd
redactie, die zich verantwoordelijk
voelt, toch wel te denken geven.'
Zij hoopte dat door wat zij nu zei, de
hoofdredactie wakker zou worden.
Overigens was haar van de eis voor
het houden van varkens niets bekend.
Een persbericht zou door het college
niet worden uitgegeven.
In november, waarschijnlijk, zal be
gonnen worden met de bouw van 30
woningen, gevolgd in 1974 door 67 wo
ningen. Een en ander had te maken
met de toewijzing uit het bouwcontin-
gent. In verband met de bouwrijp-ma-
king van de grond zou de voorlopige in
bezitneming op 15 juli geschieden, mo
gelijk nog enkele weken later. Het uit
stel had echter niets te maken met de
rechterlijke uitspraak, niets met de ont
eigeningsprocedure, uitsluitend met de
rechterlijke uitspraak, niets met de
onteigeningsprocedure, uitsluitend met
de toewijzing van de contingenten. Het
college betreurde het uitermate, dat een
gezin op een dergelijke manier voor
propaganda werd gebruikt.
De heer M. de Groot (BR) zei eerst bij
zonder weinig gelukkig geweest te zijn
met de schriftelijke vragen. Hij stelde
het op prijs dat de burgemeester een
duidelijke uiteenzetting had gegeven,
maar hij meende toch dat een derge
lijke vraagstelling bijzonder veel stof
kon doen opwaaien en dat er daardoor
olie op het vuur gegooid werd.
De heer De Groot citeerde een Fries
spreekwoord, „doe je plicht en laat de
mensen praten", oftewel .gemeentebe
stuur doe je plicht en laat de krant
maar schrijven".
Hij hoopte dat er verder heel weinig
woorden aan de zaak besteed zouden
worden; dat zou koren op de molen
van provocerende persberichtenschrij
vers zijn.
„Wij hebben hier gelukkig een voor
lichtingsambtenaar en een uitstekend
geredigeerd voorlichtingsblad", aldus de
heer De Groot, die het wel op prijs
stelde als duistere of minder duidelij
ke zaken daarin uitvoerig behandeld
werden.
De heer P. Pieren (PAK) speet het dat
de heer De Groot er zo over dacht. Hij
was weliswaar gelukkig met de pers
vrijheid, maar men mocht toch niet
vergeten dat dergelijke- publicaties in
belangrijke mate de verhouding tussen
burger en overheid konden schaden.
,Je kunt altijd wel zeggen laten we
maar tot de zwijgende meerderheid
gaan behoren en het maar nemen. Rij
den onder invloed mag niet, maar
schrjjven onder invloed waarschijnlijk
wel". Hij wilde het daarom niet over
zich heen laten gaan en beslist een
antwoord geven. De heer Pieren was
het overigens met het antwoord van
de burgemeester eens. „Iedere werkne
mer heeft een werkgever en als de
werknemer zijn plicht zwaar verzaakt,
dan zal een werkgever op een gegeven
moment zeggen, man ik kan je in mijn
dienst niet meer gebruiken". De heer
Pieren hoopte dat de hoofdredactie dat
ook eens in overweging zou nemen.
De heer C. Verheus sprak de hoop uit
dat de uiteenzetting goed in de pers
zou overkomen.
Ook de heer H. Jonker (D '66) was ge
lukkig met de uiteenzetting, zeker nu
naast de formele kant ook de mense
lijke kant benadrukt werd. Hij achtte
het onjuist stappen te ondernemen bij
de hoofdredactie, die, naar de ervaring
leerde, altijd in zijn tegendeel uitpakte.
Hij veronderstelde wel dat men mocht
verwachten, dat de schrijvers van ar
tikelen zich altijd terdege oriënteerden,
van wat de aan de hand was.
De burgemeester van Soest maakt be
kend, dat het college van Burgemeester
en Wethouders van deze gemeente
voornemens is aan:
a. A. Blok, Antonie van Leeuwenhoek
laan 43, Soesterberg op zijn daartoe ge
daan verzoek op grond van het be
paalde in artikel 19 van de Wet op de
Ruimtelijke Ordening, juncto artikel
50, lid 8 van de Woningwet, vergun
ning te verlenen voor de bouw van 3
garages op het perceel, gelegen aan
Anthonie van Leeuwenhoeklaan 43, ka
dastraal bekend gemeente Soest, sectie
E, nr 3325 ged.
b. Ir. P. L. Walraven, Dennenweg 9,
Soest op zijn daartoe gedaan verzoek
op grond van het bepaalde in artikel
19 van de Wet op de Ruimtelijke Or
dening, juncto artikel 50, lid 8 van de
Woningwet, vergunning te verlenen tot
het uitbreiden van het woonhuis Den
nenweg 9 kadastraal bekend gemeente
Soest, sectie D, nr. 2879.
Metaalconstructiebedrijf Hilhorst en
Zonen, Schoutenkampweg 42, Soest, op
haar daartoe gedaan verzoek op grond
van het bepaalde in artikel 50, lid 8
van de Woningwet, vergunning te ver
lenen ten behoeve van het uitbrei
den van een werkplaats, op het perceel,
gelegen aan de Schoutenkampweg 42,
kadastraal bekend gemeente Soest,
sectie D nr. 2818.
d. J. Swager Jr. Eigendomweg 67,
Soest op zijn daartoe gedaan verzoek
op grond van het bepaalde in artikel
50, lid 8 van de Woningwet, vergun
ning te verlenen ten behoeve van het
bouwen van een opslagloods met kan
toren op het perceel, gelegen aan de
Steenhoffstraat 58a, kadastraal bekend
gemeente Soest, sectie H, nr.(s) 8287 en
9200.
Alvorens een definitieve beslissing ge
nomen zal worden, zijn belanghebben
den bevoegd binnen een termijn van
twee weken na de dagtekening van
deze bekendmaking hun eventuele be
zwaren schriftelijk bij burgemeester en
wethouders, voornoemd, in te dienen.
De op het verzoek betrekking hebben
de stukken liggen gedurende diezelfde
termijn ter gemeentesecretarie ter in
zage.
Soest, 28 juni 1973.
De burgemeester van Soest,
Mr. J. M. CORVER-
VAN HAAFTEN.
De KAMER VAN KOOPHANDEL EN
FABRIEKEN te AMERSFOORT houdt
woensdag a.s., van 14 tot 17 uur. voor
het verstrekken van inlichtingen, zit
ting ten gemeentehuize alhier.
De burgemeester van de gemeente
Soest maakt, ter voldoening aan het
bepaalde in artikel 23 van de Wet op
de Ruimtelijke Ordening, bekend, dat
het ontwerp van het bestemmingsplan
„Steenberghe I" regelende de beslem
ming van gronden, gelegen in het
noordwestelijk deel van Soesterberg,
gemeente Soest, met ingang van 2 juli
1973 gedurende één maand ter gemeen
tesecretarie, afdeling Algemene Zaken,
Stadsontwikkeling en Onderwijs, (ge
opend iedere werkdag van 09.00 lot
12.00 uur), alsmede ter hulpsecretarie
te Soesterberg, voor een ieder ter in
zage ligt.
Gedurende de termijn van ter-visieleg
ging kan een ieder schriftelijk bij de
gemeenteraad bezwaren tegen dit ont
werp indienen.
Soest, 28 juni 1973.
De burgemeester voornoemd,
Mr. J. M. CORVER-
VAN HAAFTEN.
KELTUM PLEET JUWELIER HOPLOGER
en DURFIHE CASSETTES
Rcmbrandtlaan 18 - TeL 02155-14785
Burgemeester en wethouders van Soest
brengen overeenkomstig het bepaalde
in artikel 9, lid 1, sub b, der Hinder
wet ter algemene kennis, dat ter ge
meentesecretarie van Soest ter inzage
is gelegd een verzoek met bijlagen van
T. W. C. Nout, Oranje Nassaustraat 12,
Geldermalsen, om verguuning tot het
oprichten, in werking brengen en in
werking houden van een pompinstalla-
tie voor motorbrandstoffen op een per
ceel grond, gelegen aan de Rijksstraat
weg te Soesterberg, kadastraal bekend
gemeente Soest, sectie E, nr. 2745 ged.
Gedurende tien dagen na dagtekening
van deze bekendmaking bestaat voor
een ieder de gelegenheid schriftelijk
bezwaren tegen het verlenen der ver
gunning in te brengen bij het gemeen
tebestuur.
Bovendien zal op dinsdag 17 juli a.s.,
des voormiddags 9,00 uur, in het ge
meentehuis een openbare zitting wor
den gehouden, alwaar mondeling be
zwaren tegen de inwilliging van dit
verzoek kunnen worden ingebracht.
Een ieder kan ter gemeentesecretarie
kennis nemen van de terzake ingeko
men stukken.
De aandacht van belanghebbenden
wordt er op gevestigd, dat tot beroep
zijn gerechtigd de aanvrager van de
vergunning en degene, die in persoon
of bij gemachtigde op de bovenbedoel
de zitting is verschenen. Mede is tot
beroep gerechtigd degene, die, zonder
op de openbare zitting te zijn versche
nen. binnen de gestelde termijn schrif
telijk bezwaren heeft ingebracht, in
dien hij niet woonachtig is in deze ge
meente of in een aangrenzende ge
meente waar openbare kennisgeving
wordt gedaan.
Soest, 28 juni 1973.
Burgemeester en wethouders van Soest,
De burgemeester,
Mr. J. M. CORVER-
VAN HAAFTEN.
De secretaris,
H. BORREMAN.